M 1934. Dingdag 21 gEBgf November 1871. irommriMn. Dit blad versebijnt des Maandags en Donderdags s avonds. <Vbonnementsprijs f 1.15 per 31 maanden. Prijs der Ad«ertentiën van 1 tot 6 regel» 60 Ct* elke regel meerder 10 (It* legale en oiliciëele Adverlentiën per regel 15 Ct». Reclames p-r regel 20 cent» dfz. nummers 5 cents; dubbe'e grootte 10 cents. Bestellingen bij den Uitg. .4. H van Cte-ffte Amersfoort Bureau Amersfoortsehe Courant. I.angestraat. Wijk F, N° 43, over-'e Oude Vischniarkt en bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren in het Rijk. Drieten franco. LIJST VAN BRIEVEN aan personen geadresseerd wier adres als onbekend is opgegevenverzonden onder het postmerk Amersfoortgedurende de le helft der maand October 1871. NAMEN DER GEADRESSEERDEN. PLAATS VAN BESTEMMING 1. Antje Bolderdijk te Amsterdam. 2. C. van Cappclveen Arnhem. 3. Jan van Hooi Duivendrccht. 4. C. N. Looman Ems. 5. D. van Dorsen Essen. 6. J. A. Westenberg Grouw. Van de Hulpkantoren Baarn. 7. Mej. F. BooleAmsterdam. Soest. 8. W. C. Jansen Soesterberg. 9. T van EeekUtrecht. Voorthuizen. 10. J. Kristhof Groningen. Over de maand Augustus 1871 België. 1. G. Stapelkampte Brussel. 2. Mej. G. van den Heuvel (van het tlulpk. te Soest.) 3. R. Rombouts, adres J. Cornells, te Antwerpen. Duitschland. 1. Frau Baumannte Dielingen. (verzonden van het tlulpk. te Voorthuizen.) Frankrijk. 1Mad. van Mcegen née llug te Paris. 2. Henri van Csselen Zwitserland. 1. Oosterwijk Bruijn te Interlaken. Regthebbenden vervoegen zich aan het postkantoor te Amersfoort. 1 De opheffing van het Ned. gezantschap te Rome. Na de algemcene beschouwingen over de Staats- bcgrooliug in de Tweede Kamer, op Woensdag jl. gehouden was aan de orde hel hoofdstuk der Bui- teiilaiidschc Zaken. De lieer Dumbar stelt voor het tractemcnt voor den gezant bij den Paus te schrappen cn zegt dat een gezantschap bij dal kerkelijke opperhoofd cene ongerijmdheid is. L)c heer van Bicberstein spreekt als oud soldaat en ridder der pauselijke orde en acht het niet regt en billijk onzen gezant te Rome terug te roepen. De heer van der Maesen bepleit de missie te Rome en vindt de intrekking daarvan niet raadzaam, voorat niet voor een klein Land als 't onzedat niet moet vóórgaan, maar volgen. De heer Cremers oud-Ministcr van Builenlandsche Zaken anders in de rigting van den Minister van Builenlandsche Zaken, spreekt als staatsburger en volks vertegenwoordiger en vraagt of ook de heer Bieber- slein, die het woord voerde als soldaat en drager cener Pauselijke ordeniet beter deed op te treden als Nederlander en drager eencr Nederlandsche orde. Dat wij op dit oogenblik geen gezant te Rome behoeven te hebben, steunt zijns inziens op de vol gende gronden 1*. elke gedachte aan gewapende tasschcnkomst tot herstel van het wereldlijk gezag van den Paus, is thans flior goed verdwenen 2° van argumentenontleend aan het belang der handhaving onzer neutraliteit, kan thans geen sprake meer zijnintegendeelonze neutraliteit zou in menig opzigt gevaar kunnen loopen 3*. reeds zijn andere Mogendheden ons voorgegaan in de opheffing van een afzonderlijk gezantschap; 4° na de aanneming van het beginsel in ons staais- regt omtrent de scheiding tusschen Kerk en Slaat, zou het behoud der missie eene dwaasheid zijn. Met den val van de wereldlijke magl van den Paus moe ten alle diplomatieke betrekkingen met Rome verval len. Een gezant te Rome van wrge Nederland heeft geen reden van bestaan meer; hij moet verplaatst, gepensioneerd of op wachtgeld gesteld worden; 5*. niet alleen is dat gezantschap onnoodig gewor den, maar het kan schadelijk cn nadeelig worden voor onze verhouding tot het Koningrijk Italië. De heer Gratama ondersteunt ten volle het vopr- stel-ÖMmóar en gelooft, dut vooral het vaststellen der onfeilbaarheid als dogma voor de Mogendheden een reden te meer isom hun gezant te Rome terug te zenden. De heer Storm van 's Gravesande wil uil verdraag zaamheid en courtoisie jegens Rome den gezant aldaar laten. De geheelc zitting der Tweede Kamer was