Donderdag 5
Juli 1906.
No. 7218.
55e Jaargang
Feuilleton.
Geen pleizierreisje.
FIRMA A. H. VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Vei-schijnt DinsdagDonderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
franco per post f 4.15. Advertentiën 1(i regels 60 centelke regel meer 10 cent. Legale-
oflicieële- en onteigeningsaclvertentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels f 1.25; elkerogel
meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht
KORTEGRACHT
Postbus 9. Tolephoon 19.
Het Arbeidscontract.
ii.
Natuurlijk dient er tegen te worden ge
waakt, dat het loon geheel of gedeeltelijk
wordt vastgesteld in strijd met hetgeen hier-
voren is aangegeven. De werkgever kan
daarom worden gedwongen, den arbeider in
zoodanig geval een loon uit te keoren, waarin
zekere boete voor de overtreding is begrepen.
Het loon, dat in strijd met de bepalingen is
vastgesteld, z 1 alsdan n.l. op een bedrag
in geld geschat worden en geacht worden
te zijn vastgesteld op het vijfvoud van dit
bedrag. Is slechts een gedeelte van het loon
in strijd met het arbeidscontract vastgesteld,
dan wordt dat gedeelte geschat en het ge
schatte bedrag met vijf vermenigvuldigd.
Indien deze berekening wordt toegepast, zal
het loon in zijn geheel echter niet meer
mogen bedragen dan het gebruikelijke ol
billyke loon, zooals het door den rechter
zou worden vastgesteld, vermeerderd met een
derde gedeelte. Gesteld, dat het gebruikelyke
loon f 15 is, dan zal het loon in zijn geheel
niet hooger mogen zijn dan fl5-M/8 van
f 15, dus 120.
Ook in de gedwongen winkelnering tracht
het arbeidscontract te voorzien, daar deze
ongeoorloofd en nietig wordt verklaard. Elk
beding toch tusschen den werkgever of een
van diens beambten of zetbazen en een onder
éen hunner gestelden arbeider, waarbij deze
laatste zich verbindt om zijn loon of overige
inkomsten of een gedeelte daarvan op een
bepaalde wijze te besteden of zijn benoodigd-
heden op een bepaalde plaats en bij oen be-
dden persoon aan te schaffen, is ongeoor-
1 en nietig.
Hierop bestaan slechts twee uitzonderingen.
De arbeider mag zich n.l. wel verbinden om
deel te nemen in eenig londs (ziekte-fonds
bijv.) mits dat voldoet aan nader vast te
stellen eischen. De tweede uitzondering be
treft het sparen. Er mag toch worden be
dongen, dat een gedeelte van het loon van
een jeugdigen arbeider, gedurende zijn minder
jarigheid, door den werkgever zal worden
geplaatst in de Rijks-postspaarbank of in een
daartoe opzettelijk ingericht spaarfonds (dat
aan zekere te stellen eischcn moet voldoen)
met bepaling, dat de arbeider betgespaarde
eerst zal kunnen opvragen, wanneer hij eeu
bepaalden leeftijd, welke niet hooger dan
21 jaren mag zijn, heeft bereikt of hij op andere
wijze meerderjarig wordt. (bijv. door huwelijk).
De minderjarige zal dan met toestemming
van den werkgever ook vroeger over het
geld kunnen beschikken. Tevens zal de kan
tonrechter, na verhoor of behoorlijke oproe
ping van minderjurige en werkgever, op
verzoek van den wettelyken vertegenwoor
diger van den minderjarige machtiging kun-
nen verleenen om over het gespaarde te
beschikken. Dit kan vooral van ung z-jn,
indien bijv. de ouders het gold werkelijk
noodig hebben voor het gezin.
Een zeer belangryke bepaling ii opgenomen
omtrent het stellen en opleggen van boeten
door den werkgever aan don arbeider. Boete
toch mag slechts worden gesteld op over
treding van bepaald aangeduide voorschriften
van een reglement, terwijl alsdan <le boete
in dat reglement moet zijn aangegeven.
Voorts zul, iudien bij overeenkomst boete
wordi bedongen, deze schriftelijk moeten zyn
aangegam. De boete zal steeds op eon be
paald bedrag gesteld moeton zyn. Ten einde
te voorkomen, dat de werkgever zich ten
koste van de arbeiders zal vei ryken, is voor
geschreven, dat de boete nooit, noch onmid
dellijk, noch middellyk, mag strekken tot per
soonlijk voordeel van den werkgever of van
dengene wien hy de bevoegdheid heelt
verleend om aan de arbeiders boete op te
leggen. In de overeenkomst of het reglement
moet daarom nauwkeurig de bestemming
der boeten worden aangegeven.
Ook is voor de boeten een grens gesteld.
