Donderdag 23
Augustus 1906.
No. 7239.
55e Jaargang.
Reis-exemplaren.
Beleefd verzoek
Terugkeer
Feuilleton.
lie ui
FIRMA A. H. VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag- Donderdag- en ZaterdagmiddagAbonnement per 3 maanden f\.
franco per post 1.15. Advertentiën 1—6 regels 60 centelke rogel meer 10 cent. Legale-
olïicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reolames 15 regels/" 1.25; elke regel
meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rokoning
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de inoasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU
KORTEGRACHT 9-
Postbus 9. Tolepboon 19.
Aan onze abonné's, die tijdelijk elders
hetzij binnen- ol' buitenlands vertoeven, wordt
op aanvrage en met duidelijke opgave
van adres, de Courant eiken verschijndag tegen
vergoeding van het porto toegezonden.
Ook niet-geabonneerden kunnen op de
zelfde wijze do geregelde toezending van de
«Amersfoortsche Courant" tijdens hun uitstek
digheid zich verzekeren.
aan hen die uitstedig waren
en zich de „Amersfoortsche
Courant" lieten nazenden, ons
bericht te geven van hun
opdat de courant weder ge
regeld aan huis kan worden
bezorgd.
KENNISGEVINGEN.
LANDWEER.
Do BURGEMEESTER der Gemeente AMERS
FOORT,
Gezien het 3de lid van l lOderLundweerinstruclie I
Brengt t r kennie van een ieder, wieu zulke aan
gaat
lo. de dienstplichtigen bjj de militie ie laud, die
in den loop van dit jaar oeu achtjarigen dienêt bij
de militie te land hebben volbracht, dat zijn in het
algemeen zij die bebooren tot de lichting van 1898,
zullen 1 Augustus a.s. overgaan naar de Landweer;
echter gaan niet over naar ile Landweer de plaats
vervangers, de uuminerverwiselaara, zij die be hooren
tot een der bereden korpsen of tot het korps Tor-
peüisten en zij, die in het genot zijn van ontheffing
van den werkelijken dienst;
2o. zij, die overgaan naar de Landweer, moeten
zich vóór 31 Augustus a.s. in persoon Aanmelden bij
den Burgemeester hunner woonplaats en daarbij
inleveren bun zakboekje met daariu gebechten ver
lofpas; de verlofgangers evenwel, die buitenslands
verblijf houden, behoeven zich niet in persoon aan
te melden, docb zullen hun zakboekje' met daairn
gehechton verlofpas bij aangeteekenaen brief (met
18.)
Ook Isabella, die de zelfde courant vau Herbert
ter lezing had ontvangen, was der waDhoop nabij.
Herbert was de hoop der gansohe familie en hoe
wel hij geuoodzaukt was, met do grootste voorzich
tigheid te werk te gaan, beraamde hn met den
meesten spoed de planneu voor de vlucht zijns
broeders.
Daar Frank zelf te ziek was om geraadpleegd te
worden, zelfs al ware dit niet ie gewaagd geweest
voor Herbert, wiens gangen misschien werden nage-
Saam, vond deze in den loop van den dag gelegen-
eid, Job te sprekeu te krijgen. Do Zigeuner begon
met zich eenige woorden te laten ontvallen dat hij
eenige vermoedens bad aangaan do den waren staat
van zaken en hoe gemakkelijk hij de belooning der
politie zou kunnen verdienen. Herhert moest hem
dus voorloopig met een groote som gelds tevreden
stellen en hem een grootere som beloven dan de
politie bad uitgeloofd, indien bg erin «laague,Frank
veilig te doen ontkomen.
Het gevolg van dit gesprek wbb, dat het kamp der
Zigeuners te Mitcbam den volgenden ochtend vroeg
werd opgèbroken en de reiswagens in een waar
van de ongelukkige vluchteling was verborgen -
zich langzaam in beweging zetten om de kermis te
gaan bijwonen te Trepolper, op welke plaats Job van
Herbert booreD, of hem zelf zien zou.
