Dinsdag 17 Februari 1903. PHOENIX - BROUWERIJ. BOCK-BIER verkrijgbaar, zoolang de voorraad strekt. No. 5308. 52e Jaargang. 7 Feuilleton. H. MEURSING Co. AMERSFOORT. m AUEBSFOORTSCHE COURilT. UITGAVE: FIRMA A H. VAN CLEEFF te AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden franco per post /'4.45. Advertentiën 46 regels 60 cent; elke regel meer 40 cent. Legale-, ofilcieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 45 cent. Reclames 45 regels/" 4.25elke regel meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 40 cent. Bij advertentiën var buiten de stad worden de incasseerkosten in'rekening gebracht. BUREAU KORTEGRACHT 9* Telephoon 10. KENNISGEVINGEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, Brengen ter kennis van belanghebbenden, dat de markten in 1903 zullen gehouden worden als Halfvasten-Paardenmarkt op 23 Maart. Paasch- id. op 16 April. St.Bartholoineus-id. op 20 Augustus. St.Gallen- id. op 17 October. Veemarkten eiken Dinsdag. Weekmarkt, tevens voor Bcbapen en varkens eiken Vrijdag. Jaarmarkt 26 tot en met 31 Octoberlootdag Woensdag 21 October. Amersfoort, 16 Februari 1903. Burgemeester en Wethouder voornoemd, De Burgemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, B. W. TH. SANDBERO. De BURGEMEESTER van AMERSFOORT, Gelet op art. 14, 2e lid van hel Koninklijk Besluit van den 8. December 1902 (Staatsblad no. 212), Brengt ter algeineene kennis, dal de daarbij bedoelde formulieren, gesorteerd naar lettor en nummer van af heden tot 30 April e.k. ten Gemeentehuize voor een ieder ter inzage liggen. Amersfoort, 16 Februari 1903. De Burgemeester voornoemd, WUIJTIERS. in de Lagere school. Kamer van Arbeid voor de Bouwbedrijven te Amersfoort. Vaststelling Kiezerslijsten. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Gemeente AMERSFOORT, Gelet op de artikelen 15 en 18 van bet Kies reglement voor de Kamers van Arbeid Brengen ter algemeene kennis, dat op beden zijn vastgesteld de lijsten, aanwijzende de pa troons en de werklieden, die tot het kiezen van leden van de bovengenoemde Kamer van Arbeid bevoegd zyn; dat de vastgestelde lijsten voor een ieder ter inzage liggen ter Gemeente-secretarie, op werk dagen van des voormiddags 10 tot des namid dags 1 uur en dat alsch riften der vastgestelde lijsten, legen betaling der kosten, verkrijgbaar zijn. Bezwaren tegen de lijsten kunnen binnen veertien dagen na heden worden ingebracht bij Gedeputeerde Staten dezer provincie. De bezwaren moeten zijn ontleend aan het feit, dat de naam van den verzoeker of van een ander in strijd met de bepalingen der wet op de Kamers -van Arbeid of van bet Kiesregle ment voor die Kamers daarop voorkomt, niet voorkomt of niet behoorlijk voorkomt. Amersfoort, 16 Februari 1903. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, B. W. Th. SANDBERG. Binnenkort zal door de afd. Amersfoort van den Bond van Ned. onderwijzers aan den Gemeenteraad wor-len verzocht, te breken met het stelsel van ambulante (geen klas-hebbende) hoofden, te beginnen met de te openen school op Puntenburg, 'tls daarom, en niet minder ook om het groote linancieele voordeel, dat de Gemeente bij 't doorvoeren van dezen maatregel op allo scholen zal hebben, dut bespreking van dit punt zeer belangrijk mag genoemd worden. Wat heeft een ambulant hoofd voor de school te beteekenen 1 Vraagt men mij, ol een ambulant hoold de school geen diensten bewijst, dan wacht ik mij wel, die vraag ontkennend te beantwoorden doch ik aarzel geen oogenblik er onmiddellijk aan toe te voegen: De diensten door het hoofd der school gepresteerd, konden veel grooter zijn, wanneer hij het geheele onderwijs in een klas voor zijn rekening nam. Ik zal trachten hiervoor het bewijs te leveren. Tegenwoordig is de toestand zóo, dat een groot deel van den schooltijd van het hoofd iu beslag wordt genomen door het invullen van staten en ander schrijfwerk. Ik ben zoo vrij te beweren, dat dit werk buiten schooltijd behoort te geschieden. Het is toch tegenwoordig een vrij algemeen er kende waarheid, dat