December 1904. No. 5597. 54e Jaargang. MEDEGEVOEL Feuilleton. f.riss m Binnenland. uitgave firma a- h- van cleeff te AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden tranco per post 1.15. Advertentiën 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-, oflicieële-en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels f 1.25; elke regel meei f 0.2o. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar builen worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEGRACHT9 Telephoon 10. Zij, die zich met 1 Ki j Januari a.s. op dit mad abonneeren, outvangeu de nog voor dien tijd verschij nende nummers GRATIS. ,;n^'*agZ^en 'D vrei|glIeklanken mengen zich rusteloos in het leven dooreen. De mond schatert het uit van pret, terwijl het hart onrustig is en bezwaard. Aan den killen marmeren drempel van den rijken man, die alle dagen vroolijk en weelderig leeft, ver smacht de arme Lazarus, bedelend om een kruimken, een hondendeel. Blijschap over den eersten kreet van een nieuw leven paart zich aan droefenis over een laatsteu snik. Het volk joolt en lacht om de dwaasheden vau een clown, en midden door dat gewoel en gejuich rolt langzaam en plechtig de zwarte wagen voort, gevolgd door de zuchten en tranen van het gebroken hart. Straks keert de lijkkoest terug met een vracht van lachende kinderen, en de clown werpt in zijn binnenkamer narrenpak en kleuren af, om te weenen, misschien ook te bidden, bij zijn stervend kind. Ongeveer in dien geest sprak eens, vele jaren geleden, een Nutsredenaar, en nog altijd is de verscheidenheid van lotgevallen groot als die van het weer met zijn zonnige dagen en zijn mist. Te midden van al die smart en vreugde klinkt voortdurend het oude vermaan, dat ons opwekt oin met weenenden te weenen en blijde te zyn met de blijden. Is die herinueriug wel noodig? Gemis vau deelneming toch getuigt van gebrek aan be schaving. Hoe waar dat ook zjj, nog blijft zij somtyds achterwege, of heeft alleen plaats uit sleur, of wordt slechts ten halve verricht. En eerst wat iemand van harte doet, doet by goed. Weldadig is alle medegevoel. Gedeelde smart is halve smart. Het moet dan echter ook waarlijk meegevoelen zijn. Wat worden er niet vele condoleantie-be- zoeken afgelegd alleen omdat het zoo behoort! Hoeveie raadgevingen geschonken en banale gezegden geuit die ten duidelijkste bewijzen, dat de diepte der smart niet is gepeild. Maar er komen ook, die werkelijk meegevoelen. Hun warme hauddruk, hun weggepinkte traan zeggen meer dan duizenden woorden. Diepe smart is, evenals hooge vreugde, stom. Hulp hebben zij eveneens aangeboden en verleend, want medegevoel zonder een opbellende daad, en zonder den lijder op te hellen tot een daad, is als eon wolk zo^m- regen Nooit zullen wy vergeten, wat t'i.ie in moeilijke dagen voor ons zijn gewees.. Inderdaad py hebt het immers niet vergeten Men moet al heel hardvochtig en onaan doenlijk zyn om niets te gevoelen van alle armoede en ellende en droefenis in de wereld. Helaas, er zijn zulke dikhuidigen en zulke vereelte harten, waarin niets doordringt. Zullen niet nog eens de tranen, die zij konden drogen maar niet hebben gedroogd, als drup pels gloeiend lood op hun hart vallen? De meeste menschen echter zyn niet onaan doenlijk. Eerder hebben zij te veel gevoel. Zij kunnen geen tranen, geen ellende zien. Graag willen zij iets geven maar het voor naamste, zichzelvon, geven zjj niet. Zjj doen geen onderzoek naar de wijze, waarop de arme en de werklooze afdoende kan geholpen worden zij onthouden den zieke hun op beurend gezelschap, den geslagene hun sym pathie, den arme hun achting. Zoo doen zij tekort aan de som van levensgeluk, hetwelk gelegen is in medegevoel. Nu, naast de smart over smart staat de vreugde over vreugde. Vooraf een woord over twee andere ver bindingen. Eerstens de smart over vreugde, ook jaloersch- heid gebeeten. Tot welke ellende heeft