Donderdag 29
Maart 1906.
No. 7177.
55e Jaargang
Het eskadron ORDONNANSEN.
Feuilleton.
Leemen voeten.
Stadsnieuws.
FIRMA A. B. VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag' Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
iranco per post f 1.15. Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Legale-
oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels/-1.25; elke regel
meer0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT 9
Postbus 9. Telephoon 19.
Zij. die zich met ingang
van 1 APRIL op dit blad
abonneeren, ontvangen de tot
dien datum verschijnende
nummers KOSTELOOS.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gelet op art. 204 der Gemeentewet,
Doen te weten, dat het primitief kohier der
Inkomstsn-belas'ing over het dienstjaar 1906, goedge
keurd door Gedeputeerde Staten van Uirecbt, in
afschrift gedurende vijf maauden op de Secretarie
der Gemeente voor een ieder ter lezing ligt.
Amersfoort, den 28 Maart 1906.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
1881 1 APRIL 1906.
De draadlooze telegrafie en telefonie hebben
in de laatste paar jaren ongetwijfeld groote
vorderingen gemaakt, maar zijn toch nog
niet zóo ver gevorderd, dat men ze op ge-
vechtsveld en manoeuvreerterrein kan toe
passen uit den Russisch-Japanschen oorlog
zagen we reeds voorstellingen van den
gewonen Japanschen infanterist die een
draagbaar telefoontoestel bij zich droeg en
daarmee handig wist om te gaan. In den
eerstvolgenden groolen oorlog zullen wel
licht
Doch bij een zilveren feest is 't beter terug
te blikken dan in de toekomst te staren en
in dat verband mag wel gezegd, dat het een
zeer goede gedachte is geweest, in 1881 op
te richten een eskadron ordonnansen waarbij
zouden worden opgeleid te allen tijde be
trouwbare ordonnansen, die in ieder opzicht
zouden worden gevormd voor hun even
moeilijke als belangrijke taak; het overbren
gen, ook onder zeer ongunstige omstandig
heden, van berichten.
Daartoe moeten zij zeer goed kunnen
terreinrijden, vlot hindernissen kunnen nemen,
zich zoowel bij dag als bij nacht flink kunnen
orienteeren en uitstekend kunnen rijden op
de kaart. Wie bij het eskadron kunnen
ingedeeld, moeten zóo intellectueel ontwik
keld zijn, dat zij een vlug uilgesproken,
moeilijk bericht woordelijk en dus absoluut
Juist kunnen leeren overbrengen. Eu waarlijk
dit is niet gemakkelijk als zulk een ruiter
soms óok den weg moet zoeken, onafgebroken
op zijn paard moet letten, kortom allerlei
aanleiding heeft om het bericht t.e vergeten.
Het eskadron wordt steeds voltallig ge
houden, zoo wat ruiters als paarden betreft.
De eersten zijn allen vrijwilligers; een enkele
maal slechts worden de manschappen aan
gevuld uit de regimenten huzaren, uit
welke men dan de meest ontwikkelden kiest.
Hun wordt een groote mate van zelfstan
digheid bijgebracht en zij behooren dus óok
te wezen te allen tijde en in iedere omstan
digheid betrouwbare menschen.
Niet minder zorgvuldig is men in de keuze
der paarden, voor welke alleen knnnen aan
gewezen dieren die vlot gaan, veel Ausdauer
hebben, niet kleven, en zonder aarzelen alle
bindernissen nemenbij voorkeur kiest men
die paarden uit de regimeuten, die in het
gelid te veel temperaraeut hebben en daardoor
wel eens lastig zijn, doch bijzonder geschikt
blijken om alleen te gaan.
Het eskadron, dat thans 144 man sterk is,
is bewapend met sabel en revolver, terwijl
allen zijn voorzien van een Rijks-zakuurwerk
en een kompas.
Op het gevechtsveld is, door het thuis
laten van de sabeltascli, de ordonnans niet
te onderscheiden van een huzaar van het
3e regimenteen euvel, dat op het manoeu-
vreer-terrein dikwijls aan den dag komt en
althans daar wel kon voorkomen door een
of ander duidelijk zichtbaar distinctie!, dat
in tijden van oorlog natuurlijk bij de sabel-
tasch zou moeten gedeponeerd.
Ieder die kader of manschappen van het
eskadron aan 't werk gezien heeft en
dat is heel ons leger, want in den oefentijd*
is op zeer weinige mannetjes na het geheele
eskadron over alle oorden des lands ver
spreid getuigt gaarne van de zeer uitne
mende diensten welke zij bewezenen ook
in het garnizoen onderscheiden zij zich, want
nimmer verneemt men omtrent hen min
of meer ernstige klachten; wie zich minder
goed gedraagt, wordt dan ook onmiddellijk
uit het kleine maar kranige korps verwij
derd.
