VERGADERING tan den RAAD dei gemeente Amersfoort tan Dingsdag 3 Mei 1870. Vervolg en Slot. 2o. De toordragt tan Burg. en Weth. tot het vcileeuea tan eervol ontslag aan den gemeente architect en voorstel omtrent de vervulling der daarvoor «e ouutune vacature. Hierbij wordt door B. en W. voorgesteld om aan den tegenwoordige architect een pensioen te verleenen van 250, met vergunning om zijn huis, aan de gemeente toebehoorendete blijven bewonenmaar daarentegen het toezicht te behouden over den L. V. toren. De Voorzitter zegt, dat hij het raadzaam acht het pensioen te dóen ingaan wanneer de opvolger in functie treedtdan blijft de tegenwoordige titularis zoolang de verantwoordelijke persoondie toch altijd eenige diensten kan bewijzen. De heer Herschel is legen het bezigen van het woord pensioen. De raad is altijd gestemd geweest tegen het verleenen van pensioenen. Hij zou de voor keur geven aan wachtgeld. De Voorzitter gelooft niet, dat de zaak daardoor zou veranderen. Wachtgeld is het zeker nietomdat hier geene sprake is van iemand die slechts lijdelijk buiten betrekking geraakt en inmiddels eene toelage ontvangt. Doch hoe dit zijhij voor zich is er niet zoo tegen om hel woord pensioen te bezigen, dat ook reeds in andere dergelijke gevallen is gebruikt. De meening van den Raad te dien aanzien is in de laatste jaren ook wel eenigszins gewijzigdmisschien door wijziging van het personeel De heer L. E. Lagerweij ondersteunt het denkbeeld van den Voorzitter omtrent het tjjdstip, waarop het pensioen zou ingaanvooral met het oog op het verschil van meening tusschen Burg. en Weth. en de Commissie van fabrikage betrekkelijk de voorziening in de vacaturewaarvaB de eersten verlangendat er tegelijk een architect en een opzichter of stadsbaas zullen benoemd worden, terwijl de laatste wenscht, dat de benoeming van den opzichter nu reeds dadelijk geschiede, nog eer er een architect benoemd wordt. De heer Croockewit zou gaarne zien dat de bijvoe ging door den Voorzitter aangegevendat namelijk de tegenwoordige architect verpligt zal zijn inmiddels nog diensten te bewijzen, uitdrukkelijk als voorwaarde worde gesteld. Het voorstel van Burg, en Weth. wordt daarop met algemeene stemmen aangenomen. Wat nu de voorziening aangaat in de ontstane vacature, had de Commissie van fabricage in over- weging gegeven om eenen architect te benoemen met eeue bezoldiging van 700die echter het uitzicht zon hebben om leeraar te worden in de bouwkunde aan de hoogere burgerschoolen ook een opzichter aantestellen over hel stadswerkvolk, met eene bezol diging van 51)0, welke laatste aanstelling zoodra mogelijk zou plaats hebben. Burg en Weth. stellen voor het tracteraent van den architect te stellen op ƒ900, omdat anders het verschil tusschen de beide ambtenaren in dat opzicht te gering is. Ook willen zij liever de benoe mingen gelijktijdig doen plaats hebben, daar het wel eens moeijelijkheid zou kunnen geven als de opzichter in den beginne geheel zelfstandig kon handelenen later ondergeschikt moest worden aan den architect De heer Scheerenberg geeft te kennendat de Commissie van fabrikage zich later geheel met de zienswijze van Burg. en Weth. heeft vereenigd. De heer M. van Beek kan dit niet toegeven, maar houdt voldat zij het wel in de hoofdzaak eens is gewordendoch niet in de onderdeelen. De heer Croockewit bevestigt dit. Hij acht het raadzaam den architect niet te benoemen dan tegelijk met de leeraars van de hoogere burgerschool. Men zal alsdan eene veel ruimere keuze hebben indien men kan zeggen, dat hij