Donderdag 9
1903.
No. 5369.
52e Jaargang.
Reisexemplaren.
Feuilleton.
LISKA.
AMER5FOORTSCHE COURANT.
FIRMA A H VAN CLÏ£FF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi.
franco per post ƒ1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-,
officieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels f 1.25; elke regel
mèer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT 9-
Telephoon 19.
Aan onze abonnés, die tijdelijk elders,
hetzij binnen- of buitenlands, vertoeven,
wordt op aanvrage en met duidelijke opgave
van adres, de Courant eiken verschijndag,
tegen vergoeding van het porto toegezonden.
Ook niet-geabonneerden kunnen zich op
de zelfde wijze geregelde toezending van de
sAmersfoortsche Courant'' verzekeren.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer Ge
meente, dat bet door den Directeur van 's Rijks di
recte belastingen enz. te Amsterdam executoor ver
klaard kohier No. 1 van de belasting op bedryfs-en
andere inkomsten over bet dienstjaar 1903'1904 aan
den ontvanger van 's Rijks directe belastingen alhier
is ter hand gesteld, aan wieu ieder verplicht is
zijnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet
te voldoen.
Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaatsen
aangeplakt te Amersfoort, den 8. Juli 1908.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIER3.
Amersfoort in 1902.
Het aantal openbare scholen voor Lager
onderwijs bedroeg 5, dat der bijzondere 6.
Het aantal onderwijzers en onderwijze
ressen, onder welke benaming ook, ingedeeld
naar de kunne, bedroeg op het einde des
jaars: aan de openbare scholen: onderwijzers
aan het hoofd der school 4, onderwijzeressen
aan het hoofd 1, onderwijzers (15 met hoofd-
acte) 30, onderwijzeressen (3) 15, kweekelin-
ge» 18; aan de bijzondere scholen: onder
wijzeressen aan het hoofd 3, onderwijzers aan
het hoofd der school 3, onderwijzers (6 met
hoofdacte) 10, onderwijzerressen (4) 13,
kweekelingen 0, totaal 47.
Het aantal leerlingen bedroeg op de open
bare scholen 1776, van welke 1089 kosteloos
onderwijs ontvingen; en op de bijzondere
scholen 1371, waarvan 798 kosteloos.
De kosten van het openbaar Lager onder
wijs hebben bedragen f75 684.35 waarin
volgens art. 45 der wet door het Rijk is
bijgedragen f 16961.58. Aan schoolgeld werd
ontvangen f 13119.50.
De plaatselijke Commissie van Toezicht op
het Lager onderwijs rapporteerde:
In het afgeloopen jaar maakten de defini
tieve inrichting der Herhalingsschool, de ver
vanging van den heer Van Schendel en de
daardoor gerezen kwestie over het al dan
12).
Overste Werkmeister was een bekwaam, zeer
kwaaru officier; zoodra bij een eenmaal opgevat plan
had uit te voeren, waren zijn maatregelen juist, ze
ker eu weldoordacht, maar eer bij zco'n plan had
overdacht en vastgesteld, was bij éen en al zenuw.
Zoo ook nu, toen Marshall in galop laugs de colonne
reed en het bevel van den kolonel hier en daar toe
riep: „Heeren officieren aan het hoofd!"
„Aau het hoofd, heeren, aan het hoofd!" her
haalde Ibi ubi, alsof de onbereden officieren zoo
maar in ren langs de lange colonne hadden kunnen
hollen „aan het hoofd, heeren, hebt u 'tniet ge
hoord?"
„Windt je niet op", bromde een luitenant, „we
zijn immers al onderweg."
„Laat hij je maar niet booren", waarschuwde een
ander.
„Wat kan 'tmij schelen? Wat mij betreft, mag
Ibi ubi alles hooren wat ik zeg."
Maar de overste hoorde heelemaal niets. In galop
stormde hij terug: „Heeren, houd nu toch ais 'tu
belieft op met die voltes de kolonel, heeren, de
kolonel!"
