welke lunüten alzoo die rekening opnemen, doch ge- slelddnt de Outvanger, wanneer Burg. en Wcth. zich niet vereenigen met zijne rekeiing, blijft volhouden en niet verkiest zijne rekeniug te veranderen; alsdan zouden Burg. en Welh. genoodzaakt zijn desniettemin met die foutje «kenipg des Ontvangers ook hunne rekening en verantwoording aan den Raad le moeten doen', hetwelk ongejijnjd. isv Zoo als de Leden art. 218, opvallen moeten Burg. en Weth. zelve eene eigene rekening opmaken en over leggen, die alle ontvangslen en uilgaven van het dienst jaar vermeldt. Hel woord die slaat op verantwoording, en de woorden deze rekening, in art. 219 (als ook in art. 220 en volgende), op de rekening van Burg. en Wcth., en heigeen er verder volgt «wiet vermelding -Van hetgeen Burg, en Weth. ter hunner verantwoording dienstig achten» slaat, even als bij art. 119 der Pro: vinciule Wel, alwaar deze zelfde woorden voorkomen op de Toelichtende Memorie. De rekening des Ontvan gers wordt dus bloot als eene Bijlage bij de rekening van Burg. en Weth. overgelegd. Er wordt dan ook niet gezegd bij art. 218, dat Burg. en Welh. hunne verantwoording doen aan den Baad door middel van, maar onder overlegging van de hun door den Ontvanger, volgens art. 115, aangebodene rekening. Er moeten dus twee rekeningen zijneene van Burg. en Weth., als Hoofdstuk, en eene tweede van den Ontvanger, als Bijlage. Stemmen deze beide reke ningen overeen, dan sluit de goedkeuring van die van Burg. en Weth. door den Raad en Gedeputeerden vnn zelf die des Ontvangers in; stemmen ze niet overeen en wordt die vnn Burg. en Weth. niet goedgekeurd, dan wordt daardoor van zelf do Ontvanger en zijne rekening in hel gelijk gesteld, en al. 2 van art. 222 dat de Ontvanger rekening doet aan Burg. en Weth., kan toegepast worden. Deze laatste alinea bewijst al wederom voor hel beslaan van twee rekeningen, want als er slechts ééne is, die te gelijk is die van den Ontvanger en van Burg. en Welh., hue is dan eene afzonderlijke ontlasting van Burg. en Welh. en van den Gemeente-Ontvanger ooit denkbaar, daar ze olsdan, een van beiden, of allen ontlast zijn, ingeval van goed keuring, of geen van allen, ingeval van afkeuring. De Leden zijn alzou van oordeel en verlangen, dal Burg. en Weth. alsnog eene rekening, door hen gelee- Eend, zullen indienen, en dat de rekening van den Ontvanger slechts als bijlage daarbij zal overgelegd worden; dat mitsdien ook het Raadsbesluit Ier goed keuring zal luiden: «Overwegende, dat de rekening van Burg. en Weth. en de daarbij overgelegde reke ning van den Gemeente-Ontvanger O. Soheltus, beide over den jaer 1852, hun is gebleken,» enz. Zij ziju echter tevens van oordeel, dat Burg. en Weth., wanneer deze zich geheel en al vcreenigen met de rekening des Ontvangers, zich bij hunne rekening kortheidshalve kunnen refereren aan die des Ontvangers en zich daarmede verceuigcn, doch dat in allen gevalle daartoe eene formeele en door Burg. en Weth. geteekende verklaring wordt vereischl cn niet bloot, zoo als thans gedaan is, eene missive van toezendingwaaruit alleen bij gissing kan worden opgemaaktdat zij zich daarmede vereenigen. De nadere opmerkingenin de missive vervat, behoorden eigenlijk in den vorm cener Memorie van Toelichting tot hunne rekening te zijn ingediend, of schoon voor dit laatste de vorm minder ter zake doet. Wat nu betreft de aanschrijving van Gedeputeerden om de tegenwoordige