Maandag 10
Februari 1896.
No. 4535,
45e Jaargang
Een noodlottig geheim.
Binnenland.
Ditgave
Firma A. H. VAN CL E E FF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Dimilerdagnamiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement per 3 maanden ƒ1.Franco
per post ƒ1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 ct„ voor het binnenland 50 ct. per
3 maanden. Adverlentiën 1C regels 60 ct.elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-,
officieële- en unteigeningsadvert. per regel 15 ct. Reclames per regel 25 ct. Afzonderlijke nummers 10 cent.
Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het
Zondagsblad, per regel5 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEGRACHT 56
Telephooii 19.
KENNISGEVINGEN.
De Gedeputeerde Stater van Utrecht,
Doen te weten, dat door de Staten dier provinoie,
in hunne vergadering van 16 November 1895, is
vastgesteld hetgeen volgt
De Staten der Provincie Utrecht,
Gezien het Reglement op het rijden met honden
wagens in de provincie Utrecht, vastgesteld bij hun
besluit van 23 .luli 1887 en goedgekeurd bij Konink-
lük besluit van 1? Augustus 1887, no. 25, Provin
ciaal-blad van 1887, no. 57
Overwegende, dat- de wonschelijkheid is gebleken
bedoeld reglement te herzien
Gelet op art. 140 der Provinciale wet;
Hebben beslotenvast te stellen l.ot navolgende
Reglement op hot Rijden mat HONDENWAGENS
in de Provincie Utrecht,
Art. 1. Onverminderd de nadere voorschriften der
b. staande of later te maken plaatselijke verordenin
gen, ter beveiliging van het openbaar verkeer en
ter voorkoming van hinder door het houden of
plaatsen van met honden bespannen voertuigen op
den openbaren weg, naar aanleiding van plaatselijke
omstandigheden, is bet gebruik van hondenwugons
op do openbare wegen geoorloofd.
Het gebruik van hondenwagens kan bij plaatse
lijke verordening geheel worden verboden op wegen,
waarvan de rijbaan met de vlakliggeude bermen
een doorgaande breedte van minder dan vier Mo
tors heeft.
Onder de benaming van hondenwagen wordt in
uit Reglement begrepen elk door éen of meer hon
den getrokken voertuig.
Art. 2. Geen hondenwagen mag bestuurd of ge
leid worden door iemand beneden 16 jaren.
Het is verboden, meer dan éen hondenwagen ge
lijktijdig te besturen of te geleiden.
Art. 3. Het is verboden een hondenwagen te
besturen of te geleiden, wanrop niet de naam en
woonplaats van den eigenaar in duidelijk geschil
derde letters op eene voor ieder zichtbare plaats op
het linkerzijvlak te lezen zijn.
Art. 4. Het is verboden een hondenwagen te
besturen of te geleiden, die met meer dan drie
honden bespannen is, of waarvan de honden, zoo
zo niet onder den wagen, maar diuvrvoor gespannen
zijn, niet tusschen hoornen loopen en niet gemuilkorfd
zijn overeenkomstig het model, voorgeschreven bij
algemeenen maatregel vau bestuur, krachtens art.
3 der Wet van 5 Juni 1875, Staatsblad no. 110.
De bespanning tusschen boomen is niet veroiseht
voor kruiwagens door éen hond getrokken, welke
eveneens gemuilkorfd moet zijn.
Art. 5. Het is verboden een hondenwagen te
besturen of te geleiden, waaraan een of meer on-
aJingespannen honden zijn vastgebonden.
Art. 6. De bestuurders of geleiders van hondenwa
gens zullen zich niet op het voertuig mogen plaatsen.
Art. 7. Voorzoover daaromtrent bij plaatselijke
verordening geenc andere voorschrifteu zijn gegeven,
moeten de bestuurders of geleiders van hondenwa
gens telkens wanneer rij- of voertuigen, metpaarden
bespannen, of personen die te paard gezeten zijn,
hen voorbijrijden of tegenkomen, met hun voertui
gen, van de hand, d. i. van de linker-naar de rech
terhand, uithalen.
