Donderdag 9
October 1902.
No. 5252.
52e Jaargang.
Stadsnieuws.
Feuilleton.
UITGAVE
FIRMA A H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt DinsdagDonderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
tranco per post 1.45. Advertentiën 46 regels 60 cent; elke regel meer 40 cent. Legale-,
oflieieële- en onteigeningsadvertentien per regel 45 cent. Reclames 45 regels 4.25elke regel
meer 0.25. tiroote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT 9
Telephoon 19.
KENNISGEVING.
Sluitingsuur voor tapperijen en kofilehuizou
gedurende do kermis 1902.
De BURGEMEESTER ven AMERSFOORT,
Gelet op art. 7 tier Verordening op de tapperijen,
koffiehuizen, enz.
Brengt ter openbare kennis, «lat liet sluitingsuur
voor tapperijen en koffiehuizen door hein is vast
gesteld als volgt: O)) Maandag 20, Dinsdag 21,
Woensdag 22, Donderdag 23 en Zaterdag 25 October
1902, des nachts ie twaalf uuren op Vrijdag 24 Octo
ber 1902, den volgenden morgen te 6en uur,
Gedaan te Amersfoort, den 8. October 1902.
De Burgemeester voornoemd.
WDIJTIERS.
November het. dubbelspoor naar Apeldoorn en
Zwolle in gebruik te nemen.
Mogen wij nogmaals aanbevelen de collecte
voor de vereoniging „Trouw aan Koning en
Vaderland", welke ook raorgon hier gehouden
wordt.
Dn. J. J. L. Duyvendak, Evang. Luthcrsoh
predikant te Schiedam, hoopt aanstaanden Zondag
vóór te gaan bij de godsdienstoefening in de
Lnthersche kerk hier.
In de liemonstrnntsche kerk hoopt vóór te
gaan ds. J. van Loenen Martinet, uit Bussum.
Ter voorkoming van teleurstelling als in het
loopt-nde jaar ondervonden, achten wij het niet
overbodig er de aandacht op te vestigen, dat bij
de Oorlogsbegrooting er op wordt gerekend, dut
in het volgend jaar voor herhalingsoefeningen
onder de wapenen zullen worden geroepenbij
hel wapen der infanterie, bij de hospitaal-com
pagnieën, bij het korps pontonniers, bij de regi
menten vesting-artillerie en bij het korps pant-
serlort-artillerie de lichtingen 1S97,18'JS en 1900;
bij de regimenten huzaren en bij het korps
genietroepen de lichting 1900bij de regimenten
veld-artillerie en bij het korps rijdende artillerie
de lichtingen 1898 en 1900, en bij het korps
torpedisten de lichtingen 1897. 1899 en 1901.
Het is nu zeker, dat het hoofdgebouw van
het gemeenschappelijk spoorweg-station den 15
October in gebruik wordt genomen.
De quaestievan het plaatskaarten-bureel schijnt
vereffendhet moet, naar men ons van door
gaans welingelichte zijde meedeelde, een vorm-
quaeslie zijn geweest, evenals do vorige protes
ten der N. C. S.
In den nacht van 2 op 3 November worden
tevens alle eindwerkzaamheden verricht om 3
Met groot leedwezen zullen velen vernemen,
dat brigadier-rnajoor D. Otten, die reeds sedert
1887 Amersfoort als standplaats had, met ingang
van aanstaanden Zaterdag is overgeplaatst naar
Utrecht, waar hij wordt werkzaam gesteld aan
het Parket.
Den kranigen, moedigen en bezadigden poli
tieman, wiens verdiensten door de regeering
werden erkend door hein achtereenvolgens de
bronzen en de zilveren eere-medaiile der Oranje
Nassau Orde te verleenen en die hier de alge-
rncene achting genoot, geven we onze beste
wensohen mee naar zijn nieuwe standplaats.
De voordracht ter benoeming van een Di
recteur der Gemeente-reiniging, welke bin
nenkort zal geschieden, beslaat uit de hoe
ren: E. Tli. Woudstra, te Enschede; A. J.
de Wilde, te Zutpheuen F. A. Pot, te
Delfzijl.