rekening in te rigtcn naar hel oude model, zoo doelt zulks natuurlijk slechts op de inrigting der rekening zelve, doch volgt daaruit nog niet, dat ook het hoofd nog steeds hetzelfde moet blijven, niettegenstaande de Gemeentewet ecu nieuw stelsel van Comptabiliteit voor de Gemeenten heeft ingevoerd, waarbij niet racer de Ontvanger, innar Burg. en Weth. de reudanlen en ook de aansprakelijke personen zijn (zie art. 226)voorbclioudcns bun verbaal «p den Ontvanger, voor zoo ver daartoe termen zijn. Datum. Be Leden wenscbcn te welen, of dc datum, onder de rekening des Ontvangers vermeld, enkel aanduidt den dag van toezending dier rekening door den Ontvanger, dan wel, dat de daarin voorko mende outvangsten en uitgaven, over het dienstjaar 1852, en dc vroegere nog achterstallige jarenloupen tut aan dien dag. Bijaldien het laatste niet liet geval is, zoo wcnscht de Afdoeling te welen, tot op welken dag die ontvangslen cn uitgaven loopen, daar zulks, vóór alle dingendient bekend tu zijn bij de beuor- deeling dcrzelvc, uit hoofde niet alle ontvangsten van liet verloopen dienstjaar ziju geïndtijdens het opma ken der rekening, en dus een deel derzelve in de eerstvolgende of wel latere moet voorkomen als ont vangen, en, blijkens de Bijlagen, dan ook werkelijk onderscheidene ontvangsten en uitgaven in dezelve zijn opgenomen (en leregl), die, ofschoon loopendc over het dienstjaar 1852, echter eerstin 1853 werkelijk zijn geïnd of gedaan. ONTVANGSTEN. RESTANTEN. Dienst 1849. Omslag brandspuiten. De Afdee- ling neemt geen genoegen niet dezen post, en verlangt dc woorden: Tot sluiting van het Cohier 1849, hierop nader verantwoord f306, veranderd te hebben in: hierop nader verantwoord f306, met weglating van de daarop volgende woordendit artikel hiermede ver effend en afgesloten, enz. Het gevolg hiervan zal zijn, dat do ƒ308 bloot worden aangemerkt als nader ontvangen op afkorting over hot dienstjaar 1849, zoodat dit jaar nog als onafge8lolen wordt beschouwd en ouder Summa IX, suininelta 2 van Oitgnvcn Restant Ontvangsten) 3, het restecreude nog to ontvangen, als uitgave zal moeten gebragt worden. De reden, waarom de Afdeeling deze verandering verlangt, is, dat zij geenszins haar zegel hecht aan een aantal posten, die door den Ontvanger van het Brandgeld, om diverse redenen, niel zijn ingevorderd, blijkens bescheiden die bij gelegenheid der rekening zijn overgelegd. Zjj verlangt, dat die alsnog zullen worden ingevorderden zulks om de volgende redenen In het algemeen zij vooraf aangemerkt, dal de roeping van eenen Ontvanger bloot is, om te innen, hetgeen op hot Kohier is vermeld, cn niet tevens om dit Kohier, hetwelk behoorlijk ter visie heeft gelegen cn vervolgens door den Raad gearresteerd en door Gede puteerden executoir verklaard is, als hel ware by wege van revisie, te corrigeercu van fuuten, daarin naar zijne iudividueele, doch geheel verkeerde, beschouwin gen, aanwezig. Zoo als gezegd is, heeft het Kohier behoorlijk ter visie gelegen. Een ieder die vcnnceude ten onregte daarop te zijn gebragt, had zijne bezwaren Ier gelegener lij-1vóór het nrresleeren daarvan, bij den Raad kunnen inbrengen, die daarover alsdan uit spraak had kunnen doen bij het arresteeren van het Kohier. Die zich met deze uitspraak bezwaard achtte, had zich nader kunnen adresseeren aan Gedeputeerden die het Kohier moeten goedkeuren, leder, die alzou deze beide gelegenheden lot dolceren