Zij moeten zich daarbij zooveel mogelijk op den
berm van den weg bcgovon, en daar stilhoudende,
zieh vóór de honden plaatsen en wachten tot die
rij- of voortui} of paarden voorbij zijn.
Art. 8. Het is aan de bestuurders of geleiders van
hondenwagens verboden daarmee op voetpaden te
Feuilleton.
rijden.
Art. 9. De bestuurders of geleiders van honden
wagens moeten boven de verplichting, hun oplegd
bij art. 425 van het Strafwetboek, zorg dragen, dat
de honden niet op menschen of paarden aan
schieten.
Art, 10. Het is verboden een hondenwagen te bestu
ren of te geleiden, waarvan de lading meer dan twee
Meters breed is.
Art. 11. Het is verboden tusschen EEN uur na zons
ondergang en EEN uur vóór zonsopgang een honden
wagen te besturen of te geleiden, welke niet van eene
aan alle kanten helder licht gevende lantaarn voorzien is.
Art,12. Elke overtreding van eeue bepaling van
dit reglement wordt gestraft met eene geldboete
van ten hoogste vijf en twintig gulden, of hechtenis
van ten hoogste zes dagen.
Indien tijdens het plegen van de overtreding nog
geen jaar is verloopen sedert eene vroegere veroor
deeling van den sohuldige wegens gelijke overtreding
onheroepelijk is geworden, kan de rechter geldboete
of hechtenis tot het dubbel van het voor elk gesteld
maximum uitspreken.
Art, 13. Dit reglement treedt in werking op den
zestigsten dag na de dagteekening van het Provin
ciaal-blad, waarin het is opgenomen.
Met dien dag wordt het reglement op het rijden
mot hondenwagens in de provincie Utrecht, vast
gesteld bij besluit der provinciale Staten van Utrecht
van 23 Juli 1887, goedgekeurd by Koninlijk be
sluit van 12 Augustus 1887, no. 25, Provinciaal-blad
van 1887 no. 57, ingetrokken.
En dat voorschreven besluit der Staten bij Ko
ninklijk besluit van 7 Januari 1896, no 8 is goed
gekeurd.
Gegeven te Utrecht, den 16 Januari 1896.
Dc Gedeputeerde Staten voornoemd,
SCHIMMELPENNINCK van der OYE
van NIJENBEEK, Voorzitter.
C. R. MERIvUS, griffier.
De BURGEMEESTÊK~ën WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gezien art. 8 der wet van den 2. Juni 1875 (Staats
blad No. 95),
Brengen ter kennis van het publiek, dat door hen
aau A, J. MICHIELSEN en zijne rechtverkrijgenden
vergunning is verleend om een gas- en petroleum-
motor vau 2',paardekrachten te plaatsen in het
perceel, gelegen aan de Krommestraat, wijk F. No.
227a, kadastraal bekend onder sectie E. No. 475.
Amersfoort, den 8. Februari 1896.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
Do Secretaris,
W. L. SOHELTUS.
5)
Mrs. Bolton was wel zoo vriendelijk Trix en me
vrouw Lecomte een weinig van het minnende paar
te verwijderen, opdat de jongelui ongestoord afscheid
konden nemen.
En wil je nu werkelijk gaarne heengaan, mijn
liefste vroeg Claude. Het is nog niet te laat om
van besluit te veranderen, je kunt, altijd hier blijven.
Neen, neen, Olaude, ik vertrek uit vrije bewe
ging, antwoordde Nora. Ik heb er nog zoo naar
verlangd, Engeland te zien.
Hoe gaarne herinnerden allen zich later, dat
Nora zelf wenschte te vertrekken IZij konden zich
zelf althans er geen verwijt van maken, in den droe-
vigen, somberen tijd die nu aanbrak, dat zij het meisje
tegen haar wil hadden overgehaald, die nood
lottige reis te maken.
Nora stapte in de damescoupé, die de conducteur,
na haar kaartje geknipt te hebben, voor haar opende
en de anderen bleven voor de glazen deur vau de
wachtkamer staan en wuifden haar toe tot de trein
vertrok.
