Donderdag 20 Üt Dec. 1894. No. 1446. Een bezoek bij den Tandarts. Binnenland. -;^' F-asv.. MH Uitgave Firma A. H. VAN CLEEFF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement por 8 maanden 1.—Franco por post ƒ1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 ct., voor binnenland 50 ct. per n?'lwu. n' Advcrtentiën 16 regels 60 ct.elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, omciccle- en onteigeningsadvert. per regel 15 et. Reclaiuet per regel 25 ct. Afzonderlijke nummers 10 cent. Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het Zondagsblad, per regel 5 cent Bij advertentiën van buiten dc stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bureau MUURRUIZEN hoek Kortegracht, Wijk B. 60 Telephoonnninmor 19. Zn die zich met 1° Januari op dit blad abonneeren, ontvangen de tot rmotum verschijnende nummers In verband met het Kerstfeest zal het volgende nummer reeds z jrtunn iG funn tv verschijnen. H.H. advertenten worden beleefd uitgenoodigd de voor dat nummer be stemde annonces vóór Zatermiddag éen uur toe te zenden. ii ostelooze W aarsc/mtviny. HOOFDELIJKE OMSLAG- De gemeente ontvanger van Amersfoort brengt ter kennis van de belastingschul digen, die hunnen aanslag over 1894 nog niet hebben aangezuiverd, dat in het begin der maand Januari tot eene ver volging moet worden overgegaan. Aldegenen, die voor hen beschikbaar gestelde gelden uit de gemeentekas wen- schen te ontvangen, worden uitgenoodigd hun aanslagbiljet ten kantore mede te brengen, opdat de verplichte inhouding van belasting, door afschrijving daarop, kunne worden aangeteekend. Amersfoort, den 17. December 1894 De ontvanger voornoemd, J. C. LEINWEBER De heer Ernst, directeur eener meisjes school te Schneidemühl, in Duitschland, die op last van de regeering in Engeland het onderwijs in het „huishouden" be- Feuilleton. (Een Kerstvertelling). „Nu, goeden dag, prettige Kerstdagen! Maar die zult. ge ook wei hebben, daar twijfel ik niet aan." „Ja. dat denk ik ook welik kan het opper best met mijn zuster en mijn zwager vindener zijn een paar aardige logeetjes, en er komen een paar goede vrienden, en dus denk ik een paar recht gezellige dagen door te brengenik heb tot Donderdag verlof; dus tot Vrijdag, en even zeer genoeglijken Kersttijd." Met deze woorden nam ik afscheid van een mijner collega's waarmee ik een incur vrieiul- 8cbappelijkon omgang had, en die mij, na hot vroege sluitingsuur op den middag vóór Kerstdag, nog een eind weegs vergezeld had. liet was ongeveer twee uur. Bij mijn zuster, die te Richmond woonde, werd ik tegen zes uur verwacht en had dus nog een paar uren voor mij, eer ik aan 't station moest zijn. Ik slen terde het strand langs naar Hungerford Bridge, toen een spijskaart, in een venster van een restaurant geplaatst, mij er aan herinnerde, dat ik mijn lunch nog niet gebruikt had. en zoo besloot ik binnen te gaan en eens dood op mijn gemak ar.n de behoeften van mijn maag te vol doen. Of het vlcesch in die restauratie bijzonder taai was, of dat het mijn noodlot was, dat mij dien dag trof, weet ik niet, maar onder het eten kreeg ik hevige kiespijn, die steeds verergerde, en er mij geducht aan herinnerde, dat ik reeds lang verzuimd had een ongelukkig stompje kies te laten trekken. Nu brak ze bij den wortel al en daar zat ik! Wat te doen? Met die pijn te gaan naar een bijeenkomst, waar men van u verwacht, dat ge van het eerste oogenblik af zultvroolijk zijn. en zult deelnemen aan de algemeone feest vreugde, was toch niet doenlijk. Wees eens vroolijk en vertel eens aardigheden als ge ten prooi zijt aan die kwaal! Niet gaan? Wat zou 'k die dagen te Londen op mijn kamer doen, waar ik weinig bediening en geen gezelschap zou vinden. Ik besloot dus het tc lang uitge stelde bezoek hij den tandarts te doen. Ik riep den kellner, betaalde mijn half gebruikten maal tijd on vroeg hem het adres