'eensklaps de nadeelen voor de defensie 200 zwaar in, de Tweede Kamer was zoo vervuld met de gedachte dat een zoo gewigtig punt niet met een verdw'ijnend ministerie mogt worden afgedaan, dat weder de Statcn-Generaal de Kersdagen te huis gingen door brengen, zonder de wet te hebben behandeld, en de koncessionaris den nieuwen jaarkring moest ingaan met de hoop dat althans de eerste maanden van 1871 zekerheid zonden verschaffen, na bijna ander half jaar te hebben gewerkt en geld besteed aan een plan dat, door den handel warm toegejuicht, door den minister van Binnenlandsche zaken voor het land van het grootste belang geacht, op eigen kosten, zonder subsidie zoude worden uitgevoerd. Hoe kort duurde echter de hoop op eene spoedige beslissing! Hoe spoedig maakte zij plaats voor totale onzekerheid omtrent het tijdstip der in behandeling neming van die onteigeningswet! De Kamers, vernam men, komen eerst in Maart bij elkander en moeten dan vóór 1 Julij 1°. een politiek debat houden over de ministeriële crisis2°. Paasch-recès hebben en 3°. het geheele budget van 1871 afdoen. Misschien is er nog tijd te vinden om in een verloren oogenblik de verlangde wet af te doen, maar ook niet meer dan misschien." Hulde brengende aan de uitnemende uiteen zetting der zaak in opgemeld artikel der Amst. CL, zien wij echter de afdoening spoediger te gemoet dan de bekwame schrijver zich met «een verloren oogenblik" en met «misschien" voorstelt. Immerswy letten op den inhoud der rede van den Minister Thorbecke, op 9 Januarij 1865 in de Tweede Kamer gehouden. Hij is voor stander van tkorle concessie-termijnen", en deze zaak duurt, geheel builen schuld der tegen woordige concessionnarissereeds veel te lang. Hij is doordrongen van hetgeen daaromtrent «in het belang der verbetering van het verkeer wordt gevorderd", en zeker zal deze spoorweg, waaraan ook de lijn Hilversum—Utrecht zich vastknoopt, daaraan meer dan andere voldoen jadie lijn mag worden geachtals reeds sedert meer dan eene vierde eeuw noodzakelijk. Zijn gemis is een voortdurende ramp voor den handel Op deze en meerdere gronden mogen wij hopen, dat de Minister Thorbeckein overeen stemming met den Minister van Oorlog, en met instemming der andere Ministersdeze aangelegenheid als hoogst urgent aanmerkende, zich met den Voorzitter der Tweede Kamer zal verstaan om haar bij de Tweede Kamer, spoedig bijeengeroepen wordendeten spoedigste ter afdoening aanhangig te maken terwijl men zich tevens mag voorspiegelendat de leden der kamer, even als hunnen Voorzitter en als de Ministersde noodzakelijkheid der onmid- dellgke afdoening inziende, aan deze aangele genheid de prioriteit der behandeling zullen toekennen. Hebben wij zoo dikwijls tijd, moeite, enz. aan deze zaak gewijdterwijl wijtot onze groote teleurstelling, haar steeds zagen mis lukken dan zal het ons zeker te meer ge- noegelijk zijn indien deze regelen ingang vinden, en het schoone doel, de daarstelling van den spoorweg, eerlang zal worden bereikt. v. C. AMERSFOORT. 6 February 1871. Z. M. heeft benoemd met ingang 1 Maart, tot commissaris van politie te Zwolle den Heer J. SI. van Nicuwlondcomm. van pol. te Amersfoorten tot comm. van pol. te Amersfoort den Heer C. A.Bethe comm. v. pol. te Zwolle. De Nederl. Regering zal, naar men verneemt, eerlang eene commissie van officieren afvaardigen naar Parijsom aldaar de verdedigings- en aanvalswerken van het beleg te bestuderen. Men noemt reeds de officierendie tot deze commissie zullen behooren. Te Bühl heelt bij het victorie-schieten ter eere van de kapitulatie van Parijs een treurig ongeluk plaats gehad- Men