September 1900.
Donderdag 20
No 5016.
49e Jaargang.
Binnenland
Feuilleton.
m&SFOO&TSCHE COURANT.
firma a h van cleeff
te AMERSFOORT.
eftcnjnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f\.lranco per
pes l o. Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Legale-, offieieële-
en onteigeningsadvertentiën per regel 15 eent. Reclames 1—5 regels f 1.25; elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers worden in rekening gebracht en kos
ten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Rij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU
KORTEGRACHT 9
Tolophoon 19.
KENNISGEVINGEN.
SCHOUW.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
v.an AMERSFOORT,
Gezien art. 22 van het Reglement op het on
derhoud en gebruik der wegen in de provincie
Utrecht cl.d. 8. November 1853 (I'rovinciaalblad
jjo. 102) alsmede art. 1. der Verordening op de
vreten en waterleidingen
Doen te weten, dat de bij voormeld artikel
bedoelde najaurs-sehouw over wegen, sloten en
waterleidingen, aan hun toezicht of beheer on
derworpen, zal gehouden worden op Woensdag,
den 10. October aanstaande en volgende dagen.
Wordende bij deze de bepalingen van boven
gemelde reglementen aan <ie belanghebbenden
r» herinnering gebracht.
Amersfoort, den 17. September lilUO.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
Do Burgemeester,
T. A. J. van ASCII v.\.\ WIJl'17.
|)e, Secretaris,
I!. w. Til. SANDBElUi.
N A TIO NA LR MI 1,1 Tl E.
De BI'ROEM EKSTER en WETHOUDERS van
AM ERSFOORT.
Maken hekend, dut het register van inschrijving:
aver het jaar 1DIIU en de alphabetische naam
lijst. bevallende de ingeschrevenen voor de lich
ting der Nationale militie voor 1901, gedurende
acht dagen, te rekenen van heden van v. in.
1(1 uur tot n. m. 1 uur, ter Secretarie voor een
ieder ter lezing ligger., binnen welken tijd bij
den heer Commissaris der Koningin in deze
Provincie bezwaren kunnen worden ingebraeht
door middel van een door de noodige bewijs
stukken gestaafd verzoekschrift op ongezegeld pa
pier, in te dienen bij den Burgemeester der woon
plaats.
Amersfoort, den 19. September 1900
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Burgemeester
E. L. VISSER.
Wetta., lo. Br.
De Secretaris,
B. YV\ Th. SANDBERG.
e Troonrede, door 11. M. de Koningin
Dinsdag uitgesproken in de vcreenigde zit
ting van de beide Kamers der Staten-Gene-
raal. luidt als volgt
Het is mij aangenaam, bij het begin van
dit zittingjaar, u bijeen te zien tot hervat
ting uwer werkzaamheden.
Zij zullen ook ditmaal belangrijk zijn, want
vele gewichtige wetsontwerpen zijn aanhangig.
Tot deze behoort de voorgedragen Onge-
De beleende Juweelen
8.)
„Op mijn woord" zeido ik.
t.O, hoe zal ik u daarvoor danken eu u zegenen
Mooiler kan nu in vrede sterven, en wat mij aanbe-
jaugt zij kon niet eindigen en schudde naden
kend het hoofd.
Daarvan van nu geen woord, missKom, ik zal
a thuis brongen. Het is reeds laat en voor u raatl-
zaA,.V noch passend, alleen te gaan!"
Zij deed haar sluier werdor voor en volgde nnj
Rijgend naar de straal. Hier riep ik een cab mm,
die ons onmiddellijk naar haar woning bracht. \Yi)
spraken onderweg geen woord, want zij was al te
'•eer in haar treuriire gedachten verdiept eu in mij
werkte nog de verwondering over hetgeen ik ge
boord had. Eindelijk hield de cal. stil.
