Maandag 7 Nov. 1892. No. 4194. 37e Jaargang. CARMELA. Uitgave FIRMA A. H. VAN CLEEFF te Amersfoort. Dit blad verschijnt Maandag en Donderdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi, Franco per post ƒ4.15. Advertentiën1—6 regels 60 Cents.elke regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadv. per regel 15 Cents. Reclames per regel 25 Cents. Afzonderlijke nummers iO Cents. Bureau MUURHUIZEN hoek Kortegracht, Wijk B. 60. KENNISGEVINGEN. DE BURGEMEESTER van AMERSFOORT, Gezien het bericht van den Kapitein, waar nemend Commandant van het 5e bataljon van het 5de regiment. Infanterie dd. 2 November 11., no. 162; Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer gemeente, dat op den 7 en 8 November aan staande, in de Legerplaats bij Zeist oefeningen in het gevechtsehieten znllcn gehouden worden, waarbij met scherpe patronen wordt gevuurd, van 's voormiddags ongeveer 10 tot 2 uur des namiddags, in de richting van Noord naar Zuid of van Noordwest naar Zuidoost. Het terrein Zuidelijk en Zuidoostelijk van de Legerplaats gelegeh, is alzoo op die dagen en uren onveilig. Het terrein zal omgeven worden door palen met borden, waarop het woord onveilig is gesteld. Amersfoort, den 4 November 1892. De Burgemeester voornoemd, F. D. SCHIMMELPENNINCK. NATIONALE MILITIE. DE BURGEMEESTER EN WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gezien de artt. 9 en 11 van het koninklijk beslnit d.d. 17 December 1861 (Staatsblad No. 127) en de artt. 11 tot en met 14 der wet van dan 19 Augustus 1861 (Staatsblad No. 72); Roepen de ingezetenen, die verlangen als vrij willigers bij de militie op te treden, bij deze op, om zich daartoe bij hen ter Secretarie, op Maan dag, den 14 November aanstaande, van 's voor middags 10 tot 1 uur 's namiddags aantegeven, onder overlegging van de navolgende bewijs stukken Het getuigschrift vermpld in art. 11 der wet tot welks afgifte ter Secretarie zai worden zitting gehouden op Zaterdag, den 12 dezer maand, van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags b. Het bewijs van aan de verplichtingen ten aanzien van de Militie, voor zoover die te vervullen waren, te hebben voldaan. c. Het bewijs van ontslag en het getuigschrift, in art. la der wet vermeld, zoo de persoon wien het geldt, bij de zeemacht bij het leger hier tc lande of bij het krijgsvolk in 's rijks overzeesche bezittingen heeft gediend d. Wat een minderjarige aangaat, een bewijs van toestemming van den vader, de moeder of den voogd. Om vrijwilliger bij de militie te zijn, moet. men ongehuwd of kinderloos weduwnaar en in gezeten wezen, voorts lichamelijk voor den dienst Seschikt, ten minste 1,56 meter lang, op den 1 anuari van het jaar der optreding als vrijwilli ger het 20ste jaar ingetreden en het 85ste jaar niet volbracht hebben, tot op het tijdstip der optreding aan zijne verplichtiugen ten Feuilleton. Naar het Duitsch 12) door S.... „O, Alfonso, marito mio, ik heb je zoo lief. Kom toch bij mijgeef mij je hand. Wij zullen nog eens bruiloft houden baarboven op de ruïnes van den Monte Salerno. Steek mij den ring aan den vingero, waaron doe je mij pijn Waar om heb je ook een ijzeren ketting voor je Car- melo genomen, ondeugende en toch lieve man." ,.Zij ijlt," fluisterde de dokter diep ontroerd. „Breng wat koud water hier, opdat wij haar natte omslagen om het hoofd leggen." Zijne bevelen werden onmiddellijk ten uitvoer gebracht. De zieke ondervond ook spoedig eenige verademing. Zij werd rustiger en sloot de oogen. De dokter wenkte de oude vrouw om hem naar buiten te volgen. Daar gekomen, vraagde hy naar de oorzaak van Carmela's zonderlingen toestand. En in het kleine oleander-prieel, waarin de Marchese het schoone meisje zoo vaak zijne liefde betuigd had, vernam de dokter van