Dit Blad verschijnt tweemaal in de week des Dingsdagt en Vrijdagt. -De Prijs van het Abonnement is /"1,50 in de 3 maanden.Van Adrertentiën I tot 6 regels60CeaU,
elke regel meerder 10 Cents, behalve het Zegelrcgt. Afzonderlijke nummert, ƒ0,10. Brieven franco. Bestellingen geschieden bij den Uitgever A. U. pan CUeff, te
Aiiicrsloort, zoomede bij alle Boekhandelaren en l'ost-Directcuren in het llijk.
Het Nederlandsch Spoor wegpleit.
HL
Het transito-argument van de Nieuwe
Hotterdamsche Courant en dc adressen-
manie van de Utrecht sehc Courant.
Nadat de twee voorgaande artikelen onder boven-
staanden titel waren geschrevenhielden de Nieuwe
Rotlerdamsche Courant en de Utrechtsche Courant
ieder een opmerkelijk artikel over de spoorwegen in.
De Nieuwe Rotterdamsche Courant ten einde
raad, na tallooze opstellen, een nieuw artikel, met
een eenigzins iute'ressant lichtpuntenoogenschijnlijk
gewigtig argument over dc kwestie het licht te doen
zien. verwijt eindelijk den Amsterdamschen han
delstand en de groote bladen aldaar, het belang
van den transito-handel voorbedachtelijk over het
hoofd te willen loopen, als zijnde dit belang voor
Nederland zoodanig, dat het de daarstelling der
zuiderlijn van Rotterdam over Dordrecht, met de
daarvan onafscheidelijke monsterbruggebiedend
vordert. De Nieuwe Rotlerdamsche Courant laat in
hoofdzaak volgen: «dat, zonder de zuiderlyn van
Rotterdam uitgaande, de concurrentie inet onze
zuidelijke naburen niet is vol te houden en de
transito-handel van onmetelijke» invloed is op de
welvaart van geheel Nederland.» Hiertegen voeren
wij aan, dat zich dit argument niet rijmt met het
beklag van den Antwcrpschen handelstand, dat
de zaken aldaar kwijnen, ofschoon Antwerpen
uitermate belangrijk is bedeeld met transito-handel;
hoewel mag worden toegegeven, dat de transito
handel, door die zuiderlijn aangewakkerd, voorna
melijk voor Rotterdam groote voordeelen zal afwer
pen en dit op nog meerder bloei van den handel
aldaar grooteu invloed kan uitoefenen, zoo mag
zulks niet als argument gelden, dat de Staat,
genoopt hij te dragen tot het daarstellcn van lijnen
van behoefte in de andere streken des Rijks, alsdan
zware, te zware oilers brengt voor de lijn van
Rotterdam over Dordrecht met den monsterbrug en
voor de lijn van Amsterdam over Maarshergen, Tiel
op 's Hertogenbosch.
Immers de Nieuwe Rotterdamse/ie Courant, ge
voelende, dat zij eene zaak van localime, die niet
cene Nederlandschc is, verdedigt, roept in eene
kolossale vlaag van naïvc grootmoedigheid uit:
«wij zeggen niet, geette lijn van Amsterdam op
'sHertogenboschhoewel men te Amsterdam zegt:
geen zuiderlijn van Rotterdam over Dordrecht; maar
wij zeggen, wanneer wij onze zuiderlijn verkrijgen,
dun ook eene lijn van Amsterdam op 's Hertogen-
liosch.» Waar de Nieuwe Rotlerdamsche Courant de
ondernemers en 's Rijks millioencn voor de lijnen
ran behoefte, en hare, en de door de Amsterdam
mers begeerde lijnen opvischt, hoe zij al die
uitermate kostbare ondernemingen wil in het leven
geroepen zien, zullen hare politieke hengelaars mis-
schien wel weten; wat ons betreft, zulk een rjjke
vangst gaal min of meer een gezond verstand,
onomwikkcld van spitsvindige kennis, te boven.
De spoorwcg-eischen der Nieuwe Rotlerdamsche Cou
rant, getoetst aan zelfs getemperde regtvaardigheid,
nemen verschrikkelijk zelfzuchtige verhoudingen aan.