Binnen een week toch mag geen hooger
bedrag aan gezamenlijke boeten worden
opgelegd, dan het in geld vastgestelde loon
van den arbeider voor éen dag, terwijl geen
enkele afzonderlijke boete hooger dan dit
bedrag mag zyn.
Een uitzondering is gemaakt ten aanzien
van arbeiders, wier in geld vastgesteld loou
meer dan f4 per dag is. By schriftelijke
overeenkomst raag voor deze arbeiders
worden afgeweken van de gestelde grens en
van de voorschriften, dat de boeten niei ten
bate van den werkgever mogen komen en
dat voor de boeten een bepaald bedrag moet
zijn gesteld. De rechter zal echter, indien
dit is geschied, steeds bevoegd zyn, do boete
op een kleinere som te bepalen, wanneer
de opgelegde boete hem bovenmatig voorkomt.
Zeer veel is in de Tweede Kamer over
de boete-bepalingen gesproken. Gevolg daar
van is geweest, dat tevens is voorgeschreven,
dat onder bet stellen en bedingen van boeten
wordt begrepen het bedingen van straf
(waaronder schadevergoeding valt) zooals
uat volgens de overige bepalingen van het
Burgerlijk Wetboek mogelyk is.
Voor het zelfde feit mogen boete en het
vorderen van schadevergoeding echter niet
samengaan, zoodat de werkgever een kous
zal moeten do.-n,
Een moeilijkheid, welke zich by schade
vergoeding in het algemeen voordoet, is de
vraag of daarbij ook in aniimorking komt
de schade, welke niet in een bepaalde geld
som bestaat. Dit geval zal zich by het arbeids
contract nogal eens kunnen voordoen. Zoo
kan bijv. door gebrek aan voorzorgen van
(Slot.)
Verlioht stapte ik uit, sloot do deur eu bleef bui
ten staan tot mijn reisgezel terugkeerde.
„Alles in orde? zei hij. Mooi. Ik beb zoo even
verdere lelographisuhe iustruolies naar Liverpool
gezonden. Nu zal ik u aflossen, als u iets wilt ge
bruiken."
Daar ik koud was, liet ik my aan hot bullet een
kop warmo koffie geven, doch nauwelijks had ik
die aan do lippen gebracht, of het sein tot vertrek
klonk en ik Blormdo hals over kop naar mijn waggon,
waarvan de conducteur de deur aohler mij toe
wierp, terwijl de trein zich reeds in beweging zette.
Maar wie beschrijft mjjn outzelting, toen ik in plaats
van den detective den zwarten baard in den aobtei-
sten wagenhook bemerkte, terwijl zijn baud een
revolver op mij gericht hield I
„Het spel is verloren vriendje", verklaarde hij my
met een ruwe basstem.
Stom van sohrik, daar ik mij geheel hulpeloos eu
weerloos in banden van dezen schurk gevoelde,
zonk ik op rojin plaats neer.
„Je bent geslopen, maar toob niet geslopen genoog,
ging hjj voort. Haal my nu eerst mjjn vriend daar
onder vandaan en ontdoe hem van ajj» boeien.
de zyde dos werkgevers de arbeider ernstig
worden buschadigd, zonder dat die schade
in gold is uit te drukkeneveneens kan
niet-geheimhouding door den arbeider van
vertrouwolyko mededoelingen uit des work-
go'vor.s huishouding dezen aanzienlijke moreele
schade berokkenen. Iu die gevallen zal de
schuldige tot betaling eener vergoeding kun
nen worden veroordeeld omdat, indien
werkgever of arbeider opzettelijk ol door
schul I in strijd heeft gehandeld met een
zijner verplichtingen en de diontengevolge
door de andere party geleden schade niet
op geld waardeerbaar is, de rechter naar
billijkheid een som gelds als schadevergoeding
zal vaststollen. Deze bepaling geeft dus gele
genheid, ook voor moreele scli -do, welke
nooit op geld waardeerbaar is waarvoor
o. n. nog kan worden genoemd pyn of hot
aantasten in eer en goeden naam een
geldelijke vorgoeding te ontvangen, waardoor
althans do gevolgen der schade eenigszins
worden verzacht.
