Donderdag 17
Januari 1901
No 5050.
50e Jaargang
Feuilleton.
DE LUITENANT.
Binnenland.
iMERSFOORTSCHE COURilT.
FIRMA A H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden 4.franco per
post f 1.45. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 40 cent. Legale-, officieële-
en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels /"1.25; elke regel meer
f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers worden in rekening gebracht en kos
ten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT 9
Tclephoon 19.
Zoowel door de afwisselende werkzaam
heden van den landbouw, als door «Ie rege
ling der huishoudelijke en maatschappelijke
zaken, werd men reeds vroeg tot een zekere
tijdrekening genoopt. Ongetwijfeld was de
afwisseling van dag en nacht een even na
tuurlijke als eenvoudige aanwijzing hiertoe.
In het Oosten begon men gewoonlijk den
dag te rekenen met zonsopgangbij andere
oude volken was zonsondergang het begin
van den «lag.
De verdeeling van een «lag in 24 uur en
van een week in 7 dagen, klimt ook tot de
hoogste oudheid op. Den schijngestalten dei-
maan, die om de 7 dagen ongeveer afwis
selen, geven tot de laatste verdeeling gereede
aanleiding. Heel gemakkelijk was het tijd
stip tusschen twee opeenvolgende nieuwe
manen vast te stellen. Daar na 12 maanden
de hemelverschijnselen ongeveer dezelfde
waren, stelde men even gemakkelijk een
jaar van 12 maneschijnen (maanjaar) vast.
Bij de ontwikkeling der sterrenkunde re
gelde men het jaar naar den loop der zon,
en zoo ontstond de tijd tusschen twee op
elkander volgende samenstanden van zon en
lentepunt (zonnejaar).
Wij rekenen den gewonen dag van den
laagsten stand der zon (middernacht) tot
den volgenden. Bij de Egyptenaars bevatte
een burgerlijk jaar 365 van die dagen. Het
zonnejaar is echter 5 u. 48 min. en 47.6 sec.
langer. Ten tijde van Julius Caesar bleek
hel, dat de stand der zonop dezelfde datums
in verschillende jaren niet dezelfde was ge
bleven. De sterrekundige Sosigenes bewees,
dat het jaar telkens */4 dag te kort was ge
nomen. Om dat te verhelpen, heeft men
sinds 45 jaar vóór onze jaartelling alle vier
jaar een jaar van 366 dagen genomen, annus
bissextilis of schrikkeljaar genoemd. Die
veranderde jaartelling heet Juliaansche peri
ode, thans Oude Stijl. Zij was geenszins
nauwkeurigwant nu was het jaar 11 min.
12.4 sec. te lang genomen.
De kerkvergadering te Nicea (325) be
paalde, dat Pascher. voortaan moest, gevierd
worden op den Zondag, volgende op de eerste
volle maan na de lente-nachtevening, die
toen op 21 Maart plaats had. Na ver
loop van tijd merkten evenwel de sterre-
kundigen op, dat de lente-nachtevening vroe
ger dan 21 Maart plaats greep. De misre
kening van 11 min. 12.4 per jaar (zie boven)
bedroeg in 1582 reeds 10 dagen, daar toen
de nachtevening op 11 Maart geschiedde.
Daarom schafte Paus^Gregorius Xlll, op
voorstel van den geleerde Aloysius Lilius,
de Juliaansche tijdrekening af en-voerde de
Do dames en heeren, die zich, vooral door het
slechte weder, gemeenschappelijk verveelden in het
bolel-pensiou „Dennenlust", hadden al lang gemerkt,
at de verhouding tusschen Gertrude Meihof en
.aureus Gunter niet meer zoo iutiem-vriciidschap-
polgk was als een paar weken geleden, toen zij na
genoeg gelijktijdig waren gearriveerd. Ze hadden
toen gedaan of ze geëngageerd waren, en ruimschoots
gebruik gemaakt van de vrijheid in den omgang,
dien het „buiteuleven" aanbood.
