Maandag 12
Maart. 1894.
No. 4335.
38e Jaargang.
9 Maart 1894.
DE BULTENAAR.
AIERSFOÖRTSCHE COURANT
Uitgave
PÏRMA A. H. VAN CLEEFF
te Amersfoort.
Dit blad verschijnt Maandag-en Donderdag-namiddag. Abonnement per 3 maanden 1.
Franco per post /'1.1b. Advertentiën1—6 regels 60 Cents.; elke regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadvert. per regel
15 Cents. Reclames per relge 25 Cents. Afzonderlijke, nummers 10 Cents.
Bij advertentiën buiten do stad worden de incasseeringskosten in rekening gebracht.
Bureau MUURHUIZEN
hoek Kortegracht, Wijk B. 60
Telephoonnnmmer 19.
KENN 1SGEVINGEN.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Gezien art. 8 der wet van den 2. Juni 1875
(Staatsblad No. 95),
Brengen ter kennis van het publiek, dat door
hen aan K. van WIERINGEN en zijue recht
verkrijgenden vergunning is verleend om cene
slachterij opteriehten in het perceel, alhier ge
legen aan het Havik, wijk F. No. 478, kadastraal
bekend onder sectie E. No. 3043.
Amersfoort den 12. Maart 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Brengen ter kennis van de belanghebbenden,
dat de lijsten, aanwijzende de personen, in deze
gemeente bevoegd tot bot kiezen van leden voor
de Tweede kamer der Staten-generaal. de Provin
ciale staten en den Gemeenteraad, zijn vastge
steld, en benevens die, behelzende de namen
der personen, welke ingevolge art. 35 der wet
van den 4. Juli 1850 (Staatsblad No. 37) van ge
melde lijsten zijn geschrapt, op heden aan de
bergplaats bij het raadhuis zijn aangeplakt;
welke lijsten met den schattingsstaat en de ver
slagen der betrokken ambtenaren gedurende veer
tien (lagen, te rekenen van heden, alle werkdagen
van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags,
op de secretarie dezer gemeente voor eenieder
ter inzage liggen.
Amersfoort, den 12 Maart 1894.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris.
W. L. SCHELTUS.
Gelijk we Vrijdagmiddag reeds per bul
letin berichtten, heeft de regeering het
wetsontwerp tot regeling van het Kies
recht ingetrokken.
Dat dit het lot zou wezen van een
ontwerp waarover door zóo velen, iu en
buiten de Kamer, zóo lang (ruim 250 M)
en zóo zwaar (bijna 2 Kilo) is gepraat,
heeft wel niemand vermoed.
Er was dau ook een kleine paniekje
toen, weinig na 1 uur, de voorzitter het
besluit der Regeering meedeelde.
Het amendement-De Meijier (hoogere
woniug-eisch) was 's ochtends te 11 uur
aangenomen met 57 tegen 41 stemmen
(2 Kamerleden waren door ziekte afwezig).
Vóór stemden 19 liberalen, 15 anti-
Feuilleton
Naar hel Engelscli
van
A. CONAN DOYLE.
2)-
De Royal Mallows is, zooals je weet, een van
de beroemdste Iersche regimenten in het Britsche
leger. Het deed wonderen in den Indischen
oorlog en heeft zich sedert dien tijd bij elke
gelegenheid onderscheiden. Tot Maandagnacht
stond liet onder commando van kolonel Barclay,
een dapper veteraan, die, als gewoon soldaat in
dienst getreden, om zijn moed in den oorlog
tot bevelhebber is verheven en het commando
is blijven bewaren over het regiment, waarin hij
eens met het geweer liep.
Kolonel Barclay is getrouwd, toen hij nog
sergeant was, en 'zijn vrouw, die Nancy Devoy
van zichzclvo heette, was de dochter van een
voormalig sergeant-majoor van hetzelfde korps.
Zooals dus wel te begrijpen is, was de nieuwe
omgeving, waarin het jonge paar v.,vant zij waren
beiden nog jong) kwam, hun geheel en al vreemd.
