Donderdag 10 Aug. 1893. No. 4274. 37e Jaargang. Binnenland He! Bankbiljet ?an 1000000^ Uitgave PIEMA A. H. VAN CLEEPP te Amersfoort. Dit blad verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag. Abonnement per 3 maanden f\. Franco per post ƒ1.15. Advertentiën1—6 regels 60 Cents.; elke regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadvert. per regel 15 Cents. Reclames per regel 25 Cents. Afzonderlijke nummers 10 Cents. Bureau MUURHUIZEN hoek Kortegracht, Wijk B. Reis-abonne menten. Wij zijn gaarne bereid om, tegen vergoeding van porto, aan geabon- neerden, die voor korten of langen tijd op reis gaan, de Amersfoortsche Courant en de bladen, welke zij door onze tussclienkomst ontvangen, na te zenden. Opgave van duidelijk adres is vol doende. De nieuwbenoemde gouverneur-generaal van Nederlandsch lndiö, jhr. Van der Wijck, begaf zich Dinsdagochtend naar Parijs. Z. E. zal 21 September met de Prins Hen drik uit Genua naar Batavia vertrekken. Jn ons vorig nummer deelden we tnede lioe in de Eerste Kamer werd voorgesteld het eventueel overecliot der Vermogensbe lasting al' te staan voor de Gemeenten. Men heeft de huid verkocht eer de beer gevangen is, want ofschoon alle opgaven nog niet zijn ingekomen men is reeds zóo ver gevorderd, dat nu al met eenige zeker heid kan gezegd worden, dat de raming van den Minister (8 inillioen) niet zal overschre den worden, misschien niet eens bereikt. De formulieren zijn, op zeer enkele uit zonderingen na, met de meeste nauwgezet heid ingevuld; van ambtshalven aanslag is bijna geen sprake. De taak der Raden van beroep zal daarom dan ook zeer licht wezen. Ten opzichte van de beraadslagingen over de Kieswet schrijft de Haagsehe correspon- den der Nieuwe Groninger Cl We hebben nu 32 sprekers gehoord en zullen er nog enkelen te hooren krijgen eer Minister Tak aan het woord komt. En toch zal deze ons pas eenig licht verschaffen in de duisternis, die over de politieke watereu heerscht. Van zijn houding tegenover de aangekondigde amendementen zal alles af hangen. Ik weet wel, dat de Minister er zich met over zal uiten voordat de lieeren Roël en Mees. Van der Kaay, Van Houten, Rut gers, De Beaufort, Vermeulen, Van Kerkwijk, Mackav en anderen hun wijzigingen duidelijk hebben geformuleerd; maar bij 't algemeen debat zal toch reeds kunnen blijken of de Minister zich plaatst op 't standpunt, dat men zou kunnen aanduiden met het volkswoord: Feuilleton. Naar het Engelsch van Mark Twain. 3). Welnu dan Tod, geef meneer geld terug en spoedig. Tod stotterde; Ja, geef meneergeld terug, dat is gemakkelijk gezegd, maar ziet u zelf het biljet eens. I)e eigenaar sloeg er een blik in, siste even, zachtjes en veelbeteekenend fluitend door de tanden, dook naar den hoop kleeron, die op den grond lag, en terwijl hij hier en daar stukken uitzocht, sprak hij hardop als in zich zelf: Wie verkoopt nu aan een milionair zoo'n afschuwelijk pak als dat. Tod lijkt wel gek stapelgek. Altijd doet hij zulke domheden, llij jaagt me eenvoudig- al de millionairs uit den winkel, omdat hij geen raillionair van een bede laar kan onderscheidendat. heeft hij trouwens nooit gekund. Ha, hier heb ik wat ik zoek. Och, meneer, trek u die vodden eens uit, Ms 't u blieft, en gooi ze in het vuur. Doe mij het genoegen en trek dit hemd eens aan en dit pak, dat is veel, veel heter, juist wat we hebben moeten. Dat is een rijk, eenvoudig en hoogst aristocratisch pak. Het werd op bestelling ge maakt v-ior een buitenlandschen prins ja ik mag' hem u noemen, 't is de erfprins van eh ach hoe heet. hij ook weer hij kon het pak niet aannemen, omdat hij een rouw- «buigen of barsten". Zal de Minister een amen dement, thans door den heer Van Kerkwijk in - gediend, orn den leeftijd voor de kiezende gemeente tot 28 jaar te verhoogen, welwillend