Bettina het listige, laaghartige gedrag van den Romeinsohen aristocraat. Hij walgde van zooveel zedelijk verval, van die grcnzonloozc lichtzinnigheid van den Italiaanschen woesteling. Stil en vredig, door het zonlicht beschenen, lag de golf van Napels voor hen. De lichtblauw van de Militie, voor zoover die te vervullen waren, voldaan en een goed zedelijk gedrag ge leid hebben. Het bezit van die vereischten, met uitzondering van de lichamelijke geschiktheid en van de ge vorderde lengte, wordt bewezen door een hier boven bij letter a bedoeld, getuigschrift van den Burgemeester der woonplaats. Hij, die voor de millitie is ingeschreven, wordt slechts als vrijwilliger toegelaten voor de ge meente in welke hij ingeschreven is, tenzij hij geene verplichtingen ten aanzien van de militie meer te vervullen hebbe. Hij, die bij do zeemacht, bij het leger hier te lande, of bij het krijgsvolk in 's rijks overzeesche bezittingen heefi gediend, wordt niet als vrij williger bij de militie toegelaten, tenzij hij by het verlaten van den dienst, behalve een bewijs van ontslag van den bevelhebber onder wien hij laatstelijk heeft gediend, een getuigschrift hebbe ontvangen, inhoudende dat hij zich gedurende zijnen diensttijd goed heeft gedragen. Hij kan, heeft hij dit ontvangen, totdat zijn 40ste jaar volbracht is, als vrijwilliger bij de militie wor den toegelaten. De vrij willigers strekken in mindering van het aandeel in de lichting to dragen door de ge meente, voor welke zij optreden. Amersfoort, den 5 November 1892. Burgemeester en Wethouders voornoemd» De Burgemeester, F. D. SCHIMMELPENNINCK. De Secretaris, W. L. SCHELTUS. BUITENLAND. In België gelooft men niet, dat het besluit van den souvereinen vorst van den Congo- staat, betredende den handel in caoutchouc en de exploitatie der gutta-percha-planten aan de oevers van den Congo, een einde zal maken aan de geschillen tusschen den On- afhankelijken staat en de particuliere han delsvennootschappen. «Het besluit", zegt bijv. de Réforme, «betreft het caoutchouc en niet het ivoor. En het is bovenal de jacht naar ivoor, waarin tegenwoordig de be- schavers van Afrika in ae allereerste plaats belangstellen. De vennootschappen hebben ons reeds doen weten dat langs de oevers van den Congo en van de rivieren, welke sedert langen tijd door de Europeanen be reisd zijn, alles reeds is weggehaald; terwijl in de afgelegen streken van het noorden ue agenten van den staat nog wel belangrijken voorraad kunnen vinden. Als men ziet op welke barbaai-sche wijze de inlanders de gutta-percha-planten exploiteeren, zou het getinte golven vertelden in harmonisch ruischen van Gods grootheid, van zijne oneindige goed heid. Eene diepe minachting voor de mensehen maakte zich van den geleerde meester. „Wij deden al het mogelijke om haar den trouwelooze te doen vergeten," besloot Pasquale's zuster haar treurig verhaal. Bidden noch smeeken mochten echter baten. „Ik behoor Alfonso ik heb hem trouw be loofd wat heb ik met jelui te maken," ant woordde zij toornig en niets kon haar bewegen om niet naar het strand te gaan. Ons bleef niets over dan haar kalm te laten begaan. Het arme kind boezemde ons het diepste medelyden in wij begrepen zeer goed, wat baar knakte. Waarom moest ook haar bruidegom, de trouwe Vincenzo verdrinken Schönwald staarde haar verwonderd aan. „Bedoelt gij dien zwartgelokten jongen man, welken destijds het mes togen den Marchese trok en daarna als matroos met zijn schip vertrok?" „Juist, Signor." „En gelooft gij stellig, dat hy dood is Bettina „Ja, zeker, genadige heer." „Dan vergis jij je, mia cara. Men verwacht elk oogenblik het scnip terug. De bemanning is voltallig niemand is bij do schipbreuk omgekomen. Binnen weinige weken zult gij Vincenzo weerzien." De