Zij wisten evenwel spoedig de allures van hun
stand aan te nomen en ik hoor, dat mevrouw
Barclay altijd even populair is geweest bij de
dames'van het regiment als de kolonel bij zijn
revolutiounairen en 23 katholiekentegen
32 liberalen, 5 anti-revolutionnairen, 2
Katholieken en 2 radicalen.
De Minister van Binnenlandsche zaken
vroeg, onmiddellijk het woord en zeide:
Door het zooeven, in strijd met het
advies der Regeering, aangenomen amen
dement, worden de strekking en de be-
teekenis van het wetsontwerp tot rege
ling der kiesbevoegdheid geheel gewijzigd.
„Daardoor gaat het karakter der door
de Regeering voorgestelde kiesrechther-
vorraing verloren en kan het doel daar
van niet meer worden verwezenlijkt.
„Dientengevolge wenseh ik de ver
antwoordelijkheid der verdediging niet
verder op mij te nemen en heb ik de
'eer, daartoe door de Koningin-weduwe
Regentes gemachtigd, het wetsontwerp
tot regeling van het kiesrecht in te
trekken."
Luide en aanhoudende bravo's klonken
in de Vergaderzaal eu op de tribunes.
De Voorzitter sehorste de vergadering
tot 1 uur.
Na hervatting der zitting deelde de
Voorzitter mede, dat hij het, zijn plicht
heeft geacht, tot de Regeering de vraag
te richten of zij in de gegeven omstan
digheden er prijs op stelde, dat door de
Kamer ontwerpen van wet in openbare
zitting of in de af deelingen zouden worden
behandeld.
De Regeering had daarop bericht, dat
het haar op het oogenblik niet bekend
is, dat er onderwerpeu zijn wier behan
deling, hetzij in openbare zitting, hetzij
in de afdeelingen, noodzakelijk kan wor
den geacht.
Mitsdien deed de Voorzitter het voorstel
uiteen te gaan tot nadere bijeenroeping,
waartoe werd besloten.
De Ministers zijn daarna in rade ver
gaderd.
Zeer opmerkelijk is hetgeen de Stan
daard schrijft als aanleiding tot deze
ontkuoopiug
„Chefs, leiders, hoofden der partijen
waren er eenvoudig niet. De liberalen
hadden geeu voorman; bij de radicalen
was niemand aangewezen, om op de loco
motief te staan; de katholieken waren
hoofdeloc^. En bij de anti-revolutionnai
ren nam wel yEneas baron Mackay met
oflicieren. Ik kan er nog bijvoegen, dat zij een
buitengewone schoonheid was en dat zij zelfs
nu nog, ofschoon ze al over de dertig jaar ge
trouwd is, een frappante verschijning is.
Het schijnt, dat kolonel Barclay's leven heel
gelukkig is geweest. Majoor Murphy, wien ik
veel van hetgeen ik weet te danken heb, ver
zekert mij ten minste, dat hij nooit van eenige
oneenigheid tusschen man en vrouw gehoord
heeft. Wel gelooft hij, dat Barclay's liefde voor
zijn vrouw grooter was, dan die van zijn vrouw
voor hem. Hij was mets op zijn gemak, als hij
eens een paar dagen zonder haar was. Zij daar
entegen liethoewel trouw en aanhankelijk
minder in het openbaar van haar liefdeblijken.
Maar in het geheele regiment werden zij be
schouwd ais een model-echtpaar van middel
baren leeftijd. Er bestond hoegenaamd niets in
hun onderlinge verhouding om het zonderlinge
drama te doen verwachten, dat zou plaats hebben.
Kolonel Barclay schijnt altijd eenige zonder
linge trekken in zijn karakter te hebben gehad.