van een goeden studeerde, schrijft in zijn rapport daar over o. a. Deze tak van ouderwijs wordt in alle Engelsche meisjesscholen als zeer gewich tig beschouwd. Het theoretische gedeelte is onder den naam domestic economy (huishoudkunde) in het leerplan inge- lasclit, of met de praetijk verhonden. Behandeld wordt: lo. de voedingsmid delen en hoe zij gekookt moeten worden 2o. de geschikte stoffen voor kleeding, en hoe eenvoudige stukken daaruit vervaar digd kunnen worden3o. verwarming, reiniging, lucht verversching der woningen, en wassehen 4o. gezondheidsvoorschriften en hun toepassing, alsook de behandeling der ziekekamer5o. het geld, het ge bruik en het besparen daarvan. Voor het practische onderwijs in het koken heeft ieder nieuw schoolgebouw zijn keuken. Voor de oudere schoolge bouwen is, binnen een kring van drie of vier daarvan, een keukeu gebouwd, onge veer 7 Meter lang en 6 Meter breed, voorzien van een leertafel, gaskachel, aanrecht, keuken- eu sehuurgereedschap, enz., en banken voor 16 h 20 leerlingen. Dezen zijn van het tiende jaar verplicht dit onderwijs te volgen. De hier bereide spijzen worden goed koop, echter nog voordeelig, verkocht. Alleen die spijzen, welke op de tafel des kleinen mans komen, mogen er bereid worden. Het kookonderwijs op de Engelsche gemeentescholen dagteekent van 1815. De beweging in deze richting heeft ook tandarts. „Tandarts, mijnheer? Als 't u belieft mijn heer!1' riep hij op denzelfden toon als hij „aan nemen, mijnheerzou geroepen nebben. „Ja, ik weet er wel een, die hier dikwijle kointeten, maar die is nu uit de stad. Wacht, ik zal den oberkellner vragen." Deze wist zekeren mijnheer Masseter, zullen wij hem noemen, die zeer aan te bevelen was, dichtbij woonde in de Lewis- straut No. en zeker wei thuis zou zijn. „En," voegde hij er bij. mijn fooi in den zak stekend, „u moet er maar nie; op ietten, mijn heer, hoe hij er uitziet, zijn uiterlijk is wel wat vreemd, maar hij verstaat zijn vak goed, en is niet duur, en ik wensch u beterschap, mijnheer, en gelukkigen Kersttijd, mijnheer: dank u wel, mijnheer!1' Ik ging naar de aangeduide straat, die ik uiet eenige moeite vond, doch eenmaal er in zijnde, zag ik spoedig een koperen plaat een deurpost, waarop prijkte„Masseter, tandheelkundige." Ik schelde aan eu de deur werd geopend door iemand, dien ik, dank zij de korte beschrijving van deu kellner als den tandarts zelf herkende. „O!" zeide hij, toen ik hem de reden van mijn komst had meegedeeld, „ge zijt gelukkig bijtijd gekomen. Ik was juist van plan uit de stad te gaan en daar ik nu geen patiënten inecr ver wachtte, wilde ik heengaan; mijn huishoudster en de meid zijn al weg, en als ge een half uur later gekomen waart, zoudt ge niemand getroffen hebben. Maar mag ik u verzoeken boven te komen." Dit zeggend wees hij mij den weg naar zijn „folterkamer", zooals hij die schertsend noemde, en merkte op, dat Kersttijd een geschikte tijd was voor kiespijn. „Doch dat is niets, wij zullen zorgen, dat u spoedig weer klaar zijt voor kal koen en plumpudding." Mijnheer Masseter zag er inderdaad vreemd uit; de kellner had er mij niet te veel van ge zegd. Hij was klein, en eenigszins mismaakt, had, wat men noemt, een kippeborst, lange dunne armen met beenige kromme vingers, kronnne knieën en groote voeten. Zijn hoofd was groot cn langwerpig, en zijn kort en bor stelig haar vertoonde hier en daar hulton en uitwassen, die een schedelkundige veel belang ingeboezemd zouden hebben, doch voor een ge wonen opmerker minder behaaglijk waren. Zijn oogen. die glasachtig maar helder waren, deden mij door zijn knipooge.ii aan een fret denken. Hij had een vollen baard, miuir doordat die tamelijk spits toeliep, scheen zijn gelaat hierdoor nog' langer. Dc kamer waarin ik gebracht werd, nnder- invloed gehad op de denkbeelden over koken en huishouden in de hoogere krin gen tegenwoordig