Maandag 7 Augustus 1899. No. 4899. 48e JaargsfTkg. OP REIS. JUDAS. Binnenland. PHOENIX-BROUWERIJ H. MEURSING Co. AMERSFOORT. Uitgave Firma A. H. VAN CLEEPF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1.franco per post ƒ1.15. Ad verten tien 16 regels 60ceht; elke regel meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, offieieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. EOBTE6HACBI 5 6. Telephoon 19. Wij zijn gaarne bereid om, tegen vergoeding van het porto, aan geabon- neerden die voor korten oi langeren tijd op reis gaan, de Amersfoortsche Courant en ae bladen welke zij door onze tusschenkomst ontvangen, na te zenden. Opgave van duidelijk adres is vol doende. KENNISGEVING. De BURGEMEESTER van AMERSFOORT, Gezien artikel 41 der Gemeentewet, Brengt ter kennis van do ingezetenen, dat de Raad dezer gemeente zal vergaderen op Dinsdag, den 8. Augustus aanstaande, des namiddags te l'/t ure. Amersfoort, den 4. Augustus 1S99. De Burgemeester voornoemd, E. L. VISSER, Weth., 1» Br. ligt tot 44 Augustus liet volgende adres van de »Nederl. Zuid-Afrikaanscbe Vereeniging" ter teekening Aan liet Volk van Groot-Brittanië Wij Nederlanders, verwant aan U door een gemeenschappelijke» oorsprong, door overeenkomst in geschiedenis en traditiën, door gelijksoortige zeden en staatsinstel lingen, ontleenen aan deze verwantschap, waarop wij trotsch zijn, de vrijmoedig heid om uitdrukking te geven aan den onweerstaanbaren aandrang van ons hart en de diepe overtuiging van ons verstand, dat er b|j velen uwer een sterke neiging bestaat een schromelijk onrecht te begaan jegens het volk der Zuid-Afrikaausche Republiek, eene loot van onz m gemeen schappelijke» Germaanschen stam, een volk zwak in aantal, maar sterk door de deugden, welke door alle Angelsaksers op den hoogsten prijc worden gesteld moed, ouafhankeljjkheidszin, zelfbewust heid en godsdienstzin. Wij doen een beroep op uw dieper be sef van rechtvaardigheid en edelmoedig heid, wanneer wij U toeroepen Feuilleton. 22.1 De voorstad van Ironfields bezat slechts óeu klein hulp-postkantoor, waar de gebeele dienst waargenomen werd door oen oude, sufte vrouw met een gerimpeld gelaat en een mond zonder tandenhaar dunne grijze huren bedekte zij on der een grijze muts met ftuweclen bandeD. Ze droeg een japon, die eens zwart was geweest, maar nu rood zag van ouderdom en een dito sjaal om hanr magere schouders. Ze was doof en sprak met luide scherpe stem tegen de menschen die niet doof waren, zooals zij. Ze was bovendien zeer bijziende, en het was dus geen wonder, dat de bewoners van de voorstad dik wijls reden tot klagen hadden. Haar zoon Abra ham, die haar terzijde moest staan, was bijna even suf als zij. Hij dacht aan niets anders dan aan eten en bracht de brieven rond, alleen om zijn eetlust door een wandeling op te wekkon. Hij had nooit haast en was op ait oogenblik bezig, bij zich zelf te overleggen of hij de in gekomen brieven thans aan de geadresseerden zou bezorgen dan wel hen tot den middag er op zou laten wachten. Bon je nóg al niet weg, Abraham schreeuwde zijn moeder. Zooals u ziet, antwoordde Abraham. Maak dan toch dat je weg komt, hernam juffrouw Wevelspoke anders krygje niets teeten. Ik ga al, ik ga al, bromde Abraham, lang zaam zijn hoed opzettend; maar ik voel me ziek. Die koffie moet drie dagen oud geweest zijn en de eieren waren slecht. Dat verbeeld je je, Abraham. HaaBt je een beetje. Laat af van de pogingen, door som migen uwer geldmannen en Staatslieden beproefd, om dit volk te belemmeren in de geleidelijke ontwikkeling van eigqp aard en aanleg en te onderwerpen aan uwen wil. Laat af van het zoeken en aangrijpen van aanleidingen en voorwendsels om U te mengen in zijne aangelegenheden, om dat het deze op andere wijze regelt, dan U redelijk en wenschelijk schijnt. Laat overigens dit volk zich natuurlijk ontwikkelen, zelf den geest des tijds on dergaan, die onvermijdelijk voortdrijft op den weg van vooruitgang in stoffelijk en geestelyk opzicht en elkegewelddadigde stoornis veroordeelt, omdat z|j de gelei delijke ontwikkeling veeleer vertraagt dan bevordert. W|j vragen u dit dringend, niet alleen omdat eene andere politiek leiden moet tot geweld, bloedstorting, broedermoord maar ook omdat