De heer 15. Otte, in „!t Boompje", die evenals
zijn vader bier betrekt uit Rutten's brouwerij
te Maastricht, welke de familie reeds een halve
eeuw bedient, mocht van de directie dier brou
werij als gedachtenis aan dat feit een fraaie
zilveren beker ontvangen, op welke gegraveerd
staat: „Huldeblijk van Iiutten's Bierbrouwerij
aan G. 15. Otte wegens 50-jarige trouwe klant,
1852—1902".
plaatselijke voetbalvereenigingen op f0.15. Noch
tans kan men zich bij den Secretaris (Hoog-
landsehe weg 10) en op het terrein voorzien
van abonnementskaarten. Een advertentie in
dit nummer geeft daaromtrent nadere inlich
tingen.
Den 3 November zal „Quick" te Rotterdam
uitkomen in den bekerwedstrijd.
Blijkens advertentie in dit nummer moeten
zij die zicb hebben aangemeld om deel te nemen
aan de vrijwillige oefeningen in den wapenhan
del zich Zaterdagavond klokke half zeven be
vinden aan de Infanterie-kazerne No. 3.
Herinnerd zij nogmaals aan de uitvoering
welke de Volks gymnastiek- en schermvereeni-
ging „Ajax", hedenavond 8 uur in „Amicitia"
geeft.
De A. F. C. „Quick" is niet voor de aardigheid
bevorderd tot le klasse-vereeniging.
Zondag moet ze alweer in 't vuur en wel tegen
de H. F. C. uit Haarlem.
De strijd, die een warme belooft te worden,
zul gestreden worden op het „sportterrein" aan
den Leusderweg, waar het nieuwe „verenigings
gebouw" reeds verrezen is en in't oude tentje thans
een behoorlijke reinigingskuur kan worden on
dergaan.
De entree is gesteld op f0.25, voor leden van
Naar aanleiding van de gevechten der colonne
mnréchaussee onder bevel van kapitein Colijn
in de Gajoe-landen schrijft het „Bat. Nbld." o.a.
Luitenant J. J. Korndörffer ontving bij deze
affaire een klewanghouw over den voet. Hij
werd in 1900 van het 5e regiment infanterie
bij het Indische leger gedetacheerd en maakte
den eersten tocht naar de Gajoe-landen mede
als adjudant van majoor G. C. E. van Dealen.
Voor hem zijn land en volk dus geen onbeken
den en van de diensten van dezen ijverigen
officier zal ongetwijfeld na zijn herstel nog veel
partij getrokken kunnen worden.
Luitenant I. J. Fröger, van het 4e bataljon
5e regiment infanterie hier, is met ingang van
11 dezer overgeplaatst naar het 5e bataljon te
Utrecht.
Luitenant J. A. van Gellicum, gedurende
geruimen tijd gedetacheerd geweest te Reims bij
de cavalerie van het Fransche leger, is bij de
Rijschool hier teruggekeerd.
Luitenant A. Simons, van het le regiment
huzaren, is gedetacheerd aan de Hem brug
tot 29 October een wapen-cursus te volgen.
Zadelmaker F. W. Collard, van het le regi
ment- veld-artillerie, is voor den dienst afgekeurd
en voorgedragen voor pensioen.
Kapitein H. E. Heidenrijk, van het korps
genietroepen te Utrecht, zal eerlang hier aan
komen om de algemeene leiding waar te nemen
bij de oefeningen die bij de cavalerie in den
loop van dit jaar worden gehouden in verschil
lende pionnierswerkzaamheden en in het aan
brengen en ontsteken van vluchtige vernielings-
middelen, waartoe een detachement van het
korps genietroepen onder bevel van luitenant
G. C. Beltman is aangewezen.
Bij de aan het Departement van Waterstaat
gehouden aanbesteding van het herstellen en
verbeteren eener telegraaflijn langs den spoorweg
AmersfoortZutpheu was minste inschrijver de
heer W. van Dijk, te Utrecht, voor f4520.
De Rechtbank te Utrecht veroordeelde een
arbeider te Amersfoort wegens diefstal van een
konijn ten nadeele van W. van G. te Hoogland
tot vier maanden gevangenisstraf.