Herbert had het niet noodig geaoht, Isabella van deze
sohikkingon op do hoogte brengen, Hg had tijd
noodig om zijn plannon geheel uit te denkeu en
zakeD, die spoed eisobten. namen voor 't oogonblik
zijn aandacht zoozeer in beslag, dat b\j geen lijd had
om zich veel met zijn schoonzuster te bemoeien.
Dagen gingen voorbij en nog steeds bleef de tijding
uit, dat de gevangene weder in banden der politie
duidelijke vermelding van hun volledig adres buiten
het Rijk) hebben toe te zenden aan don Burgemeester
hunner jaatsto woonplaatH binnen het Rijk
3n. zij, die op 1 Augustus a.s. overgaan naar de
Landweer, zijn van dien datum af onderworpen aan
alle voorschriften, voor de Landweer gegeven
Vestigt met nadruk de aandacht op de navolgende
bepalingen der Landweerwct
Art. 24, De verlofganger van do Landweer meldt
zich binnen dertig dagen na den dag van zijn over
gang naar de Landweer of na dien, waarop hem do
verlofpas is uitgereikt, bij den Burgemeester zijner
woonplaatB aan, ton einde deze don verlofpas; hora
bij de Landweer of laatstelijk bij de militie uitgereikt,
voor gezien of opoienw voor gezien teekonc.
De verlofgangor van de Landweer, die bultou hot
Rijk woont of verblijf houdt, of die zich bg zijn ver
trek met verlof huilen hst Rijk begeeft, kan, «er
vervulling van de verpliohling in hot vorig lid om
schreven, binneu don daarin vermelden tormijn zjjn
verlofpas bjj aaugeteekenden brief ter afteekening toe
zenden aan den Burgemeester zijner laatste woon
plant» binnen het Rijk. De verlofpa», wordt hom
•looj- dien Burgemeester bjj aangoteekenden brief
teruggezonden.
Art. 25. De verlofganger van do Landweer, die
zich in eene andere Gemeente gaat vestigen, geeft
daarvan kennie aan don Burgemeester zijner woou-
E laats, Binnen dertig dagen nu den dag, waarop lig
omt in de Gemeente, waarin hjj zich vestigt, meldt
bjj zich aan bij den Burgemeester dier Gomeente,
ten einde deze zijn verlofpas voor gezien toekene.
Art. 27. De verlofganger van do Landweer mag
zich zonder toestemming van Ouxeu Minister van
Oorlog niet langer da i gedurende oen jaar buitens
lands begeven.
Aan don verlofgangor van de Landweer, die niet
in verzuim is, wordt deze toestemming, waunoer zij
gevraagd wordt eb bijjkt noodig te zjjn tor zake van
uitoefening of opleiding tot landbouw, handel of
nijverheid in gewone tijden niet geweigerd,
Bjj de toestemming kan do verlofganger worden
vrijgesteld van de verpliohling tot deelneming aan
do oefeningen in artikel 11 vermeld, tot het bjjwo-
nen van het bjj artikel 29 voorgeschreven onderzoek
en tot het komen in werkelijken dienst in geval van
oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone om
standigheden.
Aan de toestemming kunnen ovorigen» zoodanige
voorwaarden worden verbonden, als in hot belang
van den dienst noodig worden geoordeeld.
Art. 28. Do verlofganger vau de Landweor, die
artikelen 24, 25 of 27 niet naleeft, wordt in werke
lijken dienst geroepen en daarin gedurende ten
boogste eon maand gehouden De duur van dezen
dieust wordt bepaald door Onzen Minister van
Oorlog, die tevens het korps van hot leger aanwijst
waarbjj de werkelijke dienst moet wordon vervuld.
99* Zij, die familiebetrekkingen hebbsn, die In het
buitenland verblijf houden en in de termen vallen van
overgang naar de Landweer worden ultgenoodigd, be
langhebbenden te herinneren aan do bepaling van artikel
24 bovengenoemd.
9 Juli
a A„«U.io. 1906-
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIER8.
was gevallen.