deze al niet geleid, zelfs tot het belagen van eens anders leven. Zóo algemeen is deze ondeugd, dat in bijna ieders leven oogenblikken van benyding voorkomen. Hoe bederlt deze het geluk van den bevoorrechte; want het is niet aangenaam, die hatelijke blikken van den nyd te ontmoeten en aïtyd te moeten vreezen voor een boosaardige tong. Het vergalt iemands geluk, als hy weet noe verdrietig een mede- mensch daardoor werd en hoe diens oog voor het goede in eigen leven geheel gesloten is. Veel erger nog is de vreugde over smart, ook leedvermaak genoemd. Dat is de wreed heid ten top. Kinderen vooral kunnen zoo wreed zijnen de volwassenen, die er aan lijden, werden in hun jeugd stellig niet by- tijds vermaand en getuchtigd. Kinderen kun nen een dier zien lijden, met een bloeddorstig vermaak. Zij kunnen een zwakken of armoedig gekleeden medescholier om zyn mindere sterkte of rijkdom laten loopen, zoo zy hem geen pijnlijke verwijten doen. Zij vergiftigen het leven van meniger. knappen ondorwyzer. De brave Meli, op Copperfield's school, is de eerste niet geweest, en zal de laatste niet zijn. sDeze leeftijd heeft geen medelijdeu". Leert hun het mededoogen 't kan bun niet OP DEN ENZ-MOLEN. 1w..t hij, dat je nog ongetrouwd bent!" vroeg de"oude ruan aan zijn dochter, toen by op de bank by de kachel geieten was. Christa Marteischoof baar moeder een bankje onder de voeun toen xy xicb oprichtte wet henr gelaat bloedrood. Ik beb bet hem natuurlyk uiet gezegd. Hijon deretelde dadelyk, dat de ba»» van den molen op reis was. Ik xei daarop geen ja of neen. En wat moet er uu gebeuren, kind? feS-ÏÏI'm.' W i' .«»1 -»u, ik nieuwe mee omdat aan xyu oogen wel te r da! S je bemint. Hy i. een knap Jonkman Maar dat bij hier juist naar ilen molen kwam, terwyl M» mol.» b»l>; ik ÏLt b» op prijs ?follen Uierk te Chrieta Maria „Zoo xyn xe loon niev»"»" acbuchter op- -een Mht te slaanby d.i „Nu herinner ik me óok, hoe die molenaar heette. Ik leerde hem kennen toen ik met oom Eux een eis maakte. Geheel toevallig kwamen wy met Ernst in aanraking. Ja, ja, xoo heette hy, en als ik me goed herinner, was xyn voornaam Gotthold üotl- hold Ernst. Ik weot nog wel, dat die xeldxeme naaai dadelyk inyn aandacht trok." „Ernet?" herhaalde Chrieta Maria peinxend. „Dat is wel merkwaardig I" „Och kom, je denkt daarby xeker aan dexen jonk man, mijn kind. Er xyn vele mennchou iu do wurold, die Ernst beeten; wanneer je die allen in verbaud wilde brengen met hem, dan kwam je nooit aan een einde." Toch kon Christa Maria do gedachte met van tich afxetton, dat er eenige betrekking bestond toe- I schen dien rjjken molenaar en haar Ernst, sooala xo hein in xichxelven noemde. Wol xeker, aan ziju uiterlijk was wel to «ion, dat hy niet vau arme af- komst was; aan xijn goed verzorgde banden, dat hy uiet gewend was, xwaar werk te verrichtenook zijn manieren waren anders dan die vau een mole naarsknecht; maar daaruit het besluit te trekken, dat Neeu, neen, hij kon haar uiet misleid bob ben l' En als hy tóch als hij met haar ge speeld had? Doch hoe kon xy dit uitvorachen? Wanneer xy tegeuover hem stond, gevoelde xij, dat alle weerstand iu lisar gebroken wasxij koestorde dan slechts den wouscb, dien om hem voor immer te mogen toebehooren, Deze omkeer, welke er in het gemoed vau de schooiio moleuaarster had plaats gegrepen sedert de liefde haar hart had doen ontvlammeu, was voor do overige huisgenooten niet verborgen gebleven. De oudo Doortje schudde menigmaal het booid, ,»nl b.«r jo»g« mmuat iu de keuken kv.m bu onverrichter zako weer heenging, omdat xy ver geten had, wat xy daar oigonfijk kwam doen; of spoedig genoeg worden ingeprent. Leert ze, in huisgezin en school, eerbied koesteren voor al wat leeft. Zegt hun, hoe laf liet is, een miuder bedeelde te pingen. Roept niet den bekenden schrijver der »Paedugogische fragmenten" uit, dat vreugde over smart een een laagheid is Hoog moet staan, wie vreugde over vreugde koestert. 