oude vrouw werd doodsbleek en beefde van ontzetting. „Heilige Moeder Gods wees ons genadig," mompelde zij snikkend. „Ach, Signor, wie weet, wat ons nog boven het hoofd hangt. Als Vincenzo het voorgevallene verneemt, zal hy dan met het ivoor ook niet zoo gaan?" Verbroedering, aansluiting, de twee landen onder éen kroon is het geliefkoosde thema op bijeenkomsten van Noord- en Zuidneder- landei-s. Edoch, de natuur is sterker dan de leer. De bijna 700 Belgen, die de gemeente Baerle-Hertog, bewonen hebben een petitie tot de Belgische Kamers gericht, waarin zij hun verbazing en verontwaardiging uitdrukken over het feit, dat het Gouvernement hun ge meente heeft afgestaan aan Nederland, in ruil voor de twee gehuchten Gastel ré en Uvlecoten behoorende tot de gemeente Baerle- Nassau.- Zij verklaren Belgen te willen blij ven en geen Hollandei-s te willen worden. Deze verklaring moet in zeer heftige be woordingen zijn uitgedrukt on in eon zeer onhetmnelijken vorm ten aanzien van Neder land. De slotsom is natuurlijk, dat zij ver zoeken <lt; ratificatie van het verdrag met Nederland te weigeren. Nog altijd wordt in Duitschland meer of minder heftig het militaire wetsontwerp be streden. Vooral in Saksen is het impopulair en flat is verklaarbaar. In geen Duitsch land voelt men zóo den druk der tijdsomstandig heden als in Saksen. Er is nauwelijks een tak van nijverheid, die niet zijne productie moet inkrimpen en vaak wordt met verlies gewerkt om de zaken gaande te houden. Op een verbetering van den toestand is in de naaste toekomst geen vooruitzicht. Ook de landbouw in Saksen beeft reien tot klagen. Malaise heerscht in verscheidene districten. In do «Deutsche Revue" wordt Bismarck's bewering, als zou do tegenwoordige regee ring oorzaak zijn van de verstoring der goede betrekkingen met Rusland, en diens toena dering tot de Fransche republiek beslist tegengesproken. De mc tdelinge onderhandelingen tusschen Duitschland en Rumenie over net handels verdrag zijn te Berlijn geopend. Het «Militar Wochenblatt" geeft een over zicht van de strijdkrachten der groote mo gendheden en koint daarbjj tot 'iet besluit, dat ingeval een oorlog tusschen het verbonden Rusland en Frankrijk eenorzijds en deleden van liet Drievoudig Verbond (Italië, Oosten rijk-I Iongarjje en Duitschland) anderzijds zou uitbreken, de strijdkrachten van Rusland en Frankrijk in aantal verre de overhand zou den hebben boven die van hunne tegenstan ders. Vandaar dat het genoemde weekblad woedend zijn... En Carmela... de Heiligen mo gen ons bijstaan." NEGENDE HOOFDSTUK. Verbazend snel verliet de koorts het zieke meisje, spoedig herkreeg zij haar bewustzijn en reeds na oene week was zij in staat om liet bed te verlaten. I)o geneesheer schudde wel is waar bedenkelijk hot hoofd over dit snelle herstel. „Dat is de laatste opflikkering eener kaars, welke bijna uitgebrand is," meende hy schou- dersophalend. „De kracht is voorbij het or ganisme verstoord. Een herhaling van die op winding moet onvermydelyk den dood ten ge volge hebben. Het meisje is even ziek naar lichaam als naar geest." De ervaren arts sprak de waarheid. Ondanks die schijnbare beterschap naderde Carmela's einde met rassche schreden. Zij verviel in een diope apathie, waaruit niets haar vermocht te wokken. Hij, dien zij zoo vertrouwde, had haar bedro gen, schandelijk verraden. De herinnering aan haar geluk diende slechts om de smart, welke zij thane gevoelde, nog te vergrooton. Zy had een afkeer van het natuurschoon, dat haar omringde het soheon haar, alsof hot spotte met haar leed. De zee kwam haar als een kerkhof, Capri als (en groot graf voor dat alles in. zijne donkerheid opnam, liefde en jeugd, geluk en braafheid, geloof, trouw en ver- tr ouwen. In den zooien nacht, wanneer