ook Don derdag gewijd aan de discussie over de missie te Rome. De ultramonlaansche leden hebben toen de eer der discussie gehad; de antirevolutionairen en enkele conservatieven voegden zich aan hunne zijde; slechts de Heer v. Voorlhuysen, nog met reserveen de heer Jonckbloet spraken voor 't beginsel van het amend. Dumbartot opheffing der missie. De r. cath. leden waren dringend, harlstogtelijk soms, maar trachtten ook zeer op 't gemoed te werken. Ue heeren Willebois, lleydenrijck, Bergmaan, Pijls, en C. van Nispen deden beroep op de welwillendheid, de verdraagzaamheid, de verzoeningsgezindheid der kamer. Zij zochten de zaak zoo eenvoudig mogelijk voor te stellen, en drongen aan op 't behoud van 't status quo. De Heer de Willebois erkende, dat de heer de Bitberstein wel te ver was gegaan, toen hij zich op kerkelijk gebied plaatste en er zijne pauselijke ridder orde bij haalde; de heer Bergmaan herinnerde er nog wel aan dat de N. Brabanders cn Limburgers zulke goede soldaten warenmaar trok de portée van die niededeeling op de aanmerking der hh. van Wassenaer en Jonckbloet weder in. De heer v. Nispen, die voor 't eerst in de Kamer het woord nam, en zich als een goed spreker deed kennen, meende, dat men zich op 't zelfde standpunt meest stellen van 't voorjaartoen men de missie bestendigde; de kwestie van Rome was toch nog hangende de pausen waren er meermalen weergekeerd; men keurt het onregt jegens den paus gepleegd af, men grieve dan ook geen f der bevolking door de missie op te heffenterwijl Italië den paus nog als soeverein erkent. Ook de hr. Heijdenrijck wees er op, dal de strijd tusschen de twee groote partijen op sociaal, internationaal en politiek gebied nog voort duurde. De discussie over het al of niet behouden van het gezantschap te Rome is Vrijdag afgeloopen. De Min. van Buit. Zaken heeft het voorloopig behoud der missie breedvoerig verdedigd. Ons Land zeide hij moet in dezen niet voorgaan. Ten slotte is het amcndement-Dumiar, tot opheffing van het gezantschap bij den Paus, aangenomen met 39 tegen 33 stemmen. Aldus heelt dc Tweede Kamer twee a drie dagen van den nationalen lijd aan een onderwerp besleedwaaraan zelfs geen uur had behooren te worden gewijd. Regtstreeks trekken wij geen partij voor wien ook in het onderwerp. Maar wij zien niet in welk nut die lange discussie had; zelfs zien wij er nadeel in; want tol meer dere harmonie onder Volkvertegenwoordigers en Volk leidde zij zeker niet. Waren er Volksvertegenwoordigers, die uit courtoisie voor het behoud van den gezant bij den Paus slemden ook dc achting voor den eerbied w aardigen Vorstel ijken grijsaard bad velen daarvoor moeten doen stemmen. Neder land is toch nog voorloopig rijk genoeg om zijn alouden roem van edelaardigheid te betalen met cenige duizendo guldens. Het ongeluk heelt im- ncrs toch ook r eg ten, die niet door koele bete kening van eenig geldverlies of politiseren mogen worden gekwetst. Waren dus zij die d-n gezant niet meer w ilden behouden, niet edelmoedig, ook de R. C. leden hebben een houding aangenomen die hen gansrli niet veredelt. Dat zij voor zijn be houd spraken, is zeer natuurlijk; maar dit had met fiere bescheidenheid, met zellachling moeten geschieden. Zooals het mecrcndeel hunner echter sprak, lagen zij meesttijds als geknieldals smeekend voor de voelen hunner proteslantsche medeleden en moesten eindelijk zelfs het zieislecd onder vinden dat hun genniekrec'hunne bede werd afgewezen l'olltlcke Itcvuc. IDc kwestie: Parijs-hoofdstad is in den laatster lijd drukker cn heviger besproken djn ooi', 't Lijdt geen twijfel, dat Thiers, die dubbel het ongemak ondervindt van eene provinciale hoofdstad als Versailles, zeer geneigd is naar Parijs terug te keeren. Of het gouvernement in de aaustaande zitting der nationale vergadering zelf een voorstel in die« geest zal doen, is nog niet zekerweldat het een dergelijk voor stel zoo het gedaan mogt wordenzal steunen, In zijn brief van gelukwensch'.ng aan 't nieuwe lid der akademie Jules Janin heeft Thiers immers