Maandag 9 iSJS Juli 1894.
No. 4369. tofik.j, 38e Jaargang.
Binnenland.
Het gestülen tractaat.
AÏÏEHSFOORTSCHE COURill.
Verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement per 3 maanden 1,Franco p„-.a11 MTTTTUnnTZlHiI
Uitgave: per post 1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 ct., voor binnenland 60 ct. ner üureau BUUKUUIAEH
3 maanden. Advertentiën 1—C regels 60 ct.; elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-,
FIRMA A. H. VAN C L E E FF officieële- en onteigeningsadvert. per regel 15 ct. Reclames per regel 25 ct. Afzonderlijke nummers 10 cent. IlOOk Kortögracnt, WylC U. W
Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het
te Amersfoort Zondagsblad, per reg< - - - - 5 oent Teleplioonnummer 19.
amoioiuui t. advertentiën van buiten dc stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
landwerk, werk in bosschen, tot verbetering
of aanleggen van wegen, straten, vaarten,
slooten
b. indien gij de proef wilt nemen met
huis- of andere industrieën, kiest dan die
takken van nijverheid, waarvoor de grond
stoffen in eigen omgeving zijn te vinuen en
aan wier producten behoefte isook in eigen
kringhier vlasbewerking, ginds mandjes-
en korfjes-vlechten, elders het maken van
vischmanden of van stroohulzen, het ver
vaardigen van klompen of bezems of rieten
en teenen stoelen, houtkloven, enz.
c. tracht voorts, door het doen kloppen
van puin en keien, het doen opruimen van
sneeuw, het maken van ijshanen enz., ook
door tusschenkomst of met medewerking van
gemeentebesturen en ijsvereenigingen, werk
te verschaffen aan hen, die de gedwongen
werkloosheid het meest beschouwen als een
ellende en voor wie zij de grootste ellende
na zich sleept, ook in moreel opzicht.
Dat bij het geven van deze en dergelijke
aanwijzingen, reeds aanstonds gebruik werd
gemaakt van hetgeen bovenbedoeld overzicht
aan de commissie had geleerd, spreekt van
zelf.
Hier en daar werden de pogingen van De
partementen of andere vereenigingen gelde
lijk gesteund.
Als voorwaarde van dien steun werden
gesteld
1' dat de te leveren arbeid kon gerekend
worden productief te zijn, 2° dat de te steu
nen werkverschaffing een duurzaam karakter
zou dragen, 3° dat een begrooting van kosten
werd overlegd, waaruit bleek, dat het subsidie
uit de algeineene kas zou strekken om het
op de begrooting ontbrekende aan te vullen,
4* dat dit bedrag nooit meer zou z.ijn, dan
hetgeen in eigen kring voor het beoogde
doel was bijeengebracht.
Door verschillende Departementen werden
inlichtingen gegeven over den vërrichten
arbeid, welke verslagen in het rapport zijn
opgenomen. Het Hoofdbestuur achtte het
wenschelijk, dat zoo mogelijk over het vraag
stuk der werkloosheid in ons land eenig
licht werd verspreid, maar algemeen waren
de Departementen van oordeel, dat een
statistisch overzich der werkloosheid niet
op te maken, en ook de centrale commissie
voor de statistiek kon geen uitzicht op zulk
een overzicht geven.
In de tweede plaats wenschte de commissie
een geheele groep van v\ rkloosheidstoestan-
den te teekenen in hun eigenaardig donker
en in de middelen, waardoor dit donker kan
worden verlicht. Maar ook dit denkbeeld kon
.niet worden verwezenlijkt.
Vooral was die wensch levendig geWofden
doordien vele Friesehe departementen op de
vragenlijst hadden geantwoord:
•Het hoofdbestuur wijze de uitwonende
landeigenaren op hun plicht om op hun
gronden meer productieven arbeid te doen;
verrichten; indien op die landen gedaan',
wordt wat noodig is, zal de werkloosheid
zijn opgeheven."
In bijzonderheden af te dalen over de tele
nuttige wenken, welke bet rapport behelst,
is hier natuurlijk niet mogelijk. De lage
prijs (25 ets.) brengt het onder het bereik
van ieoer, die wat doen wil tot wegneming,
der kwaal.