is het voor een huis vrouw der betere standen uiet meer shocking zich persoonlyk met huishouden, keuken en kelder bezig te houden. Wij nemen dit stukje over uit de Schulzeitung, alleen om weer eens de aandacht te vestigen op het groote ge mis in deze hier te lande. Blijkens een Dinsdag bij het Departement van Koloniën ontvangen telegram van den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië, heeft de hoofdleider van het verzet tegen het Nederlandsch gezag in Boven-Tainiang (resi dentie Sumatra's Oostkust), radja Silang, zich met zijn broeder radja Oernar, onvoorwaar delijk overgegeven aan ons bestuur. Door veertien der voornaamste depothou ders van postzegels, te Amsterdam is aan den Minister van Waterstaat een adres ge richt, waarin zij verzoeken nog vóór het einde van dit jaar het Koninklijk besluit in te trekken betreffende de vermindering van provisie voor de depothouders, en de oude toestand weer te hei-stellen. Mocht dit niet mogelijk zijn, dan zouden adressanten zich genoopt zien, voor het houden van een depot te bedanken. Daar de eerste Kerstdag en Nieuwjaar op een Dinsdag vallen, zal de geldigheidsduur der retourkaarten op de Staats- en Centraal- spoorwegen verlengd worden in dier voege dat: Ie. Alle 4-daagsche retourka-rton in bin- nenverkeer der beide Maatschappijen die W. F. A. GROENHUIZEN, Havik, hoek Lavende/straat. HORLOGE- eu INSTRUMENTMAKER. genomen worden op Zaterdag 22 December of Zondag 23 December, geldig zullen zyn tot en met Donderdag 27 December d. a. v., en die genomen op Zaterdag 29 December geldig zullen zijn tot en met Woensdag 2 Januari. 2e. De tweedaagsche retourkaarten in bin- nc'uveikeer, uitgegeven op Maandag 24 en Dinsdag 25 December e. k. zullen geldig zijn tot en met Donderdag 27 December d. a. v., terwijl de retourkaarten, uitgegeven op Maan dag 31 December, geldig zullen zijn tot en met Woensdag 2 Januari. 3e. Alle retourkaarten in binnenlandseh- recbtstreeksch verkeer (met de stations der »Hollondsche IJz."ender nNoord-Brabantscb- Duitscbe Spoorweg-Maatschappij") uitgege ven op Zaterdag 22 December en Zondag 23 December, geldig zullen zijn tot en met Donderdag 27 December d. a. v., en die uitgegeven op Zaterdag 29 December geldig zullen zijn tot en met Woensdag 2 Januari. De 3- en 4-daagsc!ie retourkaarten uitge geven op Zondag 30 December, zullen geldig "/.ij r» tot en met Woensdag 2 Januari. Hierdoor wordt aan reizigers uit alle oorden van het land de gelegenheid geopend om met >ie a.s. feestdagen met een retour kaartje op reis te gaan en eerst na die feestdagen met het retourgedeelte terug te keeren. Eenigen tijd geleden maakte de Amhemsche ct meldig van de zeer uiteenloopende op vatting van gemeentebesturen over een wetsartikel. Dit blijkt thans ook bij het nota nemen van sollicitaties door onderwijzers in gezonden. Staat een betrekking open te Arnhem, Breda Zutphen of Bols ward, dan wordt de onderwijzer verplicht zijn solicitatie op zegel te schrijven. Bij vele andere ge meenten daarentegen wordt van de sollicitatie scheidde zich niet bijzonder van die, welke men gewoon lijk bij tandartsen ziet, Het meubilair was eenvoudig en stevig; donker vloerkleed en gordijnen, de stoelen met donker leer bekleed, een paar boekenkasten, een paar tafels met kistjes en instrumenten, en een gaslamp van ongewonen vorm, maakten het voornaamste uit. Doch, neen! het belangrijkste voorwerp zou ik vergeten op te noemenden stoel, midden in de kamer staande, dien verschrikkelijken stoel met zijn angstwekkende verbinding van staven en schroeven en verstellingen, den Btoel, met wie velen onzer kennis gemaakt hebben. Ik keek naar deze machine met een gevoel, zooals een beschuldigde moet hebben op het gezicht van de pijnbank, waarop hij „scherp ondervraagd" zal worden. Of ik een duister voor gevoel had van hetgeen mij overkomen zou, of dat het de zenuwachtige