geschreven, dat hij hem te Parijs de hand zal drukken. Dit echter is niet het belangrijkste van dezen brief; het voornaamste is, dat die brief aan Janin geschre ven werd. Deze toch staal bekend als een volbloed Orleanist en bij maakt daarvan evenmin een gehei u als van zijne kennis van 't latijndie door Camille Doucel bij zijne receptie in den kring der onslerfe- lijken met eene niet onaardige ironie in de hoogte is gestoken- Als letterkundige en als geestige criticus heeft Janin zich wel niet veel met politiek bemoeid, maar in zijn laatste rede is hij niettemin ronduit voor zijne gevoelens uitgekomencn dat Thiers hem nu juist zulk een brief schrijft, is wel geschikt om de repubiikeinsche gezindheid van den president der republiek in twijfel te doen trekken. Gambetla die met meer ijver dan politiek doorzigt in zijn nieuw blad de Republique Frangaisedc„elijks de valschc republikeinen met schorpioenen kastijdt meent dan ookdat de partij van Thiersde conservatief-liberalegelijk zij zich noemteigenlijk uit Orleanisten bestaat, gelijk blijkt uit het slot van een bijtend artikel tegen de Orleansdat wij hier aanhalen ook om een denkbeeld tc geven van Gainbelta's polemiekNaauwelijkszegt dc Republique, hadden de Orleans weer den voet op Frankrijks bodem gezet, of zij beijverden zich te voldoen aan al de eischen van liet oogenblik. Wilt gij een soldaat Neem Robert Lelort van Charlrc», Wenscht gij een zeeman? Uier is Penlhièvre. Verlangt gij een' president der republiek? De graaf van Aumale staal al klaar. Ecnen koning? De graaf van Parijsdie noch afgevaardigde, noch lid van oenen gcneralen raad is, heelt zich exprcsselijk voor dat vak gereserveerd. Men spreekt veel van Bonaparlisliscbe intrigues en met regt, maar wij vreezen haar minder dan de verborgen en binnen de perken der wet gehoudene aanslagen van zekere andere partij. Iels anders is een coup detat in het Elysée voorbereid als eene onderneming uit Chislehurst. Als Thiers niet de meest naive van alle politici is en nooit een prefect van politie neemt, die een domoor of een minister van oorlog die een verrader isdan kunnen wij over de laatste gerust zijn. Maar wij zijn meer bezorgd voor de Orleanisten, excuseer! wy willen zeggen de conservatief-liberalen. De nationale vergadering is monarchaalde ministers, de prelecten do beambten zijn conservatief-liberalenexcuseer Orleanisten. Onder deze omstandigheden is niets gemakkelijker dan de republiek (c'tijd binnen de petken der wet) weg te goochelen." En nagenoeg in deze'fde woorden zegt een buiten landse!! een Duitsch blad, dc Köln. ZlMonarchaal is dc slaatmonarchaal is het legermonarchaal is het volk. liet keizerrijk heeft uitgediend :n is wegge worpen voor de republiek ontbreken de republikeinen, cn dus blijft alleen Orleans over als wij liet handjevol legitimisten niet in rekening brengen. De heer Thiers zal de republiek niet «verraden", dagelijks zweert hij ditmaar wil ze als erfenis nalaten aan de prinsen van Orleans en hunnen met repubiikeinsche instel lingen omgeven" troon. Voor het oogenblik is dit het waarschijnlijkste." Keizer Frans Jozeff had een Kabinets-direclcur en die directeur speelde bij Ministercrisisscn eene groote rol. Hij zette gedurig dezen en genen een beentje en 't gevolg was dat het voorwerp zijner geheime gym- naslieke beweging viel, cn hij tilde dezen en genen op cn eensklaps zaten zij hoven op den s/oel der eere. Eindelijk is de kuilgraver den weg van allo kuil gravers gegaan en ook zij zal vallen tot bijzonder genoegen van liet publiek. De nieuwe Ojslenrijksckc Kabinetspresident maakt Rusland hel Hof. Hij drinkt uict don gezant van den Czaar thee over en weer. De commissie die te Londen voor de belangen der houders van Spaansche staatsschuldbrieven werkzaam is, heeft, gelijk de Times van thans zegt, dc mede- werking van de voornaamste beurzen van Europa go- vraagd en verkregen, en stelt alles in het werk om hel Spaansche Gouvernement van het helas.cn der

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1871 | | pagina 1