Zaterdag 16 Augustus 1902.
GEBOET.
No. 5229. 5le Jaargang.
Feuilleton.
PHÖEMX - BHOÜWE1UJ.
H. MEURSING Co. AMERSFOORT.
Export naar Oost- en Wets-Indië.
AlIEBSFOORTSCQE COURANT.
UITGAVE: Verschijnt DinsdagDonde>-dag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden
tranco per post 1.15. Advertentiën 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-, UR'AU
FIRMA A H VAW PT i'lt'p officieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent.Beolames 45 regels f 1.25; elke regel
meer f 0.25. Groote letter? naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening KORTE6RACHT $5-
te AMERSFOORT gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. T'elephoon 19.
O PRE I S.
Aan onze abonnó 's, die tijdelijk elders,
hetzij binnen- of buitenlands, vertoeven, wordt
op aanvrage en met duidelijke opgave van
adres, de courant eiken verschijndag tegen
vergoeding van porto toegezonden.
lie frarikeerko-iten bedragen per keer f 0.025
voor hot buitenland. Ook niet-geabouneerden
kunnen zich op dezelfde wijze de toezending
van de »Amersfoortsche Courant" verzekeren.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Gezien artikel 41 der Gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de
Raad dezer Gemeente zal vergaderen op Dins
dag, den 19. Augustus aanstaande, des namiddags
te l'/i ure.
Amersfoort, den 18. Juni 1902.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
KAMER VAN ARBEID
voor de Bouwbedrijven te Amersfoort.
Vaststelling Kiezerslijsten.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge
meente AMERSFOORT,
Gelet op de artikelen 15 en 18 van liet Kiesregle
ment voor de Kniners van Arbeid
Brengen ter algemeene kennis, dat op lieden zijn
vastgesteld de lijsten, aanwijzende d6 patroons en I
werklieden, die lot liet kiezen van leden van de
bovengenoemde Kamer van Arbeid bevoegd zijn
dat de vastgestelde lijsten voor een ieder ter in
zage liggen ter Gemeente-secretarie, op werkdagen
van des voormiddags 10 tot des namiddags 1 uur
en dat afschriften der vastgestelde lijsten tegen be
taling dor kosten verkrijgbaar zijn.
Bezwaren tegen de lijsten kunnen binnenveertien
dagen na heden worden ingebracht bij Gedeputeerde
Staten dezer provincie.
De bezwaren moet zijn ontleend aan het feit, dat
de naHin van den verzoeker of van een ander in
strijd tnet do bepalingen der wet op de Kamers van
Arbeid of van het Kiesreglement voor die Kamers
daarop voorkomt, niet voorkomt of niet behoorlijk
voorkon:.. „,j.
Amersfoort, de 15. Augustus 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
De Seorotaris. WUIJTIERS.
B. W. Th. SANDBERG.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge
meente A ME) -r'OORT,
Grdet op de aHt. 6 en 7 der Hinderwet;
Brengen ter algemeene kennis, dat door W. A.
BRANDSEN een verzoekschrift is ingediend om
vergunuing tot oprichting van eoiK varkensslachterij
in het perceel alhier gelegen aau de Appelmarkt,
kadastraal bekend onder sectie E. No. 2508.
Welk verzoekschrift met do daartoe betrekkelijke
bijlagen gedurende veertien dagen, op werkdagen
van des voormiddags 10 uren tot des namiddags 8
uren, ter Secretarie dezer Gemeente voor belangheb
12.)
Op zekeron dag, dat dr. Rimoli in een goed hu
meur was, trad Giacomo met de grootste onderda
nigheid diens schrijfvertrek binnen.
„Ik zou den beer directeur wel onderdanig wil
len verzoeken, mij aanstaanden Zondag verlof te ge
ven om naar Rome te gaan. waar ik zaken te regelen
heb, die voor mij van het grootste belang zijn," be
gon de oppasser.
„Kom, kom! Wat zaken? OnzinI" riep de direc
teur uit.
„Met uw verlof," viel Giacomo heel nederig in,
„het is nu zes jaar geleden, dat ik kennis kretg aan
een meisje te Rome. Ofsoho-.a wij elkander bemin
nen, was 't onmogelijk om te trouwen, daar Sofia
geeu gold heeft en u geen gehuwde oppassers in
dienst wilt houden. Zoo bleef de zaak slepende, tot
eenige weken geleden ons een onverwacht fortuintje
ten doel viel waardoor wij in staat worden gesteld,
ons verlangen te verwezenlijken."