..>Vij zijn er, Mr. Forrester", zeido zij, uitstappend.
zingen santen de stoep voor het huis op en
l "Jij (mende de deur met ecu huissleutel. Een lamp
brandde op den grond cn verspreidde juist zooveel
licht om ,„ij te laten bemerken, dat liet voorhuis
j*er net gemeubeleerd was. Een rijk versierde stan-
flaard aan de eene, een schoon gesneden eiken stoel
.Ie andere rijde der deur, de trappen met klee-
bon belegd dat alles had in hot geheel met het
Uitzicht van de armoede, die zij mij beschreven bad.
Verwonderd wendde ik mij tot haar om. maarzij
beantwoordde mijn blik met liet oude. weemoedige
Khiulaehoii en verzocht mij de trap op 10 gaan, waar
in ik vuldeed. Toen wij het portaal bereikten, zag
I ,5 naar een vetkaars staan op een gewonen blikken
kandelaar, op een matten stoel zonder leuning. Zij
dak de kaars aan en deed do lauip uit en toen ik
0111 injj heen zag, kon ik, zoogoed do zwakkesenyn
vallenwet, die in talrijke en dringende be- I
hoeften moet voorzien,
lk doe een beroep op uwe medewerking
om haar binnen korten tijd tot stand te kun
nen brengen.
In de vriendschappelijke betrekkingen met
de buitenlandsche mogendheden kwatn geen
verandering.
De binnenlandsche onlusten van ernsligen
aard, die in China zijn uitgebroken, hebben
echter in het verkeer met dat Rijk stremming
veroorzaakt.
De ter Vredesconferentie gesloten verdra
gen zijn thans door bijna al de mogendhe
den bekrachtigd, lk hoop, dat het eerlang
hier te vestigen internationaal bureau van
het hof van arbitrage aan zijn bestemming
zal voldoen door bevorderlijk te zijn aan liet
uicl hoog genoeg te schatten belang der
vreedzame oplossing van geschillen tusschen
do volken.
Twee betreurenswaardige gebeurtenissen,
de oorlog in Zuid-Afrika eu de onlusten in
China, maakten het wenschelijk, dat de zee
macht zich in de aangrenzende wateren ver
toonde, teneinde aan landgenooten zoodanige
hulp of bescherming te verleenen als tioodig
zou blijken.
Dank zij de ruimere opbrengst van ver
schillende middelen, is de linancieele toestand
gunstig te noemen.
Versterking der inkomsten blijft echter
onmisbaar tot dekking van nieuwe uitgaven,
allereerst, in verband met de wet op den
Leerplicht.
Gunstig is evenzeer de toestand der Indi
sche geldmiddelen.
Het is mij mogelijk u verschillende voor
stellen te doen, waardoor, naar ik vertrouw,
de zedelijke en stoffelijke ontwikkeling van
lndië krachtig zal worden bevorderd.
Onder het waakzaam oog vu n de be
zetting en het eskader verbetert de toestand
in noordelijk Sumatra geleidelijk, al moet
bijwijlen de kracht onzer wapenen zich nog
doen gevoelen.
Van de gewichtige wetten, die in staat van
voorbereiding zijn, zullen die op het arbeids
contract, tot betere voorziening omtrent liet
armwezen en tot staatsexploitatie van steen
kolenmijnen in Limburg u weldra bereiken.
Mogen uwe beraadslagingen, mijne heeren,
vruchtbaar zijn en uw ijver en toewijding,
onder Gods zegen, veel goeds doen tot stand
komen voor het vaderland en zijn koloniën
Ik verklaar de gewone zitting der Staten-
Generaal te zijn geopend.
Wij koinen weder gaandeweg tot den
normalen loop van zaken terug.
De maand Augustus steekt gunstig af bij
Juli. In plaats van een tekort tegenover
hetzelfde tijdvak in 1899 en in stede van
een schraal overschot in vergelijking met
het rarningscijfer, geeft Augustus 1900
f170 486 meer dan Oogstmaand van '99, en
overtreft de opbrengst der middelen, die
f10021870 bedraagt, met f318 710 het 1/12
der raming.
