Maandag 9
Jan. 1893.
o. 4212.
37e Jaargang
OFFICIERSEER.
Uitgave: Dit blad verschijnt Maandag- en Donder dagnarniddag. Abonnement per 3 maanden f\.
IRMA A H VAN CLEEPF Franco per post ƒ1.15. Advertentiëni6 regels 00 Cents.elke regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, ófficieële- en onteigeningsadvort. per regel
te Amersfoort. 15 Cents. Reclames per regel 25 Cents. Afzonderlijke nummers iO Cents.
Bureau
MUURHUIZEN
liook Kortegraoht, Wijk B.
4
tfjj
i Onlangs is te Amsterdam een beweging
ntstaan om de winkels vroeger te sluiten
dan tot nu toe gebruikelijk was.
In verband daarmede schrijft De Telegraaf:
y »In het belang van de gezondheid en de
yntwikkeling der winkelbedienden kan een
ergelijk streven ongetwijfeld goede uit
komsten hebben, en indien iemands zedelijke
'f stoffelijke welvaart daarmede wordt ge
nat zijn wij gaarne bereid die beweging
- steunen.
We vreezen echter, dat de zaak op den
ïur niet zooveel weerklank vinden zal, als
ie ontwerpers zich daarvan voorstellen, niet
Jeen, omdat de goed verlichte winkelbuur-
n 's avonds tot de aantrekkelijkheden, tot
le sieraden eener stad behooren, maar ook,
mdat onze geheele samenleving laat begint,
n dus ook laat eindigt.
Men heeft lang gesproken over de vraag,
loeveel tijd men winnen of verliezen, zou,
Is men Greenwich- of Middel-Europeeschen
ijd aannam. Men heeft er zelfs het Vcrein
an de Duitsche Spoorwegen bijgehaald, om
e weten hoe laat het hier zijn zou. Maar
'e hoofcoonvaarde om den dag goed te
ebruiken is ongetwijfeld hierin gelegen, dat
:;en begint te werken, zoodra de zon haar
licht voor iedereen beschikbaar stelt.
Ware zulks wat meer de gewoonte, dan
;ou om halftwaalf of twaalf uur de eetlust
:ioh zóo flink doen voelen, dat men dan een
"egelijk middagmaal zou aanspreken. Thans
ebben wij vaak voor ons eerste en tweede
ntbijt een boterhammen-systeem, dat ons
yegen drie uren in den steek kuit, zoodat de
ehoefte zich doet gevoelen aan een hart
versterking, die als voorlooper den weg moet
•anen voor den waren maaltijd, eerst aan-
angende, als de dag bijna geëindigd is.
ndien men omstreeks twaalf uren stevig
ten kon, zou men met denjten aan morgen-
rank dan zou men ten vijf ure thee met
rood nemen, en om halfaclit met een avond
maaltijd den dag bekronen na afloop van alle
rnstige werkzaamheden. Van acht uren tot
all'twaalf 's voormiddags en van een tot
yall'acht 's namiddags zou men een ruimen
"erktijd hebben voor zaken, veel ruimer dan
Je thans beschikbare uren, die, snel ver
logen, tot avondarbeid dwingen.
Wij staan te laat op, en onze werkelijke
oeding begint te laat. Dientengevolge wordt
n den loop van den dag (slechte) alcohol
edronken, die 's avonds de hersenen over
prikkelt, zoodat de slaap veel te laat intreedt.
Wij leven veel te laat. Dat kunt gij zien
an de vele verlichte vensters, die gij 's avonds
Feuilleton.
Vrij naar 'tDuitsch door S
Scherp en met nauw ingehouden toorn kwamen
ie woorden over de lippen van den bankier.
Andermaal wist de overste zijn uiterlijke kalmte
bewaren en antwoordde: „Mijn zoon dong naar
hand uwer dochter, in het volle vertrouwen,
"t.Hier bleef hij plotseling stekenhij
uchte een paar malen en voegde er toen snel
~n toe„Hij heeft zich bedrogen gezien in die
eening."
Dat deze woorden niet zonder indruk bleven
den bankier bleek uit een vluchtige beweging
er gelaatsspieren.
Voor 't overige bleef zijn houding even rustig
zeker als voorheenslechts zijn stem klonk rauw,
n hij hernam„Uw zoon veronderstelde na-
urlyk, dat op de naam der familie, met wie
ij zich wilde verbinden, niet de geringste
lek rustte. En deze veronderstelling was zeer
uist, overste."