bet werken voor de school niet ophoudt tegelijk met bet werken in de school, dat de dagtaak van den on derwijzer niet afgeloopen is, wanneer de schooldeur achter hem gesloten wordt. Vooral de ouderwijzer, die in de boogere klasse werkzaam is-en daar les geeft in alle vakken, die de wet als verplichte leervakken noemt, heeft eiken avona zich voor te be reiden voor de lessen van den volgenden dag. Het schriftelijk werk, door de leerlin gen op papier gemaakt, moet buitenschool- tijd door den onderwijzer worden nagezien. Zoo heelt dus «Ie onderwijzer ook buiten den eigenlijk gezegden schooltijd nog heel wat voor zijn klasse te doen. En het am bulante hoofd Men zal mij wel toestem men dat administratie werk juist niet het moeilijkste werk is. Dit kan toch elke klerk, iedere kweekeling doen. De ^bovenmeester" moge al beweren dal het een zeer moéihjk werk is, de leek in onderwijszaken zal er schouderophalend om lachen en de onder- i wijzer weet SI te goed, dat dit maar een praatje voor de vaak is. Wie zich met zulk j werk onder schooltijd b .'zighoudt, ontgaat I het lichaam- en geestafraattende werken vóór de klasse. Het ambulante hoofd moge al eens nu en dan een les voor zijn reke ning nemen en dan gewaarworden, dat les gevèn en orde houden nog niet zoo heel gemakkelijk is, het wekt dan bij den onder wijzer geen verwondering, als juist die lessen gekozen worden, die weinig of geen voor bereiding eischen en juist de klassen, waarin de orde het gemakkelijkst te handhaven is. Van het vermoeiende lesgeven en handha ven der orde in de klasse met de onaange naamheden, daaraan verbonden blijft dus een ambulant hoofd, als hij wil, verschoond. Het administratiewerk behoort te worden verricht buiten schooltijd deze lijd kan en moet nuttiger worden besteed, 't Is immers U gek, te willen beweren, dat het hoofd niei. verplicht is, iets voor de school te doen buiten de schooluren, terwijl de onderwijze: zijn werkkracht ook buiten de vastgesteldj lesuren aan de school moet wijden Wat zou het ambulante hoofd wel zeggen, zoo een onderwijzer den eisch stelde, dut hem voor het nazien van schriftelijk wer alsmede voor de voorbereiding die zijn lesa.n van hem eischen, de gelegenheid gegevoa werd, dat onder schooltijd te doen? Met eenig recht zou hij hem kunnen vragen of het in zijn bol wel pluis was. Maar vat voor verschil beslaat er dan toch tusscben een hoofd en een onderwijzer, dat de i n- derwijzer wel en een hoofd niet gehoucen zou zijn, ook thuis voor de school te wer ken. Bovendien de school zou er wel by varen als bet hoofd de geheele leiding eener klasse op zich nam. Immers het hcofd der school behoort (of 't zoo is, blijft bu ten bespreking) de knapste onderwijzer te iign. is het dan niet te bejammeren, dat zyn groote gaven als paedagoog de school zoo weinig ten bate komen Werkte hij stseds voor de klasse, welke schoone gelegenheid zou dit voor hem zijn om zijn talenten dienstbaar te maken aan de opvoeding der jeugd 1 Nu wordt meestal de beste werkkracht aan de school onttrokken Schetsjes uit den Zuid- Afrikaanschen Oorlog, door tDOKTER". 44. Ik bedacht me niet lang en gaf aau den heer Staats- mijningenieur mijn verlangen te kenuèn, den volgen den ochtend dadeljjk weer naar mijn commando te vertrekken. Daas hiervoor een reisbiljet, door ge noemden hesr geteekend, noodig was, verzocht ik hem zoo goed te willen *ijn, mÜ «Kt te verschaffen en werd my beloofd dit vroeg genoog in myn bezit te zullen hebben. Den volgenden ochtend was ik gereedik moest weer met dezelfde gelegeuheid naar beneden, waar mee ik opgegaan wastevoren had ik door een kaf fer mijn paard naar het station laten brengen, daar het spoor te smal was om er wagens op te laten loopen, groot genoeg om zulk een groot dier te kunnen opladen. Het duurde een geheele poos vóór het treintje gereed was te vertrokken en ik was bang, dat ik te laat voor den trein zou komen. Ik was vooral daarom zoo angstig, omdat er slechts twee keer in de week een trein van Barberton liep en ik dus, indien ik te laat