De heeren kwamen op hun doode gemak aange
stapt. „Alles preseut, heeren? Alles present? Alle
compagnieën op hun plaats? Maar heeren dit
tot Ue luitenants „haast u toch wat, heeren, de
kolonel komt, heeren, haast u toch wat," En van
louter opwinding gaf hij zijn paard de sporen, dat
het arme dier niet wist, waar het zich bergen moest.
„De kolonel, heerenMijnbeer Schmidt, zouden
we de geweren niet laten hernemen?"
niet voortbestaan van de zevende en de
achtste klasse aan de jongensschool Ie soort
de voornaamste punten van bespreking uit.
Wat de Herhalingsschool betreft, mocht
de Commissie, in overleg met Districts- en
Arrondissements-schoolopzieners, op het einde
van 1901 een regeling voorstellen, die bijna
onveranderd gevolgd werd in de Verordening
tot regeling van het Herhalingsonderwijs,
vastgesteld in de Raadsvergadering van 1
April 1902.
Daarna werd door B. en W. aan de Com
missie een aanbeveling verzocht van personen
die naar haar oordeel in aanmerking konden
komen voor een benoeming als Hoofd en als
onderwijzers bij het Herhalingsonderwijs voor
Jongens (voor hel onderwijzerspersoneel aan
de Herhalingsschool voor meisjes werd die
aanbeveling niet gevraagd).
Voor Hoofd meende de Commissie te moeten
aanbevelen (niet-alpbabetisch) de heeren C.
J. F. Prins en P. van den Hooff Az., voor
onderwijzers (alphabetiseh) de heeren F.. H
Buytenhuijs, P. W. van Schendel A. Veen,
A. A. Verburg en R. van 't Wel. Niet geheel
werd deze voordracht door het Dagelijksch
Bestuur der Gemeente gevolgd, daar benoemd
werden tot Hoofd de heer P. van den Hooff
Az. en tot onderwijzers de heeren E.
Buytenhuijs, A. A. Verburg en T. Watervis.
Voor het onderwijs aan meisjes werden
benoemd de dames H. Hulstijn, M. M. van
Mill en E. M. van Reek en de heeren T.
Watervis en R. van 't Wel.
Op 't eind van den cursus 1900 1901 ver
liet de heer Van Schendel de Gemeente om
zijn nieuwe betrekking als Hoofd der school
te Zevenbergen te aanvaarden.
De Commissie kan niet nalaten hier te
verklaren, dat zij den heer Van Schendel
noode zag vertrekken, wiens ijver en be
kwaamheid zij steeds hoogelijk waardeerde
en wiens opgewektheid in een niet zeer op
wekkende klasse zij steeds bewonderde.
Het vertrek van dezen onderwijzer bracht
in de vergadering der Commissie de kwestie
weer ter sprake of het noodig en nuttig was,
dat de zevende en de achtste klasse aan de
Jongesschool le soort gehandhaafd bleven.
Ofschoon moet worden erkend, dat deze
klassen zeer dun bezet zijn door de voorde
Commissie onbegrijpelijke zucht der oudere
om hun kinderen, of zij er geschikt voor zijn
of niet, het Middelbaar onderwas te doen
f.enieten, waartoe de toegang in de laatste
aatste jaren bijzonder gemakkelijk is ge
worden, meende toch de meerderheid, dat
er voor de Commissie geen reden was om
haar een half jaar geleden gegeven advies
(om deze klassen te doen voortbestaan) nu
eeds weer te niet te doen.
Zij voorzien zeer zeker in een behoefte en
de Commissie twijfelt niet of bij oordeel
kundige inrichting van de bevordering tot
het onderwijs in deze klassen zal de waar
deering er van toenemen.
Het advies der Commissie in deze werd
gevolgd.