laat voorbij gaan heeft het ziolizelven le wijten, als hij verkeerdelijk is aangeslagen en betalen moet. Noch de Ontvanger, noch zelfs Burg. en Welh., zijn bevoegd hen le ontslaan van eeuen, hetzij werkelijk, hetzij vermeenden, ver keerden aanslag en, zoo er al nog niets aan tc doen zij, dan zou alleen de Raad zulks kunnen doen. Ten andere mag iliet uil het oog verloren worden, dat het Koninklijk Besluit van 1 Augustus 1848 en daaraan gehechte Staat, slechts ééne vrijstelling vermeldt, t. w. gebouwen en perceelen, die in de personele belasting op eene huurwaarde beneden f 40 zijn aangeslagen, zoodat do Raad, veel minder nog de Ontvanger, er geeno meerdere mag scheppen. Kortheidshalve zal de Afdeeling hier niet eiken post nagaan, door den Ontvanger, in de zoo even gemelde stukken, als non-valeur vermeld, doch zich bepalen bij de vijf rubrieken, die in de kulom van aanmerkingen voorkomen, als reden waarom die posten niet zijn geïnd. 1°. Vertrokken of verhuisd. Vertrek naar elders of verhuizing binnen de gemeente naar eene andere woning, levert geen grond op lot gehecle of gedeelte lijke kwijtschelding der belasting, even min als bij de personele belasting. Hel Kohier loopt vnn 1'. Januarij tot uil0. December. Alzoo, die met 1°. Januarij in het perceel woont, wordt aangeslagen en is de belasting verschuldigd over het gcheele jaar, zonder dat het er (even als bij de personele belasting) iets toe doet, of bij al dan niet liet perccei blijft bewonen tot uil0. December. Verhuist hij vroeger, dan kan hij zien met lijn opvol ger in schikkingen le treden, omtrent het Brandgeld, doch de Ontvanger heeft daarmede niets te maken en vrnngt slechts, wie op hel Kohier als debiteur is aan gewezen. Daarentegen is ieder, die na 1°. Januarij een huis betrekt, dat reeds aangeslagen was, vrij vnn Brand geld, daar, op de suppletoire Kohieren voor deze be lasting, alleen de perceelen worden aangeslagen, die met 1°. Jnnuaiij niet bewoond waren cn eerst later lijn betrokken. Het gevolg van de verkeerde iutigleii des Ontvangers, die van onderscheidene personen, welke aangeslagen waren, geene belasting heeft gevorderd, op grond van vertrek of verhuizing, cn daaienlegen van de latere bewoners dier perceelen natuurlijk ook niets heeft ontvangen, is alzoo geweest, dat van die perceelen over 1849 niitt is betaald. Hel behoeft geen beloog, dat dc Afdeeling dit niet kan goedkeuren. 2°. Militair, beneden den rang van Officier. Deze vrijstelling is niet bekend. 3°. Overleden. Het behoeft almedn geen betoog, dat in zoodanig geval, even als bij iedere belasting, de erfgenamen de belasting moeien betalen. 4°. Abusief. Zoo nis reeds gezegd is, ligt het geheel cn al buiten dc roeping vnn hen, die niet de «intvangst belast zijn, de aanslagen van liet Kohier te verklaren voor abusiefzoo nis vermeld staat achter den naam van J. Br and ten wijk Blocin.n°. 318 (kohier n°. 173); of wel te hoog aangeslagen, wijk Brcul, n°. 234 (Kohier n°.73U); of onbewoond, Wed. G. Meester wijk Breul, n°. 37 (Kohier n°. 618); of in geen ge bruik, J. II. C. Maas, wijk Kamp, n°. (Kohier n°. 907). Deze personen hadden kunnen dulecrcn bij den Rand en toen bet nog tijd was, daargelaten, dat wclligt hunne reclames, thans onbekend, geheel onge grond zijn, zoo als b. v. die van Schimmel, wijk Kamp, ii°. 