te gemoet treden Dat ware reeds iets, al thans voor hen, die in een liooger leeftijd een voldoende reden vinden om andere eisc.hen lager te stellen. Zal hij het stelsel van den heer Mees totaal afwijzen en evenzeer elke toenadering tot het systeem-Van der Kaay c.s. weigeren Geen belasting-eisch, geen woning-basis, '-'een capaciteiten-stelsel, geen spaarbank boekje; alleen lezen en schrijven en niet- bedeeling? Zal «lat 't standpunt des Ministère zijn Want, dat hij kiesplicht en meervoudig stemrecht (het onzinnigste van alle onbillijk heden) niet zal aanvaarden, behoeft nauwelijks gezegd. We moeten het stillekens afwachten. Moe echter de loop van het debat ook zij en of we, na den Minister, van voren af be ginnen met replieken en nieuwe speeches van de «nabloeiers" (moge bet door een motie tot sluiting iu 's hemels naam liever worden voorkomen«lit staat wel zoo goed als vast, dat «ie kiesrecht-hei vorming bij leven en welzijn in het nieuwe, zittingjaar pas zal worden beslist. De prol'usie van amendemen ten, die in de maak zijn en van lieverlede aan de smachtende natie zullen bekend wor den, maakt een ernstig onderzoek in de af- deelingen en liet voorafgaand overleg over de gevolgen onvermijdelijk. Er is dan ook nu bijna niemand meer in «le Kamer (behalve de over-baastigen, die hun onrust tegenover de buitenwereld willen toonen) die niet inziet dat liet, na de algemeene beraadslagingen, uit is met de eerste periode van behandeling. Er zal dan een voorstel tot sectie-onderzoek komen van de amendementen, de Kamer zal dan nog enkele spoedeischende en kleine zaken afdoen en Donderdag 17 of Vrijdag 18 Augustus gaan de heeren op reces, om een maand later terug te keeren en, na de gewone formaliteiten-periode eener nieuwe zitting, met nieuwen moed en na ernstige voorbe reiding, de voorgedragen wijzigingen te be handelen. Dat is de eenig goede weg ook want zooals 't nu geschapen is, zijn er niet meer dan 9 onder de 34 ingeschreven sprekers die geneigd zouden zijn het Regeeringsont- werp aan te nemen zooals het daar ligt en men heeft berekend, dat zonder zeer in grijpende veranderingen, in den geest aer serieuse voorstanders vankiesrechtuitbreiding, zelfs met medewerking van de meest volg- costuum noodig had, want zijn moeder lag op sterven, maar ze is nu nog niet dood. Maar dit is nu niets, een rnensch kan niet alles hebben zooals hij het wel zou of eigenlijk zooals hij denkt dat nu kijk eens! de broek past juist, hij staat u uitstekend, meneernu het vest, ah, ook netjes, en de jas, meneer de baron, kijk nu zelf eens. 't Zit u alles als gegoten ik heb nog nooit zoo'n mooi pak gemaakt. Ik betuigde eveneens mijn tevredenheid. Zeker, meneer, zeker, voor gemaakt goed zit het uitstekend, dat moet ik zeggen. Maar wacht eens af, wat ik u leveren zal naar uw eigen maat. Gauw Tod, pen en papier en schrijf op. Vóór ik een woord kon zeggen, had hij me de maat genomen en bestelde g'kleede pakken, huispakken, overhemden en allerlei zaken naar die maat. Toen ik er een woord tusschcn kon plaatsen, zei ik: Maar mijn beste meneer, ik kan u deze bestellingen niet doen, als u niet voor onbe- paaldcn tijd op betaling kunt wachten, of dit biljet wisselen. Voor onbepaalden tijd, zegt u? Neen meneer, ik kan wel eeuwig wachten, als u dat wilt. Tod, pak spoedig het goed in en zend het aan meneer's adres zonder een oogenblik te verliezen. Laat de andere klanten ranar wachten. Schrijf meneer's adres op, en Ik ben juist bezig te verhuizen. Ik kom wel eens aan en dau zal ik u mijn nieuw adres geven. Uitstekend, meneer, uitstekend. Wacht even mag ik u uitlaten? Goeden morgen, uw dienaar. Wat er verder gebeurde, laat zich gemakkelijk begrijpen. Ik ging natuurlijk voort met te koo- pen wat ik noodig nad en vroeg overal geld zamen aan de rechterzijde, thans