Ilij was een vroolijk, joviaal soldaat, als hij in
zijn gewonen doen was, maar er waren oogen-
blikken, waarin bij blijken gaf van groote
woestheid en wraakgierigheid. Die buien schijnen
zich evenwel nooit tegen zijn vrouw gekeerd te
hebben. Iets anders, dat majoor Murphy en drie
van \ijf officieren, waarmede ik sprak, had
getroffen, was de zonderlinge depressie, die dell
kolonel van tijd tot tijd overviel. Zooals de
majoor zich uitdrukte: de glimlach werd dik
werf, als door een onzichtbare hand, van zijn
mond weggevaagd, te midden van de vroolijkheid
ongemeen talent de leiding op zich, maar
van de heeren, die spraken, zong toch
een ieder weer een eigen deuntje. Haast
scheen het, of harmonische samenwerking
ook onder de onzen op den index was
geplaatst.
„De heer A. van Dedem, nog wel de
president van de club, dreef dit zingen
van een eigen liedeken zelfs zóo ver, dat
hij den volke kwam verkondigen, dat de
heer Mackay niet alleen geen politiek
talent had laten schittereu, maar zelfs
een ernstige „politieke fout" had begaan.
„Gevolg hiervan was dan ook, dat alle
discipline, bij alle partijen, volstrekt ge
bannen scheeu. Een ieder reed op zijn
eigen hobbelpaardje.
„Het eene „geachte lid" voor en het
andere „geachtte lid" na kwam met een
speech, of met een amendement, of met
een sub-amendement aandragen. Opinies
en opinietjes werden als een hoop zand
op en door elkaar geworpen. En als dan
de hoop er lag, begon men nogmaals,
ieder met zijn eigen schopje, dien hoop
om te werken. Tot eindelijk de Minister
en de Kamerleden er zich zoodanig iu
haddeu gewerkt, dat de vorige week ten
slotte niemand meer raad wist, en heel
de Kamer Vrijdag met de handen in het
haar zat.
„Dit nu is het parlementair anarchisme,
niet in zijn eerste, maar in zijn laatste
stadium.
„Geen leiding, geen regel, geen orde,
geen bindende afspraak geen spoor van
een accoord in het "saamzingenvolkomen
afwezigheid van alle harmonische saam
werking; de ruwe, rauwe parlementaire
chaos."
Ter beoordeeling van het besluit her
inneren wij, dat de betrokken alinea iu
het regeeringsvoorstel luidde: „Kiezer is
bij diein de drie laatst verloopen
maanden in een zelfde woning is gehuis
vest geweest.
De heer De Meijier stelde voor: „kiezer
is hij, die... gedurende de laatstverloopen
of aan zijn laatste verhuizing voorafge
gane twaalf maanden, krachtens persoon
lijk of zakelijk recht, ter bewoning in
afzonderlijk gebruik heeft gehad een
zelfde woning bestaande:
„voor zoover betreft hoofden van huis
gezinnen, uit ten minste twee afgesloten
W. F. A. GROENHUIZEN,
Havik, hoek Lavendelstraat.
HORLOGE- eu INSTRUMENTMAKER.
van de officierstafel. Wanneer dat zoo over hem
kwam, kon hij dagen lang in de diepste somber
heid verzonken blijven. Dit en een zekere mate
van bijgcloovigheid waren de eenige ongewone
trekken in zijn karakter, die zijn oflicieren in
hem hadden opgemerkt. Die laatste eigenaar
digheid nam den vorm aan van afkeerigheid om
alleen te zijn, vooral in het donker. Deze jon
gensachtige vrees bij een man. die zooveel moed
had getoond, had al dikwijls tot allerlei gissingen
aanleiding gegeven.
Het eerste bataljon van de Royal Mallows werd
eenige jaren geleden te Aldershot gedetacheerd.
De getrouwde officieren wonen buiten de kazerne
en de kolonel heeft al dien tijd een villa be
woond. Lachine geheeten en op ongeveer een
halve mijl afstands van de kazerne gelegen. Het
huis staat op eigeu grond, maar de westkant
er van staat niet meer dan dertig el van den
openbaren weg. Een koetsier en twee meiden
maken het bediendenpersoneel uit. Dezen waren
met hun meester en meesteres de eenige be
woners van Lachine, want de Barclays hadden
geen kinderen cn het was ook geen gewoonte,
dat zij logo's hadden.
En nu kom ik op hetgeen er op Lachine ge
beurd is tusschen negen en halftien van jongst
leden Maandagavond.