De waarde van het rapport wordt zeer
verhoogd door eenige bijlagen, waarin zijn
opgenomen de antwoorden der Departemen
ten, op de vragen naar: aard en omvang,
aangewer.de middelen tot ophqffmg, voor
koming en leniging, bijzondere oorzaken, en
naar de comité's tot bestrijding.
Een uitvoerige staat geeft verder een over
zicht van hetgeen met de aangewende mid
delen en gelden verkregen is.
H. H. M. M. de Koninginnen zullen in den
avond van 19 Juli op Soestdijk terugkeeren.
Tot lid van de Eerste Kamer voor Fries
land (vac.-mr. Van Eysinga) is met 30 van de
46 stemmen gekozen mr. W. A. Bergsma.
De heer O. O. van Swinderen had 10, en
de heer Huber 3 stemmen.
In de Donderdagmiddag gehouden ver
gadering van de Eerste Kamer der Staten-
Generaal vroeg mr. Van Tienhoven het woord
om een enkele opmerking te maken naar
aanleiding van de geruchtmakende stukken
over de Kamer-ontbinding. Hij wenschte
geen beoordeeling of wederlegging te geven,
maar slechts een aanvulling bij het rapport
van Minister Tak van 14 Maart 1894.
In dat rapport toch komt een zinsnede
voor, welke, geheel in strijd met de bedoeling
des schrijvers, aanleiding zou kunnen geven
en heeft gegeven, zoodat de goede trouw van
een der leden van het Kabinet, die een ge
wichtig aandeel heeft gehad in de samen
stelling van het Kabinet van 1891, in ver
denking kwam.
Is de Kroon tijdig en behoorlijk wil
Reis-abonnementen.
"Wij zijn gaarne bereid om, tegen
vergoeding van porto, aan geabon-
neerden, die voor korten of langen
tijd op reis gaan, de Amersfoortsehe
Courant en ae bladen, welke zij door
onze tusschenkomst ontvangen, na
te zenden.
Opgave van duide ijk adres is vol
doende. 1
KENNISGEVINGEN.
De GEDEPUTEERDE STATEN der provincie
UTRECHT,
Gelet op art. 162 der Provinciale wet,
Brengen ter kennis van de belanghebbenden
dat het uitvoerig en beredeneerd verslag van
den toestand der Provincie over 1893, tegen be
taling van 1,ter Provinciale Griffie algemeen
verkrijgbaar is gesteld.
Utrecht, 5 Juli 1894.
De Gedeputeerde Staten voornoemd,
SCH1MMELPENNINK van der OYE
van NIJENBEEK, Voorzitter.
C. R. MERKUS, Griffier.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Gezien artikel 41 der gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de
Raad dezer gemeente zal vergaderen op 1) lus
dag, den 10. Juli aanstaande, des.namidaags ten
half twee.
Amersfoort, den 6. Juli 1894.
De Burgemeester voornoemd,
F. D. SClilMMELPENNINCK-
Werkloosheid.
Dezer dagen ontvingen wij een tweetal
geschriften over de winterplaag der laatste
jaren: de werkloosheid.
Hot eerste, een nummer van de „Mede-
deelingen van de Vereeniging tot verbete
ring van Armenzorg" te Rotterdam, bevat
een opstel over verzekering tegen werkloos
heid. Aanleiding tot dit opstel was de in
voering van dit stelsel in het Zwitsersche
kanton Bernhet stelsel zelf wordt een zeer
bedenkelijk curiosum op verzekekeringsge-
bied genoemd.
Dit ongunstig oordeel wordt verdedigd
door de herinnering, dat de risico volkomen
onberekenbaar is, en het bedrag der ver-
oereischte premie natuurlijk evenzeer.
In een vastaaneengesloten kring van werk
lieden uit een bepaald vak, die nieuwe deel
nemers kunnen toelaten of afwijzen, zou de
mogelijkheid van zulk een verzekering niet
zijn uitgesloten; maar dit is hier niet het
geval. Het hoofdcontingent der verzeker-
Feuilleton.
Naar het Ewjelsch
van
A. CON AN DOÏLE.
VI.
„Wel, dat is heel redelijk." zeide Holmes.
„Kom Watson, ga mee, want we hebben een boel
werk in de stad te doen."
Mijnheer Harrison reed ons naar het station
en spoedig daarna zaten wij in den trein. Hol
mes was in gedachten verdiept en opende nau
welijks den mond, eer wij Clapham Junction
voorbij waren.
