ZWARE ROE, Si VAU en i LAM. JU. waar liet prestatio van persoonlijke dienstenopoffe ringen vaii fijne, vrijheid geldt, zouden de ingezelbnen jif en amen moeten zeggen op de beslissing van drie personen! Mijns inziens is dat principe van de Commissie lijnregt jn-strijd mot den geest des tijds. Ik zal steuuaen tegen de aanneming der voordragt, tol wijziging vair art. 3; eerslens, omdat ik grene nood zakelijkheid aic tot partiëele herziening vua 't Reglement van 1845; ten andere, omdat ik het designement tot dien8tprestolie niet wil overgelaten hebben aan Burge meester en Wethouders, en eindel'gk, bovenal, omdat ik het regt van reclame bij art. 6 van 't reglement van 1845 omschreven, den ingezetenen niet wensch ontnomen te zien. «Maar al wilde ik ook over die bezwaren heen stappendan vrees ik dat Gedep. Stalen toch zonden gebruik maken van de bevoegdheid, hun bij art. 161) der Gemeentewet toegekend, of wel dat do door «ns^ nnngenonieno voordragt, ingevolge art. 153, door den Koning zou vernietigd worden. Wat toch behelst de voordragt? Eene wijziging van een Reglement van 1845, dal is: een buiten werking stellen van eenige artikelen van dat Reglement en een vaststellen van nieuwe artikelen; nieuwe artikelen, op welker niet inacht neming slraf wordt gesteld. Wij zijn dos heden ge roepen, om eene Verordening te maken, als die. bedoeld bij art. 161 der Gemeentewei. Wc moeten hierbij dus in acht nemende bepalingen der Gemeentewet, en wel die van nrtt. 192193 en 161 en volg. Art. 193 wil, dat persoonlijk te presteren diensten vatbaar zullen zijn voor afkoon; 't is thans de tijd niet, om te ontvouwen welk nut de observantie dier bepaling ons zal geven, hoe goed de brandweer daardoor znl zijn te organiseren, maar zeker is hel, dat gezegd voorschrift der wet niet in acht Is genomen in 'l voorgestelde art. 3. Bovendien zal, dit toch wil de Commissie, art. 7 van 't Brand reglement van 1845 toepasselijk blijven op hel nieuw voorgestelde art. 3zal eene niet aanneming van 'l Voorzitterschap en 't Lidmaatschap van 't Col logic tot den Brand strafbaar zijn met ƒ50 boete. Art. 161 dor Gemeentewet kent den Raad de bevoegdheid toe, oin hoogstens ƒ25 boete te bepalen. Zal uien welligt zeggen: het innkeii ecner nt'nuwe Verordening wordt niet voorgesteld»; die tegenwerping is onjuist; de voordragt strekt om nrlt. 1 en 3 van 't Brandreglement van 1845, de twee hoofd- of grond- artikels, huilen effect te stellen, en daarvoor twee nieuw verordenende artikels, waarop art, 7 van 'l be staande reglement van kracht zou blijven, vast testellen, en daarom moeten, zoowel de nieuwe in 1853 vast te stellen artikelenals de straf, tegen de niet naleving clerzelve bedreigvlgetoetst worden aan de bepalingen der Gemeentewet. Zulks is bij de voordragt niet in acht genomen; daarom is de voordragt onaannemelijk. De Heer Verloren, mede-ontwerper-der vuorgedrageue wijziging, zegt, dat deze voordragt niet vroeger is ge daan omdat de Raad niet was voor veranderingen der reglementen bij gedeelten; dal een geheel nieuw Re glement niet is voorgedragen, omdat dc Raad eene llijks-Policiewct wachtende was; dat deze wijziging is voorgedragen, naar onoleiding vao een daartoe door den Raad zelven genomen besluit; dat zijns inziens artt. 161 en volg. der Gemeentewei in deze niet toepas selijk zijn, daar'er geenc verandering in de strafbepaling is voorgesteld; dal het middel van liooger beroep, zoo als dat in het Reglement van 1845 is omschreven, niet kan blijven cti