Wjj bekennen volmondig, volkomen te begrijpen
«lat liet Rolterdainsch spoorwcg-committé en zijne
vrienden, met den burgemeester J. F. Hoffman aan
het hoofd, alle pogingen in het werk stellen tot het
vcrkrijgcu der zuiderlijn, want de firma's J. F.
Hoffman en Zonen c. s. zullen, als die lijn is daar-
gesteld, zeer spoedig in hunne zaken dc lielangrijke
voordeelen daarvan bespeurenwij begrijpen even
eens, dat hunne connection te 's Gravenliagc, zoo
wel buiten als binnen de ministeriëele bureaus
de Ministers van Tets cn van Rosse ten krachtigste
voor hunne plannen zullen trachten te biologeren.
Doch als de llaagschc wind ten gunste van de
Rotlerdamsche aanmatigingen waait, zullen zeker
zware stormen van Amsterdam en elders afkomen.
In dit geval wcnschen wjj dat, want de hloei van
Nederland mag niet op den achtergrond worden
geschoven voor den aauwas van dc zaken der Rotter
damsche handelaren en kantoren. Men late zich dus
niet verblinden door de schoonschijnende argumen
ten der Nieuwe Rotlerdamsche Courant die, ver
nemende, dat de Regering en de Vertegenwoordi
ging oordeelt, dat Utrecht als centraal-punt en de
Ainslcrdamsche lijn daarheen, de voorï'eur verdient
boven ccnc talrijke tuillioencn-opoflcring voor de
door Rotterdam begeerde Ijjneu aan eenen hoek
van Nederlandin de vreezc van het mislukken
der voor haar voordcclige zuiderlijngrootmoedig
uitroept: «wij strijden niet tegen de andere Ijjneu
maar geef ons ook onze zuiderljjn!»
Met het gevoelen van de Utrechtsche Courant
nojiens den aanleg van de Nederlandsclie spoorwegen
konden wij ons tot heden ten volle vereenigentoen
zij bij de zaak bleef. Eenige dagen geleden be
vatte die Courant eene overname van een uitgebreid
en goed geschreven artikel van dc 's Gravenhaagschc
Nieuwsbodedoch nu deelen wij niet bet gevoelen
der Utrechtsche Courant, want tegen hetgeen die
overname vooraf gaat, rukken wij thans te velde.
De Utrechtsche Courant namelijkberispt den Utrecht-
schen Gemeenteraad, dat die Raad onlangs heeft
besloten, vooreerst geeue spoorweg-adressen naar
's Graven ha ge af te rigten. Hare gronden, om al
weder adressen uit Utrecht de werell in te zenden
berusten op niets anders, dan dat zulks op nieuw
op vele andere plaatsen, en voornamelijk te Rot
terdam en Amsterdam is geschied. Wij werpen hier
tegen: r' er nog meer spoorweg-adressen moeten
worden opgestapeld? Is de kwestie dan niet in
tallooze brochures, dagblad-artikelen, redevoeringen
en adressen van autoriteitenen burgers van allerlei
slag volkomen uitgeput, en wat meer zegt, ja
veel afdoet vervelend geworden Menigeen van
de lezers trekt misschier eene scheeve lip, of bekomt
lust tot gapen als hij op artikelen of adressen over
de spoorwegen wordt vergast. Wij hebben er
minder dan andere bladen over geschreven.
Dat de Utrechtsche Courant en andere bladen niet
zwijgen als hier of daar weder de spoorweg-adressen-
woede ontbrandt, wie zal dat haar, hun en ons ten
kwade duiden? Het is haar, hun en onze pligt
waakzaam te zijn, om te beamen of te bestrijden
wat die pligt voorschrijft. Maar van de Utrechtsche
cn Amersfoortsche Regeringen vonden wij het ver
standig geenc nieuwe adressen op te zenden en de
zienswijze dier Besturenom zich daarvan vooreerst
te onthouden, was ons bekend en werd door ons
gedeeld. Er is overal meer dan veel geadresseerd.
De Utrechtsche provinciale en stedelijke hande
lingen in zake de spoorwegen zijn van deze zijden
uitgebreid in de Utrechtsche Courant gepubliceerd.