Herbert bracht dio dagen iu een toestand van
zenuwachtige opgewondenheid door en als hg do
courant opnam, beefde hjj van angst, dat hjj hot
bericht zou lezen van do woder-gevangonoming zjjns
broedors. Hg vertoefde nog steeds op Ravenwood
en als hjj in hot gezelschap van zgn diep bodroefdo
moeder on schoonzuster was, dooit hjj xjjn beat, zoo
opgewekt mogelijk te schijnen on nun eenige aflei
ding te bozorgen voor de smart, die bjjua grooter
was, dan zjj konden dragen.
Maar niettegenstaande zijn gedwongen vroolyk-
heid was Herbert veel veranderd, Hjj at bjj na niets
en zag niemand aan; hjj wasgehoel veranderd sinds
bet vroeBeljjk ongeluk, dat over zijn brooder was
gekomen.
Toen echter geen spoor van don vluohteling word
gevonden en er dagen voorbij gingen, zonder dat
hjj weder gevangen word genomen, begon Herbert
te horademeu cn gedroeg bjj zich weder als gewoon-
Voor Isabella kropen de dagen langzaam en
treurig voorbjj. Eiken nieuwen ochtend hoopte zjj
dien dag ijjdiug van baar verloren echtgenoot ie
ontvangen on eiken avond moest zjj zich teleur
gesteld ter rusto begeven. Zjj word bloek en mager
on alB Herbert haar niet telkeDB bad vorzokord, to
zullen doen wat in xjjn vermogen was om Frank's
onschuld aan don dag te brengen of hom toumicste
uit het land te krijgen, zou zjj gestorven of krank
zinnig geworden zgn.
Maar naarmate de dagen volliepen, begon weor
iets van baar oude geestkracht boven te komen en
kwam do wensoh weder bjj haar op, iets voor Frank
te doen.
„Hcrbort, ik kan niet stil zitten", zeido ze. „Ik
moet handelen. Deze werkeloosheid zal mij dooaou
Wat kunnen wo doen? Er xjjn Hommon gelde uil'
geloofd voor hou, die Frank in banden dor politie
zullen overloveren en de politie is bekwaam en
werk: aam. Waarom zouden wjj niet iu tegenover
gestelde richting evenzeer doen wat wo kunnon on
nog grooter belooning uitloven aan hem, dio bewjjst
dat bjj onschuldig is? Hjj is onschuldig. Hot moge
noodig ijjn, dat bjj buitenlands gaat tot wjj het
Do BURGEMEESTER van AMERPOOUT,
Gezien artikel 41 dor Gemeeniowot,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat do Raad
der Gemeente zal vergaderen op Dinsdag, den 28
Augustus aanstaande, des namiddags to 1 'ij ure.
Amorsfoort, 28 Augustus 1906.
De Burgemeester voornoemd,
WUDTIJ
EK8
Het Prinsdom Oranje.
«Wat. eon, ik mig haast zoggen, loover-
macht boeit bot woord Oranje-ruim drie
eeuwen in ons land uitgeoefendHoo innig
zijn gedurende dien tyd de woorden Nederland
en Oranje verbonden geraakt! Wat is do
gescbiadenis van ons vaderland met die van
het huis Oranje-Nassau als een eenheid door-
eengestrengeld
«En toch, als men in ons land vraagt »Wat
weet ge toch van het Prinsdom Oranje?
Waar ligt dat toch?" dan wordt men met
verbaasde oogen aangestaard.
«Hé ja; daarover heeft men toch niet zoo
gedacht."
Aldus ongeveer is de aanhef van het opstel
in de Aagustus-allevering van «Vragen van
den Dag' van de hand des heorco A. M.
Kollewyn Nz. en getiteld »Het Prinsdom
Oranje tot 4713".
De zeer belangrijke studie schotst in een
dertigtal pagina's de geschiedenis van het
kl> ine, maar in zyn historie zoo gewichtige
onafhankelijke Staatje binnen hét gebied van
het zoo machtige Frankrijk.
Klein is 't; vau Oost naar West meet hot
slechts 45, van Noord naar Zuid slechts 10
K.M.volgens anderen is 't slechts 4 by 3
uur gaans.