'tGaat nog, wanneer men zelf bly is en voorspoedig, als men ten minste niet zóo opgetogen is, dat men r.iet naar anderen omziet. Moeilijker wordt het, wanneer men zelf bedroefd is. De tegenstelling ia ook zoo ont zettend groot. Bovendien mankt de smart velen zelfzuchtig. De beproefde meent aan spraak Ie mogen maken op deelneming. AchtT de gesloten gordynen bespeurt men nauwelijks wat er rondom gebeurt. Hoe kunnen anderen vroolijk zyn, terwyl ik zoo lyd 'tMoeilykat is, wanneer men zelf mist wat de auder bezit. Men heeft een kind ver loren en moet gaan gelukwenschen met de geboorte van een kleine Meu is voorbij gegaan en moet do hand van den be noemde gaan drukken! Men is niet geslaagd en moet zich verheugen over het succes van den mededingerEn dat alles niet voor den vorm. maar van harte, even bly als gold de vreugde onszelf Dat kost zelfoverwinning. Wie over zichzelf weet te zegevieren, wordt gekroond met den krans van reine vreugde. Wat is zwaarder, blij te zijn met de blijden of te weenen met de weenenden? Den meesten menachen valt het lichter, te doelen in de droefheid dan in de vreugde van anderen., 'l Is erg om te zeggenmaar het is de waar heid. De zelfzucht staat den mensch zóo deerlyk in den weg, dat hy zichzelf niet voor eenigen tijd kan wegcijferen en zich geheel kon verplaatson in de omstandigheden en den zieletoestarid van een medernensch. Gelukkig, wien door verstandige ouders reeds in den huislijken kring het treeleven, meevoelen, meelijden is geleerd. Als maar het besef ontwaakt, dat de ons omringende wezens allen óok menschen zijn, die evengoed als wijzelf kennen de aan doening van vreugde en smart, even goed weten mee te spreken "an stry Ion, neder laag en zegepraal, dan komt er ook meer waarachtige waardeering en daarmede be langstelling in hun lief en leed, dut voor hun leven van zoo groote beteekenis is, ja een machtigen invloed kan hebben op hun karak ter en hun levensbeschouwing. Dan leereu wij van harte te deelen in elkaais wel en wee eti sturen de omstandigheden zooveel mogelijk in goede richting. Van afgunst en leedvermaak is dan geen sprake meer. ook, wanneer zij Mahler's stem hoorde eu dan in de kamer vluchtte. Iu den molen kwam zy lelden meer. Zy wiet, dat Ernst streng, maar rechtvaardig het bestuur voerde eu dat de kuechte hem gaarne mochten lyden. Dat sielde haar volkomen gerust. Ook Valentiju had zich naar de veranderde omstandigheden geschikt en daar bevond hij xicb niet slecht bij, al was er iemand boven hem gesteld, die soherp toekeek en een helder veratand bexat. Hot ging alle* opper best; allea gebeurde op den rechten lyd en op de rechte plaata. Do Enx-molen aoheen eeu model molen geworden te ziju in de weinige woken dat Mahler de leiding der zaken bad gehad. Daags vóór Kerstmis kwam Erust 's ochtends by Chriata Maria in de huiskamer cd vroeg verlof om naar de stad te rydeu. „Waarom vraagt ge dat eerst nog, Mablerf" „Omdat u de meesteresse ie, julfrouw. Dat sal ik nooit vergeten, al is u goed eu vriendelijk jegens my." „Nu, goed, ga dan, maar kom tijdig terug; om zes uur worden de Kerstgeschenken uitgedeeld." „Dat xal wel gaan, al ben ik er niet by!" Haar voorhoofd fronete xioh. „Denkt ge dat? Nu, ik knn u niet dwingenmaar bedenk eene, welk een slechten Indruk het op de knechts on meiden moet maken, wauneer gij hel versmaadt, hij ons feest tegenwoordig te zyn. Geeu enkele vau hen weet, dat ge icta betera gewend aijt." „De knecbti en meiden? Wal gaan die mijaau?" riep by uit, zonder acht te slaan op haar laatste woorden. „Maar u juffrouwzoudl u mij missen?" „Wy souden allen present xyn, als gij „Stel u gerust, juffrouw ik zal zorgen, dat ik intijds terug ben", antwoordde by koel, en mot een groet giug hy de kamer uil. Hij zag niet, dat Christa Maria opsprong vau haar stoel, alsof xij hom wiide tegenhouden, uu vermoedde