beide betrekkingen tegelijk kan bekleedendan wanneer men nu alleen benoemt tot architecten daarbij slechts het uitzicht opent op eene mogelijke latere benoeming tot docent aan de H. B. Bet is volstrekt niet noodig zich nu te haasten mei het benoemen van een architectwant voor het bouwen der H. B. is reedt iemand aangewezenen het overige kan wel wachten. Maar een opzichter -over het werkvolk behoort er zoodra mogelijk te zijnwant daaraan is groote behoefte. Hierin zon hij dus terstond willen voorzien. Hij gelooft niet, dat dit moeijelijkheid zal geven, indien deze later onder de bevelen van den architect komt. Zij staan daar toe op een veel te verschillend standpuBt. Hij acht hel ook onnoodig om nu reeds het tractement van den architect op 900 te 6tel!en, en zou daarmede liever willen wachten tot later. De heer L. E. Lagerwey is van oordeeldat dit onderwerp nog niet rijp is voor eene beslissing Men kan geene tractemeuten bepalen eer de instrucliën der bedoelde ambtenaren zijn vastgesteld. Men weet bijv. nietof de architect ook voor particulieren mag werkenzoo als op sommige plaatsen geoorloofd is hetgeen van grooten invloed kan zijn op de vereischten van hel tractement Men wil vereeniging van de betrekking van architect en leeraar aan de H. B althans de mogelijkheid daartoe, en verlangt dus iemand, voorzien van een diploma voor middelbaar onderwijs. Als hij dit alles nagaat, dan gelooft hij dat het raadzaam is eerst de instrucliën vasttestellen, en daarna de behandeling van dit onderwerp voort- tezetten. De Voorzitter merkt opdat hier alleen in aan merking zou kunnen komen het uitvoeren van werken voor anderenen dat dit volgens de ontworpen instructie niet zal mogen geschieden zonden bijzondere vergunning van Burg. eu Weth. De heer Croockewit zou tegen het denkbeeld van den heer Lagerweij zijnals hij ook de benoeming van den opzichter wil uitstellen, want daarbij is haast. De heer L. E. Lagerweij antwoordtdat uit de instruction ook de onderlinge verhouding moet blijken van de beide beambtenen dat deze dus vooraf moet geregeld worden. De heer van Walchren ondersteunt het denkbeeld van den laatsten spreker. Hij kent ook den werkkring nog niet van den opzichter of den architect; of zij bijv. belast zijn met het opzicht over de bosschen en landerijen der gemeente enz. Daarom wenscht ook hij, dal eerst de instrucliën worden vastgesteld. De Voorzitter verzet zich niet tegen uitstelmaar verlangt in ieder geval eene gelijktijdige benoeming van de beide ambtenaren. Daarom is hij tegen het denkbeeld van den heer Croockewit, wal betreft de voorafgaande benoeming van den opzichter. Overigens wijst hij op de wankelende gezondheid van den tegen- woordigen architectwelke een lang uitstel gevaarlijk maakt. Om die iusirucliëit behoeft het uitstel echter niet lang te zijn, want zij zijn reeds ontworpen eu aan de Commissie vun fabricage bekend. De heer Croockewit herneemtdat hij er zich dan niet legen zal verklarenals de vertraging niet lang duurt. De heer Scheerenberg zegt, dat Burg. en Weth. het niet rationeel vonden dat als er behoefte was aan 2 personen men er slecht één zou benoemen en misschien 14 of 15 maanden zou wachten met de benoeming van den ander. Hun scheen ook toe, dat het verschil tusschen beider traclementenom de ouderlinge verhouding der betrekkingen grpoter moest zijn dan oorspronkelijk was voorgesteld. De heer van Burgsleeden vereenigt zich geheel met het voorstel van Burg. en Weth, vooral omdat hij hel voorgestelde traelement te laag vond. Het voorstel van den heer Lagerweijom eerst de instrucliën vasttestellenwordt daarop zonder hoofde lijke stemming aangenomen 3o. Voordragt van het Burgerlijk Armbestuur tot af- en overschrijving op zijne begrooting over 1869. Zonder discussie aangenomen met algemeene stemmen. 