m 2854. Dingsdag- 1 J u n ij 1880. MM»». UitgeverA. H. VAN CLEEFFte Amersfoort BureauMuurliuizen hoek Kortegracht. Dingsdag 8 Jünij zal in het hoofdkiesdistrict Amersfoort de verkiezing geschieden van 1 lid voor de Prov. Staten van Utrechtter vervulling der plaats van Mr. J. II. M. baron Mollerus van Westkerke, burgemeester van Baarn en Eemnes die ten gevolge zijner benoeming tot Commis saris des Konings in de Prov. Gelderlandzijn ontslag als lid der Staten van Utrecht heelt genomen. Gemeenten. Getal kiezers in 1880. Amersfoort410 Baarn167 Bunschoten82 Eemnes64 Hoogland86 Leusden53 Benswoude26 Soest121 Stoutenburg21 1030 De stembus is geopend van 's voormiddags 9 tot 5 uren des namiddags. LUST DER ONBEKENDE BRIEVEN verzonden van Amersfoort en arrondissement gedurende de 2e helft der maand April 1880. Plaats van Namen der geadresseerden. bestemming. 1. Bor BroekhuisAmersfoort. 2. J. J. BesanconAmsterdam. 3. Wed. P. Cu Bechtle 4. W. v. de Yuurst 5. M. VeenslraGrijpskerk. 6. PosthumaVVeesp. 7. BoschheideWijhe. 8. E. Heinen Briefkaarten. 1. C. D. LagerwerfRenkum. Begthebbenden vervoegen zich aan het post kantoor te Amersfoort. Politieke Revue- Een drietal leden van de Fransche Kamer van Afgevaardigden heeft zich naar den Min. van Binnenl. Zaken begevenom hem ophel deringen te vragen betreffende de omvangrijke voorzorgsmaatregelendie de Regering heeft doen nemen met het oog op de aangekondigde manifestatie der radicalen en de inhechtenis neming bij die gelegenheid van eenige vreem delingen, die over de grenzen zullen gezet worden. De Minister heeft kalmdoch beslist geantwoorddat de Regering vast besloten was FEUILLETON. i) DE DOCHTER VAN DEN SCHOOLMEESTER, i. Het was juist Michaelismis te Leipzig en ik toen voor zaken daarheen gegaan. De zaken gingen echter moorddadig slecht en de weêrs- gesteldheid was om zoo te zeggen nog slechter een ruwenoordweste wind woei om de leden de regen, soms met groote sneeuwvlokken vermengdkletterde van de daken. Ik was verdrietig en zeer slecht geluimd. Wie het geluk eens heelt gehad Leipzig in dergelijken morsigen, toestand te zienzal dit zeer goed kunnen be-" grijpen. Het slijk was werkelijk onmetelijk en van echt Duitschc natuur, want hoe meer het werd betreden, des te glibberiger toonde het zich en des te meer verkleefdheid bewees het aan zijne verdrukkers. Het natte stroo, welks aanblik ik verfoei, lag met hoopen op straal. Kortom alles werkte zamen om mij knorrig te stemmen en gaarne had ik de wereld willen afranselen. Ik schreed ijlings de Bruhl over om den halelijken aanblik van hel verfocielijkc weder te ontkomen; maar het scheen of het er heden bepaald op geiflunt was, om mij in vertwijfeling te brengen, want ik kon maar niet van de plaats wegkomen. Zulk weder, zulk eene omgeving uitwendig en zulke ge- luimdhcid inwendig dan weet ik reeds vooruit dut ik in eene of andere domheid zal vervallen gewoonlijk vervolgt mij op Jergelykj tijden mijn kwade genius en indien ik niet in zoo'n ocd vel stakdan ware ik reeds sedert lang geen manifestaties te dulden, die een revolu- tionnair karakter dragen. En levens verklaarde de Ministerdat hij het beter vond voorzorgs maatregelen te nemen, dan later met geweld te moeten optreden. Het wetsvoorstel van Paul Bert tot afschaffing van de lettres d'obédience is door de Fransche Kamer van Afgevaardigden aangenomen met 366 legen 121 stemmen. De lettre d'obédience is nietzoo als werd opgegeven een onwettig verleende onderwijzersactemaar dc last welke de superieure eener erkende congregatie aan eene onder hare bevelen geplaatste geestelijke zuster geeft, om op eene school le onderwijzen. De zuster gehoorzaamtobéilvan daar het woord ohédience. In die Kamer zal aan de Regering toch nog opheldering gevraagd worden met betrekking tot de maatregelen welke genomen waren om de commune-manifestatie op 23 Mei tegen le gaan. De krijgsraad van St.