Schitterend is de uitkomst niet, in zooverre
in Augustus verleden jaar f428930 meer
werd ontvangen dan toen geraamd was, ter
wijl in vergelijking met Augustus 1898 toen
f994155 meer inkwam.
Maar wij mogen niet ontevreden zijn,
wanneer wij zien hoe Augustus 1900 nog
een llink bedrag is gekomen boven die toen
reeds zoo gunstige uilkomst.
Daarbij komt nog, dat onder de middelen
die thans tegengevallen zijn, het wisselende
successierecht behoort voor een bedrag van
f132 936, welke het middel minder dan in
1899 opbracht, hetgeen weliswaar op de
andere onderdeelen dier groep gedeeltelijk
kon worden verhaald, maar toch niet belet
dat op de groep ten slotte het te kort
f107 441 ledraagt. Voorts hebben om nu
maar met de lagere ontvangsten eerst uf te
rekenen de domeinen in Augustus weder
158 351 minder opgebracht en zijn ook, voor
het eerst sinds lang, de posterijen in gebreke
gebleven (Augustus is de vacantiemaand
zij gaven, in vergelijking met 1899, een te
kort van 14123, terwijl ook de jachtakten
een bagatel (f1981) minder opbrachten. De
overige middelengroepen deden haar best om
dat alies in te halen en ons, zooals wij
zagen, ten slotte nog een surplus te geven.
Daarin werd bijgedragen door de directe
j belastingen met f 129 875 (grondbelasting
f 16 320 en personeele belasting f55 388
minder; bedrijfsbelasting f238719 meer),
I voorts door de invoerrechten met. f34373;
I door de accijnzen met. f173976 (suiker
I i 46 423, gedistileerd f77 567, zout f8751
I bieren eu azijnen f13906, geslacht f23535
meer). Wijders steeg ook de opbrengst van
I den waarborg op de gouden en zilveren
J werken met, f3432, die der telegrafen met
f3324, die der loodsgelden met f3790.
Kalme vooruitgang alzoo, gelijk men ziet.
Aan het eind der eerste acht maanden des
jaars hebben wij zoodoend 3 f 4817 072 meer
in de schatkist gekregen dan op ulto. Augus
tus 1899 ontvangen was. Toen was er
f82 589865 binnengekomen, dat was roeds
4 ton meer dan het jaar te vorenthans
is do totale ontvangst f87 406 937. Gunstig
ook is de verhouding in vergelijking met
het rarningscijfer. Verleden jaar eind Augus
tus moest nog 1741531 worden ingehaald
om het ramingscijler te bereiken en in 1898
was er op dat tijdstip zelfs een tekort vun
f2 922832. Thans zijn wij nu reeds de ra
ming over acht maanden te boven gekomen
met f1781 701, dat is dus, in vergelijking
met het vorige juar, oen vooruitgang van
circa 21/2 millioen. 't Moge dan voor den
Minister van Financiën geen gunstig oogen-
blik zijn om met belusting-verhooging te
komen, zij die zich verheugen in de klim
mende welvaart des lands, zijn niettemin in
hun nopjes, want wij maken waarschijnlijk
een aardig potje over 1900.
Alle bladen, van welke politieke richting ook
en zij vertolken de meening van gansch
het volk maken met instemming melding
van het aanbod door onze Regeering aan
President Kruger gedaan om hem, desge-
wenscht, met een Nederlandscb oorlogsschip
naar Nederland over te brengen, welk aan
bod door,den President is aangenomen.
II. M. pautserdeksehip «Gelderland", onder
bevel van kolonel baron Sweerts de Landas
Wyborgh, is aangewezen om den President
te Lorenzo Marquez aan boord te nemen.