Somtijds wordt tusschen werkgever en
arbeider overeengekomen, dat laatstgenoemde
na het eindigen zjiner betrekking niet by
een concurrent in dienst mag gaan of geen
eigen zaak als die van zyn vroegeren patroon
mag oprichten. Meestal geschiedt dit om te
voorkomeD, dat de klanten van don patroon
zullen overgaan met den arbeider naar con
concurrent of naar de nieuw-- zaak van den
vroegere» arbeider. De werkgever stelt dus
de voorwaarde om zich te vrywaren voor
concurrentie, waarby de bijzonderheden van
zijn zaak aan den concurrent bekend zullen
zyn. De voorwaarde komt daarom o. a. wel
voor ten aanzien vun handelsreizigers. Mcrt
noemt zoodanige voorwaardo wel hot con-
currentie-beding. Nu» bepaalt het arbeids
contract, dan een beding tusschen werkgever
en arbeider, waarbij de laatste beperkt wordt
in zyn bevoogdheid om na bot einde der
dienstbetrekking op zekere wy-ze werkzaam
te zyn slechts geldig is indien hot by schrifte
lijke aangegane overeenkomst of by reglement
met een meederjarigen arboider is tót stand
gekomen. De rechter zal het echter ook dan
nog, op vordering van den arbeider of op
diens verdediging in een geding, geheel of
gedeeltelijk te niet kunnen doen op grond,
dat, in verhouding tot bet te beschermen
belang van den werkgever de arbeider door
het beding onbillyk wordt benadeeld. Zoo
zal by v. de rechter een verbod om een zekore
zuak op te richten in Nederland kunnen be
perken tot een provincie.
De werkgever zal aan het concurrentie
beding geen rechlen kunnen ontleenen, indien
hij de dienstbetrekking onrechtvaardig doet
eindigen of aan den arbeider door opzet of
schuld dringende reden heeft gegeven, over
eenkomstig de bepalingen van het arbeids
contract de betrekking te doen eindigen.
Is door don werkgever van den arbeider
een schadeloosstelling bedongen ingeval van
overtreding van het coneurrentie-boding, dan
zal de rechter, indien de schadeloosstelling
hem bovenmatig voorkomt, steeds bevoegd
zyn, dezo op een kleinere som te bepalen.
Een ruime vrijstelling van zegel- un regi
stratierecht is by het arbeiderscontract ver
leend. Alle akten en geschriften betreffende
M KtBOMD, wijzigen of eindigen van arbeids
overeenkomsten en alle stukkon, welke door
den werkgever on den arbeider of zyn wette
lyken vertegenwoordiger te zamen of iodor
afzonderlijk, hot zij ondershands, hetzij ten
overstaan van eon openbaar ambtenaar, zonder
medewerking van derden, ter uitvoering van
de arbeidsovereenkomst worden opgemaakt,
zyn vrij van zegel on behoeven niet te wordoü
geregistreerd. Wordt registratie gewonscht,
aan geschiedt zulks kosteloos. Door deze be
paling zijn zelf kwitantiëns voor loon vrjj van
zegel.
Deze bepalingen zjjn niet van toepassing op
de arbeidsovereenkomst •usschcn de recaory
on den schipper on op dio tusschou^de schip-
er en de scheepsofficieren on scheepsgezellen
lit betreft do zeevaart. Voor do binnenvaart
elden ze wel. omdat in het Wotbook van
koophandel nnar dezo bepalingen wordt ver
wezen. Ook is het arbeidscontract niet van
toepassing voor personen in dienst van Staat
Provincie, Gemeente, Waterschap oi' eenig
andor publiekrechterlijk lichaam, tenzy het
vóór of bij den aanvang dev dienstbetrekking
dooi' of namens partyeo dan wel by wet of
verordening toopass; lyk wordt vorkluard.
In de allereerste plaats rust natuurlijk op
don werkgever de verplichting om den ar
beider z(jn loon op den bopu-tlden tyd te
voldoen. Do botaling of uitkeering van het
loon is een hoofdzaak voor den arbeider. Dit
loon zal, indien bet naar tydruimto (bjjv. por
uur, dag. week, enz.) is vastgestold, ver
schuldigd zyn van hot oogenblik waarop de
arbeider in dienst is getredon tot het einde
der dienstbetrekking.
In het algomeen kan worden gezegd. dat
Seen loon is verschuldigd voor den tdd, ge
urende welken do arbeider don bedongen
arbeid niot verricht. II et arbeidscontract maakt
hierop evenwel uitzonderingen, waarbij
de aanspraak op loon niet verioron gaat.
Is een arbeider tengevolge van ziekte of
ongeval verhinderd geweest te werken, dan
benoudt bij recht op zijn loon voor een be
trekkelijk korten tijd. Deze tyd zal dus, waar
geen grens is gesteld, in billijkheid moeten
worden bepaald. Bestaat hierover vorschil,
dun kan door don arbeider de beslissing van
den rechter worden ingeroepen. H< t recht
op uitkeering van loon vervalt echter, indien
de ziekto of het ongeval door opzet of nn-
VIUK I"
Ik gehoorzaamde in een soort van verdooving en
weldra zal Burnsido op de bank on wreef zich ver
ward hot voorhoofd.
„Hoe voelt u zioh, mynheer Parker?" vroeg do
zwarto baard, don revolver voortdurend op m(j ge
richt houdend.