4o Voordragt tot af- en overschrijving op de gemeen te-begrooting over 1869. Besloten als voren. 5o. Voorstel van Burg en Weth nopens de bezoldiging der Agenten van de volkstelling. Dit voorstel strekt om ieder der 9 agenten 40 te geveneven als vroegeren 65 aan de beambten belast met het opmaken van het bevolkingsregister. De toelage door het Rijk verstrekt is daartoe echter niet voldoende, waaruit slechts ruim ƒ14 voor de agenten beschikbaar zou zijn. Het ontbrekende behoort dus door de Gemeente aangevuld te worden.Be sloten als voren. 6o. Benoeming van een lid der plaatselijke school commissie daar de heer Baron van Heeckeren gemeend heeft die betrekking niet te kunnen aannemen. Met meerderheid van stemmen wordt daartoe benoemd de heer C. Koning. 7o Benoeming van een lid der Commissie van Wetgeving, in plaats van den lieer van de Poll. Hiertoe wordt benoemd Mr. S. J. A. van Walchren. 8o. Benoeming van leden voor het slembureau, ter verkiezing van leder van den Gemeenteraad in 1870. Tot leden worden benoemd de H 11. Croockewit en van Bel; lol plaatsvervangers dc H. H. J. F. Lagerweij en Herschelterwijl alle overige raadsleden worden aangewezen om hen zoo noodig te kunnen vervangen. Ingekomen zijn a. Eene mededeeling van Dr. van Eijkcn betrekkelijk het overlijden van den heer G J. van Eijken in leven klokkenist der gemeente. Burg. en Weth. worden gemagtigd de nagelaten be trekkingen van de deelneming van den Raad te verze keren, terwijl in eene volgende zitting in de vervulling der vacature zal worden voorzien. b Procesverbaal der opneming van de gomeeBtekas dd. 13 April 1870. Er was toen in kas ƒ13484,94}. Nedergelegd ter Secretarie ter inzage van de leden. c. Missives van Ged. Staten berigtende de goedkeuring van het kohier der hondenbelasting en van verschillende raadsbesluiten tot af- en overschrijving. Aangenomen voor kennisgeving. d Instrucliën voor de te benoemen Architect cn Op zichter, welke zullen circuleren bij de Raadsleden. e. Missive van den Kommandani der Schutterij hou dende verzoek tot af- en overschrijving op de begrooting der Schutterij. Zal behandeld worden in eene volgende vergadering. Niets meer te behandelen zijnde wordt daarna de zitting gesloten. De oprakelio? der zaak van Dirkje Veldhuizen door de Nieuwe Rotter- damsche Courant. Hel Weekblad v. h. Beat beeft dezer dagen gezegd dat liet over de zaak van Dirkje Veld huizen de debatten sloot en. ook andere bladen slaakten bet geschrijf daarover, doch door de Nieuwe Hult. Cl. werd Donderdag jl. en gisteren in leading artikelen over de brochure van den Procureur-Generaal bij hel Pruv. Hof in Utrecht omtrent deze zaakop nieuw de kwestie opge rakeld. Sliekt die oprakeling om de aandacht van het publiek noijn.aats, en polemiek der andere bladen daarover bij vernieuwing aantewakkeren Of zit daaracliieo een ander opstel-motief, dat liet licht niet verdragen kan Wij zullen ons thans niet daarin verdiepen, doch moet de Aieiuve Bolt. Cl. onder het oog worden gebragtdat, hoe men ook denke over het besluit van den Heer Procureur-Generaal oui zijne brochure niet in den handel te brengen nu hij hel eenmaal niet deedhet onedelmoedig is haar te gaan be- en veroordeelenalvorens haar ook in haar geheel ter kennis van het groote publiek te brengen en dat de iV. Bolt. Cl.alvorens tot beoordeeling over te gaanon zes inziens aan den Pioe.