Aan de stamverwanten in Zuid-Afrika is
daardoor een openlijk blijk van sympathie
gegeven, dat geheel het Nederlandsche volk,
reeds vóór de Vredes-conforentie, heeft ge-
wenscht.
van het kaarslieht veroorloofde, onderscheiden, dut
buiten den ouden stoel en de kandelaar nergens
cenig spoor van meubelen to vinden was. De naakte
grond, de kale muren gaven hot geheel een aanblik
van treurige eenzaamheid, die mij ijskoud door do
leden liep. Terwijl ;k zoo in stomme verbazing daar
stond, legdo zij mij de hand op den schouder en
zeide zacht: „Buiten hetgeen gij gezien hebt, isook
niet don spoor van meubelen meer in huis. Moeder
slaapt op don grond onder eenige oude dekons eu
mijn boide broeders hebbon niet eens zooveel. Be
grijpt u mij nu, Mr. Forrester
Volkomen," antwoordde ik want ik begreep nu,
welke groote offers hier aan den sohijnwareu gebracht
gewordendie paar meubelen beneden waren slechts
blijven staan om do mogelijke bezoekers te mislei
den, zoodat zij de bewoners, indien ook niet voor
rijk, dan toch voor lieden uit den welgesteldcn stand
bielden.
Wilt U moeder zien fluisterde zij mij toe.
"Neen, lieden avond niet meer. De aanblik van
een vreemde kou haar tot baar nadeel opwinden eu
verontrusten. Ik heb u mijn oprechten dienst be
loofd en wil op de mij eigene wijze betonnen. Ik
geloof alles wat u mij gezegd liebt, zclls de bittere
ellende, waarmede u te strijden hebt. Neem dit en
schaf u daarvuor het noodigsto voor uw moeder aan
inaar vergeet uzelve niet: want u moet bedenken,
dat iict leven uwer moeder slechts van uw krachten
afhangt. Morgen vroeg om tien uur zal ik n weder
bezoeken en u do doekspeld brengen. Dan zullen
wij verder over uw toestand beraadslagen.
Ik kan u nu niet danken zooals ik moest, Mr.
Forrester, maar ik zal mij later beijveren het te
doen Ik zal uw welwillendheid steeds in myn ge
bed gedenken." En eer ik liet verhinderen kon,
greep zjj mijn band en drukte die innig aan haar
'lPMet' weerzin verliet ik dit huis, want ik gevoelde,
hoe oneindig meer nog voor zijn ongelukkige bewo
ners moest worden gedaan. Toen ik wedor op straat
Waa kwam bot mij voor als ontwaakte ik uit oen
angstigen droom, 1
waarheid gelooven
had.
Door den Minister van Marine is een wets
ontwerp ingediend, strekkende om bet tijd
vak, gedurende hetwelk liet pantserdekschip
«Friesland" aan den dienst in Nederlandsch-
lndië is onttrokken voor een zending naar
Zuid-Afrika, aangevangen 24 October 1899,
voor de bemanning van dezen bodem, ten
opzichte van aanspraak op pensioen, gelqk
te stellen met diensttijd bij de zeemacht in
's Rijks overzeesche bezittingen.
In de toelichting tot dit wetsontwerp wijst
de Minister er op, dat de «Friesland" tijde
lijk aan de scheepsmacht in Nederlandsch-
lndit: onttrokken en op 24 October 4899
van Batavia naar Zuid-Afrika gedirigeerd is,
alwaar deze bodem onafgebroken gestation-
neerd is gebleven tot 23 Augustus j. 1. Voor
de bemanning van dit pantserdekschip, die
allen, naar beurtorde, voor een tijdvak van
3 achtereenvolgende jaren voor den dienst
it ik kou nauwelijks aan <lo
i hetgeen ik gezien en gehoord
Den volgenden ochtond vroeg bezocht ik Mr,
Simpsou en verzocht hem, mij de doekspeld te lee-
nen. Deze had er niets tegen, uadat ik mij verbon
den had, haar over eenige dagen terug te geven.
Hij schoen zeer begeerig, te welen waarom ik de
speld verlangde, maar ik wachtte mij wol hein met
de gebeurtonissen van den vorigen avond bekend
tc maken.
