Donderdag 18
Juni 1896.
No. 4572,
45e Jaargang.
Binnenland.
Een noodlottig geheim.
Uitgave
Firma A. H. VAN CLEEFF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Dmiderdagnmviddug niet gratis Zin gnblad. Abonnement per 3 maanden ƒ1.Franco
per post ƒ1.15. Abonnement alleen op liet Zondagsblad voor mersl'oort 40 et., voor hel binnenland 50 et. pet
8 maanden. Advortentiën 16 regels 00 et.; elke "regel meer 10 cl. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-,
ollicieële- en onteigeningsadvert. per regel 15 et. Reclames per regel 25 et. Afzonderlijke iimmmers 10 miL
Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het
Zondagsblad, per regel5 cent.
Bij mlvcrlentiëu van buiten do stad worden de incnaseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEGRACHT56
Telephoon 19.
Zij, die zich met 1 Juli
op ons blad abonneeren, ont
vangen gratis de nog deze
maand verschijnende num
mers.
AlJIiH.
Nu op Atjeh alles weer goor! marcheert,
schijnt men in Indië weer le beginnen met
het oude spelletje van betweterij en af
breken.
Althans aan de Nieuwe- liull. Cl. werd
Maandag geseind
»Men zegt. dat Toekoe Oemar te Lam
Pisang is teruggekeerd.
«Door de algeinceue opinie worden de
onbedachtzame politiek, door generaal Vetter
gevolgd door liet ter zijde stellen van luite
nant-kolonel Van Heutsz, en de ruwheid Van
kolonel Slemlbort afgekeurd."'
Er is niel veel doorzicht voor nooilig om
te kunnen gissen dat de Java-Bade hier als
de walgemeene opinie" wordt voorgesteld.
Zij die zich de Lombokdagen herinneren,
zullen zulke oordeelvellingen naar waarde
kunnen schatten. Als de zaak niet zoo treurg
was, zouden wij eigenlijk moeten lachen om
de opmerkingen betreffende overste Van
Heutsz.
De generaal stelt hem aan het hoofd eener
colonne, welke allicht uit drie bataljons, berg-
artillerie, enz. enz. heeft bestaanhij geeft
hem dus een zelfstandig commando, zoo ge
wichtig als zelden aan een officier van dien
rang wordt gegeven, maar toch beet de
overste ter zijde gesteld
De iV. Rolt. welke een medewerker toont
te bezitten, die uitstekend op de hoogte is,
teekent dan ook bij dit telegram aan
f,Wat het verooi'deelen van generaal Vetter aan
gaat, ook dat is begrijpelijk genoeg. Gedurende
drie jaren hebben wij op Atjeh gertacht te leven
in goede verstandhouding met de hoofden en de
bevolking buiten tic linie. Door bet verraad van
Oeinar en liet wegloopen van de meeste hoofden
veranderde de toestand niet zonder schokken. Wei
nig of niets werd wellicht nog bepaald omtrent de
houding, die in het vervolg tegen hen zal worclen
aangenomen. Onzekerheid verving de schijnbare rust
vau vroeger.
„Velen zullen daarin aanleiding vinden des gene
raals handelingen te voordooien, vergetende dat
zachte heelmeersters stinkende wouden maken. Van
hetgeen hij deed, kunnen wij nu alleen zeggen,
dat hij handelde met groote energie en voortvarend
heid, waardeur liet verzet met éen slag werd ver
nietigd en, voorloopig tenminste, een partijgangers-
oorlog werd voorkomen, die ons groote zorg had
Feuilleton.
Ohij is een zeer behendig man riep de ad
vocaat met t en soort bewondering uit.
Eu heeft hij Mora daar in huis gebracht
Ja.
Dan heeft die uirs. Lane haar ook gezien.
Zeker.
Wat heeft zij u verder verteld? vroeg Beatrix.
Zij had een ontbijt voor beiden in gereedheid
gebracht, ging iur. Wedgwood voort, en op verzoek
van mr. Kenneth Ford bracht zij uw zuster met
een rijtuig naar het station Charing-Cross; hij zelf
was vooruit gegaan om voor haar koll'er te zorgen
en de plaatskaarten te nemen.