beproefde een der kanonnen, die in 1792 door de Franschen waren veroverd en bij de kapitulatie van Straatsburg naar Duitschland terugge gaan. Het stuk sprong en doodde 0. a. een vader van 6 kinderen. In het afgeloopen jaar 1870 heeft de tienja rige volkstelling in Noord-Amerika plaats gehad. De uitkomsten daarvan zijn nu reeds bekend. Daaruit blijkt, dat het aantal zielen over het geheele grond gebied der Amerikaansche Unie bedraagt 38.807 399, zijnde eene vermeerdering van 7.364,078 sedert 1860. Met de Indianen beloopt het bevolkingscijfer 40 millioen. In minder dan eene eeuw zijn de 3 millioen inwoners, wier onafhankelijkheid in 4783 door En geland moest worden erkend, alzoo aangegroeid tot een cijfer van 40 millioen, en zijn de dertien oorspronkelijke staten met zeven-en-dertig staten ver meerderd, een der magtigste en rijkste landen van den aardbodem uitmakende. Men leest in de N. Bolt. CL: «Tijdens de heerschcnde pokkenepidemie kan het zijn nut hebbendat wij onzo lezers indachtig maken op de heilzame uitwerking van het pheny zuur, waarmede reeds in andere landen de beste uitkom sten zjjn verkregen. In 1867 is het voor het eerst in het groot toe gepast door dr. Davis to Bristoltijdens de heer- schende cholera epidemiemet zulk gunstig gevolg dat geen twee gevallen meer in hetzelfde huis voor kwamen. Later heelt hij het met even goeden uitslag gebezigd bij typhusrotkoortsmazelen en pokken. Een even sprekend bewijs voor de deugdelijkheid van dit middel blijkt uit het gebruik te Ferlingin 't graafschap Sussex, waar. na het gebruik, de typhus, die daar in het voorjaar van 1868 heerschte, binnen drie weken ophield. Ook bij de in 1866 heerschcnde veepest beert het phenylzuur uitmuntende diensten bewezen bij het de sinfecteren van de stallen hier te lande. Door de Eogelsche regering is het gebruik voor geschreven bij alle rijksinrigtingenook te Glasgow Liverpool en Manchester wordt er gebruik van gemaakt. Op de weekmarkt jl. Woensdag hebben de gemeenteveldwachters te Assen met den waagmeester een onderzoek ingesteld naar het gewigt der ter markt aangevoerde boter, en daarbij twee bekeuringen ge daan, de eene ten laste van J. Tte Rolde en de andere ten laste van G. C. te Schieven (Assen). Zij hadden ieder 2 stukken van een kilogram, welke te ligt bevonden werden. De staat Pennsylvanië heeft eene groote schil derij laten maken, voorstellende den slag bij Gettys burg, om op haar kapitool te piaatsen. Het is ge bleken, dat dit stuk te groot voorde zaal is en een Pennsylvanische Tarquinius heeft nu gelegenheid om een nieuw kapitool te laten bouwen. Te New-York worden de huizen zeer goedkoop, Een aantal gebouwen staan ledig. Twintig waggonladingen thee zijn in 25 dagen van Hongkong naar New-York getransporteerd per stoomboot en Pacific spoor. In Milwaukee is eene Noorweegsche vrouw aangekomen met 20 kinderen, met de belofte, dat zij het restant van haar talrijk kroost later kroost later zou doen volgen. Zij heeft dus nog meer. Bij de Pombaws, een half beschaafde Indianen stam wordt straf bedreigd tegen de schoonmoeder die het waagt de «wigwam" van haren schoonzoon te betreden. Aan Daily News wordt uit Parijs het volgende geschreven Onder de jongeliedendie bij den jongstcn uitval zijn gesneuveld, noemt men den heer Regnaull, den schilderwelke bij de laatstgehouden tentoonstelling de gouden medaille verwierf voor zijne schoone schil derij Salome. Hij ging ten strijde op zijn borst dra gende eene kaartwaarop hij zijn naam had geschreven en de woonplaats der jonge dochterdie zijne gade zou worden. Toen de dragers hem opnamen bad hij nog even de