eindelijk dat zijns inziens de voorgestelde wijziging goed en aannemelijk is. Nadat dc Heer Zegera Veeckena nader had aangedrongen op 't provisioneel behouden van 'l Reglement van 1845; de Heer fVijera gezegd haddat er voor de herziening van hetzelve overwegende redenen beslaanen de Heer v. lirl had in het midden gebrngt, dal de vernietiging van Veror deningen nooit plaats heeft zonder voorafgaande mede- deeling aan de Gemeentebesturen van de bezwaren van zijde van belMinisterie tegen de gemaakte Verordeningen wordt hel ontwerp in arlikelsgewijze behandeling ge brngt, en met algemeenc stemmen besloten om artikel 1 te wijzigen als volgt «Het toezigt over en de handhaving Tan alles, wat het Brandwezen betreft, is opgedragen aan Burgemeester en Wethouders, die daarin zullen worden bijgestaan door een Collegia tot den Brand, bestaande uit eenen Voorzitter en zes leden. a De opnemingen bevelen en verdere verrigtingen bij dit Reglement opgedragen aan hel Collegie, zullen geschieden namens Burgemeester en Wethouders, en, in geval van brand, nit naam van den Burgemeester, als zijnde belast met het opperbevel. Zijne bevelen ter. dier zake zullen, zoowel door het Collegie als door ieder ander, dadelijk moeten opgevolgd worden. ,ii Elk lid van het Collegie zal eene der groote brand spuiten, als Gecommitteerde of Bevelhebber over dezelve, onder zijn bijzonder bevel en toezigt nemen. a De draagbare brandspuiten zullen onder het onmid dellijk bestier van het geheele Collegie staan. Tegen de voorgestelde wijziging van art. 3, herhaalt en licht de Heer Zegera Veeckena toe zijn bezwaar, dat art. 7 van het Reglement van 1845 nevens dit nieuwe artikel niet bestaanbaar is, weshalve hij voor stelt om niet over Ie gaan tot wijziging van art. 3. De 11.11. r. Bel en Verloren vereenigen zich dnnrmede, waarop de Raad besluit om geene meerdere wijzigingen dan alleen van art. 1 van 't Reglement van 1845 aan te nemen. Wordt vervolgd.) Op 29 Maart e. k. zal, des voorin. 11 ure, ten Raadhuize te Amersfoort, in hel openbaar worden aanbesteed het bouwen van een wachthuis, op de plaats der kazerne de Pot en de levering van de gedurende 1 April tot 31 Dec. 1853 ter Secretarie benoodigde soorten van papier, pennen, lak, potlnodenouwels, enz. G. Reijerac en G. Ooatcrbeekbij vonnis van hrl Kantongeregl te Amersfoort, op 7 Maart j.l. veroordeeld tot betaling eener geldboeteter zake van overtreding der Verordening tegen het rijden met hondenwagens in de Gemeente Soest, d.d. 13 Dec. 1852 (zie Ameraf. Cour. N#. 75), hebben zich daartegen voorzien in hooger beroep. Den 21 Maart j.l. diende voor hei Kantongeregl tc Amersfoort de zaak van het O. M. tegen E. J. van der Mula, Hend. van Veen, T. van Leeuwenberg, I. Boa, J. Goaker en A. II. Schaap, allen woonachtig te Amersfoort, beklaagd van niet binnen den daartoe gestelden lijd le hebben gevolg gegeven aan do op 7 Maart door Burgemeester en Wethouders van Amers foort gedane bekendmaking, tot wegruiming van de gevallen sneeuw. Nadat het O M., voorbijgaande «rt. 24 van liet te dier take vastgestelde Reglement van 30 Mei 1832, op grond van art. 24 van datzelfde Regle ment, en van art. 471, N°. 