552 (lees 532), dien de Ontvanger beeft vrij gela ten, omdat (zoo als staat aangeteekeod) hij slechts voor eene huurwaarde tan f 40 was aangeslagen, niettegen staande, volgens Loveiigemeldeii Slaat, gehecht non het Kon. Besluit van 1 Aug. 1846, de perceelen, dio voor 40 en daarboven tol ƒ100 huurwaarde zijn aangesla gen, betalen 2 pCt., en derhnlvc alleen de perceelen beneden f 40 huurwaarde vrij zijn. De Wed. Brouwer wijk Breul, n°. 102 (Kohier n°.675), is geen abusieve aanslag, zoo nis de Ontvanger vermeent, maar komt leregl voor op het Kohier, daar zij met 1°. Jan. 1849 dit perceel bewoonde; terwijl dc Ontvanger almede geheel in dwaling verkeert, als hij achter II.Kaltnar, wijk Breul, n°. 368 (Kohier n°. 803), spreekt van verhuurd in diie perceelen, daar er wel een gedeelte van dit perceel aan drie diverse personen verhuurd was (en mitsdien vrij), maar daaruit volstrekt niet volgt, dal ook de anderq. helft van dit perceel, be woond duur Kalmar, mede vrij was van Brandgeld. 5°. Onvermogend, onmagtig, armfailliet. De Afdeeling heeft achter onderscheidene namen deze woorden, met bevreemding, aangetroffenen vermeent, dnt dc Ontvanger daarin veel te ligtvanrdig tc werk gaat; dnt, op dergelijke wijze voortgaande, het aantal non-valeurs spoedig zal vermeerderen, le meer, wan neer er nimmer ccnig dwangbevel of inlegering gebe zigd wordt. Als voorbeelden noemt zij op de personen: W. van Appelen, f 1,10; Wed. J. van lilaarden, 1Wed. B. Corton (lees A. Corton), f 1,60A. A. van Wage- nitigenf 1,20J. F. van Beek4,05IV. Jaglenberg f 0 80; J. Lammerse, f 0,80; Wed. van der Waa, ƒ1,30; alle welke personen onroerende goederen bezit ten, op welke alzoo verhaal is voor het verschuldigde; wijders J. van Empelen, f 0.80; Weiland, f 0,90; M. van der Maath, ƒ1,50; IV. Bcmelaar (brievenbesteller), ƒ0,90, enz. van welke het naauweljjks to gelooven is, dat zij dergelijke kleine sommen niet zouden kunnen betalen. Met nog grooter bevreemding heeft do Afdeeling ook den lieer G. A. Trouillart van Lookhorst, Stads-Apo- thekcr alhier, onder deze calhegoric van armen cn onvermogenden aangetroffen, als kunnende geen ƒ3,60 betalen, hoezeer hij zijnen, veel hoogeren, aanslag voor het personeel wel betaalt aan derf Aijks-Onlvanger. Vóór alle anderen dienen zij, die niet leverantiën aan de gemeente, en dat wel tot een niet onaanzienlijk bedrag, zijn bevoordeeld, hunne belastingen te betalen. De Afdeeling verlangt dan ook bepaalddat het ver schuldigde over dit en verdere nog onbetaalde dienst- inren daarop volgende, bjj do eerste betaling aan dien leer, worde gekort, daar in belastingen alleen.de volstrekt onvermogende onvervolgd moet blijvenuit hoofde dc non-valeurs ten slotte te huis komen op de ingezetenen, die geen werkelijk of voorgewend onver mogen kunnen of willen inroepen. De traagheid, waarmede de belasting wordt gelild, schijnt toe te nemen. Het dienstjaar 1847 wss in 2 jaren geïnd, 1848 in 3 jaren 1849 in 4 jaren. Ook de inning zelve is vrij onregelmatig, vooral over 1849, zoo als uit onderstaande vergelijking blijkt: D1ESST- BEDRAG KOHIER. GKIND is »sr TOTAAL ZAA*. le «AAB. 2e #AAi.|3e zaai. 4e jaai. «si». 