kracht om op die kaart te wijzen. Men bragt hem bij zijne bruid, maar na weinige uren was hij met meer. Het smartelijkste tooneel bij den slag was echter de dood van een Fransch soldaat, geveld door Fran- sche kogels. Het was een gewoon soldaat van het 114de bataillon, die weigerde vooruit te gaan. De kapitein deed hem verwijtingen. De man vuurde op zijn superieur en doodde hem. Generaal Bellemare die zich in de nabijheid bevond veroordeelde den moordenaar om op de plek gefusilleerd te worden. Een peloton werd geformeerd en vuurde op hem; de man vielmen waande hem dood. Iets later kwamen de dragers daar voorbij, meenden dat hij in het gevecht was getroffenen legden hem op de draag baar. Toen ontdekte men dat de ongelukkige nog leefde. Een soldaat legde op hem aan a bout portant. Het geweer weigerdehij nam een ander en nu ver brijzelde hij hem het hoofd." Onder de geheime papieren van het tweede keizerrijk, welke te Parijs gedurende het beleg werden uitgegeven en stof tot gesprek en amusement gaven, komt voor het volgende uittreksel uil het geheime register der Parijsche politie: Rue St. Antoinc no. 10, derde verdieping. Sedert den 1 April 1848 bewoond door mevrouw de Montyo, genaamd gravin Teba, met hare dochter Eugénie. Mevrouw de Monlyo is weduwe van een Spaansch uitgewekene, den heer van Montyo, graaf Teba. De graventitel niet echt. Mevrouw van Montyo is van haren man gescheiden, kvam met hare dochter naar Frankrijk, vertrok naar Engeland, ging weer naar Frankrijk, weder naar Parijs. 1825.Chaussée d'Antin no. 8.Hield kleine gezelschappen van galante vrou wen en oude losbollende politie wordt op de hoogte gehouden. 1828weder naar Engeland vertrokken wegens schulden. Hare dochter op de kostschool achterlatende. Tot 1836 niet opgemerkt. Novem ber 1838 naar Parijs terug; worden gedurende zes weken onder toezigt gesteld. Drie jaren zonder aantce- kening. Mei 1842, poging tot zelfmoord van den kassier Henry in hare woning. Verdenking van een verboden speelhuis te houden. Hare dochter Eugénie geeft aanleiding tot eene vijandelijke ontmoeting tusschen den overste Courvillieri en kapitein Fhutonl; de com missaris van politie Noci herigt: «Mevrouw Montyo heeft gcene vaste inkomstenverkeert met oudere officieren van losse zeden, die buiten dienst zjjn en een goed fortuin bezittenwoning smaakvol ingerigt, 1800 francs huur. De dochter Eugénie is eene hoogst- blonde schoonheid van oen fijn voorkomen, heeft vele aanbidders." De laatste dagen zijn voor de Duitsohers op nieuw zeer siefklgreich geweest. Het oosterleger is verslagen. De tijding, dat 80.000 man over de Zwilsersehe grenzen zijn gegaanis maar al te waar. Slechts één corps is naar Lyon ontkomen en dit met de troepen van Garibaldi maken het overschot «it van wat nog onlangs het groote leger van Bourbaki was. De re- publikeinsche magt bestaat nog enkel uit deze weinige troepen en de enkele regementen van de Chanzy en Faidherbe. Daarentegen hebben de Duitschers volgens eeno opgave van een Engelsch blad de volgende troepen op Fransch grondgebiedDe eerste armeeonder bevel van generaal von Gocben bestaat uit 56 ba- taillons56 escadrons en 34 batterijen. De 2de armee onder kommando van prins Frederik Karei, bestaat, uit 98 hataillons, 136 escadrons en 61 batterijen. De 3de armee, die onder de bevelen staat van den kroonprins van het Duilsche rykis zamengesteld uit 129 hataillons, 56 escadrons en 58 batterijen. De 4de armee, het Maasleger genoemd, onder bevel van den kroonprins van Saksenbestaat uit 98 hataillons, 60 escadrons en 58 batterijen. Het vijfde legercorps, of zuidelijke armee onder