Op een verzoek van B. en W. om advies
betreffende het tractement der Hoofden van
scholen, stelde de Commissie voor, het Hoofd
der Lagere school le soort te geven f1800,
aan het Hoofd der Meisjesschool na 10-jarigen
diensttijd de zelfde som, aan het Hoofd der
school 2e soort f 1200, aan de Hoofden der
scholen 3e soort in de Koningstraat en de
Beekstraat, resp. f 1400 en f 1300.
Het heeft de verwondering der Commissie
gewekt, dat soms op niet te doorgronden
wjjze haar advies door B. en W. werd ge
vraagd.
Zoo, in dit jaar, wel in zake de benoeming
van het onderwijzend personeel aan de Her
halingsschool voor jongens, doch niet aan die
voor meisjes, zoo in vorige jaren, soms wel,
soms niet, wanneer de regeling van de jaar
wedden der onderwijzers ter sprake kwam,
en in andere zaken.
De Commissie besloot daarom in bare ver
gadering van 25 Juni 1.1. tot B. en W. het
verzoek te richten om geraadpleegd te wor
den in alle zaken, het Lager onderwijs be
treffende, evenals de Commissie voor Mid
delbaar en Gymnasiaal onderwijs.
B. en W. hebben de Commissie geantwoord,
op dat verzoek niet te kunnen ingaan, doch
dat zij gaarne het advies zullen inwinnen,
wanneer zij het behoeven,
j - Deze zaak is dus nog niet naar den wensch
der Commissie beslistzij hoopt echter nog
I steeds, tot een meer bevredigende oplossing
j te zullen geraken.
Omtrent het openbaar onderwijs zegt het
verslag van de Commissie van Toezicht
Mutatiën in het personeel der Meisjesschool
(éen hoofd- en 8 onderwijzeressen) hadden
niet plaats slechts was een uitbreiding noo
dig door de groote talrijkheid van de leer
lingen der 3e klasse Meisjes- en Jongensschool,
welke bij het begin van den cursus 1902/03
een verdere combinatie onmogelijk maakte.
Door de benoeming van mcj. B. H. E. van
Goethem (tijdelijk) werd voorzien in de hier
uit ontstane behoefte aan een leerkracht.
Hierdoor is tevens de meisjes-derde-klasse
weder naar de Meisjesschool verplaatst, ter
wijl het onderwijs in de gecombineerde eerste
en tweede klasse nog aan de Jongensschool
gegeven wordt.
Door het groot aantal leerlingen in de
zesde klasse moest deze worden gesplist in
2 afdeelingen, behalve in de ureD, waarin
uitsluitend mondeling wordt les gegeven.
In de 4 hoogste klassen werden na een
goedgeslaagde proef, in den vorigen cursus
genomen, de leerkrachten niet naar de klas-
en, doch naar de vakken van onderwys
verdeeld.
De commissie juicht dezen maatregel zeer
toe en gelooft, dat zij èn onderwijzeressen
èu leerlingen door grootere opgewektheid
ten goede zal komen.
Het Hoofd der school geeft zelf 16 uren
per week les in 6de, 7de, 9de en 10de klasse,
een aantal dat ongetwijfeld veel te klein is
in het oog van de tegenstanders van ambu
lante hoofden, doch dat naar het oordeel der
commissie wel eens blijken kon veel te groot
te zyn, indien het Hoofd niet zulk een uit-
nemenden takt bezit en indien het onderwij
zend personeel zich niet met zooveel ijver
en toewijding kweet van hare taak.
De cursus 1902,03 begon met 162 leerlin
gen over resp. 10 klassen (beginnende met
de laagste.) aldus verdeeld9, 17,17, 18,29,
37, 18, 12, 4 en 1.
Hoofd van de Jongensschool is de heerC.
J. van der Nagelhij werd bijgestaan door
de onderwijzers I. van Spiegel, E. Liuden-
hovius, E. Wever, A. H. Aardema, L. A.