Een verlofganger der huzaren, thans behoorende
tot het 2e regiment veld-artillerie, een Nieuwer-
kerker van geboorte, is Maandag in voorloopige
hechtenis gesteld en zal zich voor den Krijgsraad
te 's-Hertogenboseh hebben te verantwoorden
ter zake van valschhoid in geschrifte, door hom
gepleegd. Belust op de betrekking van brie
venbesteller, maar daarvoor te oud, veranderde
hij het jaartal zijner geboorte op het hem afge
ven extract uit bet geboorteregister van Nieuwer-
kerk. in een getal volgens welk zijn leeftijd hem
niet in den weg zou staan om tot brievenbesteller
te worden benoemd.
Toen bij dat stuk hier inleverde, werd het
bedrog ontdekt, waarvoor hij thans zwaar zal
moeten boeten.
Te Baarn zullen de straatlantaarns thans ook
van gasgloeilicht worden voorzien.
Eens op ecu avond, al laat, besloot Jean nuar huis
te gaan, of liever naar ecu bank, die hij uilgekozen
had ir. het park on op welke hij zich sedert ruim
een maand 's avonds le slapen legde, met do kroon
van een kastanjeboom als bedhemel.
De concurrenten, van avond op avond al talrijker,
hadden hem weer deerlijk achter het nel laten vis-
schuil. T.vee sous had hij opgedaan, en dat waren
nog buitenlandsche, die hij niet kou uitgeven I
„Twee slechte sous te geven aan een armen slok
ker als ik! Zoo'n niilliouair I Is 't geen schandet Is
wat to zoggen I"
Hij zag den heer weer voorbij drentelen; een lijn
heer, keurig gekleed, witte das, laag uitgesneden
vest, wandelstok niet gouden knop. En Jean haalde
zijn schouders op zonder haat.
Waar hij nu het mees' tegcu opzag, was het lange
eind loepen naar het park. Eu toch wilde hij er
heen, want hij was gehecht aan zijn bank. Die bank
was nog zoo kwaad niet en hij wist, dat hij er niet ge
stoord zou worden, want hij keildedeageulen, die me
delijden met hem luukLn, een oogje dicht deden
en hem ongemoeid lieten slapen.
„Sapristi," bromde hij „dal is oen slechte dag ge
wend. Zoo'n slechten heb ik in geen weken ge
had. Ze mogen wol zeggen, dat de tijden hoe lan
ger, zoo slechter worden I Als dat door de Riigelscuen
komt, naar ik hoor die verdijde Engelsehen
dat de duivel ben dan hale!"
Hij ging nu op weg, altoos nog in de hoop
oen liefdadig heer te ontmoeten, of een odolmoedi-
gen drinkeboer, die hem oen paar echte stuivers zou
goveu waarvoor hij morgen ecu stuk brood kou
koope.
„Twee son: twee echte dat is toch do heele
heele wereld niet!" zeide hij bij zichzelf, terwijl hij
zich langzaam voortbewoog, want, behalve dat hij
moe was, had hij een breuk, die nem juist nu meer
dan gewoonlijk hinderde.
En terwijl nij daar zoo voortliep, voelde hij eens
klaps onder zijn voet iels zachts. Eerst dacht hij dat
het vuilnis was; toeu kwam hij op do gedachte, dut
het misschien wol iets eetbaars wezen kon. Men kan
toch nooit wetenHet toeval houdt wel niet
de arme lui eu brengt hun zelden een buitenkansje,
maar eeus op eeu avond toch, zoo herinnerde hij
zich, had hij een lamsbout gevonden, eeuverschen,
grooteu, prachtigen lamsbout, die zeker uit een slaeh-
terswagen gevallen was.
„Laten wc eens even kijken 1" zeide bij en hij
bukte zich om het voorwerp op terapen.
„Bah bromde hij, toeu hij het aanraakte „uiots
om le eten, hoor't Zal wat moois wezen
De straat was ledig, geen voorbijganger,geen dien
der. llij ging naar een gaslantaarn om ie zien wat
hij in ziju hand bad.