-Petersburg heeft uit spraak gedaan in het proces-Weimar. Van de elf beschuldigden is niet één vrijgesproken en het vonnis luidt streng voor allen, ook voor dr. Weimarofschoon menzoowel uit den toon van enkele plaatsen der rede van het openbaar ministerie als uit hel getuigenverhoor had kunnen verwachten dat hij nog al genadig behandeld zou worden. Weimar, voor wien i.og wel verzachtende omstandigheden zijn aan genomen en een zijner mede beschuldigden Bernikoff, zijn tot vijftien jaren dwangarbeid in de mijnen veroordeeld. Dezelfde straf, doch met vijf jaren langeren duur, is opgelegd aan .Froschtschansky. Up gelijke wijze, maar in fa brieken niet in de mijnenzullen bezig ge houden worden: Kolenkinavijftien jaren, Nalhansonzes jaren en Witaniewa vier jaren. Een tienjarige vestingstraf is opgelegd aan Löwenlhal. Met verbanning naar Tobolsk zijn gestraft Malinowskajemet en BulonofF zonder verlies van reglen. Twee zullen hunne misdaad met den dood moeten boeten. Michailow en Saburofl zijn voor den strop bestemd. Bismarck moet volstrekt niet onbereid zijn om eenige wijzigingen in zijne wet te maken, maar op de onveranderde aanneming van de artikelen 1 4 en 10, die welke betrekking hebben op het terugroepen der bisschoppen en de toelating der geestelijke zustersstaalde Kanselier ten stelligste en juist deze artikelen door zijn greep getroffen geworden. Hèbrulde een sleepersknecht mij dicht aan de oorenhij was zoo verstandig geweest met zijne waarschuwing ts wachten tot de paarden mij nabij waren en mij bijna omver geworpen hadden. Verschrikt deed ik een ge weldige zijsprongzoodat mijn hoed my van 't hoofd vloog en ikin den waren zin van 't woordvan den regen in den drop kwam. Mijn kwelduivel bracht mijn juist onder een zeer gemoedelijk doch zwaar druipende dak goot wier watervloed mijne haren aan mijn voorhoofd en gelaat plakten, juist toen ik op 't punt stond den lompen sleepersknecht een ver pletterden blik toetewerpen. De zure kerel spalkte zijn breeaen mond tot een zoo vervaarlijken rijnstoen hy mij onder de dakgoot zag staan al ik dacht zijne beide mondhoeken zouden zich achter zijn nek vereenigen. Gaarne had ik den boosaardigen kerel eene straatkei tusschen de tanden willen sloppen met eene gesmoorde vcrwenschingtrad ik fluks ter zijde om de besproeing te ontkomen en ook naar mijn hoed uiltezien. Toen zag ik dal mijn hoed heel pacifiekden bol naar onder en de rand naar boven gekeerd, op den vloed der straatgoot kwam aanzwemmen en stand hield onder dezelfde dakgootwelke eenice seconden vroeger mij zoo had opgefrischt. Ik was buiten mij zeiven van woedemet een geweldige schop slingerde ik hem in de lucht ving herntoen hij nederdaaldebehendig op ging fluks den hoek der llainstraal om cn dan hel eerste het beste bierhuis binnenwant ik bemerkte, dat eenige straatjongens een al te zijn het, die de nationaal-liberalen veranderd willen zienvoor zij hunne stemmen aan het ontwerp gevea Naar men beweert moet de curiena het openhaarmaken van het eerste schrijvenreeds eenige