geen 43leden voor het ontwerp zouden zijn te vinden. Reden genoeg om niet op een overijlde be slissing aan te dringen, maar ruirnc gelegen heid te openen tot nader overleg en tot onderlinge overreding. Wat Minister Tak voornemens is te doen, weet nog geen sterveling; maar men heelt een flauw- vermoeden, dat hij op enkele pun ten zal toegevenook met opzicht tot den leeftijden voorts meerdere waarborgen voor de stellige uitsluiting van wegens landlooperij en bedelarij veroordeeldeneenige versterking van waarborgen nopens het voorzien in eigen onderhoud en dat van het gezineenige ver betering in de controle nopens de bed eeling. Dat hij verder zal gaan, verwacht men niet, althans niet in principiëele punten. Bij Kon. besluit is, ingetrokken het Konink lijk besluit van 18 Juli 1893 voor zooveel betreft de benoeming tot commissaris van politie te Wageningen van J. W. Tuinen- Durg, thans commissaris van politie te Hilver sum, en is aan J. W. Tuinenourg voornoemd, eervol ontslag verleend als comm. van politie te Hilversum, welk ontslag gerekend wordt te zijn ingegaan 1 Augustus 1893. De heer W. van Dijk, commissaris van rijkspolitie te Goes, met ingang van 1 Aug. 11. benoemd tot commissaris van politie te Hil versum, heeft, na als zoodanig te zijn bëedigd, eergisteren zijn ambt aanvaard. Met wijziging van het bepaalde bij Kon. besluit van 4 Maart 1893 is bij dut van 20 Juli jl. bepaald, dat van het personeel van het wapen der Koninklij ke marechaussee de opper- waclnneestere den graad hebben van adjudant- onderofficier, de wachtmeesters dien van ser- geant-niajoor, de brigadiers, dien van sergeant en de marechaussees dien van korporaal. Bij Kon. besluit is wijziging gebracht in de regeling der academische examens en promotiën. Deze wijziging betreft de bekende Kwestie van de splitsing der doctoraalexa mens. Belanghebbenden verwijzen wij naar de Staatscourant In de 16e zitting der algemeene Synode is onder meer in behandeling gekomen het schrijven der 's-Gravenhaagsche ouder lingen over het optreden van ds. W. Bax, en het daarover uitgebrachte rapport. W. C. DIJKGRAAF, Horloger Langestraat 16. terug van mijn bankbiljet. Binnen een week had ik alles wat ik noodig had en maar wen- 8chcn kon en woonde in een weelderig ingericht hotel aan Hanover-Square. Ik dineerde daar ook, maar mijn ontbijt gebruikte ik in het eenvou dige restaurant van Harris, waar ik mijn eerste middagmaal op het bankbiljet van eenmillioen pondborgde. Ik bracht er dien man geheel bovenop. Het had spoedig de ronde gedaan, dat de vreemde ling, die bankbiljetten van een millioen pond in zijn vestzak droeg, het restaurant begunstigde. Dat was voldoende. Van een arm, verlaten eethuis, was het een bekend, steeds drukker bezocht restaurant geworden. Harris was daarover zóo in zijn schik, dat hij me dwong geld van hem te leenen, en zoo arm als ik was, had ik geld op zak als de rijkste en ik leefde er goed van. Ik dacht, dat er wel te eeniger tijd een „krach" zou komen, mie r ik was nu eenmaal in het schuitje en ik rn.iest roeien of verdrinken. Juist dat voortdurend dreigen van een omkcering in de zaken maakte, dat er iets ernstigs, iets tra gisch zelfs zweefde over een toestand, die eigen lijk anders allerdolst zou geweest zijn. 