kwam, eerst drie dagen later zou kunnen teruggaan en ouder de gegeven omstandigheden wilde ik dit voor geen geld van do wereld. Eindelyk waren we op weg, maar nu kon tot myn angst en ergenis de machinist geen sloom houden, zoodat we elke stijging als een slak beklom men. Enfin, we bereikleu bet eind, en ik klom zoo spoedig mogelijk uit den wagen en laadde mijn bagage of; deze was evenwel te veel voor éen per soon en ik was genoodzaakt oen kaffer lef leen te vragen aan den persoon, die daar voor de mij n werk zaam was. Gelukkig bewilligde de man hierin en nu ging bel op een drafje naar hel station. We hadden nog niet de helft van dcu afstand afgelegd, of ik hoorde de fluit van den trein en dezen kort daarna over de brug rollen. Die zich weet te herinneren, wat men gevoelt als men juist een minuut te laat aan den trein komt, zal zich kunnen voorstellen, hoe ik me haastte. Behalve ge- weer en patroouband, had ik ook nog myn kom- baarzen te dragen, terwijl het snikheet was. Ik was nog een heel ciod van het station, toen ons de trein passeerden en begon ik ernstig te twijfelen of ik nog op tijd zou komen. Vóór dc trein echter vertrok, bereikte ik het stationde kaffer met het paard was ook aanwezig en hoewel de chef niet erg vroolyk keek, wist ik hem er toch toe te krijgen, mijn paard nog op te laden, niettegenstaande het oogenblik van vertrek reeds was aangebroken. Ik kan niet zeggen, met welk een voldoening ik in den trein plaats nam. nu ik de zekerheid had, wel dra weer eenige honderden Kilometers van de hee- ren van de Sheba-myn verwnderd te zijn en met het vooruitzicht myn oude makkers, die myn vrien den geworden waren, te ontmoeten. 's Avonds kmam ik goed en wel te Waterval Bo- veu aan en kluchtig was de verbazing, die mjjn broer ten toon spreidde, toen hij mij reeds 36 uren nadat ik hem verlaten had, terugzag. Ilc legde hem de zaak uit en hij verklaarde, blij te zijn, dat ik me niet dcor het vooruitzicht eenige ponden sterling te kunnen verdienen, had laten vernederen. Daar het den volgenden dag Zondag was, bracht ik dien te Waterval Boven door en vertrok ik Maandagochtend naar Machadodorp. De majoor was al even verbaasd als miju broer, me zoo gauw terug te zieuik vertelde hem de re den van miju terugkomst. Hoewel bij bljj was, me weer terug te zien, geloof ik tooh, dat dergelijke gevoeligheid als ik ten toon gespreid bad, hem on- bokend was en hij in stilte dacht, dat „die Hollan ders echte kruidjes roer me niet" waren. Dat de vijand ons nog altijd mot rust liet, vond zijn oorzaak in hel feit, dat Lord Roberts wachtte op de aankomst van generaal Bulier, die uit Natal optrok naar het Noorden en de vijand ons vau twee kanten tegelijk wilde aanvallen. Bij Carolina was een tamelijk sterk commando geplaatst om Bulier tegen te houden en in het laatste gedeelte v»d Augustus kwam er bericht, dat Buller tot by Caro- liua genaderd was, maar door de onzen met succes werd tegengehouden. Het duurde niet lang, of ook op onze oostelijke posities werden aanvallen gedaan, maar tot nog toe bleven we in onze stellingen. Dit duurde ongeveer oen dag of vijf: toon begou het de Engelsohen te vervelen, naar het scheen en kwa men ze niet by duizenden, maar bij honderddui zenden. Vreesolijk wus het kanonvuur dat de onsen te verduren hadden scheepskanonnen vau 4.7 en 6 Eng. Snim, houwitsers en Armstrougkanonnen braakteu voortdurend hun inhoud over onze men- 8chen uit en' man hoorde vol bewondering, dat de Boeren in hun posities bleven en de massa's En- j gelsche telkens en telkens teruggeschoten werden. Op dezo gevechten, den 26sten en 27sten Augustus geleverd, kunnen de Boereu met recht trotsch zyn, en nog dikwijls, als we op de eene of andere ma nier met Engelschen in aanraking kwamen, spraken ze met alle waardeering over het gevecht bij „Berg en Dal" zooals zij het noemden. Vooral de Long Tom, bij Dalraanutha opgesteld, had het zwaar te verantwoorden, daar deze met een geheele batterjj houwitsers te kampen hadtoch hielden de artilleristen het uit en werd don eereten