Aan deze plaats hebben we er al meer
op gewezen welk een aangename, we zouden
bijna zeggen, kameraadschappelijke geest er
in het eskadron bestaat tusscheu de officie-
ren en onderhebbenden; hoe de officieren
stipte nakoming der voorschriften en strengen
dienst eischen, doch te gelijk met hun
eskadron meeleven en al het mogelijke
doen om 't kader en manschappen aange
naam te maken. H9t meest naar buiten
„Wie was toch die stille heer met die vermoeide»
oogenvroeg Ester aim Nelly, toen er weereenige
geluk wenschera weggingen.
„Die in dat onberispelijk coatuum, met dat opval
lend heldere liuneugoed en de pryze parel in zijn
das V'
Ester laohte.
„Waarschijnlijk de zelfde. Hij zag er uit als eeu
gentleman."
„Dat is hij ook. Voor 't overige een dweeper.
Utopia ia zijn vaderland, de wereld gelukkig te
maken zjjn wenach.
„Dus een karakter?"
„Nu vraag je mij te veel. Ik geloof nu juist niet,
dat bet een bijzonder kenteekon van veel karakter
is, geen examens te doen. Hij heelt den asseasoratitel
niet willen hebben en zich met het Dr. Jur. tevre
den gesteld, ofschoon zelfs zjjn vijanden moeten
toegeveD, dat het niet uit gebrek aan kennis is."
„Misschien gebrek aan doorzettingsvermogen."
Nelly haalde een beetje verachtelijk desehoudersop.
„Dat doorzettingsvermogen zou wel komen, wan
neer bij maar niet toevallig acht duizend mark rente
bad. Overigens is h\j, wat men over het algemeen
noemt, een mooie man."
„Daar heb ik niet op gelet. Hij scheen m\j anders
toe dan de anderen."
„Dat is hij ook. Maar ik zou toch lierer de ande
ren hebben: ik ben niet soo materialist als jemissohien
bekende van dien aard is het zangerskorps,
in 1900 door den huidigen commandant, rit
meester P. E. H. V. L. baron Van Boecop
gesticht en dat onder de uitnemende leiding
van den heer Stoetzer steeds meer vorderingen
maakt en werkelijk gehoord mag worden èn
op marsch èn bij uitvoeringen van Wilbel-
mina", de andere ordonnansen-vereeniging,
die reeds een paar malen een aardige bij
drage wist te geven aan Kindervoeding".
Over de geschiedenis van het korps valt
niet veel mee te deelen had het een stan
daard, dan zou het daarin kunnen vermelden
plaatsen als Stumpert, Hoogte 50 en andere
BFeldherrnhiigel", door booze tongen weieens
abattoirs genaamd, waar zijn kader wonderen
van beleid deed door den examinandus een
goed paard te geven, waarop de berijder zich
kon verlaten en waarop hij niet al te zeer
zijn aandacht behoefde te vestigen, en waarbij
de manschappen blijken van moed en doods
verachting gaven bij het overbrengeu van
berichten.
De eigenlijke geschiedenis omvat tot dusver
nog slechts twee jaartallen; 1881, het jaar
waarin het eskadron werd opricht te Haarlem
met als eersten commandant[ritmeester L. B.
Loeft, in 1897 als kolonel plaatselijk comman
dant van Amsterdam gepensionneerd; de
le luitenants R. F. C. baron Bentinck, in
1895 gepensionneerd als majoor; F.M. baron
Van Lijnden, in 1888 als ritmeester op zijn ver
zoek eervol ontslagen; H. L. Erzey, den 1
Februari 1891 hier ter stede overledenen
den 2e luitenant A. J. otorm de Grave, wien
in 1903 zijn verzoek eervol ontslag werd ver
leend als le luitenant.
Het tweede jaartal is 1882 toen het eskadron
te Amersfoort in garnizoen kwam.
Het derde jaartal is niet 1906, genoemd
als het jaar waarin het eskadron naar Ede
zou worden verlegd als dit mocht gebeuren
dan zal dit toch niet geschieden vóór 1909
voor velen zeker een blijde tijding.
't Spreekt wel vanzelf, dat het 25-jarig
bestaan, dat uit den aard der zaak niet op
1 April doch aanstaanden Zaterdag wordt
herdacht, recht feestelijk zal worden gevierd.