daardoor het recht ge schonden, de naam van Britsche recht vaardigheid geschandvlekt, van Britsche scherpzinnigheid ondermijnd en die van Britsche grootmoedigheid tot een spot ternij gemaakt wordt. Zoo komt er dan toch eindelijk gang in en zal de sluimerende belangstelling in de onafhankelijkheid der Hollandsclie Republie ken in Zuid-Afrika zich uiten. Maar zal die uiting eenigen indruk maken, dan moet zij krachtig en geestdriftig wezen, dan moet zij een ondubbelzinnige openbaring zijn der verontwaarding van het Nederlandsehe volk over de onoprechte en onbeschaamde staat kunde van Engeland en over de schijnheilige wreedheid zijner Regeering, die zich niet schaamt, voor een oorlog tusschen beschaafde volken, haar troepen te voorzien van een kogel, dien de groote meerderheid der ver tegenwoordigers op het Vredescongres onder de verboden projectielen wenschte gerang schikt te zien. Onze militairen munten dikwijls uit door groote piëteit voor de in den oorlog geval len kameraden. Zoo hebben, volgens het »Bataviaansch Nieuwsblad", de Europeesche en inlandscbe minderen van het 3e veld-eskadrons cavalerie verzocht, de voor het jaarlijks prijsschieten be stemde preiniën onuitbetaald te laten en van het daardoor vrijgekomen bedrag een opgave met lijst in de ohambrees te laten ophan gen, waarop de namen en qualiteiten ver meld staan van de kameraden, die in 1896, '97 en '98 te Atjeh zijn omgekomen. De nieuwbenoemde Gouverneur-generaal van Nederlandsch Indië zal aan hen. die hem over dienstzaken wenschen te spreken, daar toe de gelegenheid geven op Maandag, Woensdag en Donderdag, 44, 10 en 17 Au gustus, des namiddags van l1 2 tot 4 uren, in het gebouw van het Departement van Koloniën te 's Gravenhage. In het jongste jaarverslag der Vrije Uni versiteit te Amste.dam deelden Directeuren hun voornemen mede het getal hoogleeraren te versterken. Aan dit voornemen zal nu uitvoering gegeven worden. Uit een opge maakt tweetal is de keuze gevallen op dr. H. H. Kuyper, om dezen voor te stellen als hoogleeraar in de theologie. Dr. Kuyper is zelf leerling dier stichting en verliet haar met een dissertatie die des tijds ook in het buitenland zeer de aandacht trok. l)r. Kuyper was eerst predikant te Baarn, thans ie Leeuwarden en is de oudste zoon van prof. dr. A. Kuyper. in een Bestuursvergadering der Nederl. Kamer van Koophandel te Londen is be sloten commissoriaal te onderzoeken in hoe verre Nederland kan deelnemen aan den eierhandel op Engeland, voornamelijk Lon den. Bij de groote uitbreiding van dien handel in andere landen der wereldwijst de vraag, waarom deze tak van betmjf in Nederland geheel braak bleef liggen. De historisch-geneeskundige tentoonstel ling te Arnhem is bezocht door 15 876 be talende personen. Aan entrées werd ontvan gen f 4135.70. Blijkens het ter 56ste algemeene verga dering der »Ned. Vereeniging tot afschaf fing van Sterken Drank", te Zwolle gehou den, uitgebrachte verslag telde de vereeni ging aan het einde van het vorige jaar 2100 leden en bedroeg het aantal afdeelingen 51. Van H. M. de Koningin was een gift van f750 ontvangen. Tot leden van het Hoofdbestuur werden gekozen de heeren dr. Delhez, mr. D. A. van Eek, D. van der Heide en mevr. Mendels- Stokvis, terwijl tot redacteur van »DeVolks vriend" werd herbenoemd de heer P. van der Meulen. De eerstvolgende, buitengewone vergade ring zal te Amsterdam gehouden worden. I)e „Algemeene Nederlandsehe Wielrijders Bond" telt op dit oogenblik 3159 dames-leden. Een boerenzoon, in 1869 te Zoeterwoude geboren, wiens inschrijving voor de Natio nale militie voor die gemeente in 1881 was verzuimd, is door Gedeputeerde Staten voor den dienst alsnog aangewezen en voor 2 jaar ingelijfd bij het 4e regiment infanterie. Voorwaar geen prettig buitenkansje voor den betrokken persoon, die van plan was in liet huwelijksboojte te stappen, waardoor het verzuim zijner inschrijving aan het licht kwam. Ik wil oio liever niet zoo haasten, moeder anders zou ik er wel eens een kunnen verliezen, antwoordde Abraham bij de deur. Om zes uur ben ik terug en zorg dan. dal de nieren gebak ken zijn. Nadat. Abraham vertrokken was, begon zijn moeder de brieven en couranten te sorteeren, voortdurend half luid met zichzelf sprekend en scheldend als ze een adres niet dadelijk lezen kon. Juffrouw Wevelspoke, zoide een luide stem achter haar. Juffrouw Wevelspoke stond met haar rug naar de toonbank em hoorde niets, en vervolgde haar alleenspraak.