„Drommels-!" mompelde hij. „Dat is wat anders!"
liet was een portefeuille vim zwart marokijn, met
zilveren hoekbeslag. Jean opende haar en bekeek
den inhoud. In eeu der vakken vond hij een bun
del bankbiljetten tien bankbiljetten van duizend
franc elk, nuu elkaar vastgehecht.
„Drommels!" herhaalde hij.
En met een schommelend hoofd liet hij er op
volgen: „Kijk nu toch eens aan! Daar heb je nu
mensehcu, die met zóóveel geld in hun zakloopen,
met tienduizend franc, zóo maar, alsof 't uieuien-
Hij doorzocht de andere vakkcu van de porte
feuille. Daarin was niets, geen kaartje, geeu portret,
geen brief, geen spoor van een aanduiding omtrent
'den eigenaar van het kapitaal, dut hij daar iu zijn
band hield.
Terwijl hij de portefeuille sloot, zeide hij bij zich
zelf: „Wat nuf.... Er zit niets anders op, dan dal
ik er mee naar de politie loop. Dat is weer een heel
eind, en ik beu al zoo moe. Sapristi, 't gaat me
niet voor den wind, vanavond
De straat bleef ledig, geen diender, geen voorbij
ganger. Jeau keerde terug en begaf zich naar het
naaste Bureau van politie.
Hij had uiet weinig moeite om tot den Commis
saris door te dringen. Zijn havelooze kleeding en
zijn uitgehongerd gelaat waren oorzaak, dat men hem
voor een landlooper versleet. Het scheelde niet veel
ol de wachthebbende agenten hadden hem maar
vast iu het cachot gesloteu, maar door beleefdheid
cu kalm aanhouden bracht hij het eindelijk zoover,
dat hij bij den Commissaris werd toegelaten.
„Meneer dc Commissaris, zoo begon hij, ik kom
u iets brengen, dat ik zooevcn op straat gevonden
heb."
„Zoo Wat heb je
„Dit, meneer dc Commissaris, alstublieft", ant
woordde do urine drommel, terwijl hij met zijn kuo-
kigo vingers da portefeuille overhandigde.
„Zoo, zoo? En natuurlijk is er niets in die porte-
feuille
„Kijk u zelf maar eens. meneer de Commissaris." 1
Dl- politieman opende de portefeuille, haalde het
pakje bankbiljetten er uit, 'telde ze en riep toen
„Maar, maar dat is tienduizend franc I... maar dat
is een heele som, een enorme som, weetje dat wel?"
Jean gaf doodbednard ten antwoord Jawel, me
neer, (lat weet ik wel. Ik zei ook al zoo bij me
telf, dal er menschen ziju, zei ik, die met zoo'n
lom geld zóo maar in hun zak loopen I"
De Commissaris deed niets niots dan den slakker
aankijken, met een zonderlinge uitdrukking in zijn
oogen, waaruit mcor verbazing dan bewondering
sprak.
„En dut heb jij zoo gevonden Mnar, sapristi,
den ben jij eeu eerlijke vent, een brave kerel. Je
bent ecu heldZoo waar als ik hier zit, je bent
held
Och, meencer de Commissaris."
,Ik zeg je, je hadt even goed Kort en bon
dig, vriendje, je bent een held I Dat is eeu mooie
daad, die je daar gedaan hebt, een heldhaftige daad
Ik kan 'tuiet andors noemen. Je verdient er een
medaille voorHoe heet je
„Jeun Guenille, meneer de Commissaris."
De Commissaris sloeg ziju hauden op naar het
plafond.
„Wat je daar gedaan hebt, is nobeldat ia om in
eeu boek te zetten. Wat is je beroep?"
„Och, meneer de Commissaris," autwoordde de be
delaar „om u de waarheid te zeggen, heb ik geen
beroep."
„Wat? Geen beroep? Waar leef je dun van?"
„Van de openbare liefdadigheid, meneer de Com
missaris. Maar 't is er dan ook een leven naar I"
„Ei, zoodat bederft de zaak wel een beetje I"
De Commissaris trok een lang gezicht en hernam,
nu al op veel minder geestdrifiigen toon„Kort en
goed, je bent dus bedelaar
„Als ik 't zoo zeggen mag, ja, meneer de comruis-
""„Hm, hm."