De oogen van den bankier fonkelden en ves-
'gdon zich vast en doordringend op het gelaat van
en ouden officier. Deze meende in 'teerste
ogenblik niet juist gehoord te hebben en er
erliepen een paar seconden, eer hij in staat
as te antwoorden.
„Mijnheer," begon hij eindelijk, op onwilligen
on, „mijnheer, het is de wensen mijns zoon
na elf uur nog ziet schitterendat kunt gij
eveneens waarnemen in de mindere buurten,
waar de kleinhandel nog tot na middernacht
bezig is, zijn waren te slijten,
Het 's avonds openblijven der winkels is
niet andera dan het gevolg van den laten
aanvang van alle werkzaamheden. Men opene
de kantoren orn acht uur 's morgens neme
het middagmaal, evenals de oude Hollanders
in de zeventiende eeuw, midden op den dag,
zooals het woord «middagmaal" zelf aangeeft,
en men zal dan verbaasd zijn van den tijd,
dien rnen beschikbaar heeft, tot dat de
avondmaaltijd, omstreeks half acht, den dag
besluit. Wordt de tijd op die wijze verdeeld,
dan zal men zien, dat de winkels uit eigen
beweging vroeger sluiten, evenals zulks het
geval is in bijna alle steden in het buitenland."
Waarlijk, het bovenstaande geelt stof tot
overdenking.
We leven te laat, we moeten te laat op
blijven omdat we te laat beginnen te leven
'■n niet alleen slepen we elkaar mee in dat
voor ons lichaam stellig niet voordeelige
aftobben, maar ook jagen we zoowel ons
zeiven als de winkeliers op groote kosten.
BUITENLAND
Eigenlijk is 't alsof de regeeringsmachines
in de eerste dagen des nieuwen jaara al even
treurig loopen als gedurende de laatste et
malen des ouden; thans door 't nieuwe der
in elkaar grijpende raderen en wielen, toen
doordien ze waren afgesleten en onklaar ge
raakt. Zelfs de fijnste speurneuzen op jour
nalistiek gebied in Frankrijks hoofdstad, zijn
er niet in kunnen slagen sensatie-nieuwtjes
uit te denken met een achtergrondje van
waarheid of ten minste een schijn daarvan,
doch de ontevredenheid en de onrust van
het publiek duren voort en even vatbaar als
vóór dezen, blijft men voor aantijgingen
tegen en verdenkingen van de hoogste be
windvoerders.
Een poging vac. de sociaal-democratische
Vonuarts om Duitschland een Panama-zaak
op den hals te schuiven, schijnt vrij wel
mislukt, daar de door het partij-orgaan ge
publiceerde auitanties van liet Welfenfohds
(100 in getal) algemeen worden beschouwd
als te zijn valseh en gepubliceerd met het
kennelijk doel om geld te verdienen.
De Nieuwjaars-recepties aan de verschil
lende Hoven van Europa (behalve die na
tuurlijk van Rusland en andere Oostersche
Staten, welke met onze tijdrekening 12 dagen
ten achter zijn) liepen, naar de berichten
van Reuter te oordeelen, zeer kalm af.
Resumeeren wij alle toespraken, dan be
looft 1803 weder een vrede jaar te worden,
maar even als zijn voorganger dat van een
gewapenden vrede, daar het tijdstip nog verre
is dat de zwaarden tot sikkelen geslagen zijn
en de wolf met het lam vreedzaam graast.
De nalatenschap, welke 1893 hééft over
genomen van alle oude quaestiön en ge
schillen, komt na de parlementaire vacantiën
weder aan de orde en zal, als wij ons niet
bedriegen, opnieuw aanleiding geven tot kra
keel eti tweedracht. Daar zijn het Panama
schandaal en de vele werkstakingen en woe
lingen, in bijna gansch Europa.
En als gevolg diiarvan overal apitatie. Zoo
deelt thans de Figaro weder een interview
mee met de Russische generaals TcherkaïelT
en Kpniarofl' over het Fransch-ltussisch ver
bond.
Volgens die twee generaals is het verbond
met Frankrijk in Rusland zeer populair, zoo
onder het volk als aan het Hof.
In geval van oorlog tusschen Frankrijk
en Duitschland zou Rusland stellig Frankrijk
ter hulp komen.
'Bestaat er inderdaad een verdrag? Beide
generaals hebben, toon de redacteur van
den Figaro hun die vraag stelde, noch ja
noch neen willen antwoorden, maar in 't
geheel geen ontkennend gebaar gemaakt.
De-indiening by het Portugeeschc parle
ment van financieele voorstellen, daaronder
begrepen die betrekkelijk de buitenlandsche
scliuld, zal uitgesteld worden tot de aanbie
ding der Staatsbegrooting. voor 189394.