3, Wetb. van Sirnlregt, geconcludeerd had lol eene geldboeteslraf vau minstens ƒ0,50 en hoogstens 2,50, werden terzelfder audiëntie de beide eerst genoemden veroordeeld tol betaling eener geldboete vau ƒ1 en de proceskosten, eu de uitspraak, ten aanzien der vier laat sten, aangehouden tot den 29 Maart e. k.wat betreft r. Leeuwenbergop verzoek van het 0. M.om alsdan het bewijs le leveren, dat de bekendmaking bij 'omroeping had plaats gehad en wat betreft de overigen naai' aanleiding der verdediging, namens Bot door den Heer Mr. L. Zegera Veeckena aan gevoerd, dat. in de eerste plaats, aangenomen de "in roeping door den getuige P. Kollenberg, die nmroeping niet als de wettelijke, bij art. 17 bedoelde, kauworden aangemerkt daar die persoon (de Kantonregler weet zulks evenzeer als verdediger) niet is omroeper, staande hij als zoodanig niet naugeteekend cu kunnende hij daarvan geene aanstelling produceren; dot ten andere, mogl de Regler nok aannemen dat ieder beambte be voegd is de nlgeheele of lijdelijke waarneming zijner betrekking hein opgedragen aan anderen met goed eu reglsgeldig gevolg over le dragen, liet dan nog in jodieio was erkend, dat in htl gedeelte der Slad, door Bot bewoond, de aanzegging bij omroeping niet was gedaan, welk pligtvmitim van den omroeper of welk gebrek aan orde en regel op dit sluk van zijde van Burg. en Wethouders niet mogt strekken ten bezware van den gedaagde Botdaar bij art, 17 voorzeker be doeld was eene behoorlijke oturoeping; Concluderende genoemde Advocaat op die gronden tut vrijspraak van den gedaagde. Daargelaten deze erkende ten achterstel ling van de buiten de Kopprlpoort woonachtige inge zetenen van Amersfoort, liet gebrekkige Reglement van 30 Mei 1832, eu liet onjuiste van het toelaten van vervanging van dienstbetoon, is het uit Je behandeling dezer zaak gebleken dat er zeer slecht wordt omge roepen; hebbende, behalve de gedaagden twee agenten van policie en een veldwachter verklaard, de omroepiug niet le hoblien gehoordterwijl de omroepers zelve hebben opgegeven, dal de plaatsen, waar de oinroe pingen tc doen, hun niet zijn voorgeschreven. Verwachten we dal in de eerst te houden Ver gadering van den Raad der Gemeente Amersfoort zal worden vastgesteld eene Verordening, inhoudende de bepaling dal alle losloopende en voor wagens gespannen honden moeten voortien zijn van eenen muilkorf, de behoefte aan dien maatregel heelt zich onlangs klaar blijkelijk doen gevoelen. Op bel middaguur toch vau 17 Maart j.l., ontmoette op den Hof le Amersfoort het vierjarig kind van den schippersknecht ra» Spannen een wagen, bespannen met twee houden, van welke de een in zijnen loop de band van bet kind a'anraakte; bet kind, hierdoor ontsteld, viel op den grond en kek wam van den waarschijnlijk boos geworden bond Iwee bloedende beeten in den arm. Naar wij vernemen zul de geleidster der honden eene koopvrouw uit eene naburige Gemeente, le dier zake voor den Strofregter worden vervolgd. Bij exploit van 12 Maart j.l. van den Deurwaarder. J.i F. Ilarekotte, heeft J. Meerdinklandbouwer te Soest, eene procedure aangevangen tegen de gemeente Soest, welke, in den persoon van baren Burgemeester, gedagvaard is voor de Arroud.-Regtbnnk tc Amersfoort. Naar luid der op gisteren in deze genomene conclusie van eisclistrekt dc vordering daartoe, dat de wegne ming worde bevolen van eene heul, die den 30 Oct. j.l., op last van het Besluur der Gemeente Soestgelegd is in den weg, die van de gemcene hei, langs het Mof- fenhoek, leidt naar de buurt Wijkslooten waardoor bet in dc greppels langs dien weg aanwezige water kunstmatig geleid wordt naar lUeerdtnks landerijen, die daardoor worden overstroomd. Naar wij vernemen heeft genoemde Meerdink deze dagvaarding doen voorafgaan door een adres, op 28 Jan. j.l. aan bet Bestuur der