„Het is heel aardig om Londen binnen te
komen met een van die- treinen, die in de hoogte
rijden en iemand veroorlooven, op de huizen
neder te kijken."
Ik dacht dat hij schertste, want het schouw
spel was smerig genoeg, maar weldra gaf hij
mij een verklaring van zijn woorden.
„Kijk die groote, geïsoleerde blokken huizen
daar eens die als steenen eilanden uit een lood
kleurige zee opsteken."
„De gemeentescholen."
„Vuurtorens, amice. Richtbakens van de toe
komst. Pitten met honderden zaadjes er in, uit
elk waarvan het betere Engeland van de toekomst
zal ontkiemen. Ik geloof niet, dat Phelps drinkt,
wel
den bestaat uit personen die spoedig werk
loos zullen worden, en de te bepalen premie
houdt volstrekt geen verband met ae uit-
keering, welke geschieden moet.
Zoo waren het eerste jaar 404 personen
toegetreden; hun premie bedroeg 20 ets.
per maand, zoodat nog geen 1000 was
ontvangen. Van de 104 deelnemers traden
reeds net eerste jaar 165 in het genot eener
uitkeering; te zamen ontvingen zij ƒ3097.50,
zoodat ƒ2397.90 uit andere bronnen moest
komen, nl. van particulieren en van de
overheid.
Zóo iets „verzekering" te noemen, is, om
geen harder woord te gebruiken, een onver-
geellijke naieveteit.
De werklieden onder den naam „verzeke
ring'' zand in de oogen te strooien, is zoo
besluit het opstel een daad, welke in
het welbegrepen belang der arbeidende klasse
de strengste afkeuring verdient.
Een ernstiger poging tot verschaffing van
hulp wordt gedaan in het «Rapport over de
werkloosheid door de Maatschappij tot Nut
van 't Algemeen." Dit rapport is een uit
vloeisel van het besluit der algemeene ver
gadering van 1893, waarin het Hoofdbestuur
werd opgedragena. uit te lokken aan te
moedigen, te steunen bemoeiingen van De
partementen en anderen in de onderschei
dene deelen des lands, ter bestrijding van
de werkloosheid en haar uadeelen; b. daar
voor, zoo noodig, ook de geldelijke mede
werking van anderen in te roepen.
In Juli werd daarop aan de Departemen
ten een circulaire geionden waarin verzocht
werd door beantwoording van een aantal
vragen, inlichtingen, plannen en wenschen
mede te deelen.
Twee maanden later waren 146 vragen
lijsten, min ot meer volledig beantwoord,
ingekomen; later kwamen nog 102 lijsten,
uit welke een overzicht van den toestand
werd saamgesteld
Verschillende Departementen vroegen niet
alleen aanwijzingen van het Hoofdbestuur
omtrent de meest wenschelijke en ook elders
reeds vruchtbaar gebleken pogingen tot be
strijding van het kwaad, maar verzochten
ook geldelijken steun voor den arbeid, wel
ken man in de door het Hoofdbestuur aan
gegeven richting wenschte te aanvaarden.
De gevraagde wijzingen werden zoo spoe
dig mogelijk verstrekt, In hoofdzaak be
troffen deze de volgende wenken, wat be
treft den aard van het werk:
a. geeft alleen productieven arbeid als
„Dat zou ik niet denken."
„Ik ook niet. Maar wu moeten met elke
mogelijkheid rekening houden. De arme kerel
is zeer zeker leelijk in de knel geraakt en het
is de vraag of wij hein er wel ooit zullen kun
nen uitredden. Wat denk jij van miss Harisson
„Een meisje met een flink karakter."
„Ja, maar een goed soort, of ik zou mij al
erg moeten vergissen. Zij en haar broeder zijn
de eenige kinderen van een fabrikant in Nort
humberland. Hij is met haar geëngageerd ge
raakt, toen hij verleden winter op reis was, en
zij is overgekomen om met zijn familie kennis
te maken, terwijl haar broeder haar vergezelde.
Toen gebéurde dat ongeluk en zij bleef om haar
verloofde op te passen, en haar broeder Joseph
bleef ook logeeren. Ik heb eenige onverschillige
onderzoekingen gedaan, zoonis je ziet. Maar
vandaag moet er nog heel wat meer onderzocht
worden."