Het ligt aan de Rhone tusschen Avignon
en Montólimar of, voor de in Aardrijkskunde
meer bedroveoen, tusschen Languedoc, Dau-
phiné en Provence.
De hoofdplaats is Orange aan Maine en
Aiguos, een zijriviertje van de Rhoneandore
belangrijke plaatsen zijn Gigondat, Jouquières
en Oourtezon.
Schrijver herinnert dan hoe in 105 v. C.
in het oado Aurioso, het latere Orange, drie
Romeinsche legers, tor gezamolyke sterkto
van 120000 man, door de Kimbren werden
vernietigd en verhaalt vervolgcnsde verheffing
vaD Orange tot Prinsdom in 1463.
Op de hem eigen duidelijke wijzo schetst
schr. vervolgens de veelbewogen geschiedenis
van het Prinsdom tydons de kerkleor-oorlogon,
verhaalt hij van de verwoesting der hoofdstad
in 1501 herinnert hoo volgons tydgonooton
«het na de verwoesting van Jeruzalem nergens
erger is toegegaan dan lu Orange", en be
schrijft het Prinsdom als schuilplaats van om
den goluove vervolgden en als kweekplaats
van Hugcnootscho predikanten om ten slotto
mee te doelen, dat in 1638 Lodewjjk XIV
zich den oigondom toekende over Oranje, dat
echter in 1607 werd teruggegeven auu «Ion
Koning-Stadhonder Willen ifl om, bij den
vrede van Utrecht in 1713 voorgoed over
te gaan aan denZoncokoniug en zijn opvolgers.
Een inderdaad belangrijke studie, de eerste
uit don rusttijd van den heer Kollewijn, die
naar we hopen nog door zeer vele moge
worden gevolgd.
Weduwen en weezen tan onderofficieren.
Het Hootdbostuur van «Ons Belang", ver-
ooniging vau onderofficieren en militaire ge
ëmployeerden in den rang van onderofficier,
behoorende tot de Nederlandacbe landmacht,
heeft oon udres gericht aan do Tweede Kamer,
waarin wordt gezegd
«dat het van algomeene bekendheid is, dat
hel lot van weduwen en weezen van onder
officieren voorziening behoeft;
dat door de voreeniging oen ondorzoek is
ingesteld naar den werkelijken toestand der
hierbedoeldo weduwen en weezon
dat bij dit onderzoek omstandigheden aan
het licht zyn gekomen, zóo diep treurig, dat
zoo spoedig mogelijke verbetering een drin
gende eisch is;
dat ten opzichte van weduwen on weezon-
verzorging voor alb andere landsdienaren
reeds lang een voorziouiog is getroffon
dut het 'hier geldt de nagelaten betrek
kingen van do meest van den Stuat afhan
kelijke dienaren
dat deze dlonaren, uit noodzaak van Staats
belang, in een rechtsverhouding zUn geplaatst,
welke hot hun vrijwel onmogelijk maakt,op
andure wijze dan door het recht van petitie
j daarin verandering to verkrijgen;
l dat het Bestuur voornoemd vermeent, dat
I het daarom oen nog grootore zedelijke un
- materieels plicht van den Staat is, verbetering
in den toestand der weduwen en weezen
dezer dienaren te brongen;
dut ook het ontbreken van oen goede re-
goling, als hiorbodoold, een dor hoofdnor-
bewijzen kunuou, maar het moet on zal bewezen
worden. Beste Herbert, we mooten do hulii vau
dien detective weder inroepeu. Ik moot hora zelf
spreken en alles weten, wat hg zegt on dout. Jo
bent oen goed broeder, maar hebt nog lo veol andere
zaken aan je hoofd. Ik heb niet* andore om over
te denken en niets op do wereld, waarvoor ik lovon
wil dan om zgn onschuld aan hot licht to brengen.
Voor deze smoekbodo kon Herbert uiot doof
bljjven on Havik ontving boriobt, dat mevrouw
lsabolla Muurso hem wouscblo lo »|>rokon.
Zooals wo ons herinneren, had do hoer Spenoo,
de hulp vau den detective Havik iugoroopen oui do
zaak onmiddellijk na do gevangenneming te oudor-
zoeken, maar tot dusverre had dezo zijn meoulng
over do zaak nog niot uit gesprokon.