Wat zou hij met haar bagage gedaan hebben
vroeg Beatrix. Die is niet te Salton aangekomen.
Neen, bij liet de bagage aan het station Kings-
Cross in de goederenloods brengen. Ik begaf mij
daarheen en heb de beambten zoolang ondervraagd,
tot ik vernomen heb, dat een koffer die aan mijn
besenrijving beantwoordde, daar op naam van Ken
neth Ford den lleu September in bewaring word
gegeven. Dat. wilden zij mij wel vertellen, miiar zij
weigerden :nij den koffer af te geven, wanneet' ik
den vrachtbrief niet kon vertooneu of op andere
manier bewijzen, dat ik er recht op had Zij deden
hun plïeiit, ik kon er niets tegen zeggen.
„liet komt ons voor, dat Van Heutsz gebri
enl, waar bij behoorde; aan hot hoofd van
begaafde
den staf v
i gen.
•aal Va
langrijke broi
wij tegenover Atjeh moesten aannemen, is het nog
niet noodig dat generaal Vetter zijn macht als re-
geeringscoinniissiiris in zijn handen legt. Als hij
het noodig oordeelt, zal hij de adviezen van Van
Heutsz vragen tot zoo lang heeft die officier zich j
slechts met het hem aangewezen werk te bemoeien.
Hij is te goed militair om (lat zelf niet in de eerste
„Dat aan kolonel Stomfort ruwheid wordt verwe
ten, komt ons niet vreemd voor. Daarvan heeft
iiij den naam uit vroegere jaren overgehouden. Die
ruwheid kan misschien weder herleefd zijn te mid- j
den van den harden strijd en i
ichtcr
i pa
kei ijk tijdens dc voorafgegane rustige periode, waarin
ons legér moest toezien, dat Oemar voor ons vocht.
Maar zij behoeft niet zoo sterk veroordeeld te worden'
nu de kolonel nog alleen als militair commandant
heeft te handelen en geen politiek gezag uitoefent.
Ken Atjeher begrijpt trouwens hardhatidigheid en
desnoods ruwheid beter dan lankmoedigheid en
zachtheid. Zijn voornaamste hoofden vestigden hun
invloed met behulp der beide eerstgenoemde ei
genschappen."
Het Handelsblad ontving Dinsdag hol. vol
gende telegram:
«Alle troepen rukken op ntutr Montassik,
zuidoostelijk van dc stelling, over Lumpennei
en Kroeng Gloeinpang."
Volgens officieel bericht uit Atjeh werd
Dinsdag een tocht gemaakt naar Kroen-
Gloempung, Holio, Tjot-Loiit, Lamgatot Pan-
teh-Karang. waar bivak gehouden werd.
Licht gewond eert officier; gesneuveld vier
en gewond twaalf' militairen beneden den
rang van oi'lieier.
De Amstbrdamsche bladen ontvingen het
volgende telegram
«lieden tocht naar de XXVI Moekitns voort
gezet. De tocht van gisteren heeft zich uit
gestrekt tot Kroen-Gloempang. Gewond kapi
tein der infanterie M. W. Thvssen licht, _en
12 minderen. Gesneuveld vier minderen."
Onder de gesneuvelden is er éen', wiens dood het.
Indische leger een zijner heldhaligste figuren doet
verhezen, de sergeant der infanterie F. Zeig.
Bij de krijgsverrichtingen op Atjeh in 1892 onder
scheidde liij zich zóo, dat hij voor de M. \V. O.
werd voorgedragen.
Reeds drie jaar later gaf Zeig wederom zulke
blijken van moed, beleid en trouw, dat hem de 3e
klasse dier orde gewerd, een ouderscheiding, welke
slechts door éen ander militair beneden den rang
van officier, den gegageerden sergeant G. J. ter
Woord, wordt gedragen.
Aan tie Telegraaf werd gister geseind:
«Kroeng Gloempang en Montassik verbrand.