Daarop keerden zij langzaam terug naar de rue
Saint-Denis.
De twee oude dames bleven spoedig achter.
Claude had Beatrix zijn arm gebodenhij voelde
hoe haar hand beefde, terwijl zij slechts met moeite
haar tranen bedwong.
Wees niet verdrietig, Trix, troostte hij, dc aehoi-
ding zal niet van langen duur zijn. Ik zal werken
als een plantage-neger en over eon of twee jaar doe
ik mijn examen. Slaag ik, dan kan Nora in hetzelfde
jaar mijn vrouw worden.
De Tweede Kamer dei- Staten-Gerieraal is
tot hervatting der werkzaamheden bijeenge-
•oepen tegen Dinsdag '18 Februari e. k., des
namiddags halt' drie.
Bij Kon. besluit is bepaald, dat ter beloo
ning van aan den lande bewezen buitenge
wone diensten bij de krijgsveriehtingen tegen
Lombok in 1894:
in de registers van de kanselarij der Neder-
landsche orden als ridder 4e klasse van de
Militaire Willemsorde zal worden ingeschre
ven de gesneuvelde kapitein der infanterie
W. N. Scheiben dat bij afzonderlijke dag
orders, zoo in Indië als in Nederland, eervol
zullen worden vermeld de le luitenants der
infanterie V. L. J. Roijen en C. C. Muschen
de inmiddels tot denzelfden rang bevorderde
2e luitenant dei- infanterie J. D. H. Beckerwig.
Tot ridder 4e klasse der Militaire Willems
orde is alsnog benoemd de Amboineesche in
fanterist le klasse W. Iioropit.
In zijn Memorie van Toelichting op zijn
Kieswet heeft de Minister van Binnenlandsche
zaken meegedeeld, dat hij van plan was ook
de groote gemeenten boven 20 000 zielen
voor de Gemeenteraadsverkiezingen in dis
tricten te verdeelen.
Volgens de Haagsche bladen is thans een
wetsvoorstel tot herziening der Gemeentewet
voor dat doel bij den Raad van State in
behandeling.
De31'2 percents Staats-schuldbekentenissen,
die van 1 Maart 1896 een rente zullen dragen
van 3 pCt., zullen niet door recepissen ver
vangen worden maar, te rekenen van een nader
aan te kondigen tijdstip, rechtstreeks worden
verwisseld tegen nieuwe drie percents schuld
bekentenissen.
De jongste mail uit Zuid-Afrika bracht een
bericht, dat hier te lande zeker algemeen inet
instemming zal zijn vernomen.
De Nederlandsehe regeering heeft zich niet
onbetuigd gelaten tegenover de gebeur
tenissen in de Zuid-Afrikaanscbe Republiek.
Zij heeft in het begin der vorige maand den
consul-generaal der Nederlanden te Pretoria,
den heer Domela Nieuwenhius, langs tele-
graphiscben weg opgedragen president Kruger
namens Nederland geluk le wenschen met
het herstel der orde en den bevredigenden
alloop der jongste gebeurtenissen.
Het eenige wat ons leed doet, is dat onze
Regeering van het afzenden van dit telegram
geen melding heeft gemaakt in de Staats
courant. Het zou op onze bevolking een zeer
goeden indruk hebben gemaakt, indien reeds
vier weken geleden, toen iedereen in spanning
verkeerde, bekend ware geworden, dat de
Nederlandselie regeering dat blijk van sym
pathie aan de stamgenooten in Zuid-Afrika
heeft gezonden.
Het schriftelijk gedeelte van het toetalings-
exumen voor de Cadettenschool te Alkmaar
zal dit jaar worden afgenomen te Arnhem,
Breda en 's-Gravenhage, terwijl de aspiranten
Beazrix scheen niet vatbaar voor deze troostwoor
den, want zij zeide angstig:
Ik hoop, dat Nora zich gelukkig zal gevoelen.
De brief van mrs. Masterton was zoo vriendelijk,
dat wij niet anders kunnen verwachten.