Da laatste twee maanden van het jaar zyn vour 'a Ryks schatkist gowooniyic de vaor- deeligsto, omdat dan op du directe belastingen veel wordt aangezuiverd. November hoeft dit jaar zelfs een buiten- go woon hooge opbrengst geleverd: f15.9 millioen, togen 14.7 in 1903, by eeu raming van gemiddeld 1*2 millioen. Do styging is niet enkel te danken aau de successiotechten, wier deel in do hoogere op brengst, vergeleken mot 1903 slechts f 170000 en met do raming f356 000 bedraagt. Dy na alle overige middelen zijn eveneens vooruit gegaan de directe belastingen met f440000 boven 1903, de invoonechten met f07 000, de uccynseti met 1310 000 (waarbij suiker 1*24401)0 meer en gedistilleerd 1*27 000 min der), de zegelrechten met f89 000, de regi stratierechten met f5000, de domeinen met f18000, do posteryen f32 000, de rykstele- grafen f 31000, de loodsgelden f3000. Deze styging over de geheele linie heeft ten gevolge gehad, dut de elf verloopen maanden die Van het vorig jaar met ruim 1*2 ton vooruit zyn on het 10/12 der raming voor het geheele jaar met ruim 3 millioen. Vergelijkt men do onderdeelen, dan vindt men alleen by de indirecte belastingen min der ontvangst van beteekenis, vergeleken met 1903, eu wel bijna *2 millioen. Alleen do registratie ging met f79u00 vooruit, maar de successie gut' 16l/a ton, het zegel f365000, de hypotheekrechten f 12 000 minder. (Üe ruining werd echter bn dn indirecte belasting al met *23 ton overtrollon, waarvan *2 millioen uit do successierechten). Uit do overige middelen is dus 2l/a mil lioen meer ontvangen, waarvan 8 ton uit de directe belastingen, ll,'j ton uit du invoer rechten, 17 ton uit de accijnzen (suiker 19l/a ton meer, gedistilleerd 2 ton minder), de posteryen 4'l3 tun, tie telegrafie f9000, de loodsgelden 1'87 000 meer. Ook indien de maand December niet meer opbrengt dan het bedrag, in 1903 ontvangen, ul. 13 millioen, dan zal 1904 gunstiger sluiten dun zich liet aanzien en 4 millioen boven de raming hebben gegeven. Aan de 148 millioen, welke de Minister van Financiën noemde als totaal, outbroken nog maar 12 millioen. Voor bet verdagen der voorstellen tot bo- lnstiugvcrhoogiug wus dan ook de gunstige uitkomst van November een reden te meer. uiet, dat xy mot buioliroido outturn achter hot ven stergordijn etond mi hom nnataardo tot hy in het hoscli verdween, toon op haar «tooi neerzonk en in hartverscheurend «nikken uitbarstte. En toch bad xy niot veol tijd om aan baar ge dachten den vrjjuu loop te latou xij had nog veel te doen. Wel haddou haar ouder* zich bereid ver klaard om den grootou boom te vertieren, «n daar mee waren r.e rood» aan don gang, maar xy self moest de tafola aanrechten o.z do getchenkeu gereed leggon. Wat sy voor Mahler bestemd had, kwam hel laatst aan do beurt. Voor hem bad xij geen voorwerp tot utiitig gebruik aangekocht; din had hy uiot noodig, maar oen photographizolio afbeelding van den Ena- molen, vroeger door eeu rondreizoud pholograaf ge maakt, laten kleuren en iu een lijst zeilen. Deze plantam zij op u tafel; terecht bedacht zjj daarbij, dut die pliolographio oen aingonamn herinnering voor hem zou wezen aan sijn verblijf in den Eux- molen, ale by weer ver, ver weg sou sijn. Daar stond sjj in gepeins verzonken voor de photo, lloo zou het hier zyn, als hy eenmaal weg was Zou xij het dan uiet akelig iu dozu kamers vinden, xóo dat zy ze niet wilde betreden Haar begeerte naar zelf- suudigheid was vervlogen. Altijd had zij gedacht, dat hot toch wel benijdenswaardig woe, xoo te kunnen gebieden eu besturen; manr nu kwnm tiaar dit voor als oen laat, dien xy totelkon prjja wilde afschudden. „Maar kimt, wat droom je toch Zij keek op eu strook zich met do hand ovor het gelaat. „Workelijk, vader, ik droomde, dal ik niot lang meer don molen sou bosturon. Wat een mallo droom, ir?" Wi'ordl vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1904 | | pagina 1