Rond half negen zal het eskradron door
de stad trekken natuurlijk door de met
vlaggen versierde stratenwie zou zijn vlag
willen en kunnen binnenhouden? voorat-
gegaan door zijn zangerskoor en destafmu-
ziek van het 5e regiment infanterie en zich
begeven naar de Vlasakkers waar zullen plaats
hebben gbymcana-races, parapluie, sigaret,
eier-races, enz., crosscountry voor onderoffi
cieren, trompet-race, enz.; versnaperingen
worden daarbij aangeboden, terwijl passepde
wel meent. Voor Van der Breden is er iets dat mij
waarschuwt. Hq Icomt ook maar telden bjj ons. Ik
geloof, dat we hem te eenvoudig zijn, wat geest
Toen zq eens met Weller bij Schulte was, zag ze
hem iu gepeins verzonken voor een mooie Leistikow
staan. Hij herkende haar niet en groette niet. Klaar
blijkelijk kwam bq daar niet om „tout Berlin" te
zien. Zijn hoofd viel haar weer op, de diepliggende
oogen, die bqna iets te veel vrouwelijks hadden de
spitae, donkerblonde baard, die het gelaat nog langer
en nog smaller maakte de blceke, ongezonde kleur.
In zijn handen verfrommelde hq nerveus eeu vilten
hoed. Ze zou hem voor een kunstenaar hebben ge
houden, niet voor een zoon van de rechtspleging.
De tegenspraak waarin hij schijnbaar met zijn om
geviug.met zijn leven siond, wekte haar belangstelling.
Toen kwam Hedda terug, opnieuw ontloken door
den uitkomst, een beetje verwend door de familie,
die in den loop van zaken Gods haud zag.Teichert
wilde de heele woniug inrichten, daar hq gaarne de
EQgelache zeden eu gewoonten volgdemeu behoefde
baar maar een klein uitzet aan linueugoed en kleeren
mede te geven, alleen het allernoodzakelijkste, want
de jonge vrouw kou spoedig bijkoopen. In de familie
heerschte een gelukkige stemming. Ester, die weer
in evenwicht waB gekomen, vond dat bijzonder aan
genaam.
„Ik zal eeu goede vrouw voor hem zijn",zei Hedda
haar eons. „Zie je, als men maar eerst getrouwd is
en dc gemeenschappelijke toekomst laat ziju aan
spraken gelden, dan komt dat van zelf terecht."
Mevrouw Ritter hield spoedig na Hedda's terug
komst haar eersien ontvangdag, 's Winters waren die
regelmatig op den eersten Zondag van de maand
gesteld en door de gewooutej waren de spijzen en
draukeu zeer eeuvoudig. Toch waren deze familie-
avondjes.zeergezocht. Jougo heerenen jonge dames,
de heele* kring van bekenden van de dochters des
prijzen, door de officieren van het eskadron
uitgeloofd, daarbij zijn te behalen.
's Middags wordt den korporaals en minde
ren eeu feestmaaltijd bereid, terwyl door de
officieren een kameraadschappelijk diner
wordt aangeboden aan de onderofficieren en
aan geïnviteerden.die vroeger bij het eskadron
dienden.
's Avonds geeft »Wilhe!mina" een feest-
voorstelling voor heel het eskadron en ge-
noodigden, waarbij een teer mooi en heel
afwisselend programma wordt uitgevoerd.
Dien avond groote réunie in »Concordia"
gevolgd door een diner, aangeboden aan alle
chefs en waarbij genoodigd zijn alle officieren
die vroeger bij het eskadronjdienden, terwijl
voor de kameraden van het garnizoen de ge
legenheid is opengesteld om er aan deel te
nemen.
Moge bet feest, dat in alle opzichten uit
muntend is voorbereid, volkomen slagen;
moge óok bet weder mewerken, want races
bij strenge koude en harden grond zijn nu
niet juist van de aangenaamste.
Aanstaanden Zondagochtend wordt in de
Remonstrantsche kerk om half tien een dienst
gehouden voor jongelieden van 9 tot 14 jaar
en om elf uur voor de gemeente.
Voor den Doopsgezinden Kring hoopt te
half elf in het Loge-gebouw aan de Van
Persijn-straat voor te gaan ds. E. M. ten
Cate, te Apeldoorn.
Voor de Dinsdag gehouden Raadsvergadering
waren ingekomen
van den Minister van Binnenlandsche Zaken
de goedkeuring der benoeming van den heer
Corver tot tijdelijk leeruurvoor kennisgeving
van Gedeputeerde Staten goedkeuringen van
het primitief kohier der Inkomstenbelasting
1906, van de Raadsbesluiten van 13 Maart tot
wijziging der Begrooting 1906 en tot regeling
der jaarwedden van personeel bij het Lager
onderwijs beide voor kennisgeving;
van de Gezondheids-commissie het Jaarverslag
over 1905 gedeponeerd ter Secretarie ter in
zage van de leden
verzoek van den heer A. M. Kollewijn Nz.om
ontslag als leeraar aan het Gymnasium met
ingang van 1 September onder toekenning van
pensioen om prte-advies aan B. en W.
verzoek van de schildersgezellen-vereenigingen
Sint Lucas en Door Eendracht Sterk om het
minimuoi-loon in bestekken voor Gemeentewerk
te verhoogen met 3 cent per uur als voren
bericht van mr. A. vau Traa, dat hij aan
neemt zijn benoeming tot lid der Commissie van
huizes, kwamen er samen en ofschoon er in de be
perkte ruimte nooit gedanst werd, amuseerde men
zich voortreflijk.