Gisteren 'vuortgerukt tot Lam Paser. Weinig
tegenstand, geen verliezen."
Volgens de Java-Bode ligt het in de be
doeling der Regeering. de versterkings-troe-
pen 4 maanden op Atjeh te doen blijven.
ja, ik
Lan
haar nog vergeten. Zij bracht ti
zuster naar het Charing-Cross en bleef bij haar tot
nir. Ford kwam. Vervolgens betaalde hij haar re
kening en voegde er nog een kleine schadeloos
stelling bij voor die moeite, die zijn bloedverwante
haar veroorzaakt had. Deze gulheid verwonderde
rara. Lane, want zij had haar huurder als eon gierig
man loeren kennen. Toen mr. Ford eenmaal ver
trokken was. deelde hot dienstmeisje van rara. Lane
aan baar meesteres mede, dat zij zeker wist, dat de
lange witte haren en de baard van mr. Ford valsch
waren. Het meisje vertelde verder, dat zij eens on
verwacht op zijn kamer was gekomen, terwijl hij zat
te lezen en toen lag hij zijn baard naast hem op de
tafel. Hij gaf haar een shilling, opdat zij zwijgen
zou en zoolang hij iu huis was geweest, was zij bang
er een woord van te reppen, maar nu wilde zij het niet
langer verborgen honden.
Maar mij dunkt toch, dat mre. Lane wel iets
gehoord moet hebben van hetgeen er gebeurd is,
zeide Beatrix. Als zij in de couranten de beschrijving
heelt gelezen van het meisje, dat te Salton dood in
de spoorwegcoupé werd gevonden, dan moet zij daar
aan toch mijn zuster herkend hebben?
Mr. Wedgwood antwoordde.
Wanneer liet toeval ooit de bondgenoot van
een schurk is geweest, en al zijn plannen in de
hand gewerkt heeft, dan was dat mot den valsehen
Kenneth Ford het geval. De couranten waren juist
vol van een opzien barenden moord en diefstal
in East-End en van een vreeselijk mijnontplofling
iu Coruwales. Slechts twee korte berichtjes, in eet
vergeten hoekje van liet blad, gewaagden van he
geheimzinnige voorval in Nortshirc, De plaatselijke
'bladen zullen liet voorval wel zoo uitvoerig moge
lijk en niet nauwkeurige bijzonderheden hebben
meegedeeld, naar die worden te Londen niet ge
lezen. Mrs. Lane stond verstomd van schrik toen
ik haar meedeelde, welk droevig lot de arme,
jonge dame. die oenige uren in haar huis doorbracht
Een Fi'iuisehrntui, de heer Jean Bertheroy,
sehreel in den Figaro een artikel over «La
petite Reine Willielmine". Het vorige jaar
had hij onze Koningin ontmoet, iu liet Bosch,
hij Deo Maag, waar de talrijke beuken een
bij ons onbekende hoogte bereiken, zegt de
schrijver. De «kleine Koningin" zooals men
Wilhelinina in Nederland noemt, om haat
te onderscheiden van de Koningin-Regentes,
kwam juist uit haar verblijf in het Bosch,
zij liep alleen in de schaduwrijke lanen, ert
was zonder twijfel haar gouvernante ont-
loopende heer Bertheroy kon haar opzijn
gemak beschouwen.
Wij laten hier de beschrijving volgen,die
de l-'ranschtnan geeft van onze toekomstige
Vorstin, zijn indrukken: voor zijn eigen re
kening latend
«Groot, en sterk voor haar vijftien jaren,
bezit Wilhelinina de bleeke blondheid, den
blanken teint van baar stam. Als al ileHol-
landsehe vrouwen beeft zij een wat lange,
platte taille een teeken van getrouwheid,
zon een zedemeester zeggen. Om den mond
speelt een glimlach, met een uitdrukking van
schalksheidde oogen zijn groot en heel
mooi, van een onbepaalde kleur, die het
midden houdt tusschen zeegroen en hemels
blauw. Het zijn (leze oogen, die aan het ge
laat een bijzondere uitdrukking geven, een
zedelijke waarde om zoo te zeggen bet ge-
heele innerlijk weerspiegelt er zich in. Men
gevoelt, dat achter deze oogen reeds een
bepaalde individualiteit schuilt, dat men in
haar reeds een mensch voor zich heeft, ge
woon met zicli zelf te levenmen voelt er
in éen woord in: de Hollandse be ziel, energie
en strijdlust."