dag zijn vuur door den vijand niet tot zwijgen ge bracht. We waren dien dag reeds vroeg in den ochtend met den majoor naar Witrand gegaan, waar we een goed overzicht over het oostelijke en noor delijke gedeelte onzer stelliugen hadden. Mei den Long Tem, die hier opgesteld was, werd nog niet gevuurd omdat de vijand met onder schot kwam. Even vóór het ondergaan der zon deden de En gelsohen echter nog een verwoeden aanval en maak ten daarbij een omtrekkende beweging uit Belfort naar het westenonze Long Tom kreeg nu óok zijn best, dat tegen het yallen van den avond de vijand terugtrok, zonder dat hij iu zyu poging om door te breken geslaagd was. De morgen van 27 Augustus brak aande zon stond aan een wolkloozen hemel, maar zou weldra verduisterd worden door den kruitdamp der barstende granaten. Toen we dan ook boven op den Witrand kwamen, was het bombardement reeds in vollen gang, terwijl men tevens van alle kanten bet knet teren der geweren hoorde. Generaal Botha kwam ook weldra met zijn heliografist, daar men van hier het best naar de verschillende commando's kon seinen. Zoo nu en dan keken we eens naar den Long Tom van Dalmanutba, daar hjj, na in den ochtend i eenige schoten gelost te hebben, eenklaps zweeg. Ken paar uren later zagen we evenwel weer elk oogenblik do witte rookkolom opstijgen, een bewijs, dat Long Tom opuieuw begonnen was, mee te pra ten. Kort daarna kregen we een bezoek van kapi- tein Pretorius en vroeg de majoor hem, wat de re- i den was geweest, dat Long Tom vau Dalmauutha 1 een tyd lang niet gescholen had. I De kapitein vertelde nu, dat hg van den adju dant-onderofficier, die het kanon com man di erdo, ccn heliografiach bericht had ODtvangen, dst het vijandelijk vuur zóo hevig was, dat hy het als on mogelijk beschouwde, het kanon langer te I «dié nen. Hij had eohter den adjudant dadelijk antwoord gezonden, dat, al werd de laatste ar'illerist doodge schoten, er met Long Tom moest gevuurd worden, en terwijl de kapitein lachend naar Dalmat.utha wees, waar nu nog vaker dan vroeger de witte rook oprees, voegde hij er by „en dit laatste tel* gram heeft goed geholpen". Na een tyd lang onze posities onder een hevig kanonvuur te hobben gehad, werd dezelfde ai inval van den vorigen avond herhaald, en maakt» n de Engelschen gelijktijdig een front-aanval en een flank-beweging naar het Westen. De front-aanval was gericht tegen de positie, die den sleutel van onsjj stelliugen uitmaakte en oezet was door de Johannesburger-polilie. Het h tvige bombardement van Vaal krans was kinderspel in vergelijking met het kanonvuur, dat op deze p mitie werd gericht. Met uitzondering van een scb3epe- kanon, dat op den Long Tom van den Wil rand werkte, vuuraen alle kanonnen, samen zekei een 60 stuks, op die eeue plek. Later vertelde ieiiand mij, die daarbjj tegenwoordig was geweest, di .t de narde in brand was geschoten en het er lett-rlyk granaten regende. Van den Witrand zagen w» dan ook met ontzetting en sprakeloos dit verschrikt eijjk bombardement aan en we verwonderden ons, dal de meuschen het in die hel konden uithol den. Kapitein Pretorius was weer vertrokken om aan den Long Tom, die als reserve dienst deed, order te geven zoo dicht mogelijk die positie te na< eren om'de lui te helpen en zoo mogelijk verlichting te bezorgeD. Om legen het vuur van het schee; «ka non, dat den Witrand ouder vuur nam, bevtiligd te zyu, waren generaal Botha en de majoor schuin achter een klip gaan zitten, waar ik ook schr iling had gezocht. We hadden al een paar malen legen elkaar gezegd, dal onzo menechen het in d< paa besproken positie onhoudbaar moeiiyk motsten hebben, waarom generaal Botha een telegram aan een zyner vechtgeneraals liet seinen om, zoo no >dig, naar die plek versterking le zenden. Helaa i het was to laatjuist was bet telegram weggest turd, toen het vervaarlijk bombardement plotseling al >r*k, wat mij de opmerking ontlokte, dal het daa: be paald verkeerd ging. (Wordt vervoli A)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1903 | | pagina 1