Als Ester er was, uam ook Weller aan deze samen
komsten deel. Hij kon steeds den goeden toon vin
den om met de jeugd om te gaan en mevrouw Ritter,
die in 't begin deujeenen of auderen kennisivau haar
man verzocht had, deed dit niet meer, maar liet hem
rustig z\ju rol van trouwe Ekhard spelen. Ester had
hem zelf dezen naam gegeven en hq verdiende hem
werkelijk, als hq zoo in de veasternis leuDde en met
aaudacbt naar hot gewoel der jeugd keek.
Toen bq heden was gekomen, was hem Ester bij'
zonder bevallen. De droeve trek van de laatste weken
was verdwenenhaar oogen straalden hem plagend
tegen, toeu bq haar beide handen reikte.
„Nu, trouwe Ekhard, kom jo toezien, dat er alleen
goede geesten in het bierglas zitten?"
Zijn blik gleed langs haar wit kleed, dat hem chio
en kostbaar voorkwam, omdat hq alleen smaak had,
maar niet de waarde kon beoordeelen.
„Is dat het bruilofskleed uit Frankfort, Ester?"
Zij lachte. Hoe dikwijls had ze hem al niet uit
gelachen, als hq een van zijn zwartgallige opmerkin
gen maakte.
Neen, voogd Henk. Dit is geen duur toilet. Dit
is een eenvoudig avondkleedjenu weet je het."
„Het bevalt me goed."
„Zoo? Alleen het kleedje?"
„Neen, ook de overmoedige vraagster."
„Ik ben ook overmoedig. Sedert de dagen aan
den Rqn beu ik niet zoo vroolqk geweest. Hoe
vindt j o Hedda
„Wat frisscher. Van de goede keuken te Frankfort
ia ze bekomen. Je lqdt hier toch geen honger, kind
Ik zal je weer eens een kleiD dinertje te Rüdesheim
moeten aanbieden."
„Wat beu je geestig, trouwe Ekhard. Neen, ik
1 geloof werkelijk, dat Hedda gelukkig is. Door het
geluk wordt men mooier."
„Wil jij dan nog mooier worden?"
Haar oogen straalden hem tegen. Later herinnerde
b|j zich, dat het de laatste keer was geweest, dat al
die zonlichtjes slechts hem gegolden haddeD, omdat
voogd Henk haar toch het naast op de wereldwas.
Toen nog in den loop van den zelfden (avond zag
hij in haar oogen dat nieuwe, vreemde licht opgaan
dat hq niet kende, maar waarop hq gewacht had,
sedert dien dag in Engeland. Maar nu gold hem
geen enkele straal.
In een vensternis leunde Van der Breden. Hij
stond ©enigszins afgezonderd van de anderen en ook
innerlijk scheen hq met ben in tegeustellipgtestaan
Weller had niet geluisterd naar wat de anderen
zeiden.
Bq mevrouw Richter verzamelden zich niet de
„jongaten", die altijd met krachtige, geniale slag
vaardige woorden om zich wierpen. De theetafel van
de rechteravrouw was niet het middelpunt voor de
jongeren der moderne riohting. Do aanhangers daar
van zijn niet zoo onmodern om zich in den reuzen
strqd met hel leven een jong meisje tot hulp te
kiezen. Zooiets moest men echter niet van hem
kunnen denkeD, die hier zijn glas bier dronk, zijn
kalfsvleesch al eu uaar Nelly'6 opgewekte, sprekende
muziekvoordrachten luisterde. Nelly was erg muzikaal
en had er slag van, ook een zwaar stuk goed uit te
voeren. Wanneer ze echter op de theeavondjes van
haar moeder nooit hooger steeg dan tot den proloog
van Bajaxzi en niets zwaardere zong dan Lassen en
Mayer-Helmund, dan wiet h6t slimme meisje wel
wat ze deed.
Van der Breden was door zjjn vriendschap met
een jong advocaat toevallig indezen kring gekomen
waarin hij zich oenzaam voelde of voelen wilde,
want hjj wees iedere toenadering met een soort
geestelijken hoogmoed van de hand.
(Wordt vervolgd.)