Dat is waar ook, hernam Claude, ik heb nog
vergeten Nora naar het adres van mrs. Masterton
te vragen, dat stond niet in den brief.
The Firs.
Maar Trix, dat is alleen de naam van een villa
of een landgoed. Dat kan zoowel in Northumberland
als in Cornwales liggen. Waarlijk, jij zult toch wel
weten waar je zuster is heengegaan
Beatrix meende in zijn woorden een zacht verwijt
te bespeuren, wat haar te duidelijker opviel, daar zij
er ook verwonderd over geweest was, dat Je brief
van mrs. Masterton geen nauwkeurig adres mee
deelde.
Nora beloofde, dat zij morgen reeds zou schrij-
Maar wanneer je haar nu eens moest tele-
grapheeren
Bentrix glimlachte.
Dat is niet waarschijnlijk. Zij zal morgenoch
tend om negen uur aan het station Charing Cross
zijn en daar komt onze neef, mr. Ford haar afhalen
om haar naar „the Firs" te brengen. Ik geloof wel
dat wij Woensdag bericht kunnen verwachten of
uiterlijk Donderdag.
Hij vond Beatrix alleen, want mevrouw Lecomte
had zich met ccn zware verkoudheid, die zij waar
schijnlijk aan het station had opgedaan, te bed be
geven.
Toen Claude binnentrad zag, Beatrix vau haar
naaiwerk ophaar oogen waren roodgeweend en
geen lachje vertoonde zich om haar mond, toen zij
hem begroette.
voor het mondeling gedeelte ploegsgewijze
naar Alkmaar zullen worden opgeroepen.
Tegen half Mei worden te 's-Gravenhage
2000 geweren van 6.5 mill, kaliber verwacht.
In verband daarmee zullen in Augustus en
September de miliciens der infanterie-korpsen
van de lichting 1893 voor 12 dagen onder
de wapens worden geroepen om in het
gebruik van het nieuwe model vuurwapen
te worden geoefend.
De miliciens van 1895 '/.uilen vóór zij met,
groot-verlof in de geheimenissen van het
nieuwe vuurwapen worden ingewijd.
Door den Minister van Oorlog is uit smering
gegeven aan zijn bij de Begrooting aange
kondigd voornemen oin maatregelen te ne
men tot versterking van liet aantal sergean
ten bij de infanterie, niet het oog op bet
encadreeren van de reserve-bataljons, en van
het getal sergeanten en korporaals bij de
vesting'- en bij de pantserfort-artillerie.
Die uitbreiding betreft nochtans alleen het
militie-kader.
De positie van het vrijwillig dienende kader
wordt er alweer niet beter op.
Binnen niet al te langen tijd zal een ma
joor van een der regimenten infanterie worden
bevorderd tot luitenant-kolonel en een ander
majoor, die nu non-actief is, aanstonds het
bevel over zijn bataljon overnemen. Ook zat
een le luitenant worden bevorderd tot ka
pitein.
Men kiage dus niet over slechte promotie
bij het hoofd wapen. Nauwelijks 4 maanden ge
leden, den 7 October, werden twee le luite
nants te gelijk aangesteld tot kapitein. De
heeren, die nu het eerst aan de beurt zijn
voor den kapiteinsrang hebben pas den leef
tijd van 48 en 40 jaar bereiktde derde is
zelfs pas 41 jaar en alle drie zijn nog slechts
20 jaar olïicier.
En dat zulk een bevordering niet nawerkt
op alle officieren, die minder hoog op de
ranglijst staan, is óok niet waar. De le
luitenant, die nu No. 404a heeft, krijgt na
deze groote promotie onmiddellijk No. 404,
en de 2e luitenant, die thans 244 heeft om
le te worden, krijgt subiet 243.
Prof. Von Eiselsberg is Vrijdagochtend
uit Utrecht, vertrokken, aan het station uit
geleid door tal van vrienden.
De rekening en verantwoording over 1895 van
den Directeur der Levensverzekering-Maatschappij
„Haarlem" is door Commissarissen goedgekeurd.