Wat ons aangaat, behalve eenige onzer artikelen
daarover in 't afgcloopen jaar, werden in de Amers
foortsche Courant, N°. 574, beide de adressen van
den Raad der Gemeente Amersfoort en van de
Kaïner van Koophandel en Fabrieken te Amersfoort,
aan de Tweede Kamer opgezonden, in hun geheel
en volkomen in deu vorm hunner opzending geplaatst
en voldeden wij gaarne zonder aan-of opmerking aan
het daartoe van beide zijden aan ons gerigt verzoek.
Wat in beide adressen stond vermeld was immers
goedtevens duidelijkvatbaaren afdoende voor het
standpunt waarop de adressanten staanook de
adressen van de stedelijke Utrechtsche Regeringen
der Kamer van Koophandel waren goed; wat wil
dan de Utrechtsche Courant.' Moeten de Utrechtsche
en Amersfoortsche Regeringen en Kamers van Koop
handel nu weder hetzelfde van vroeger argumente
ren Bchooren zij voor dezelfde zaak nieuwe gronden
te zoeken, mocijelyk beter te vinden dan die in
hunne vroegere adressen nedergelegd? Immers,
neen! Wat goed is, wisselt dikwijls minder goed,
als'men naar beter zoekt. In N\ 576 werd het ons
ingezonden spoorweg-adres, van de Staten der Pro
vincie Utrecht aan de Tweede Kamer, geplaatst,
waarin nopens de lijn van Utrecht naar Zwolle,
het belang van het algemeen, en der Noordelijke
provinciën, zoowel als dat der provincie is bepleit
en voornamelijk op bevattelijke gronden werd aan
gevoerd dat Utrecht als centraal-punt voor een
zoogenaamd spoorwegnet allezins de voorkeur ver
dient. Ook dit adres was voldoende.
Wil nu de Utrechtsche Courant volstrekt, dat de
Utrechtsche Gemeenteraad zich by vernieuwing lot
'slands Regering wendt, alvorens het regeringsant-
woord in dc zaak der spoorwegen wordt vastgesteld
dan is het eenvoudigste, dat dc Redactie van de
Utrechtsche Courant voor zich neemt en bestudeert
al de vorige adressen van de Utrechtsche en Amers
foortsche Regeringen en der Kamers van Koophandel
aldaar, benevens het spoorweg-adres der Provinciale
Staten van Utrecht, ten einde zich te overtuigen of
daarin iets van gewigt is vergeten, en alsdan geve
zij nieuwe gewigtige punten en nieuwe argumenten
aan voor een nader op te stellen adres. Of inocten
de Utrechtsche en Amersfoortsche Regeringen de
zelfde argumenten van vroeger herkaauwen omdat
inendit in Rotterdam. Amsterdam, 'sGravenhage,
Dordrecht cn ook andere Zuid-llollandsche steden
deed? Maakten die steden het der Regeling en Ver
tegenwoordiging lastig met repetition van hetzelfde
thema, moeten Utrecht eu Amersfoort dit dan
uaapenom weder door andere steden met dezelfde
of tegenstrijdige spoorweg-begeerten nageaapt te
worden? Als dc genoemde steden doen wat over
tollig en voor adressauten en geadresseerden lastig
is, dan behoeft immers dat voorbeeld niet te worden
gevolgd.
Het komt ons voor, dat het thans doelmatig
voor de gemeenteraden was niet voor de spoor
wegen te ijveren. Wat later dient te geschieden
hangt af van den inhoud van het Regeringsant-
woord. Een adres is immers spoedig genoeg
geredigeerdkan in buitengewone vergadering
worden besproken en vastgesteld, om het daarna
fluks te doen drukken en te verzenden. Buiten
dien mag men de behandeling der spoorwegkwestie
in de Tweede Kamer nog niet gansch zoo spoedig
te gemoet zien, omdat de leden eerst eene kleine
vacantie hebben, de Kamer vervolgens met andere
werkzaamheden is belast en er ook nieuwe onder
nemers voor spoorwegen zijn opgetreden, waarbjj
men nog voege de belangrijke wijziging in de concessie
Sloct-Reuchhn.