Slot, P. F. H. Ermers en de onderwijzeres
mej. G. Th. W. Mezger.
Door de benoeming van de heeren Kraan
en Oosterman tot onderwijzer aan andere
openbare scholen in deze Gemeente ontston
den twee vacaturen, waarin voorzien werd
door de benoeming van mej. Mezger te Baarn,
en den heer A. H. Aardema, te Epe, werk
zaam in de 2de en 3de klassen, terwijl in
de vacature Van-Schendel, waarover in het
begin van het verslag is gesproken, werd voor
zien door de benoeming van den heer E.
Wever, aan wien de 7de en de 8ste klasse
werden opgedragen.
Het onderwijs in het Engelsch werd toe
vertrouwd aan het Hoofd der school. Bo
vendien is het Hoofd behulpzaam bij het
onderwijs in Fransch en Duitsch en op deze
wijze 14 uur per week werkzaam.
Bij den aanvang van dit jaar bestond het
aantal leerlingen uit 139 over de verschillende
klassen, aldus verdeeld1ste klasse 18, 2de
kl. 16, 3de kl. 21, 4de kl. 23, 5de kl. 19,
6de kl. 34, 7de kl. 5, 8ste kl. 3.
„Kan niets van inkomen", klonk bet kalm en
zeker terug, „dat is in lijnrechten strijd met den
Velddienst."
„Weet ik, weet ik, maar 't slaat toch beteren
vóór iemand het kon verhinderen brulde hij „Aan
treden! Geeft acht! Rechts-riclit u! Staat! Hoofd
links!" en daarop rende hy den kolonel tegemoet.
Geen ruiter kittelt ongestraft zijn paard noodeloos
met de sporen; toen hij, bij den kolonel gekomen,
zyn paard wilde doen stilhouden, gaf hij het weer
de sporen.
„Jawel, dat moet er nog maar bijkomen", dacht
het paard, „als je denkt, dat ik me alles laat aan
leunen voor het ellendige beetje haver, dat je me
geeft, dau heb je 'tmis"; en een oogenblik later
lag de overste in 'tzand.
„Had ik maar geen „hoofd-lin ka" gecommandeerd,
dan zagen ze 'tniet" dacht de overste.
„Wie valt, valt, en wie ligt, ligt", is een van de
hoofdregelen van den oorlog en daarom keek de
kolonel ook niet om naar zijn overste en reed hij
de andere officiereu te gernoet.
„Morgen, heeren! Alles present? Laat de geweren
weer aan rotten zetten. Zoo. En neem nu uw kaarten
eens, heeren. Wat doet de overste nu?"
Hij had omgezien; de overste was overeind ge
krabbeld eu kwam aansukkelen met de handen op
zeker lichaamsdeel dat door Moeder natuur voor
zitgelegenheid is bestemd.
„Ja, hij kan onmogelijk zoo rijden", meende de
koionel,„nu, dan veranderen we de zaak. Neemt u
dan als oudste bet bevel over het regiment, mijn
heer Schmidt; uw oudste kapitein commandeert het
bataljon en diens oudste luitennnt zijn compagnie;
hij kan mijn derde paard krijgen. Heeren, we ver
onderstellen, dat het regiment in verband met zoo-
even ingekomen berichteD zich moet hereenigen
met de divisie. Ziet u nu even op de kaart, heeren,
de divisie ligt te Schlettstadl".
„Heilige Brahma, dat is minstens nóg 20 Kilo
meters," steunde een luitenant, „tien hebben we er
al te pakken; dan nog de terugreis. Goeden nacht,
Emma, lieve vrouw; mij zie je niet levend terug."
Gelukkig slaken ondergeschikten dergelyke jam
merklachten slechts in hun heiligst binnenste.
„Ik beb bericht ontvangen, heeren, dat sterke
vijandelijke infanterie en cavalerie ons den door
tocht naar Schlettstadt wil beletten."