Het blijkt, dat mevrouw Barclay behoorde
tot de Roomach-Katholieko lvcrk en zich zeer
vertrekken, of wel uit éen zoodanig ver
trek en een keuken, of een achterhuis,
geheel of ten deele voor huishoudelijk
gebruik bestemd
„voor zoover betreft afzonderlijk levende
of bij andere inwonende personen, uit ten
minste éen afgesloten vertrek met haard
stede enz."
Wat zal het gevolg wezen van dezen
uitslag, die niet geheel ten onrechte
doodend wordt genoemd voor het prestige
van den machtigsten tak van onze Volks
vertegenwoordiging 1
Komt er een nieuw Ministerie Mackay,
of Van Houten, of Roëlldan wel, zal een
Kamerontbinding volgen
Tot dusver is hieromtrent niets met
zekerheid te- zeggen. In Den Haag wordt
een Kamerontbinding niet voor waar
schijnlijk gehouden.
Te betreuren is het, dat de Kroon in
deze quaestie gemengd, e n voor zulk een
moeilijke keuze geplaatst werd.
De geschiedenis leert ons, dat het volk
steeds aan de zijde van de Kroon, de
Kroon steeds aan de zijde van het volk
stond.
Dit had èn de Kamer èn de Minister
moeten bedenken.
Het wil ons voorkomen, dat een wijze,
een practiscke en echt Nederlandsche
politiek zou medebrengen, dat dit Minis-'
terie, waarin, op enkele uitzonderingen na,
zulke eminente mannen zitting hebben,
blijft en Minister Tak, zijn voordeel doende
met de gewettigde en billijke bezwaren,
zijn ontwerp wijzigt, om opnieuw en zoo
spoedig mogelijk, met deze Kamer te
trachten tot een kiesrechtuitbreiding te
komen.
Want dit is zeker, voor een kiesrecht
uitbreiding, mits in een duidelijker ont
werp dan dit, is een meerderheid, zelfs
een vrij groote meerderheid, in deze Kamer
te vinden.
Mocht Minister Tak in overleg met
de Kroon dit niet willen, dan blijft
niets anders over dan een beroep op de
natie, dus Kamerontbinding.
Valsche schaamte weerhoude hem niet;
goede wetgevers zijn in Nederland dun
gezaaid en aan het beginsel van zijn wet
is niet getornd.
Hoe dan ook, 9 Maart 1894 was een
gewichtige dag in onze politiek.
geïnteresseerd had voor het genootschap van St.
George, dat zich ten doel stelt, gedragen klee
deren aan de armen uit te reiken. Dien avond
was er te acht uur vergadering van het genoot
schap en mevrouw Barclay had zich met het
diner gehaast om er bij lijds te wezen. Toen zij
het huis verliet, hoorde de koetsier haar iets
heel gewoons tegen haar echtgenoot zeggen en
hem verzekeren, dat zij spoedig terug zou zijn.
Hierop ging zij miss Morison, een jonge dame,
die op de aangrenzende villa woont, afhalen en
beide dames reden daarop naar de vergadering.
Om kwart over negen kwam mevrouw Barclay
weer thuis, na miss Morison aan haar huis te
hebben afgezet.
Op Lachine is een kamer, die gebruikt wordt
als ontbijtkamer. Deze kamer ziet op den weg
uit: door een groote openslaande glazen deur
komt men op de laan. Deze laan is dertig el
lang en wordt slechts van den openbaren weg
algescheiden door een laag muurtje met een
ijzeren richel er op. Bij haar thuiskomst begaf
mevrouw Barclay zich naar deze kamer. De
luiken wifrcn niet toe, want de kamer werd
's avonds zelden gebruikt, maar mevrouw Barclay
stak zeil" de lauii> aan en schelde toen om de
moid, hetgeen heelemaal in strijd was met haar
gewoonte. De kolonel had in de eetkamer ge
zeten. maar toen hij zijn vrouw thuis had hooren
komen, had hij zich hij haar gevoegd. Hij werd
nooit weer levend teruggezien.
(B'ordt vervolgd).