^ Dat moet zeker Mary beteekenen. In mijn tijd schreven de menschen beter. Noen, wacht eens, daar staat J-u-l-e-s dat betec- kent waarschijnlijk Judas, bij Wosk, maar als zijn naam Judas is, waarom Juffrouw Wevelspoke, herhaalde de dame, met haar parasol op de toonbank tikkend. Is dat een brief voor mij Juffrouw Wevelspoke kreeg nu een flauw ver moeden, dat er iemand achter haar stond, keerde zich langzaam om en zag miss Judith Varlins vóór zich staan. Is die brief voor mij vroeg ze, op het couvert wijzend, dat juflrouw Wevelspoke nog steeds in de hand hield. Deze? Neen, miss Varlins. U heet toch niet Mary en ook niet July staat er, ge loof ik. Maar er staat Judith. Wat? riep juffrouw Wevelspoke, haar hand achter haar oor houdend om beter te kunnen hooren. Judith herbaalde miss Varlins zeer luid. O, ja, dat is uw voornaam. Nu begrijp ik het; u spreekt zoo erg onduidelijk, maar als uw voornaam Judith is, uw achternaam is toch niet G"inaud? Laat mij dien brief eens zien, zeide Judith, ongeduldig het couvert uit de handen der vrouw uemend, ik kan u onmiddellijk zeggen. De brief was inderdaad niet voor haar, want het adres luidde: M. Jules Guinaud, adres Wosk Co. voorstad Ironfields. Neen, hij is niet voor mij, zeide 'miss Var lins, den brief teruggevend met een zucht, maar weet u beel zeker, dat, er geen pakje brieven is gekomen voor miss Judith Ik heb niets voor u, miss. De brief is aan meneer Judas en wordt dus bezorgd aan den winkel, net als alle .andere brieven, die hij krijgt. Dat dacht ik wel, zeide een steui achter haar en toen Judith zich omwendde, stond ze tegenover Roger Axton. Wij hebben geluisterd, miss Varlins, zeido Roger, haar do band gevendmaak u niet on gerust, vervolgde hij, toen hij de verschrikte uitdrukking op haar gelaat zag. Laat mij u voor stellen aan mijn vriend Rixton. Judith maakte een koele buiging. Vergun mij, dat ik een woord meespreek, zeide Tanks. Mijn vriend vertelde my iets om trent een pakket brieven en ik beweerde toen, dat ze waarscbynlyk waren ter hand gesteld aan dien mijnheer Judas in plaats van aan u. Maar, Judas is alleen maar zijn bijnaam, zeide miss Varlins. De briefen aan hem zijn gea dresseerd aan Monsieur Guinaud. Juist, hernam Octavius kalm, maar met zulk een domme post-juffrouw zijn vergissingen volstrekt niet onmogelijk. Ik ben bijna zoo goed als zeker, dat zij de brieven heeft ter hand gesteld aan dien roodharigen vriend, en dat ga ik nu eens onderzoeken. Den 13en heb je het pakket op de post gedaan, niet waar Roger Ja, in den ochtend van den 13en. Dan moet bet in den namiddag te Lon den zijn aangekomen, den 15 zou hot dus hier Is den lüen hier geweest, kunnen wezen, miss Varlins? Neen. want ik verwachtte ze nietzóospoe- dig, maar ik kwam den volgenden dag. Te laat, vrees ik, zeide Octavius. Zeg ^jens, juffrouw, was er den lóen een brief ge adresseerd aan mejuffrouw Judith Judus? antwoordde juffrouw Wevelspoke. Wat is er toch met dien man gebeurd, dat ge allen over hem spreekt? Hij is bij Wosk, als u hem verlangt te spreken. Hebt u in deze maand brieven bij hem doen brengen? vroeg TankB luid. Brieven? Al zijn brieven worden aan den winkel bezorgd, antwoordde de koppige juffrouw. Heeft hij er in deze maand, in November, gekreger Ja. twee, en er ligt een derde voor hem klaar. Laat zienl zeide Tanks, Roger aanziende. MisschieD brengt die brief ons op het spoor, miss Varlins. Ik heb den brief gezien, mijnbeer Rixton, zeide Judith en hij is niet aan mij gericht. Op dit oogenblik kwam Abraham binnen en Tanks wendde zich onmiddelyk tot hem, hopende beter en nauwkeuriger antwoorden te ontvangen. Aha, daar is onze postbode 1 nep hij la chend. Kom eens hier, en vertel me eens of je in het begin der maand een brief hebt afge geven aan meneer Judas. Dat mag ik niet vertellen, antwoordde Abraham, dat zijn beroepsgeheimen. Zeg eens, viel Axton uit, we zijn hier niet in Frankrijk, waar men zich maar straffeloos kan verschuilen achter het beroepsgeheim Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1899 | | pagina 1