Uit de rekening blijkt, dat in 1895 aan contri
butie werd outvaugen 1'41 077.33 en aan rente van
belegde gelden f73141.70; dat wegens overlijden is
Wat nu Je hebt toch geen slechte berichten
ontvangen 1
Zij antwoordde
Wij hebben volstrekt geen berichten, Claude.
Waarom zie je er dan zoo treurig uit?
Ik weet het niet, ik geloof dat grootmoeder
mij «oo angstig heeft gemaakt. Ook zij zag vol ver
langen den brievenbesteller te1 gemoot en toen deze
voorbijging, wrong zij zich de handen en zeide, dat
zij zich juist zoo te moede vóelde als voor achttien
jaren toen papa vermist werd.
Claude trachtte baar wat op te beuren, door te
zeggen
Je papa ia bij een spoorwegongeluk omge
komen en er is Maandag hier nog in Engeland
een spoorwegongeluk gebeurd. Ook de boot is be
houden aangekomen een onzer patiënten heeft een
zoon, die Maandag eveneens naar Engeland is over
gestoken en hij heeft haar reeds getelegrapheerd uit
Dover, je behoeft je dus daarover niet bezorgd te
maken.
Ik kap het niet helpen, Claude, maar ik ben
toch angstig.
Als je jc daar niet tegen inzet, zal je nog
zenuwkoortsen krijgen. Ik zal slaappoeders voor je
halen, die moet je dadelijk innemen en dan zonder
uitstel naar bed. Als je dat doet, dan zal de brie
venbesteller je morgenochtend wel wakker bellen
en je een brief brengen van Nora, vol van den in
druk, die Engeland bij de eerste kennismaking op
haar teweeg heeft gebracht.
Hij meende het goed, maar hij vreesde zoozeer dat
de slaappoeders een ongunstige werking zouden heb-
beu op het meisje, dat aan dergelijke dingen niet
gewoon was, dat hij de dosis te zwak uinakte, en
op die wijze werden haar geprikkelde zenuwen
eer nog hooger gespannen, dau tot kalmte gebracht,
Nog nooit had Beatrix Charles een zóo vreeselijken
nacht doorleefdwanneer zij de oogen sloot, dan
vervolgden haar de akeligste visioenen en wanneer
zij wakker bleef dan maakte de angst over haar
zuster haar bijna waanzinnig.
Eindelijk, tegen den ochtend, viel zij in eenzwa-
ren, afmattonden slaap waaruit zij loom en onver-
kwikt ontwaakte, om tot de ontdekking te komen,
dat de eerste post reeds voorbij was.
Zij wierp snel haar ochtendjapon over en ging
naar de buren om te vragen of de brievenbesteller
ook iets voor haar had afgegeven.
Niets I
In de grootste opgewondheid kleedde zij zich en
tegen den tijd van de tweede post schoof zij het
raam open en keek door de straat.
Ja, uaar in de verte naderde de brievenbesteller.
Hij stak telkens de straat over. gaf nu hier dan
daar een brief af maarhaar huis ging hij
voorbij.
Zoo deed Beatrix bij elke post, en telkens werd
zij teleurgesteld.
De Donderdag liep ten eindeNora was Maandag
reeds vertrokken en nóg was er geen bericht van
haar ontvangen.
Grootmoeder en kleindochter waren radeloos
van angst.
Nog nooit was een meisje van nederige afkomst
door de groote wereld met zooveel hartelijkheid
ontvangen als de gravin vau Chatterly.
Zij was de eenige dochter vaneen eenvoudige dorps
geestelijke zij had geen voorname bloedverwanten;
haar eenige broeder zwierf als een avonturier in de
binnenlanden van Afrika, om goud te zoeken, maar
toch werden de poorten van alle kasteelen in North-
shire wijd geopend voor Gertrude Monkton, gravin
van Chatterly. toeli achtte elk haar hoog en ver
klaarde dat zij veel te goed was om de cchtgenoote
te zijn van den somberen, onvriendelijken graaf
Chntterly
Wordt vervolgd)