's Nachts, als hot donker was, had ik die ernstige zijde altijd voor me, ik tobde en maakte mij angstig en kon er niet van slapen. Maar met het heer lijke daglicht kwam ook de zonnige kant we.r boven, ik wandelde als in een droom en was bedwelmd en dronken van geluk. En dat sprak van zelf; want ik was een van de bekendheden van de grootste wereldstad ge worden, en dat maakte mijn hoofd geen klein Na breedvoerige en ernstige gedachten- wisseling is aangenomen een motie van orde, voorgesteld door de hh. Bronsveld, Van Veen en Koch, aldus luidende: »De synode, be treurende den toon, waarin het adres van de hh. Rochussen c. s. is gesteld, «en afkeurende de wijze, waarop ds. Bax deel neemt aan den strijd tegen privaat bezit en de bestaande inrichting der maat schappij, gaat over tot de orde van den dag." Art. 11 toch van het algemeen reglement zegt, dat «de bewaring van orde en een- «dracht en de aankweeking van lieide voor «koning en vaderland steeds het hoofddoel «moeten zijn van allen, die in de onderschei- «dene betrekkingen, met het kerkelijk be- «stuur zijn belast." De Tijd merkt naar aanleiding van dit be sluit het volgende op: «Betreuren" en «afkeuren" 't is iets ongetwijfeld, maar veel is het niet! De Sy node stelt zich o. i. dan ook aan het niet geringe ongerief bloot, dat zoomin de heer Rochussen c. s. als de heer Bax zich aan haar «beslissing" iets zal laten gelegen liggen. Maandag werd te Utrecht gehouden een hoofdbestuurs- en daarna een algemeene vergadering van de Vereeniging: Trouw aan Koning en Vaderland. Deze vereeniging, die onder bescherming staat van H. M. de Koningin-Regentes, heeft vooral ten doel, de behoeftige dragers van het Metalen Kruis of de Citadel-medaille te ondersteunen. In het uitgebrachte jaarverslag wordt het afgeloopen jaar niet ongunstig genoemd wel kon het bescheiden doel, dat men zich stelde, nog in lang niet bereikt worden, maar er kon toch eenige vastheid gegeven worden aan de te doene uitkeeringen, terwijl de wijze, waarop deze geschiedden, voldoende, geregeld werd. Vooreerst werd, op voorstel van het dagelijkscb bestuur, een verdeeling gemaakt van de personen, aan wie uitdeelingen zouden verstrekt worden. Zij werden, naargelang der behoeftigheid, op grond van ontvangen gegevens, verdeeld in drie groepen, waarvan de eerste de zeer behoeftigen omvat, de tweede de minder- behoeftigen, de derde degenen, die met een kleine toelage 'sjaare voldoende geholpen zijn. Van de lijsten zijn afgevoerd allen, die zich eenigermate zelf kunnen helpen. Verder werd bepaald, dat aan degenen, die tot de eerste groep behooren, f 100 moest beetje op hol. Men kon geen courant opnemen, 't zij een Engelsehe, Schotsche en Iersche, zonder een of meer berichten'omtrent den „millioen- ponds-biljettc-a-in-zijn-vestzak-drager", en zijn laatste doen en laten te vinden. In het begin werd ik vermeld onderaan ln de rubriek „ge mengde berichten"; maar al spoedig kwam ik onder de mededeelingen omtrent den adel, toen er boven, ik ging aan de baronnen vooraf en klom al hooger en hooger, naarmate mijn be kendheid toenam, tot ik eindelijk de hoogste plaats in de bladen innam, die ooit te krijgen was, nl. na het koninklijk huis en vóór den geheelen adel en de geestelijkheid, behalve den Primaat van Engeland. Taen kwam de laatste stoot, de overgang om zoo te zeggen, die me van een bekend tot een beroemd mensch maakte Punch gaf een karikatuur van me! Nu wt ik een gezeten man en mnn plaats onder de groot heden was verzekerd. Er mochten nog grappen over me gemaakt worden, maar met een soort van eerbied, niet beleedigend, en de spot mocht niet ruw meer zijn; men mocht nog over me glimlachen, me uitlachen durfde men niet. Die tijd was voorbij. En nu kan men nagaan hoe het een jongmensch te moede moet zijn, naar wien vroeger niet werd omgezien, en die nu geen woord kon zeggen, of het werd opgevangen en overal herhaald; die niet over de straat kon gaan zonder van mond tot mond te hooren fluisteren „Daar gaat hij, dat is hem!", die geen maaltijd kon gebruiken, zonder dat er een hoop menschen omheen stonden, die niet in een loge van de opera kon verschijnen, of honderden binocles werden op hem gericht. Ik baadde mij letterlijk den geheelen dag in de volle glorie van mijn opkomende beroemdheid. {Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1893 | | pagina 1