„Ab, bon jy daar, Burt?" xeide de nudor, wiens
bewustzyu langzamerhand terugkeerde. „Zijn de
verwenschto schurken weg?"
„Kén bobben wy, maar helaae niot don hoofd-
daaor."
„Goed, zeide Burnside mot een blik op my. Hoe
is de auder outkomon?"
„Op uw uitnoodiging wachtte ik u te Crowe op
en herkende daar onzen man dadelijk, ofschoon uw
afwezigheid mjj bovreeuiddo, meende ik tooh,
dat u wel op de eeno of andero wyze te voor
schijn zoudt komen. Daarom volgde ik ham, toen
hij den waggon verliet, n»ar hot loket, waar bij
een kaartje naar Glasgow nam eon bewijs, dat
ergens iots was miegofoopen. Toon ijlde hu naar
den waggon terug, dien ouzo jongo vriend hier
dadelyk daarop verliet. Daar ik (lezen voor een go-
wonen paasogior hield, heb ik niet verder op hem
gelet, maar hield onzen man in hot oog die toen
voor zyn wagon op en neor wandeldo, Toenualtyd
nog onzichtbaar bleeft, dacht ik dndeljjk, «lat er iots
niet in don haak was. Toon er geluid word, sprong
hij in de coupé en wierp do deur aohtor zioh dicht.
Ik wachtto nog eeu seoondo op het signaal tot
vertrok en sprong hom toeu met twoo grooto apron-
gen achterna. Maar de «xiupé was loog, do aohurk
was verdrronen."
de bank en dadolyk daarop kwam onzo vriond bier
aan en liep mij kalm als oou schaap in de armen",
Middelorwyl was ik tot de erkonning gekomen,
dat bier eon loelüko vergissing moest plaats gelmd heb
ben en dat ik my in oen Mlorongolukkigiton toestand
bevond. Ik werd afwisselend glooiend
ijskoud.
jftJMPli
misverstand te heorsohon.'
„Jawel, zoide Burt honend, dat komt mijóokzoo
voor. Nu, het zal immers heel spoedig opgehelderd
worden. Hoe heet u?"
Ik noemde iniju naam on verklaarde, dat ik kas-
sierabodionde was en voor oou bruiloft naar Belfast
ging.
Bespaar ons allo geklots en kom vlug mot de waar
heid voor den dag. Beken ons liever, waar je de
bult verborgen hebt."
„Buit? Wat voor buit? Ik vortokor u,mijnheer,
ik woel of begryp niets van do heelo taak."
„Maar do kuust van chloroformeeron versta je
wel", merkte dn andur grimmig op.
„Dat was do detective, niet ik", vorklanrdo ik na
drukkelijk,
„Wie...?
„Onzo vordwonen modopaasagior, de detective I"
„Hoor eens, jongo man, Je bent Cf een heel ge
slepen bodriegor, öf een groote domkop. Weot jo
werkelijk niet, dat wij lieidon hier detectives zUuon
datje kostbare vriend, dien jejhobt holpon ontvluch
ten, Burnsido U?"
„Burnsido?" horhanldo ik verstijfd van sohrik,tor-
wijl visioenen van korkeruollon, overvolle gerechts
zalen onzoovoort voor mijn oogon zweefden
„Hoor iu den hemel, hos heb ik mij tóo kunnen
laten beetnemen I"
„Ja, en daarvoor zal Je tor verantwoording worden
geroepen."
To vergeefs waren al mijn pogiugen tot ophelde
ringen; men luisterde niet naar my. Plotseling viel
mij do courant in, die Ik iu myu zak had.
„Daar, zol ik, als u uiij niet gelooft, ziet don dat
eens in."
„Als Je beweringen op waarheid berusten, merkte
Burt op, nadat holdon, zichtbaar getroffen, de met
potlood gesohrsvon regel* hadden golezon, bewijs
ons dan, dat Je do kassiorsbodlendo Dinges bout.
Heb jo oen of andoro logimitatie bij jo Open je
koffer."
ik greep or naar on deinsde verschrikt terug. „Dat
is do mjjno niotdut is dio van dea detsotive ik
meon Burnsido."
Do belde dotectivon sprongon op en vatten den
koffer aan, verbraken hot slot om trokken or oeu
plat niarokko-leoron étui onder uit. Eeu druk op de
voor in deu doksol on een schitterend gefonkel ver-
blindde onze oogon.
Zoo was liet, Burnaldn bad mijn koftor, dien ik
onder do bank geschoven had om den bewustelooss
daardoor nog meer te barrloadseren, voor don zijne
gehouden, waarmee hy werkclyk veel overoonkomBt
had.
Laohond tonkon de detectives op bun plaats terug;
maar nu geloofden zjj mjj en ik was gored.