Zou het eerste gewin ten opzichte van de
Rijksmiddelen kattengespin zijn geweest
Niet alleen, dat de teruggaande beweging
van April zich in Mei heeft gehandhaafd,
maar er is thans een feitelijke achteruitgang.
De opbrengst der middelen over Mei jl. is
f9 757 547, dat is f 1 147 311 beneden de
raming voor éen maand, terwijl April nog
een surplus van f514628 gal": dat is dus
meer dan 10 ton nadeelig verschil. Iu ver
gelijking met Mei 1895 is de uitkomst even
min rooskleurig toen werd er, bij ecu lagere
raming, nog f10273305 ontvangen, dat is
nog een half millioen méér dan in Mei 1896.
En dat hebben nu (voor een groot deel) de
werkstakingen gedaan met al haar directe
en indirecte gevolgen
Gaan wij de cijfers in 't bijzonder na. dan
blijkt 't, dat de ongunstige uitkomst verkregen
is ondanks bet toeval wilde, dat in Mei '96
de Staatsloterij voor f 79 770 in de algeniee.ne
ontvangsten bijdroeg, terwijl dat in Mei '95
bijna niets bedroegdat behalve de rechten
op den invoer, die, door de bekende oorzaak,
in avans bleven (hoewel slechts voor een
kleine ton ditmaal); behalve de Posterijen
die circa I110O0 meer gaven, en behalve de
loodsgelden die óok f8000 meer aanwijzen
al de overige middelen hun aandeel dra
gen in de algemeene daling. Zóo de directe
belastingen voor f372950: de accijnzen voor
31/4 ton; de waarborg voor een circa f 5000;
de indirecte belastingen voor f 12 000 (zoodat
het successierecht ditmaal zelfs geen over
wegende rol in de schaal legt) de domeinen
voor f 170000 ongeveer: de Rjjkstelegrafen
voor I'll 000.
De uitkomst, lot dusver over 'tgeheele
jaar (5 maanden) is nog altijd gunstig. We
kregen f50 149128.34»tegen f47 060 023.42»
tot ultimo Mei 1895, dus een voordeelig ver
schil van f3 089105, hetgeen niet belet, dat
wij zelfs bij de raming nog f4375 162 ten
achter zijn. Juni en volgende maanden zullen
dus beter moeten oppassen dan Mei, anders
komt ten slotte de rekening nog falikantuit
tegen den tijd dat wij (le balans gaan sluiten.
Maar dat is gelukkig nog verre
Men schrijft uit Rome aan de Maasbode,
dat te Padua de opgravingen naar het lijk
van Prins Willem George Frederik van Oranje
zouden hervat worden, ten gevolge van stel
liger aanwijzingen.
Nu morgen de eindstemming over de
Kieswet zal gehouden worden, mag wel eens
herrinnerd worden, dat in 1850 de wet werd
afgehandeld in elf dagen.
Nu ving men met de debatten aan op 12 Mei,
zoodat er 30 zittingsdagen aan besteed zijn.
Is die langere duur van de beraadslaging
het gevolg van de vermeerdering van het
aantal leden, dat van 68 tot '100 steeg; of
van de meerdere geoefendheid en vrijmoe
digheid in het sprekenof van de grootere
uitgebreidheid der redevoeringen of van
De Haagsehe medewerker van de N. Gron.
Ct. maakt de volgende opmerking betreffende
de Kieswet:
«De Minister zal triumfeeren al zal
het nationale van (le wet nu voornamelijk
ook gelegen zijn in de verdeeldheid daar
over in alle partijen."