meerdere geneigdheid tooncn om haar tegenstand te s'taken en zich met den door Bismarck voorgestelden modus vivendi te veretnigea Uit Rome meldt men althans dat in dien geest instuclien aan Kardinaal Jacobin» gezonden zijn. De diplomatieke onderhandelingen over de Oosterscne quaeslie zijn weder eene nieuwe phase ingetreden, ten gevolge van een amen dement door Frankrijk voorgesteldop het voorstel van Engeland om op de Porie pressie uit te oefenen. Frankrijk wenscht nl. dal in de collectieve nota geen sprake zal zijn van de Grieksche grensquaesliedoch deze het onder werp zal uitmaken van een speciale intematfo- nale conferentieomdat de Porte reeds indirect te kennen gegeven heeft, dat zij zich met het voorstel door Engeland, voor eenige maanden gedaan, om een technische commissie in deze te benoemenniet kan vereenigen. In antwoord op een vraag van lord Strat- heden verklaart de minister Granvilledat de schikkingen, door de mogendheden gemaakt tot het doen van een eersten stap bij de Porte, zoo spoedig resultaat zullen hebbendat hij hoopt weidra schriftelijke mededeelingen aan het Huis te kunnen overleggenop grond hiervan acht hij niet doeltreffend nu inlichtingen te geven over enkele punten van de instrueliën aan den gezant Goschen verstrekt. Abdul ilamid, Beheerschcr der Halve Maan is geheel van streek geraakttoen hij vernam dat Goschen, de reglerhand van Gladstone in aantogl is. «Die man spelt mij ongeluk," zegt hij «want ook in Egypte is hij de stokebrand geweest," De Groote Heer ziel «*r daarom niet alleen zelfs bleekmaar ook atfreus melancholiek uit. De Sultane favorite wendt doch te ver geefs een aantal nieuwe liefkozingen bij hem aanom hem oplevrolijken. Allerlei. Veil. Dingsdagvond vond men inden water put van een in opbouw zijnde schoolle Cure- ghemhet lijk van een poiitie-agenl van Ander- lecht, zekeren Penninck. Het lijk werd naar het gasthuis gebragt en het parket van Brussel groote deelneming in mijn lot schenen te willen nemen. Ik wierp mij verstoord op een stoel in den diepstcn hoek van de met vreemden gevulde kamerbestelde een glas bier en greep naar het naast bereikbaar nieuwsbladten einde door niemand te worden aangesproken, want tot praten had ik volstrekt geen lust. Ik keek in het blad alsof ik volijverig daarin las, maar al zou ik mij nogmaals onder de dakgoot moéten plaatsenzoo had ik niet meer kunnen zeggen welk blad hel was of wat daarin stond. Mijne gedachten dwaalden dan uier, dan daar; slechts daar niet waar zij schenen te zijn. Het was ook bepaald on mogelijk een woord te lezenzoo gonsden de gesprekken der aanwezigen dooreen cn hoorde deze over niets pratenals over de llauwe misaffaires en de verschillende handelsartikelen Nu en dan likte iemand tegen het glas, cn het eentoonige «dadelijk, mijnheer!" van den bediende volgde daarop zoo geregeldals de tegenspraak van eene twistzieke vrouw op hét verwijt van haren man. Inmiddels had ik daar eenige minuten gezeten en mij inwendig zoo geërgerd, dat ik vreesde uitwendig zwart te wordentoen de deur open ging en een tamelijk gezet persoonmet vollen baard en grijsblauwe diepliggende oogenwiens jas tot aan den hals was toegeknoopt, de kamer binnentrad, een paar maal in het rond zagen, nadat zijn oog plotseling op mij was gevallen bedaard voortwaarts tradzijn hoed afzette vlak over niij plaats nain juist als ofhijhetop mij gemunt had. Dat viel mij op.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1880 | | pagina 1