't Was nu duidelijk te merken, dat die prettige
toestaud niet meer bestond. Er scheen iets té zijn,
dat hen van elkaar verwijderdeiu plaats van samen
te gaan wandelen of te spelen, deden ze nu hun beat,
lkaar te vermijden.
Op een ochtend, toen deze nieuwe staat van za
ken ongeveer een week had geduurd, bevonden zij
zich toevallig samen in den verlaten salon. Zeston
den elk voor een venster, als menschon, die elkaar
in 't geheel niet kenden. Doch den jongen man
scheen het te kras te worden; hij deed plotseling
een stap vooruit en legde zijn hand op tien arm vau
het meisje.
„Hoor eens, Gertrude, zei hij, ik ben niet gauw
boos, maar ik heb er nu genoeg van. Hebei ermee
uit
„Wat bedoel je?" vroeg de j ongedaine onschuldig.
„O, je begrijpt heel goed. wat ik meenwas het
eenigzins scherpe antwoord. Als je 't precies wilt
naar hem genoemde Gregoriaansche (Nieuwe
Stijl) in. Hij trok van het jaar 1582 tien
dagen afen bepaalde, dat op 4 October onmid
dellijk 15 October zuil volgen. Venler zonden
de schrikkeljaren blijven bestaan doch daar
van moesten om de 400 jaar 3 wegvallen.
Ieder eeuwjaar zou dus niet een schrikkel
jaar zijn, maar e«?n gewoonalleen het 4de
bleef een schrikkeljaar. Dus zou 1600 een
schrikkeljaar zijn, maar 1700, 1800 en 1900
niet, 2000 wel, enz. Bij de inrichting zal
men na 3000 jaar slechts 1 dag met de wer
kelijkheid verschillen.
De Katholieke vorsten namen den Nieuwen
stijl dadelijk aandoch vele Protestantsche
verklaarden er zich tegen.
De Neilerlanders maakten op «le laatsten een
uitzondering; want de Hertog van Anjou
gebood, bij plakkaat van 10 October 1352,
dat men hier te lande in plaats van 15 October
25 zou schrijven. De Zuidelijke Neerlanden
schikten zich daiielijk daarin, en ook in Hol
land en Zeeland werd daartoe, op voorstel
van W illem van Oranje, besloten. De overige
provinciën hielden zich echter nog lang aan
den Ouden stijl. De Duitsche Hervormden
namen den Nieuwen stijl eerst in 1700 aan
Engeland deed «lat in 1752, Zweden in 1753.
Thans volgen de Russen en Grieken (in
het algemeen de volken, die den Griekschen
godsdienst belijden, dus ook Servië enz.) nog
den Ouden stijl, tengevolge waarvan zij op
dit oogenblik 12 dagen in lijil met de overige
Staten van Europa verschillen. Bij hen begint
1901 dus eerst op onzen 13en Januari.
Het jaar 1901 is een gewoon jaar van 365
dagen. Pasehen vult op 9 April, Pinkster op
26 Mei. Het Kerstfeest valt op een Dinsilag.
21 Maai t vangt de lente aan, de zomer 22
Juni, de herfst 23 September, de winter 22
December. In den loop van het jaar hebben
wij verder twee zonsverduisteringen en éen
maansverduistering te noteeren, waarvan bij
ons de tweede zonsverduistering en de maans
verduistering zichtbaar zullen zijn. De twee
de'zonsverduistering is een ringvormige zij
begint 11 November 5.30 's morgens en ein
digt 11.27 voormiddags. De maansverduis
tering is bij ons zichtbaar in den nanvddag
van 27 October.
Aan de diplomatieke en consulaire amb
tenaren van Nederland in het buitenland is
thans officieel kennis gegeven dat het huwe
lijk van H. M. de Koningin zal voltrokken
worden op 7 Februari a. s.
hooren ik bedoel je manier van doen tegenover
dien hekkeapringer, die hier verleden Maandag is
komen binnenvallen. Ik ben misschien niet compli
menteus.