Gemeente Soest ingediend, inhoudende verzoek aan dat Bestuur, mn deze heul te doen wegnemen, 't welk echter op 7 Febr. niet eene afwijzende beschikking is bejegend. De Heer Mr. L. Zegera Veeckena is de Advokaat van den cischcr, «le Heer Mr. A. B. van Bel die van het gedaagde Bestuur. De Palm-Paardeniunrkt, den 21 Maart te Dtrecht gehouden, is zeer bezocht en door het schoonste weder begunstigd geweest. Er waren 1157 paarden aangegeven. De handel was levendig en goede paarden geldig. Vele paarden zijn door Fransche en Belgische kooplieden voor goede prijzen gekocht. - De studenten van ülrcchtsTloogeschooldie ten behoeve van de weduwen en weezen der verongelukte varensgezellen van llelfcvuelsluis eene aanzienlijke gel delijke bijdrage leverden, hebben dezer dagen een be drag van ƒ244 gegeven voor de Evangelische Gijnmasiën in Hongarijë. - Sedert een viertal weken zijn te Barneveld de mazelen zeer sterk heerschende, zoodat van de 186 kinderen neg geen derde gedeelte de school bezoekt; ook volwassenen zijn door de ziekte, die echter van eene goed soort isaangetast. De Heer Mr. P. J. G. van Diggelen, lid van den Gemeenteraad van Middelburg, beeft dezer dogen uit gegeven eene brochure, ton titel voerende: «Is de ouderhaiidsche aanbesteding der straatverlichting door oeconoinisch gaz in het belang der Gemeente?», welke vraag door hem ontkennend wordt beantwoord. Dat openbare mededinging zich in het algemeen bij het doen van aanbestedingen aanbeveelt, is zijns inziens een beginsel, aan geen twijfel onderhevig en daaren boven uitdrukkelijk gehuldigd in art. 142 ai. 2 Gem,- wet. Dit artikel toch stelt de openbare aanbesteding van Geraeente-werken en leveranciëu als regel en ge doogt de onderhandschc nis uitzondering slechts dan wanneer zij, om bijzondere redenen, in het belang is der Gemeente. Zijn nu in casu die bijzondere redenen aanwezig? Dc schrjjver ontkent dit ten stelligste. Immers het oeconomisch gaz is tot dus verre nog niet tot straatverlichting in eenige Gemeente van dit land aangewend, en uit do in voormelde brochsrfl medege deelde opgaven en inlichtingen van den Hooglceraar Bleekrode en van den Heer Verhagen, correspondent der vereeniging van Volksvlijt, gevestigd le Amsterdam, blijkt, dat de voortreffelijkheid van die gazaoort boven bet steenkolen- en bel wnlerstofgnz nog geenszins is bewezen (en dan de aanprijzing door de Amersfuorische Raadscommissiegegrond op hel Rapport v«n één harer leden, die toch dat gaz heeft tien branden?), terwijl de meerdere goedkoopheid van hel oeconomisch gaz, bij gemis van openbare mededinging, onmogelijk kan blijken. Dat die laatste gazsoort voordeel iger op de gezondheid der ingezetenen zou werken, kan, naar des schrijvers nieeiiing, mede niet worden aangenomen, omdat de ingrediënten, waaruit dit gaz wordt ver vaardigd, voor nlsiiug onbekend zijn. Het beweren nu, dat hel "economisch gaz iu Nederland slechts bij ééne firma IVestermann cu liobbi) verkrijgbaar ia eu hij gevolg niet in het openbaar kan aanbesteed worden, stuit, z.i. daarop af, dut hetgeen eigenlijk aanbesteed moet worden, niet is eene straatverlichting door oeconowitch gas, maar eene straatverlichting in het algemeen en (lal lol dit einde, met hel oog op voor meld wetsartikel, de mededinging moet worden open gesteld voor al de fabriekanten der verschillende gaz- aoorten, behalve «vanueer, hetgeen iu eniu niet het gevul is. reeds a priori blijkt, dat het uecoiNMlisob gaz bepaaldelijk in het belang der Gemeente