Niet alleen in de afzending als afzending, maar
in de ontvangst van spoorwegadressen zien wij
bezwaar om verdere afzendiog, ten minste voor
thans, aan te raden. De Regering en de Vertegen
woordiging ontvingen gansche ladingen spoorweg-
adressen. De markt van dit artikel is overvoerd
en gevoigelijk wordt het incourant voor consumtie.
Aanvoer is alleen wenschelijk voor de ontvangers
en voordeelig voor de afzenders, wanneer veel van
het vroeger aangevoerde is geconsumeerd. Werkelijk,
het zou ons verwonderen, wanneer niet vele dier
adressen van vroegeren datum nog in maagdenstaat,
d. i. steeds onaangeroerd door de ontvangers zjjn.
Tot extra-representatie in de Tweede Kamer zal
het een niet onaardig effect maken, als voor de
behandeling van de spoorwegkwestie tot étiquette
wordt gearresteerd, dat de Ministers en de leden
der Kamer bij den aanvang der zitting zullen ver-
pligt wezen, al de door hun ontvangen spoorweg-
adressen te komen stapelen op ééne hoogte voor den
zetel van den President der Kamer. Wie kan voor
spellen hoe boog de stapel wordt, en hoe langde
ladder moet zijn, beurtelings door ieder lid der
Kamer met zijnen adressen-last te bestijgen!
AMERSFOORT, 28 Maart 1839.
Z. M. heeft benoemd by het le. reg. vesting
artillerie tot kapitein 3e. klasse (naar ouderdom
van rang) den ten. luit. H. Onncn, van het reg.
veld-artillerie.
Utrecht leed op nieuw een treffend verlies,
dat ook inde annalen der hoogschool eene nieuwe
droeve bladzijde zal innemen. Mr. 1. G. van Nes
oud lid der heide kamers en oud curator dezer
hoogeschool, die zijne laatste levensjaren rustig en
kalm op zijn buitengoed doorbragt, is daar op
den hoogen leeftijd van ruim 82 jaar overleden.
Een der sieraden van de stad en dit gewest,
heeft het berigt van zijn verscheiden ook in dien
gezegenden ouderdom nog de meest algemeene
deelueming gewekt
Te Harderwijk is eene vrouw van drie levende
zonen bevallen.
Het Provinciaal Gereglshof in Zuid-Holland
heeft heden G. H. Bekkers, vroeger schoenmaker
en looijer te Gestel, vrijgesproken van de tegen de
hem ingebragte beschuldiging van bedriegeljjke
bankbreukdoor het niet houden van boeken
waaruit de ware staat zyner baten en lasten zou
zijn op te maken, en zijne oniniddeljjke invrijheid
stelling bevolen. Het Hof heeft overwogen, dat.
hoe slordig die boeken ook waren gehoudenhier
niets was gebleken van kwade trouw. Het Provin
ciaal Geregtshof in Noord-Braband had dezen per-
soou, ter zake voorschreven, schuldig verklaard
en veroordeeld lot 1 jaar gevangenisstraf, welk
arrest echter door den Hoogen Raad der Nederlanden
is vernietigd, met verwjjzing naar het Hof in
Zuid-Holland.
De heeren S. J. van Royen, A. J. Grutter en
F. W. 0. Callenbach, mcd. doctoren, hebben zich
met een gedrukt adres tot de Tweede Kamer ge
wend waarhij zy hunne teleurstelling tc kennen
gevenbij de geneeskundige wetten op do behoefte
der homoeopathic geen acht is geslagen. Zy voeren
aan, dat het de pligt is van eiken geneesheer, aan
zyne patiënten die middelen te verordenen, welke
hein het doelmatigst voorkomen; dat de homoeo-
paiische geneesmiddelen in eene gewone apotheek
niet kunnen worden gereed gemaakt, cn dat die
geneeswijze geenc apothekers behoeft. Zy wjjzen
op het voorbeeld van Leipzig, dat er ook geene
apotheken voor die geneeswijze kunnen bestaan,
en dat alzoo dc geneesheer een zak-apotbeek moet
hebben. Zy verzoeken, op groud daarvan, dat in
de wet, regelende de uitoefening der geneeskunst,
eene bepaling worde opgenomen, waardoor het
den arts hier. even als in vele andere landen, ge
oorloofd is, aau zyne patiënten hutnocophalische
geneesmiddelen le leveren.