Ze zag hem aan met een toornig flikkeren in haar
oog.
„Neen, dat ben je zeker nietNiet eens beleefd'
Ik heb je slecht humeur uu laug genoeg verdragen,
zou ik denken, en .ik zon wel eens willen weteu,
met welk recht jij1 me wilt voorschrijven, hoe ik m\j
te houden heb tegenover luitenant Leclerc of iemaua
anders."
„Welk recht, Gertrude? antwoordde hij geprik
keld, met het volste recht.. of ben je misschien
vergeten, dal wij zoo goed als geëngageerd zijn
„O, dat zal ik zeker met vergeten, aangezien je
er mij dikwijls genoeg aan herinnert.Maar luis
ter eens,; voegde zij er wat vriendelijker bij, ik zie
niet in, waarom wij moeten kibbelen. Vertel me
eens, Laurens, waarom ben je toch zoo hevig legen
den luitenant?"
„Omdat hij een verschrikkelijke kwast isant
woordde Gunter overtuigd. Ik verzeker je: hij is
absoluut onmogelijk. Je moet hem eens hooren pra
ten in de rookkamer. Gister- avond nog.hij klopte
mij op don schouder en zei: „Hoor eons baas
„Is dat*nu zoq verschrikkelijk vroeg hol meisjes
glimlachend om zjju opgewondenheid, ik kan't niet
vinden."
„Ja, ik we}, 't Is een uitdrukking voor kantoor-
klerkjes, die je onder heeren niet gebruikt. Wat zou
jij er van zoggen, als do eerslo de beate je „meid"
noemde
„Dat zou ik niet wiilen hebben I"
„Nu, dan begrijp je ook, waarom ik niet wensch
aangosproken te wordeials „baas", vooral niet door
zoo'n nonsens-vent als Lock>rc4f
„Luitenant Leclerc is mijn vriendzeidejuffrouw
Meihof met de bekende waardigheid, die een 2Qja-
De aangifte van het huwelijk van H. M.
de Koningin met Hertog Hendrik zal zeer
eenvoudig geschieden. De beide aanstaande
echtgenooten behoeven aileeri de* noodige
stukkeu geteekend aan den Minister van Jus
titie ter hand te stellen, die dan voor het
deponeeren ten Stailhuize zal hebben zorg
te dragen.
Men kent de gewoonte der Javanen om,
bij*onbekendheid met den aanstaanden brui
degom, het zoogenaamde boekoe pasaloan te
raadplegen omtrent de vraag of en hoe een
jong echtpaar gelukkig zal zijn.
Welnu, volgens dat boek zal het huwelijk
'onzer Koningin den vijfden trap van geluk
bereiken, terwijl er in hei geheel maar acht
trappen zijn.
De neptoe van de beginletter van Hertog
Hendrik's naam is evenals die onzer Konin
gin 6, de som dus 12; gedeell door 7is het
overschot 5 en dit getal wijst uit, dat zulk
een 'huwelijk zal meebrengen »dat de schu
ren dezer echte lieden steeds vol zullen wezen."
In het Bat. Nbld. lezen wij
Toen dezer dagen twee heeren, leden «Ier
commissie voor het huldeblijk der Koningin
bij H. M. huwelijk met Hertog Hendrik aan
te bi«3«len, gewapend met een lijst van intee-
kening en een bus zich aanmel«lden bij een
zeer bejaarde Indische dame, die om der
zuinigheids wille een klein huisje in een wei
nig door Europeanen bezochte buurt bewoont,
werden z(j verrast met een bijdrage van
meer dan dertig gulden.
Dit was zóo boven hun verwachting, dat
zij niet konden nalaten daarover bun ver
wondering te kennen te geven, waarop de
oude vrouw hun in haar eigenaardig Hol-
landsch mededeelde, dat zij van den dag
waarop Wilhelmina tot Koningin van Neder
land is gekroond, elke maand van haar ka
rig inkomen iets ter zijde had gelegd voor
een bruidsgeschenk.