bevel van generaal Manteuffel telt 118 hataillons, 54 escadrons en 51 batterijen. De vestinggarnizoenen bestaan uit 89 hataillons land weer, 24 escadrons en 33 batterijen in het geheel ongeveer 780.000 man. In antwoord op eene interpellatie van den afge vaardigde Bouvier over de wcnschclijkhcid om een grooter aantal miliciens naar hunne haardsteden terug te zenden ten gevolge van den te Paiys gesloten wapenstilstand, heeft de minister d' Anethan den tsten dezer in de zitting der kamer van vertegenwoordigers in België het volgende gezegd Toen de oorlogvoerende partijen, na de gebeurte nissen bij Sedan, zich van de grenzen verwijderden, hebben wij 35.000 man naar huis gezonden. Het leger moest de grenzen eehter nog bewaken wegens de veepestwij hadden ook zes depóts van geïnter neerden te bewaken. Toen de krijgsverrigtingen weder meer in de nabijheid onzer grenzen kwamen, Longwy belegerd werd en Givet belegerd dreigde te worden, moesten wij het leger weder versterken en riepen wij omstreeks 13.000 man weder onder do wapener. Men schreef dien maatregel toe aan een complot der Fransche krijgsgevangenen in Duitschland. Volgens onze inlichtingen bestond dat complot, maar zulks was niet de oorzaak van die oproeping. Wat het terugzenden der milliciens aangaat, indien de wapenstilstand van Parijs te Parijs ten uitvoer gelegd wordt, zullen wij onmiddellijk ver schillende ligtingen terugzendende bevelen daartoe zijn gegeven. Maar indien de zorg voor onze onzij digheid nieuwe opofferingen vereischt, zal de regering niet aarzelen op nicifW een beroep op de vaderlands liefde der kamer to doen. Men is niet onbekend met hetgeen te Bordeaux, Rijssel en in anders steden voorvalt. De regering zal de miliciens terugzenden, wanneer de wapenstilstand aangenomen eu nage komen wordt." De gemeenteraad tc Maastricht beeft, met het oog op de vele uitgaven voor het middelbaar onderwijs, besloten het dagclijksch bestuur te magligen met do Regering in overleg tc treden omtrent de overname van do lioogcre burgerschool. Ecnige onderwijzers in Overijssel zijn voornemens zich tot Gedeputeerde Staten te wenden, met verzoek do geregelde uitbetaling hunner traclemcnten te willen bevorderen. Voorzeker een zeer billijk verzoek. Een Bedouin, die eenigen tijd in Europa ver toefde en daar natuurlijk verbaasd stond over de Euro- peesche wijze van begroeting met den hoed, gebruikte later als hij toornig was, tot vloek: «Moge uw ziel even weinig rust hebben als de hoed van een Europeaanl" Een droevig voorval dat een der meest geachte familiën te Huissen in diepen rouw dompelt, moge ia het algemeen tol omzichtigheid opwekken bij dergelijke voorkomende gevallen. In de vorige week werden bij den heer R. verschijnselen van hondsdolheid waargo- nomenwelke ziekte zoo schrikwekkend toenamdat zij binnen drie dagen den dood ten gcvolgo had. De oorzaak hiervan is tc vinden in een beet, dio geroemde heer zeven weken te voren in de hand ontvangen had van zijn jachthond en welke wonde door hem niet met de noodigo zorg was behandeld. Omtrent den 100. verjaardag van den heer de Ridder, aan de Grebbe, verneemt men nog het vol gende Een overgroot aantal bloedverwantenbetrekkin gen vrienden en belangstellenden kwamen hunne opwachting maken bij den jubilariswelke nog ia- het volle genot is zijner geestvermogens, ofschoon sommige zintuigen hem minder goed ten dienste staan. Ook werd den heer de Ridder hulde gebragt door het Schalkwijkschc dijkkollege. Honderd jaren geleden was datzelfde kollege vergaderd ia bet huis, waarin

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1871 | | pagina 2