is. De schrijver vertrouwt ten slotte, dal dc Gem.rnnd van Middelburgvooral nok sedert de door dc 11.11. le Prince te Luik en IVestermann cu Rabbi tc Amsterdam in da dagbladen gevoerde strijd z.i. img meerdere on zekerheid omtrent het oecunomitch gaz heeft doen ontslaan, zal terugkomen van zijii op 9 Febr. j.l. ge nomen besluit lol underhandichc aanbesteding der straatverlichting aldaar door occuuouiisch gaz voor den lijd van 20 jaren, en dat in bet tegenovergestelde geval, Gedep. Stalen aan wier goedkeuring, liet volgens art. 194 lilt. Gemeentewet, onderworpen is, daaraan hunne bekrachtiging niet zullen hechten. Beriglen uit Rome melden, dat dc Paus den 10 Maart j.l. liet herstel van de Kerkelijke hiërarchie in Nederlaud beeft aangekondigdmet de invoering van een Aartsbisdom van l'trecht en de Bisdommen van Haarlem, 'a llertogenboach Breda en Roermond; zul lende du Aartsbisschop te Utrecht en de vier Bisschoppen te Haarlem, 's Bosch, Breda en Roermond huu verblijf houden. Men schrijft uil Florence, dat de echlgeunoten Madiaï op 16 Xanrt j.l., uil den keiker ontslagen en op een vaartuig ingescheept, onverwijld naar Marseille tijii vertrokken. 6 Maart is te lUidwolda door een Vos van onder 't kruis eene afscheidsrede gehouden. 14 Maart is te Schinnen, nabij Sittard, een smid in beschonken toe stond le huis gekomen, gevallen en dien ten gevolge overleden. 15 Maait is te Tiel de Griffier hij de Regtbank aldaar overleden te Gorinchem een visscher, echtgenoot en vader van twee kinderen, ten gevolge van hel gepruik van sterken drank, plotseling dood gevallenen te Voorhout een man tiissclien He lepels van een watermolendien hij in den vang zocht te brengen, dood gewrongen. 16 Maart is le Kampen een huis, dat in aanbouw wns, ingestort, en heeft Boaco voor de Keizerin der Franschen le Parijs ge goocheld. 18 Maart is le 'a Hoge overleden de oud- Minister voor de zaken der Uerv. eerediemt Baron H. van Zuijlen van Nijevelt, en heeft te Assen de brand stichter Roelof Zoer, aldaar gedetineerd, zich door ophanging van liet leven beroofd. 19 Maart is te Harlingen overleden de Heer J. II. A. IVetjllngh, Rector der Latijusche scholen aldaar. ADVEBTEMTIEN. Hen vraagt met Primo Mei, in ecu klein Huishouden, zonder Kinderen, eene TWEEDE MEID, goed kunnende Nnnljeli, Mazen, Stoppen, met de Wasch omgaan en eenig Huiswerk rerrtg- ten, cu van goede Getuigschriften voorzien; liefst tus8chen de 25 en 35 jaren oud. Adres bij den Boek handelaar W. L. OKHUIJZEN. (228) V De ondergeleekende, YLËESCH110U WER op het Cingel, berigt aan zijne geëerde Begunstigers, dat hij heden iiealagt heeftEENE Aaiisrooar, 23 Maart 1853. (229) A. DE BRUMS. BURGERLIJKE STAND VAN AMERSFOORT. Van 13 lot en met 19 Maart 1853. BEVALLEN: 13.Maart, Neeltje van den Brink, geb. van de Weerdhof, Z. 15 Mnort, Frederika Wilhel- mina vnn Maaien, geb. Filski, D, 16 Blaart, Anna Schouten, geb. Vasteuburg, Z. 17 Maart, Maria van Wessum, geb. Elberlse, D. 18 Maart. Sophia de Wil, geb. Meijer, D. Hendrik.» vnn Knlvccn, geb. Hendrikse, Z. 19 Maart, Deboro Klein, geb. van der Sluis, Z. Agatha Oltenhof, geb. van Duist, D. Gerrilje Kroes, geb. Methorst, D. ONDERTROUWD: Geene. GEHUWD: Geene. OVERLEDEN: 14 Maart, Jannetje Smal, 60 j.ge huwd met Johannes Blombergen. 15 Maart, Johanna Geerlruida Flick15 ra. Jan van der Heijden67 j. Willem Coers, 6 d. Nicolaas van den Heuvel, 1 j. Te AiusrootT, bij VEECKENS VAN KUIJKHOF.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1853 | | pagina 2