Of de jonge Koningin daar ook geliefd wordt!
Het laatste jaar der 19de Eeuw laat in
menig opzicht «Ie droevigste herinneringen
na. Tusschen ai die donkere schaduwen schij
nen intusschen ook eenige lichtpunten. Voor
ons land mag als zoodanig het feit beschouwd
worden, dat in geen enkel voorgaand jaar
de Inkomsten der Schatkist zóo hoog zijn
geweest als in 1900. Het is ook vroeger
wel voorgekomen, dat de raming aanzienlijk
werd overschreden, vooral wanneer in den
loop des jaars belangrijke wijzigingen iu Be
lastingwetten ingevoerd waren, een raming
echter van f128 4117 855 uit de zoogenaamde
gewone middelen, welke uitlooot op een ont-
rige jongedame iu dergelijk geval ontwikkelen kan.
„Luitenant? herhaalde de andere minachtend. Hg
is net zoo min luitenant als ikWaar staat lig
bij Bij de Haagsehe marine of de Amelandsche
huzaren
„Je weet heel goed, Laurens, dat luitenant Le-
olerc behoort tot het 10e regiment infanterie, zei de
jongedame, ongedulddig met den voet op den grond
stampend. Als je zoo dwars bent, is er geen praten
met je. Ik wacht liever, tot je weer gewoon beleefd
bent. Ik geloof heuscb, dat je last hebt van jalousie
Do rechts:reokscho oorzaak van Guuior's ontevre
denheid zal op het kleine terrasje van 't holcl te
rooken, als gewoonlijk omringd door een sehaarjda-
mesbij de heeren was hg niet erg gezocht. Welke
rodon ieder voor zich daartoe had, was moeilijk te
zeggen; er was echter een gemeeuschappelgk motief:
de voorliefde van het zwakke geslacht voor dezen
nieuwen gast. Zjju andere tekortkomingen had men
hein kunnen vergeven, maar deze ëene niet.
Dit was tenminste do opinie vau Guuter, toen hg,
op 't terras komend, juffrouw Meihof opmerkte iu
zeur geanimeerd gesprok met ileu „nousens-veiu".
Zgn misnoegdheid zoo goed mogelijk verbergend,
wandelde hij naar hen toe.
„Zool>en je daar eindelijk sprak de dame koel
tjes. Je was zeker geheel vergeten, dat wij om twee
uur samen zouden lenuissen, en nu is 't kwart voor
drie
„'t Spijt me zeer, zei Gunter berouwvol; maar ik
meende van ochtend te hebbeu vernomen, dat u
liever niet met mg speelde."
Zij had dit inderdaad gezegd, maar zij verkoos
zich dat niet te herinneren, daar zij gaarne Laurens
j „onvergeeflijk verzuim" aangreep als een voorweud-
sel om ongenadig te zijn. Met een onnavolgbaar ha-
i telgke koelheid verklaarde zij uu verder, dat ze hem
I »in 't geheel niet had gemist". Je ziet, besloot ijj,
vangst van f 138 Oül 394. dus ruim 9'/2tnü-
lioen meer dan verwacht werd, is zeker iet»,
dat in de geschiedenis der Ne«lerlan«1sche
geldmiddelen nooit is vertoond. De Minister
van Financiën rnag ook dun ook vaneen •ju
beljaar" spreken.
Ook vergeleken met het vorig jaar is de
uitkomst een unicum. Er zijn jaren geweest
waarin 3, 4, ja bijna 5 millioen meer werd
ontvangen dan iu liet voorafgaande; 1899
had in dit opzicht elk vroeger record gesla
gen door, op f60 000 na, 6 millioen meer
op te brengen dun 1898. Nu echter moeten
zijn f130756307 zwichten voor 1900, want
dit heeft nog bijna 2l/2 ton boven die 6
millioen meer gegeven.