„Kon ik den vijaud omhelzen om hem te toonen,
dat ik volstrekt niet boos op hem ben", dacht een
andere luitenant. „Zoo'n braven vijand heb ik nog
nooit gezien. Wat hebben wij ook te Schlettstadt te
doen? Gekkenwerk; hier is 'tveel mooier en lang
niet zoo ver van honk."
„Hebben de heeren Schlettstadl?" ging de kolonel
weer voort. „Ja? Heel goed. Heeren, we zullen pro-
beeren, den vijand terug te slaan en ik hoop, dat
het ons gelukt."
„Ik niet", dacht weer eeu andere luitenant, „want
als we niet voorwaarts kunnen, gaan we veel gau
wer naar huis."
„Want anders, heeren, moeten we een omtrek
kende beweging makendat zal de toekomst leeren,
maar naar Schlettstadt moeten we".
„Nu dena ik heelemaal niet meer; 't helpt tóch
niet't komt tóch anders uit dan je denkt", peinsde
meer dan éen der officieren.
„Heeft een van de heeren nog iets te vragen?"
sprak de kolonel.
„Zouden we niet kunneD aannemen, dat de divisie
te Ruhkrug staat?" had een der heeren wel willen
vragen, „dat scheelt.19 Kilometer"doch hy bedacht
zich, want hij had tóch maar een krachtig „neen"
lot antwoord gekregen en nog iets minder aange-
naams op den koop toe.
I Op dit oogenblik kwam de overste aangestrom-
j peld, zijn paard aan den teugel leidend. „Alles pre-
I seut, kolonel."
i De prachtigste berichteD zijn doelloos als ze met
j groote vertraging aankomen.
„Dank u, dank u zeer, overste. Nv.., hoe gaat bet?
I Erg bezeerd?"
„Dank u, kolonel, neen, dat niet, maar toch hier...."
en weer drukte hy beide handen op het lichaams
deel dat slechts circus-rijders, die een nummer
„staande op het ongezadeld paard" uitvoeren, niet
bij het rijden behoeven te gebruiken.
„Wilt u liever naar huis rijden, of zal ik een wa
gen requireeren
„Dank u, kolonel; 'tzal best gaan als ik eerst maar
kalmpjes achterna mag- komen
„Natuurlijk, natuurlijk, zooals u wilt. Nu, majoor
Schmidt, w!lt u dan maar afmarcheeren Voor 't
oogenblik weet u nog maar alleen waar de vijand
zoowat zit; nadere berichten laat ik u gedurende
de marsch wel door Marshall brengen".
Marshall had den vorigen middag in het casino
plechtig verklaard, dat hij volstrekt niet om't baan
tje had gevraagd, zelfs had opgemerkt of niet nn-
aeren meer aanspraak er op hadden dau hij en dat
hij volkomeu bereid was, ontslag te vragen als een
der anderen zijn plaats wilde innemen. Daardoor
was er geen enkele, die hem de onderscbieding mis
gunde.
Er werd afgemarcheerd niet voorzorgmaatregelen.
Majoor Hohenthal commandeerde de voorhoede en
reed naast zijn adjudant: „Ik loop aen vijand onder
den voet, al is hy tienmaal sterker dan ikdat is
me worst; ik houd niet van omwegen."
Dat was niet naar den zin van majoor Schmidt,
die als regiments-commandant zich voelde eu even
zeer aau 't hoofd reed. „Onder den voet loopen?
Daur komt niets van in. We moeten ons aan de
reglementen houden."
„Mooi gesproken", antwoordde Hohenthal, „ik
heb mijn vrouw beloofd om 2 uur thuis te zijn. We
hebben waschdag; daar weet jij als ongetrouwde
niets van, maar wie op waschdag om 2 uur niet
thuis is, vindt den hond in de pot."
„En tóch zal 't misschien gebeuren".
Allen keken om; de kolonel, die achter hen had
gereden, had ieder woord gehoord.
I (Wordt vervolgd.)