„Gelukkige kerelzeide dr. Rimoli op spotten-
den toon, „en wat was dat voor een fortuintje?"
„Wel, mijnheer, inijn ineisjo had een oom in Ame
rika, dien zij nooit gezien bad en die zoo goed was,
haar tot eenige erfgename te benoemen. Een maand
geleden vernamen wij zijn dood. Hij wnsongehuwd
en kon dus vrij over zijn nalatenschap beschik
ken."
Dr. Rimoli zag zijn knecht eenige seconden door
dringend aan en vroeg toen; „Eu wat verder?"
benden ter visie ligt en dat op Donderdag, den 28
Augustus 1902, des voormiddags te 10'/, uur, aldaar
de gelegenheid wordt aangeboden om eventuëele
bezwaren legen het oprichten dier inrichting mon
deling en schriftelijk toe te lichten, terwijl drie dagen
vóór dien dag inzage kan worden genomen van de
ter zake ingekomen schrifturen.
Amersfoort, den 14. Augustus J902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
B. W. Th. SANDBERG.
Het Middenstands-congres.
Aan de leden van het op 3 en 4 Septem
ber te Amsterdam te houden Middenstands
congres is toegezonden de eerste reeks van
rapporten over op den beschrijvingsbrief
gebrachte onderwerpen.
Dr. J. Nouwens heeft een betoog geleverd
aangaande de verheffing van den handel-
drijvenden middenstand en draagt dezecou-
clusie voor: »Het congres, overwegende dat
vereeniging noodzakelijk is voor den bloei
van den bandeldrijvenden middenstand dat
de vereenigingen ter bereiking van haar doel
de hulp van den Staat van noode hebben en
dat deze het best wordt verkregen dooreen
nationalen bond van alle vereenigingen,
spreekt den wenscli uit, dat op alle plaatsen,
waar zulks mogelijk is, vereenigingen voor
den bandeldrijvenden middenstand worden
opgericht en de bestaande krachtig gesteund,
en dat, met behoud van zelfstandigheid in
eigen kring, de plaatselijke vereenigingen
zich tot een algeraeenen Nederlandschen bond
aaneensluiten".
De heer K. Citroen Rzn. heeft een be
schouwing gegeven van het nadeel der
coöperatie voor den winkelier. Hij noemt
als onvermijdelijke gevolgen van de coöpe
ratieve uitstoting, faillissement en geleide
lijke verdwijning van den middenstand, die
relatief verreweg hel grootste deel der maat
schappelijke lasten draagt. De patroons van
gisteren zullen morgen bedienden worden
stad en staat eischen gelijdelijke offersde
rijken verlaten dan het land en de nationale
welvaart heeft een gevoeligen knak gekregen.
Daar de coöperatieve- het met heel wat
„Och, heel eenvoudig, mijnheer. Niets belet ons
nu het geluk te smaken, waarnaar wü zoo zeer ver
langen. De erfenis bedraagt ongeveer elfduizend franc
en als ik daar mijn spaarpenningen bijvoeg, hebben
wy genoeg om behoorlijk te kunnen leven wanneer
ik er bij werk. Het huis is goeil en de omliggende
akkers zijn vruchtbaar; wij zijn daarom besloten, ons
in Amerika te vestigen."
Dr. Rimoli keek hem weer doordringend aan en
vroeg„Waar zijn de papieren, die op deze erfenis
betrekking hebben?"
„Die heeft Sofia. Als ik..
„Heb je ze gezien?"
„Gozien? Hoe zou dat mogelijk wezen Sedert twee
weken weigert u my, uit te gaan. Ik vraag u nu
verlof om morgen alles in orde te brengen."
De directeur dacht even na.
„En wanneer wil je naar Amerika vertrekken?"
„Wel, ik wil eerst de papieren inzien om te we
ten, hoe de zaken staan. Ik kan niets met zekerheid
zeggen, voor ik mijn meisje gesproken heb; in elk
geval gaan wij zoo spoedig mogelijk. Met het oog
op deze omstandigheden zult u my, hoop ik, het
gevraagde ontslag niet weigeren."
Als in gepeins verzonken zweeg de directeur een
poos. Toen scheen hij een besluit genomen te heb
ben en zeide plotseling: „Je kunt morgen gaan. Ik
geef je verlof na zes uur om elf uurmoet je hier
terug zjjn."
„Rome ligt ruim een uur van bier en de straat
waarin myn beminde woont, is aan het andere einde
der stad. Ik heb twee uur noodig om naar haar wo
ning te gaan. Voor twaalf uur zal ik dus oumogelijk
terug kunnen zyn."