Men gelooft, dat het voorstel tot verminde
ring aer rente van de buitenlandsche schuld
zal strekken, om het besluit van 13 Juni '92
voor goed van kracht te maken.
De jaarlijksche bezuinigingen die do Minis
ter van Financiën denkt tot stand te brengen,
worden geschat op 2000 conto rois; tenge
volge der verminder]ng daardoor van de aan
de Portugeeschc bank te betalen rente, zal
de regeering het tekort tot 1893 kunnen
dekken. Hij oereidt ook ontwerpen voor, «lie
strekken om aan de schatkist belangrijke
inkomsten te verzekeren, welke het even
wicht op de Begrooting volkomen zullen
waarborgen en aan de houders van buiten
en binnenlandsche schuldbrieven van den
staat de volledige uitvoering van de verbin
tenissen, overeenkomstig de bepalingen dei-
wetten van 20 Februari en van 13 Juni,
zullen verzekeren.
In Groot-Brittaimië verwacht men, tenge
volge van het stijgen der katoenprijzen, bin
nenkort het, einde van de werkstaking der
spinners. Tusschen de werkgevers en de
arbeiders zijn onderhandelingen» begonnen
op dezen grondslag, dat de loonen vermin
derd zullen worden, totdat de toestand van
de industrie een verhooging godoogt
Uit de hoofdstad van Peru wordt geseind
dat de Minister van buitenlandsche zaken zijn
ontslag heeft ingediend, tengevolge van een
geschil met den heer Elias betreffende de
diplomatieke regeling in de aanhangigequaes-
tie met Chili. De andere ministers zyn het
eens met den heer Elias.
BINNENLAND.
en ook do mijne om die pijnlijke zaak op de
meest kiesche, de minst onheusche wijze ten
einde te brengen. Gij zelf maakt dit onmogelijk.
U dwingt mij om allerlei onaangename herin
neringen bij u op te wekken en u te verwijzen
naar een voorval in uw verleden, dat u aanleiding
had dienen te geven.
Een plotselinge beweging van den bankier,
die haastig van zijn stoel opsprong, deed den
officier dadelijk zwijgen.
„In mijn verleden," riep de heer Fahlandmet
verheffing van stem uit, „in mijn verleden is
niets voorgevallen, waarvoor ik behoefte blozen.
Het voorval, waarop u zinspeelt, is een ongeluk,
dat mij onschuldig trof en heeft zich volstrekt
niet toegedragen zooals „men" zegt.
„Twee nietswaardige schelmen zochten een
deel van hunne misdaad op mij te werpen en
mij daardoor tot hun medeplichtige te maken.
De mededcclingen, deze zauk betreffende, waren
destijds onder vier oogen geschied Lk meende
met eerlijke menschen te doen te hebben. En
zoo kon ik later voor de rechtbank geen getuigen
aanwijzen. De rechter hield het ten laste gelegde
voor onbewezen en sprak de schuldigen, zoowel
als mij, bij gebrek aan bewijzen vrij. De beide
misdadigers hebben, bij een latere gelegenheid,
hun verdiend loon ontvangen. Ik eenter kon en
kan het hoofd frank en vrij opheffen, destijds
zoowol als heden. Vele jaren van eerlijken, zwaren
arbeid liggen achter mij en bewijzen overtui
gender dan alle verzekeringen, dat ik niet tot
degenen behoor, die door oneerlijke handelwijzen
hun voordeel Deoogen. En mijn stadgenooten
kennen mijn principes en waurueeren ze dat
toonen de vele eereposten, welke zij mij opge
dragen hebben. Ik geloof ook niet, dat er iemand
in do stad in, dio aarzelen zon uin mij de hand
te drukken of zich niet gaarne met mijne familie
verbinden zou. En daarom vond ik net noodig
om met uw zoon over het verledene te spreken.
„Als gij en uw zoon echter meenen een strenger
oordeel over mij te moeten vellen dan mijne
medeburgers, als gij, voor uw stand een fijner,
ingewikkelder eergevoel, een bnzonder soort
eergevoel meent te moeten blootleggen, eono
soort, welke boven die van eiken anderen stand
staat, welnu, dan kan ik daartegen niets doen
dan net verwijt, dat gij mij toevoegt, terugwyzcn.
Aan mij is het dus niet te wijten, wanneer de
zaak eene zoo pijnlijke wending neemt."
De bankier zweeg. Hij stond daar tegenover
den officier niet als een, die zich van schuld
bewust is, maar wel als een aanklager, wion on
recht geschiedt.