een ieder zich in hut huis ter ruste had begeven, stond zii aan het geopende venster van hare kioine slaap kamer en staarde mot brandende oogeli naar do aanneming der nieuwe legerwet onver mijdelijk acht. Jules Huret van do Figaro heeft John Burns, den kampioen der Engelsche socia listen, geïnterviewd. Volgens Burns is de socialistische partij nergens beter georgani seerd dan in Engeland en schrijdt zij nergens kalmer en gelijkmatiger voorwaarts. Vooral de invloed der socialistische denkbeelden op den Londenschen districts raad vervult hem met groote vreugde. «Wij hebben de train al in eigen beheer genomen," zei hij, «en zullen nu ook weldra het water en de elek triciteit nemen. Het gas willen wij niet meer hebbendat is een ten doode opgeschreven tak van nijverheid." Het eerste gevolg van het munipaliseeren an «Ie tram moet tie 8-urige werkdag voor de koetsiers en conducteurs zijn, zeide Burns. In plaats van éen ploeg zullen we twee ploegen aanstellen. Daarmede zal tie winst wel weggaan, maar die komt dan ten minste niet in den zak van de «luie aandeelhou ders." Overigens twijfelde hij er niet aan, dat ook het parlement zich voor den 8-urigen werkdag zou verklaren, ten minste waar het geldt mijnwerkei's en werklieden in levens gevaarlijke ondernemingen. Van werkstakingen achtte hy alleen heil in tyden van voorspoed, en wat het ver haasten der revolutie door gewelddadige middelen betrof, daarin gelooide hy niet Zoolang er zoo veel onwetenden, onverschil ligen en dronkaards rondloopen, zou geen revolutie kans van slagen hebben en dadelyk door een contra-revolutie worden gevolgd, meende hij. De werkeloozen in de achterbuurten van het East End te Londen, gaan voort mei liet beleggen van meetings. By een dezer vergaderingen wierp iemand, die een wagon met brood en kaas by zich had, den inhoud van zijn wagen onder de monigto. Als wil den vloog men er op aan. Alles werd daar bij onder den voet getrapt. Daarna ontrol den de werkeloozen, voorafgegaan door en kele volksmenners, het rootle vaandel en ging de menigte in optocht onder het zingen der «Marseillaise," ten getale van 4500, naar het gebouw van Openbare werken, ten einde om werk te vingen. In Wales hebben 00.000 mijnwerkei's de handen ineengelegd en verklaard, dat zij nk buiten. Overal zag zij Alfonso's beeld het bezat thans nog oneindig meer aantrekkelijkheid voor haar hy behoorde haar immers niet meer toe, Wat vraagt de liefde, de echte reine liefde daarna? Schande noch pyn, berouw noch vernedering kunnen de vertreden planton van hare wortels ontrooven. Geknakt, ontbladerd op den grond liggend, ontkiemen er nieuwe knoppen aan haar. Carmela drukte de hand op hot luid kloppende hart zij leed grenzenloos, want zy had nem zoo innig lief. „Vorrei morir," zongen de, bij hot aanbreken van den dag naar huiskeerende vissohers. „Vor rei morir," prevelde het doodsbleeke meisje met trillende lippen. Ja sterven, slechts sterven, dat was het einue van ailes verlangde het einde harer zoete droomen hnrer heerlijke verwach tingen. Bettina had hatr voorzichtig Vincenzo's spoe- digen terugkeer medegedeeld. Carmela luisterde zwygeud naar haar. Werktuigelijk antwoordde, zij„Goed, juist zoo, wat gaat mij dat oigenljjk aan." Een stoomboot was aangekomen lachend en vroolyk zetten do passagiers voet ïuin wal om daarna den weg naar Capri in te slaan. Carmela zag de lichte japonnen der flames door hot geboomte schemeren. Achteloos bleef haar oog rusten op den broedgeranden hoed van den vergezellende» heer. Plotseling was het haar, alsof een mes door het hart gestooten werd het schemerde haar voor de oogen* lievig ontsteld leunde zij tegon een oleander- boom en haalde diep adem. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1892 | | pagina 1