„Twaalf uur dan", zei de directeur.
„Wanneer ik rajjn ontslag kryg, betaalt mijnheer
my zeker het bespaarde loon vroeg Giacomo on
derdanig. „Twintig jaar ben ik by de inrichting in
dieust tegen vierhonderd franc 'sjaara, waarvan ik
minder handen zal kannen doen dan de
afzonderlijke productie, ondervindt ook de
werkman groot nadeel. Is de coöperatie
eenmaal machtig, zoo heeft ze tevens de
vaststelling van prijzen in de handwille
keur treedt in ue plaats der vrije concur
rentie, de drang naar technische verbete
ringen vervalt en daarmede tevens de waar
borg, dat goede waar voor weinig geld
wordt geleverd.
De heer J. Droste, te Assen, schrijft over
consumptie-coöperatie en verbruiksvereeni-
gingen als een kwaad, waartegen de winke
lier vrijwel machteloos over staat, tenzij de
regeering een handje mocht helpen. Daar.
het kwaad vooral onder Rijks- en Gemeente
ambtenaren voortwoekert, stelt hij het con
gres voor, de wenschelijkheid uit te spreken,
dat van regeeringswege ten spoedigste aan
Rijksambtenaren worde belet, den handel
concurrentie aan te doen door lid of be
stuurder te zijn van een coöperatieve ver-
bruiks- of winkelvereeniging.
De heer Henri Bergman, te Utrecht, dringt
aan op de stichting van vakvereenigingen
onder de winkeliers en draagt een motie
voor van den volgenden inhoud
»Het congres is overtuigd, dat:
le. de misbruikte macht van het kapi
taal, de oneerlijke concurrentie, de doo-
dende concurrentie der winkeliers onderling,
het stroeve, koude egoïsme van velen onzer,
den winkelstand ondermijnen en in zijn
geheel ten onder zullen brengen.
2e. Om deze misbruiken met succes te
bestrijden, het noodzakelijk is, dat de win
kelstand zich zeer vast aaneensluit in éen
krachtige winkeiiersvereening, verdeeld in
plaatselijke afdeelingen.
3e. In die vereenigingen »vakafdeelingen"
zijn te stichten, zoodat ieder in zijn vak
voor het belang kan opkomen en ingeslopen
misbruiken door onderling overleg zullen
kunnen worden weggenomen.
4e. Alzoo »vakafdeelingen" noodzakelijk
zijn, willen winkeliers-vereenigingen aan hun
doel beantwoorden en hun ledental zien
toenemen.
»Het congres besluit, de regeering te ver
tweehonuerd twintig iu handen kreeg, echter niet 1
altijd dat bedraagt dus nu reeds meer dan vijf
duizend franc."
Dr. Rimoli haalde het kasboek voor den dag, keek
de rekening na en zeide hooghartig„Uit overdre
ven wel wiileudheid heb ik je zulk een hoog loon I
uitbetaald."
„Uitbetaald nog niet, merkte Giacomo op. Ik heb
slechts de kleinste helft ontvangen".
De directeur scheen deze woorden niet te hooren
hy was bezig het totaal bedrag der rekeuing van
den knecht op te tellen. Toen bij daarmede gereed
was, zeide hy „Je hebt alzoo vijfduizend driehon
derd franc te goed. Als je de inrichting verlaat, zal
ik je dat bedrag uitbetalen."
„Dat zal wel spoedig het geval zijn, zeide Giacomo.
Als men zes jaar omgang heeft met een meisje zon
der uitzicht op trouwen en het geluk wil eindelijk
onze wenscheu bevredigen, dan aarzelt men niet
lang."
De directeur sloeg geen acht op deze woorden,
maar zeide kortaf„Je kunt gaanals ik je noodig
heb, zal ik ie wel roepeD. Nu over de zaak geen
woord meer."
Giacomo maakte een buiging en ging heen. Dr.