Juist op het gestelde uur trad ik bij miss Vermont
binnen haar het zoo hooggeschatte fatuiliesieruad
overhandigde, met de woorden „Ik heb mijn be
lofte gehouden en den heer Simpson mijn woord
verpand, dat liet binnen acht dagen teruggeven zal
„Dat zal ook geschieden," zeide zij, nam do doek
speld en drukte die aan de lippen. „O, hoe kan ik
u danken 1 Wat kan ik doen om u mijn dankbaar
heid te bewijzen
„Overwin uw trots, miss Vermont: maak uw ware
vrienden met uw workelijkon toestand bekend, schik
u in do omstandigheden, hoe vernederend, bekrom
pen cn ongelukkig die ook zijn mogen, en bedenk,
j dat gij u gelaten schikken moet in hetgeen gij voor
eerst niet kunt veranderen. U bobt geen recht uw-
I broeders of uzelve» de dringendsto en noodzake-
I lijkslc behoeften tc ontzeggen, enkel om eon val-
I sollen schijn, oen dwazen hoogmoed op te houden!
I Plicht, meuschelijkhoid, eer, godsdienst, kortom elk
I gevoel, dat een lier meisje met een oprecht gemoed
on edel karakter moet bezielen, gebiedt u deze op
offering eu u moet die brengen. Beloof mij, dat gij bet
zult doen
I Zij aarzelde oen oogenblik cn bloosdeeindelijk
richtte zij het hoofd op, zag mij met haar groote
oogeu in het gelaat cn zoide„Ik knn het u niet
weigeren ik heluof u, dat ik het doen wil
„En ik ben overtuigd dat gij uw belofte zult
houden. Vergeet niet, dat die doekspeld rajj terug
gegevcu moot worden en als u mij dio brengt, hoop
i, hoo trouw gy uw woord gehouden
ik te
hebt.'
Daar haar veel er aan gelogen was, liet kleinood
aan haar moedor te brengen, hield ik haar tiiot lan
ger op on nam afscheid van haar, nadat zij mij nog
maals haar innigste dankbaarheid betuigd had.
Twee of drie dagen na dit voorval had ik eonige
zaken te bezorgen in Lcndenhallsteot on trad juist
uit oen magazijn, met welks eigenaar ik een onder
houd bad gehad om de echtheid van eon aantal ge
stolen voorwerpcu te onderzoeken, toen mijn oog
viel op drie personen, die aan do andere zijde der
straat giugen. Hun gesioht veroorzaakte bij mij
een oogenblikkclijko opgewondenheid, want twee
van hen waren knapen, dio mijn opmerkzaamheid
reeds langer bezig hadden gelioudun. De Carbonnel
en Todgs. Een derde was hij hen, dien ik, naar
baard en kleeding voor oen Franschniun hield, een
ma» van ongeveer vijf-en-vcerlig jaar, met dichten
donkeren baard vuurrooden neus eu ecu scherp ge-
teekend golaat, waarop alle misdaden on hartstoch
ten hun diepe sporen gegrift hadden, een persoon,
die reeds mijn belangstelling zou hebbon gaande ge
maakt, zelfs al had ik hem niet in zulk gezelschap
aangetroffen. Zijn kloeding was juist niet zindelijk
en misschien opzettelijk veronachtzaamdhjj was
een vogel, die licht weder tc herkennen was, daar
zijn gcheele verschijning zieli vast in mijn geheugen
prentte. Alle drie gingen naar een magazijn van
werktuigen voor goud-on zilversmeden, juweliers,
graveurs en horlogemakers. Hier bleven zij een oogen
blik voor de winkeldeur staan, terwijl tic vreemde
ling een notitieboekje te voorschijn haalde on de
firma-naam boven do dour mot eon aantcckouing
scheen te vergelijken, waarop hjj nog eenige woor
den met de anderen wisselde. Carbonnel vorliet
bon thans en ging in de richting van Holborn
Todgera echter en do vreemde traden dou wiukol
binnen.
(Wordt vervolgd)