„Mijn praktijk begon ik.
„O, al9 je jou gevallen interessanter vindt
dan het mijne zeide Holmes, met eenige
koelheid in zijn stem.
„Ik wilde zeggen, dat ik mijn praktijk wel
een paar dagen kan laten rusten, daar het de
slechtste tijd van het jaar is."
„Uiistekend," zeide Holmes, die weer in zijn
humeur was. „Dan zullen we samen de zaak
opknappen. Ik geloof, dat we maar moesten
beginnen met Forbes op te zoeken. Die kan
ons waarschijnlijk wel alle bijzonderheden ver
tellen, die we noodig hebben, om te zien, van
welken kant wij dc zaak moeten aanpakken."
„Je zei, dat je al een spoor hadt."
„Ja, ik heb er verscheidene, maar alleen door
W. F. A. GROENHUIZEN,
Havik, hoek Lavendelstraat.
HORLOGE- en INSTRUMENTMAKER.
verder onderzoek kunnen wij hun waarde be
palen. De moeilijkste misdaad om op te sporen
is die, welke doelloos is gepleegd. Maar deze
is niet doelloos. Wie kan er hier profijt van
hebben? Eerstens de Fransche gezant, dan de
Russische; dan degeen, die het aan een van
beiden verkocht heeft, en eindelijk Lord Hold-
hurst."
„Lord Holdhurat
„Wel, het is toch heel goed denkbaar, dat
een staatsman zich in omstandigheden zou kun
nen bevinden, dat het hem niet erg zou spijten
wanneer zulk een document bij ongeluk verniei
tigd werd?"
„Maar geen staatsman van een zoo goed ver
leden als lctd Holdhurst."
„In ieder geval is het mogelijk en wij mogen
die kans niet uitsluiten. Wij zullen den edelen
lord vandaag een bezoek brengen en zien, of hij
ons ook wat weet te zeggen. Intusschen heb
ik al een onderzoek op touw gezet."
„Nu reeds?"
„Ja, ik heb uit Woking per draad aan alle
avondbladen een advertentie gezonden."
Hij reikte mij een uit een notitieboekje ge
scheurd blaadje papier over.
Daarop stond met potlood geschreven:
10 belooning. Opgave verzocht van het
nummer van het rijtuig, dat in den avond van
23 Mei te kwart over tienen naar of omstreeks
naar het Ministerie van Buitenlandsche zaken
i is gereden. Brieven 221b. Baker Street."
„Geloof je dan, dat de dief per rqtuig ia
gekomen
„Als het niet zoo is, is het ook niet erg.
Maar als mijnheer Phelps juist is in zijn be
wering, dat er geen schuilplaats is in het vertrek
of in de gangen, dan moet de dief van buiten
zijn gekomen. Als hij met zulk regenachtig waer
van buiten kwam, en toch geen modderaporen
heeft achtergelaten op het linoleum, dat een
paar minuten later werd onderzocht, is het zear
waarschijnlijk, dat hij per as gekomen ia. Ja, ik
geloof, dat wij veilig mogen besluiten, dat hij
per rijtuig is gekomen."
„Het klink aanneemlijk."
„Dat is éen van de sporen, waarvan ik je ga-
sproken heb. Dit kan ons tot eenig resultaat
brengen. En dan de bel wat wel het merk
waardigste is van de heele zaak. Waarom weer
klonk de schel? Deed de dief dat uit overmoed f
Of was het bq toeval? Of was het Hij
verviel weder in den toestand van diep en stil
zwijgend gepeins, waaruit hg was ontwaakt; maar,
bekend als ik was met zijn gewoonten, acheen
het mii toe, dat er plotseling een nieuwe moge
lijkheid voor hem was opgedoemd.
Het was tien minuten vóór half vier, toen
wij aankwamen, en na aan het buflet haastig
iets gebruikt te hebben, reden wij terstond naar
Scotland Yard. Holmes had reeds getelegrafeerd
naar Forbes en wii vonden hem op ons wachten
een kleine, vosachtig uitziende man, met eea
scherp, maar geenzsins aangenaam uiterlijk. Hq
was bepaald koel tegenover ons en vooral toen
hij hoorde waarvoor wij gekomen waren.
{Wordt rsrrolgd.)