Of dat hoog bedrag inderdaad zou bereikt
worden, was een maand geleden nog onze
ker. Het liep er hard naar toe; de eerste
elf maanden hadden hadden al 6.H millioen
meer opgeleverd. Zou December 7 millioen
doen halen Wellicht is er in financieele
kringen om dit raadsel gewed. Hoe het
zij, December heeft weder f 430 000 opge
leverd boven zijn laatsten naamgenoot en
daarmede is het feit beslist en 1900 staat
niet 71/4 millioen boven zijn voorganger ge
heel alleen in onze financieele geschiedenis.
Zijn er wellicht bijzondere redenen ge
weest voor dit toestroomen van goud
voor een goed deel in guldens en dubbeltjes
in de Schatkist Zulke redenen waren er
niet, althans niet van bijzonder ingrijpenden
aard. Wellicht zullen de scherpere bepa
lingen op het successierecht, tot beteugeling
van schandelijke onduikingen door verdichte
schulden enz., hebben bijgedragen om uit
deze helling 21/2 millioen meer te doen
vloeien dan in 1899. Oók kar, de invoering
der gewijzigde zegelrechten op effecten (sedert
1 Mei 1900) hebben bewerkt dat ruim ll2 mil
lioen meer werd ontvangen uit dat middel.
Daartegenover staat dan echter, dat op 1 Mei
1900 tevens de afschaffing der tollen op de
Rijkswegen, vaarten, enz. is ingegaan en de
Domeinen dus 4 ton minder hebbeo inge
bracht. Oók al neemt men deze bijzondere
gebeurtenissen in aanmerking dan nóg is de
groote sprong van 1900 iets zeer bijzond.ej5_
en raag in de eerste plaats worden be
schouwd als een zeer gewichtig teeken, dat
de welvaart in ons land laat ons, om
voorzichtig te zijn, zeggen niet achter
uitgaat. Een jaar met bijna 6 millioen voor-
uitg ing, dadelijk gevolgd door een met ruim
7 millioen meer, in twee jaren dus 13 n.ii-
lioen meer uit de belastingen en heffingen
verkregen, zonder belangrijke wijziging in
de heffing, dat is waarlijk een hoogst ver
blijdend en bemoedigend verschijnsel
dat luitenant Leclerc zich over mij heeft ontfermd.
Hij las mg een van zijn verzen voor."
Hmdacht Gunner, waar zou hg die gestolen
hebben
En luide maakte hg de opmerking, niet te heb
ben geweten, dat deze meneer tot de Nederlandsche
dichters behoorde.
„Nu, dichter, dichterzei Leclerc met een nede
rig afwerend handgebaar: ik beu maar amateur,
Juffrouw Meihof is zoo beleefd, mijn zwakke proe-
vcu te vergelijken met Verwey."
„Elk zijn smaak, zei Gunter njjdig: ik n niet
zoggnu. dat cii«' mg erg buvult. ik lees ri .er de
venges in do Humorist".
Gertrude merkte in haar blindheid «le ironie niet.
„O ja, daartoe ben je in staat, Laurensriep zjl
snel. Meneer Leclerc heeft meer idee van poëzie
dan jelui kranteumeuschen.Meneer Gunter is na
melijk journalistverklaarde zjj aan den concur
rent van Verwey.
„Wat zegt u? Dat isinterressantzei «le luiienant,
ik heb er altijd naar verlangd, eens zoo'n «ehtijver
tc ontmoeten. Maar u ziet er geheel ander t.iidan
ik mij die iieereu voorstelde."
„Hoezoo?" vroeg Laiirons.
„Ja... och... ziel u draagt bijvoorbeeld geen lange
haren en u praat ook niet over uw werk, zooals men
beweert, dat die heeren altijd doen."
„Ik denk, antwoordde Gunter kalm, dat uw ken
nismaking met heeren.ik bedoel: heeren die schrij
ven, zeer beperkt is geweest. Maar zoo vergist ieder
zich op zijn beurt. U bijvoorbeeld muaki op mjj
heeletnaal niet den indruk van een otHcier De an
dere officieren, die ik het voorrecht heb le ke men.
Wordt vervolgd.)