Het voorhoofd van den heer Von der Liihe had
zich bij de laatste woorden gefronst en zijn ge
laat nam eene toornige uitdrukking aan zyn
zelfbeheersehing en de hem aangeboren en in
geprente wellevendheids vormen verhinderden
echter een uitval, hij vergenoegde zich om op
kouden, snydenden toon te antwoorden: „Ik ben
niet tot u gekomen, mijnheer om een oordeel
over datvoorval m uw leven te vollen. Dat
is evenmin mijn doel als om myn mconing to
zeggen over de houding uwer medeburgers. Ik
sta te ver van die kringen en acht mij daarom
niet in staat, om met den juisten maatstaf, do in de
burgerlyke kringen heerschende bogrippene n ge
bruiken te moten. Bovendien moet ik u de be
voegdheid en het recht ontnomen om over
officierseer en over do ui of niet geldigheid van
Met het aannemen van het Wetsontwerp
op de peraequatie door de Eerste Kamer is
schrijft het Rott. Nieuwsblad thans
du cerate reeks van belastinghervormingen,
door de tegenwoordige Regeering voorge
dragen, zoo goed als tot stand gekomen.
Aan den «dringenden eisch der rechtvaar
digheid," weike reeds zoo vele jaren tever
geefs op bevrediging wachtte, is in "1892
althans in enkele opzichten voldaan.
Reeds prijkten in het Staatsblad de wetten
krachtens welke m de eerste plaats met 4
Mei e. k. een hatelijke accijns (dié op de
zeep) zal verdwijnen; een andere, (nie op het
zout, tot een derde zal worden verminderd.
Te gelijkertijd zullen ook de hoogst bezwa
rende eischen der schatkist bii de overdracht
van onroerend goed veelal een belasting
op de armoede en den achteruitgang ook
tot een derde worden verlaagd. En reeds
met 1 Januari trad de nieuwe omslag der
Grondbelasting in het leven, welke ten doel
heelt dien last meer gelijkmatig, volgens de
opbrengst der landerijen in onze dagen, over
de eigenaars te verdeelen en waarby ae schat
kist om de bezwaren van den overgang
te boven te komen den gezamelijken last
met ongeveer een millioeu heeft verminderd.
Dat deze gewichtige hervormingen niet
zonder a:quivalenten tot stand konden komen,
ligt voor de hand. De nieuwe hefling, die
mot 1 Mei in werking treedt, voldoet echter
in hooge mate aan de eischen der billijk
heid. Zij laat ook het vermogen der in-
gezetonon tot de algemeene lasten bijdragen
en wel in progressieven zin. En tegenover
de verminderiug van aceynzen op eerste le
vensbehoeften met 4'/i millioen staat slechts
de in onzen kring gevolgde gowoonten een oor
deel te vollen. De overste Von Bornstedt heeft
in uw verleden een feit gevonden, dat hem
noodzaakt zijne toestemming te weigeren voor
het huwelyk van een zijner officieren met uw
dochter. Dat moet mijn zoon en mij voldoende zijn;
mijn zoon heeft als militair niet het recht om
de besluiten van zijn chefs to critiseeren of zich
daartegen te verzetten. Dat is het, wat ik u te
zeggen heb en thans mag ik zeker wel dit on
verkwikkelijk onderhoud als goëindigd beschou
wen."
De officier wilde zich met een lichte buiging
verwydoren; do bankior, dio zyn verontwaardi
ging over het onrecht, dat men hem en de zijnen
aandeed, niet langer bedwingen kon, hiold ncm
terug en voegde hem Raroastisch toe:
„Juist, mijnheer Von der Liihe, ons gesprek
is ten eindedoch laat my u nog even zeggen,
dat ik, als uw zoon zich zoo willoos onderwerpt
min zulke inhumane, middeleeuwsche begrippen,
hot niet betreur, dat hy geen lid nujnor familie
wordt."
De overste antwoordde niets meer. Hy wendde
zich eensklaps om, liep naar de deur en vertrok.
De heer Fahland bleef midden in dc kamer
staan. Hy was zeer aangedaanvan nauw inge
houden woede balde hij do vuisten; zijn voor-
hoofdsaderen zwollen op: zyn oogen schoten
vuur in do richting van den vluchtende en oen
vreeselijko verwonsching werd dezen achterna
geroepen.
Maar toon zijn vrouw en Klara, geheel ontdaan
en (loodsbeangst do kamer binnenylden, werd
hy- zich weer aanstonds mcceter.
Wordt vervolgd).