1847 1848 1841) 1850 ƒ3173.57 «3226,17 «3186,43» ..3209,71» ƒ2234,00 ..1975.0» «2340,00 f255.00 «450.00: fl 18,00 «120.001 niets. «120,00, «380,03 ill 1 s till 8888 De Leden wenschen, dat, indien deze belasting nogt blijven voortduren, de inning binnen twee jaren afloopt in het vervolg. Dat zulks niet onmogelijk is, bewijst het dienstjaar 1847, dal, bij de rekening over 1848, finaal werd afgesloten. De Ontvanger heeft alsdan n»g IJjaar tijd, na afloop van het dienstjaar, waarover de Kohieren loopen, tot hel innen van den achterstal; een tijd, die zeker daartoe ruim voldoende is, daar de personele belasting, die zoo veel hoogrr ia, door den Rijks-Ontvanger steeds binnen 9 maandrn, na uit einde van het dienstjaar, is geïnd en afgesloten. Dienst 1850. Omslag brandspuiten. Dezelfde aanmerkingen en bedenkingen als boven. Ook bij dezen post kan de Afdeeling zich niet vereenigen met de voorgestelde finale afsluiting van deze dienst, daarge laten nog, dat zoodanige afzonderlijke goedkeuring van de rekening des Out»angers, builen de algemeene ge- nieeiitcrekeniiig om en zonder medewerking van Ge deputeerden, aan vele bedenkingen underhevig is en bovendien in het vervolg zeer goed kan voorkomen worden door ceno andere wijze van behandeling, zoo als hiernabij de Uilgarenbij Summa IX Summclla 1 Non-valeurszal betoogd worden. Zie verder het BIJVOEGSEL) ADVERTENTIE IT. Ontvangen alle soorten van «ARM WOLLEN ONDERGOED, voor den trgenwoordigeii Tijd en het Saizoen bijzonder dienstig, en voordeelige H A JA AKS-STOFFEN die ik mijnen geaebten Begunstigers minzaamst aan beveel. (295) I. n. PIEPER. AU* UIT DE HAND TE KOOP Mi EENE Ill l/INGE, le AatisrooaT, in dc KrommtslraotN*. 17, laatst bewoond geweest door Mejufrrouw de Weduwe DE JONG. liiforinaliëii Ie bekomenzoo bij den Beer E. VAN SWEDEN, op hel Spuials ten Kantore van den Nolaria D. SCUEEHENBERGtc Amersfoort. Brieven franco. (298) BURGERLIJKE STAND VAN AMERSFOORT. Van 18 tot en met 24 Septoinber 1853. BEVALLEN: 18 Sept. Francina Kescling, geb. Mul der, Z 21 Sept. Zwaantje Gieliks, D. 22 Sept. Maris Agnila Sijncn, geb. Fijnenberg, Z. Elisabeth VeenendaalD. 23 Sept. Johanna Stephana Putman geb. Walters, Z. 24 SepL Eiuilia Roosendaal, geb. Olte, Z. Heintje van Ee, geb. van der Veer, Z. ONDERTROUWD: Geeno. GF.IIUWD: Bernordus Frnnciscus Joannes Luijkx met Everherda Alijdn van de Riet. Antonius Christoffel Davids met Cornelia Boon. OVERLEDEN18 Sept. Barta van Kooij28 j. 22 Sept. Johanna Spier, 2 j. 23 Sept. Murgnrelha van Eikelenburg, 78 j., Wed. Wiggert van der Waa. 221ste STAATSLOTERIJ. Prijzen en PremiBn van f 100 en daarboven. DERDE KLASSE. 1 ste Lijst. N06025ƒ25000N085791250N2466 15281 en 18076 ieder ƒ1000; N". 1650 en 14583 ieder ƒ400; N°. 17400en 17692 ieder ƒ200; N°,728, 7410, 91831374214837 en 10199 ieder 100. 2de Lijst. N°. 15108 ƒ5000; N°. 10370 ƒ1250; N°. 7325, 7398,10321 en 19815 ieder/1000; N°.6374, 7130, 11102, 12783 en 13544 ieder ƒ400; N°. 4215, 9992, 13143 en 15485 ieder 200; N°. 130,3483, 4231 en 11700 ieder ƒ100. 3deLijst. N°. 18091 ƒ2500; N°.407O/1000; N°. 538, 1312 en 9010 ieder ƒ400; N°.7382, 15100, 19144 en 19942 ieder ƒ200; N°. 13 en 4820 ieder ƒ100. 4de Lijst. N°. 904 en 11313 ieder ƒ1000; N°. 1037. 7895 en 9255 ieder ƒ100. VERTREK DER BEURTSCHEPEN van Amersfoort, 's morgens ten 0 ure: Vrijd. 30 Sept. Koekoek. Zond. 2 Oct. de Weerd. Wuensd. 5 Bos. van Amsterdam, 1 uur vóór Buuinsluilen: Dond. 29 Sept. Bos. Zat, 1 Oct. Houtsaagcr. Dingsd. 4 Koekoek. Van Amersfoort op Rotterdamover HaarlemLeijden 'j Gravenhage en Delft, Maandag 10 Oei.; en van Rotterdam op Amersfoort, over Gouda, Leijden en Haarlem terug, Dingsdag 18 Oct.; Schipper J. Uoutsüou. Te Aiwsrooai, bij VEECKENS VAN KU1JKU0F.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1853 | | pagina 2