aandoening was, die de stoel van den tandarts wel ploegt op te wekken, weet ik niet, maar ik vond dat hij iets had van een helschen triomf, en iets wolfsaeh- tigs mij aangluurde uit de verbindingen en schroeven, dat mij zeer onaangenaam aandeed. Na eenige onbeduidende vragen plaatste mijn heer Masseter mij handig op den stoel, en toen ik eenmaal goed en wel daar neerzat, was ik als stopverf onder zijn handen, Hij zweefde over mij heen, bekeek mijn mond van alle kanten, en terwijl hij voortdurend mompelde: ,,'tdoet volstrekt geen pijn! Och neen! Ik doe u in 't minst geen pijn! U zult er niets van voelen!" kneep en duwde hij op de pijnlijke plek, dat ik radeloos werd van smart. „Nu, mijnheer." zeide hij. „ik moet u zeggen dat het een loelijk stukje tand is; het zal wel wat moeite kosten om het er uit te kri jgen, en het moet er uit, als de pijn weg zal gaan. Wat dunkt u van wat chloroform? Het is niets nadeelig- 't Duurt maar een minuut of tien en men voelt niets van de pijn. Het toestel is toevallig gereed, ik heb hot dezen morgen gebruikt en ik zal er u niets meer voor berekenen. Wat dunkt u?" Deze woorden werden vergezeld door allerlei ;ebaren en jnimiek, waardoor hij zeker overtui Send en hartelijk racende te zijn, maar waardoor e goede man nog onsmakelijker en afstooten- der werd. Zijn voorstel vond ik echter zoo rede lijk, dat ik het aannam. Na bekomen toestemming opende hij eender Kastjes op de tafel, schikte zijn toestel en haalde er een buis uit, waarvan het eene eind met den gasontvanger in verbinding stond en het andere einde in een neus- en mondstuk eindigde, die hij mij voorhield met verzoek zachtjes adem té halen. Menig uwer zal deze proef wel eens gedaan of liever ondergaan hebben, en dus weten welk uit werksel het op hem had, doch ik wil trachten te beschrijven wat ik waarnam. Eerst gevoelde ik een lichte prikkeling in keel en borst die spoedig overging, en toen kwam er een sterke vroolijkheid in mijn op, kreeg ik een onweerstaanbare lust tot praten en zou, als het lastige ding op mijn mond mij niet weerhouden had, allerlei geestigheden ten beate hebben ge geven. Ik trachtte vrij te komen en worstelde met de handen om deD tandarts weg te duwen, die mij zoo grappig voorkwam, dat ik behoefte gevoelde om in een schaterlach uit te barsten. Ik worstelde en vocht, totdat ik langzamerhand mijn bewustzijn verloor, doch spoedig bijkwam en toen had ik een gevoelhad van schaamte over het zotte figuur, dat ik gemaakt had. De pijn was echter verergerd. Do tandarts stond vóór mij en zag wel wat spijtig. „Wel, is hij er uit?" vroeg ik. „Nog niet, u zijt wat wild, en toen u zoo met mij worstelde, kon ik geen gelegenheid krijgen om te trekken, dan juist nu, nu u weer bij kennis zijt. „Maar wat moet ik dan doen? Wat raadt ge mij „O het is dadelijk klaar, als ge mij slechts vergunt te doen wat in deze omstandigheden gedaan moet worden." „En wat is dat „Niets wat u hindert mijnheerAlleen uw armen en beenen vast te binden zoolang gij ouder den invloed van het gas zijt, dan kan ik uw mond behoorlijk behandelen. Ik heb het dikwijls moeten doen. vooral bij dames." „Mij vastbinden? Daar heb ik nooit van ge hoord Het zal wel zeldzaam gebeuren „Ja, zoo dikwijls gebeurt het niet, maar ieder arts, die met chloroform werkt, moet het soms doen, wanneer dit aangebracht is, of anders zon der gas werken, wat in uw geval zeer pijnlijk ia," „Hoe wilt gij dan doen?" „Op deze wijze, ik heb hier twee ringen, door een ketting verbonden, en als gij nu uw handen achter den stoel wilt houden en mij verguunen ze vast te maken, kunt ge niet met mij vechten, als gij onder den invloed van het gas zijt, en kan ik u vlug helpen. Hier is een staaf, die ik u over de knieën kan leggen en een paar riemen om het schoppen te beletten." {Slot volgt.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1894 | | pagina 1