De Commissaris was ineens heel ernstig geworden,
Nu ecu poosje vroeg hij weer: „Je domicilie?"
Jeau autwoordde ontmoedigd: „Hoe zou ik een
domicilie hebben
„Wat? Heb je geen domicilie?"
„Ach neen, meneer
„Geeu domicilie Komaan, vriendje, maak er nu
geen gekheid van
„Ik verzeker u toch van neen, meneer de Com
missaris
I)at ook elders meer en meer het besef door
dringt, dat voor den ambachtsman teekenen van
groot nut is, blijkt nu weer te Baarn, waar
ditmaal 62 jongelieden zich hebben opgegeven
voor de Nuts-teekenscbool39 voor hand- en
23 voor bouwkundig teekenen.
Jhr. mr, C. A. Elias, Burgemeester van Har
derwijk, is, met gelijktijdige toekenning van
eervol ontslag uit dat ambt, benoemd tot Bur
gemeester van Zaandam.
Te Harderwijk worden vermist
1 bankbiljet van ƒ300 Z Z 2272.
1 200 A K 8732.
1 200 A L 1428.
1 200 A K 147.
1 100 11H 2301.
1 60 E U 4S17.
1 60 G V 9182.
1 muntbiljet 10 L P 15895.
„Maar jo bent verplicht, een domicilie te hebben,
door do wet verplicht."
„En door de armoede beu ik verplicht, 't er zon
der te stellen. Ik heb geen werk, geen verdiensten
sleelc ik mijn hand uit, dan geven ze raü nogval-
sche sous, eu tot overmaat van ramp beu ik oud
en ziekelijk. Ik heb een breuk."
„Een breuk, een breuk, dat is goed en wel, maar
je hebt geen domicilie en dus ben je doodeenvou
dig strafbaar wegens landlooperij, Je bent een held,
goed en wel, dat valt niet tegen te sprekeneen
held ben je, maar ook een landlooper, en als er al
geen wetten voor helden zijn, er zijn wel wetten
voor landloupers, begrijp jo? En ik, zie je, ik ben
verplicht, de wot toe te passen, Dat spijt me waar
achtig, want wat je gedaan hebt, is mooi, heel mooi,
maar zie jo, de wet is de wet, en aan de wet moet
altoos het laatste woord blijven, begrijp je?"
Terwijl hij zoo redeneerde, liet hij de portefeuille
in zijn hand dansen. Toen hernam hij weer: „Die
portefeuille, goed en wel. Menigeen in jou plaats
zou er niet- mee naar du politie geloopeu zijn, dat
slaat vast, Ik wil daarmee nu niet zeggen, dut je
dom gehandeld hebt met die portefeuille hier te
brcugen, heelemaa! niet Je handelwijze is mooi, is
een beloouing waard en die belooning, die ik niet
onder de vijf franc raam, zal je zeker krijgen, zoodra
wij den persoon gevonden hebben aan wien die por
tefeuille toebehoort. NatuurlijkMaar dat neemt
niet weg, dat jij zonder domicilie bent, en daar zit
'm de knoop. Versta mij goed! Er staat in het wet
boek geen enkel artikel, dat je verplicht om op de
publieke straat portefeuilles te vinden met tiendui
zend franc er in, maar er bestaat wel degelijk een
artikel in, dat je verplicht tot hot hebben van een do
micilie. Daarom hadt je, wel bezien, beter gedaan
met een domicilie te vinden dan die portefeuille.
Begrijp je mij
„Jawel, nieueer, en dus?" vroeg Jean.
„En dus," hernam de Commissaris „en dus, mjjn
goede vriend, moet ik jo vannacht hier houden, en
morgenochtend stuur ik je naar het depot."
Hij schelde. Twee agcutcn verschenen. Do Com
missaris gaf hun een wenk en terwijl zij Jeau onder
de armen namen en naar 't cachot brachten, jam
merde de stakker: ,,'t Is wat moois! 'tLoopt mij
vandaag dan ook alles tegeuDie verdijde rijk
aards Waarom houden ze bun portefeuilles niet
in hun zak? 't Is wat moois! Nu ga ik nog naar
de kolonie."