Het geneeskundig onderzoek der adspi"
ranten voor de Kon. Militaire Academie te
Breda, niet afkomstig van de Cadettenschool,
zal plaats hebben op 29 Juli a.s., op welken
dag voor deze adspiranten tevens het schrif
telijk examen een aanvang neemt.
getroffen had. Ik ben er van overtuigd, dat de brave
vrouw al hot mogelijke heeft gedaan om mij te hel
pen. maar zij wist niet meer dan ik u reeds heb
verteld. Wal haar dienstmeisje haar had meege
deeld had haar ongerust gemaakt en daarom was
zij vast voornemens mr. Ford, als hij al terug mocht
komen, nooit meer iu haar huis toe te laten, maar
vorder had zij zich niet om hem bekommerd.
En kon zij u geen enkel spoor aanwijzen
Volstrekt niet. Het was haar wel opgevallen,
zeide '/.ij, dat zijn slem en zijn manieren over bet
algemeen veel jonger waren, dan zijn uiterlijk deed
vermoeden, intiar zij had daar niet verder ovei na
dacht. Hij was zeer. weinig thuis, zoolang hij bij
Hij zal zijn vermomming wel bier of daar heb
ben afgelegd, zeide Beatrix of gelooft u, dat hij
zijn witte baard en zijn lange haren altijd droeg, als
hij te Londen was?
Hoog.waarschijnlijk, antwoordde de advocaat.
Oordeel zelf maar eens. Hij moet er belang bij
gehad hebben, nergens to Londen in zijn gewone
gedaante te worden gezien. Mrs. Lane zeide. dat
hij als heer gekleed was en een deftig voorsoi
had en zoo,als ik u gezegd heb, heeft de arme vr
beter dagen gekend; zij zal zich daarin dan ook niet
vergist hebben.
Beatrix zuchtte.
Dus er is nog geen enkel punt, waarvan wij bij
Ons onderzoek kunnen uitgaan? vroeg zij.
Met uw verlof, hernam Wedgwood, er
zelfs verscheidene uitgangspunten. Vooreerst 1
gij, dat de man van den eersten tot den elfden Sep
tember le Londen was, en dat kan reeds van veel
Terivijl hij deze woorden sprak, zag Beatrix hem
angstig tuin.
Mr. Wedgewood, zeide zij met bevende stem,
gij zijt een man van ondervinding 011 die heb ik in
het geheel niet. Zeg mij eens openhartig, gelooft
u dat ik slagen zal
Hij aarzelde.
Ik bid u, zeg het.
Hij antwoordde op ernstigen toon
Gij zult slagen of het zal uw leven kosten.
Denkt 11, dat die onderneming boven mijn
krachten gaat?
Ik geloof vast en zeker, dat gij dien valsehen
Kenneth Ford vinden zult, maar wanneer hij ont
dekt wie gij zijt, vóór ge hem hebt kunnen out-
maskeren. dan weet ik zeker dat hij u, zonderlang
te aarzelen, op even behendige wijze uit den weg
zal ruimen, als hij het uw zuster heeft gedaan. Ik houd
mij er van overtuigd, dat die man zich een titel en
een bezitting heeft toegeëigend, waarop uw vader
aanspraak had, welke aanspraak dus op u en uw
zuster is overgegaan, zoodat gij tusschen hein en het
rechtmatig bezit van zijn titel en erfenis stond.
Wanneer hij u ziet, zullen uw naam, uw leeftijd, de
omstandigheid dat gij uit Parijs komt en uw gelij
kenis met uw gestorveu vader hem terstond doen
begrijpen, dat hij zich vergist heeft.
Beatrix dacht even na.
Ik zal het wagen, zeide zij op eenvoudigen
Wanneer gij levend uit den strijd terugkeert
dan zult gij waarschijnlijk een aanzienlijke dame
zijn. miss Charles, maar zult gij er leven uit te
voorschijn treden
Ik hoop het.
Miss Charles, mag ik u nog éen vraag doen
Zeker.
Hebt gij, evenals wijlen uw zuster, een ver-
Neen.
Ook niemand aan wieu go innig gehecht zijt?
Neen, ik sta geheel alleen op de wereld,
Zoo. [Wordt vervolgd)