-Gen. verlof bad behooren te vragen om haar overtcnomen (iets, waartoe zij door weglating van feuilleton als anderszins plaats in de ruimte heelt)ietswat zij zeker niet heeft gedaan omdat zij vreestdat de argumenten der door haar als hoofd-artikelen geplaatste opstellen niet dien indruk zouden hebben gemaakt, dien de steller en zij daarvan verwachten. Dat in deze lcading-artikclen slechts weinige regels uit de brochure zijn overgenomen, is eene eenzijdige (om niet te zeggenperfide) wijze van beoordeelingdoch deze stijl van werken is in hare kolommen niets ongewoons. Onlangs heeft zij zich door hare overneming of reproductie van hetgeen de Arnh. Cl. zoo fel en hatelijk over de rcgterlijke magt schreef, er aan mcdcpliglig gemaakt; thans toont zij door oprakeling der gemelde zaakop dienzclfdcn fatalen weg te willen vooi tschrijden, en aldus hare roeping miskcnnendi»brokkelt zij, zooals wij reeds in No. 1770 van 29 April jl. schreven, de pijlers af waarop de maatschappelijke orde rust. AMERSFOORT, 16 Mei 1870. In verband tot misbruiken, welke mei den haver zoudA) ziju geschied in medio 1860 Ie Zolpheu toeo aldaar een deiacheineut van hel reg. rydende artillerie uit Amersfoort lijdelijk in guruizoeu nas. werd in begin vau December jl. de wachtmeester Nin arresl genomen en op 7 December jl. naar Arnhem getransporteerdter dispositie «au den krijgsraad, alwaar de zaak aanbangig was, en werwaaris op 5 January jl. de opperwachtmeester d. IIwerd overgebiaglzoodal zy sedert dien tijd aldaar in arrest zijn; doch is de zaak nog in onderzoek bij dien krijgsraad waarvan wy mededeeling doen oindal dezer dagen geruchten in omloop waren als zoude teil deze de beslissiog zyu gevallen. Eene dame le Venlo is benoemd tot rolon- tair by de staats spoorwegen om werkzaam te zijn op hel station aldaar zoo zeggen «ele Ned. bladen. Uit berigl is deukelyk onjuist. Eene dame kan geen volontair worden wel volontaire. In Twenlhe en wel in den omtrek van Uenckamp worden nu de jongen ganzen opgekocht. Een kuiken dal nog nergens geen benul van heeft kan een gulden opbrengen. Ook te Enter, in Twente zijn dezer dagen 80()0 jonge ganzen opgekocht en per spoor vertrokken gemiddeld a 90 cent het stok. Destillatie, gelyk met al wat in Nederland goed en lekker is. als gewoonlyk naar Albion. Te Kreuznach is een hadeigenaar veroordeeld tot 28 dagen gevangenisstraf en 100 thlr. boete wegens 't vervalschei» van zjjne baden. Wat ver- valscht men al niet in onzeu tijd Met den sneltrein kwam dezer dagen iemand uit Enschedé te Ainelo aan. die. iianiweljjks uit den treinin 't water sprong. Den persoon die hern er uithaalde, beloonde bij met vloeken, 't Scbynt dus, dal bfj niets anders wilde te Almelo dan zich (e verdrinken. Men deelt u.l 's Gravenhage aan de Arnfumsche Courant mede. dal by bet welsontwerphoudende invoering eeoer inkomstenbelasting, liet quantum dier belasting is bepaald op vier percent van het ingekomenterwijl levens de belastingen op de zeep het patent en deigelyke worden afgeschaft. Wat men al niet van papier maken kan De heer Jefferson Evarlsin Maddisonheeft een patent gevraagd voor de door hein «en papier vervaardigde doodkisten. Het papier wordt in de noodige dikte gemaaktmet olie doorirukken gedroogd, gelakt en gepolijst, en wordt door deze bewerking ZOO hard dal liet legen wichtigheid als anderzins bestand is, eu langer dan gewone houten kisten bewaanl blyl't.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1870 | | pagina 2