Rimoli bleef voor het venster staan en liet zijn ge
dachten den vryen loop. Hij handelde niet in legen-
spraak met zichzelf, toen hij zyu knecht verlof gaf,
ofschoon hy sedert den dag, dat freule Von Wald-
heim zijn inrichting betreden had met de uiterste
gestrengheid te werk ging. Immers, hy geloofde de
woorden van zijn knecht en bedacht, dat het vertrek
van Giacomo hem goed te pas kwam. Deze was de
eeDige iu San Salvatore, die bekend was met de bij
zonderheden, betreffende Ludwig von Erknburg. Al
was dr. Rimoli niet bang, dat Giacomo zich iets zou
laten ontvallen, toch kon van die zyde gevaar ont
staan. Het deed hem dus een groot genoegen, dat
I zyn bediende plan had, naar Amerika te gaan. Was
zoeken om, evenals en in navolging van
Relgië, een ofticieele commissie te benoemen,
waarin ook winkeliers zitting zullen hebben
dat die commissie in overleg niet de regee
ring werke om' haar met alle mogelijke
gegevens bij te staan, opdat bij eventueel
voor te dragen wets-ontwerpen in het belang
van den middenstand met de nooden en
wenschen van den winkelstand voldoende
rekening zal kunnen gebouden worden."
Mr. H. P. de Wilde, te Arnhem, betoogt,
dat een voortdurende studie der vraagstuk
ken, den middelstand rakende, noodzakelijk
is, opdat men zich een overtuiging kan vormen
aangaande de middelen, waarmede verbete
ring kan worden verkregen. Een congres,
dat een leven van slechts enkele dagen kent,
kan hierin niet voorzien. Er moet alzoo een
vaste organisatie, een algemeene vereeniging
ter bestudeering en bevordering van de be
langen van den bandeldrijvenden middenstand
in bei. leven worden geroepen.
De heer Oitmann Helm, te Amsterdam,
beschrijft het »informatie-wejpn" in zyn
verhouding tot den bandeldrijvenden mid
denstand. Hij geeft den winkeliers den raad,
tijdig en op een doeltreffende wijze zeiven
mede te werken tot het vaststellen dër in
formaties over hunne zaak bij iuformatid-
bureau's van gevestigden en goeden naam.
Daardoor zullen worden gediend de belangen
van den credietgever, van den solieden cre-
dietnemer en van den informatiedienst. Ter
beveiliging van den winkelier tegen onsolied®
klanten beveelt bij de vorming van een
eigen informatiebureau voor de leden der
winkeliersvereenigingen aan.
De heer FiedeldyDop, le Amsterdam,schrijft
over den handeldrijvenden middenstand on
het vreemdelingenverkeer.
Mr. P. J. M. Aalberse, te Leiden, handelt
over oneerlijke concurrentie en haarbestrq-
ding volgens het Nederlandscbe rechteen
zeer lezenswaardig opstel van 41 p.p. druks.
De heer J. P. Nord Thomson, te Amster
dam, sluit zich vrijwel bij hem aan, waar
deze 11 pagina's schrijft over bet gemakkelyk
varen onder valscbe vlag waar de indü-
strieele eigendom schier onbeschermd wordt.
ihij weg, ilan kon niemand het bewys leveren, da-
Ludwig vod Erlenburg wederrechtelijk werd opge,
sloten gehouden. Al het andere, dat hem bemoei
lijkte, hoopte hij gemakkelijk te boven te koment
als maar eerst de eenige getuige verwijderd was. Het
was derhalve, zoo meeude hij, een gunstige beschik
king van het lot, dat aan Giacomo's beminde een
erfenis was te beurt gevallen. De onrust, die hem
gekweld had sedert Giacomo met freule Von Wald-
heim ingesprek was geweest, begon te bedarener
vertoonde zioh zelfs zekere tevredenheid op zijn ge
laat, toen hij dien avond toekeek by het opsluiten
van zyu patiëDteu.
Opgeruimd stapte Giacomo deD volgenden dag de
poort van Rome binnen. Er waren wel twee weken
verloopeD, sedert bij beloofde, freule Von Waldheim
in „De Prins van Beieren" op te zoeken, maar die
vertraging gaf hem een dubbel voordeel. Eerstens
had hy het zoover weten te brengen, dat zyn loon
zou wordeu uitbetaald, hetgeen de direoteur tot be
den beslist geweigerd had, eu ten tweede, de dienst,
dien hij aan de jongedame bewijzen ging, zou door
het lange wachten zeker niet in waarde verminderd
zijn.
Eer hij zich naar „De Prins van Beieren" begaf;
richtte hy zijn schreden naar een Dederig huisje in
een afgelegen straat van de voorstad. Het was de
bescheiden woning van de weduwe Borghese, waar
ny aanschelde. Hij werd zeker verwacht, want nau
welijks had de schel geklonken, of de deur werd
geopend.
„Goeien avond, Giacomoklonk een heldere meis
jesstem hem tegen. „Kom je eindelijk on» weer eens
opzoeken? Het is zes weken geleden, dat wjj je voor
het laatst gezien hebben."
Wordt vervolgd.)