Daar Herbort zeker watt, dat bij vrggolaten zou
wordon, had bij to nauwer uood meer mui Havik ge
dacht misschien ook aohte lig het viudon van z'gus
broeders revolver zulk een afdoond bewijs voor dientt
schuld, dat hij hot on noodig vond, dat Havik zich
verder mot do zaak bemoeide. Hot was dus alleen
op Isabella's dringend verzoek, dat Havik naar Raven
wood ontboden werd om daar verslag van zjjnondoi-
zook der zaak te komen gevon.
Do bografenis van don heer Wilson had plaats
gehad. Herbert verloofde nog steeds in bot huis van
zgn overleden oom ira had bot zoor druk met het
in orde brengen van diens nalatenschap en hut
tijdelijk boheor over de zaak iu do stad. Hot
onderhoud, dat tusschen Havik, mr. Hponco en
Herbert zou plaats hebben, waa dus bepaald op
zekeren namiddag en daar laabclla er bg wonschle
to zijn, zouden do hoeren samonkomon op Raven
wood.
Nadat Herbert oen flesob wijn had opengetrokken,
die moor dan twintig jaar in de kelder» van Raven
wood had gelegen on Bigaren had aangeboden, die
van don zelfden ouderdom waron eu do hooren zioh
op hun gemak om bot vuur hsddsn gezet - terwijl
ook Bella in hot vertrok aanwezig was maakte
mr. Hpunoe tooboroidsolen om oon toespraak to be
ginnen door eenige malen te kuchen. Herbert, die
er reods eenige ondervinding van had hoe lanp
van stof de heer üpeaoe wa» wanneer hg
het woord had, haastte zich don hoer Havik to ver-
zookon, zgn bevindingon te willen medodoelon.
„Wil a zoo goed zijn, ons voor te lezen, hetgeen
u over dezo zaak hebt opgosobroven, mijnheer Havik.
Hot znl ons zeer aangenaam zijn, indien u oonig
nieuw licht over dezo treurlgogobourtonis kunt doen
opgaan."
„Zoker, zokor, met genoegen", antwoordde Havik
„maar als ik oon zaak onderzoek, schrijf ik niots op.
Ik vind, dat In ons beroep een mau, die allow moet
opschrijven, omdat hj] hét anders vergoot, niets waard
is."
„Nu, vertel ons dan, wal u weet," zoide Herbert
ongeduldig. „Wat >i)n do uitkomsten van uw onder-
zook T"
Do hoer Sponce zieudo, dat voor het oogonblik
allo kans verkoken was oin mot zijn frnaio toespraak
van wal te steken, ging in «ijn «loei leunen en
troostte zich mot den wgn ou oen sigaar, in af
wachting van oon bolero gelegenheid om aan het
woord to komon. Inmiddels versplldo do hoor Havik
geen on noodig" woorden, maar begon dodelijk met
zgn modedoelingon.
„Wol hooren, ik woot nog niet zoo heel veel van
deze zaak af, maar ik zal or wel aohter komen. Ik
bon echter bereid, voor olko rechtbank onder eodo
te verklaren, dat do hoor Wilson werd doodgescho
ten door iemand buiten den trein en niet doorden
hoor Frank .Muursol Ja, ja, dAar staal u verbaasd
vau I" riep bij uit, toon zijn loehoordors van hun
plaatsen opsprongen.
„Ga voort1', zoido Herbert, „dit wordt zeer be
langwekkend I"
„Ik zal u zoggen", ging do hoer Havik voort,
„hoo ik tol dezo overtuiging beu gekomen. Ik heb
oorst het spoorwogrijtnig van allo kanton bokoken
on wat zag Ik daar? Niet voel zult ge zeggen,
wanneer ik u zog, dat ik slechts nen xcliram tag I
Do schram had op zichzelf niot vool te bsteskonen
en ik zou er nioi vool om gegeven hebben, indien
zü niet bad gozetan aan d» binnenzijde van het
kozijn, aan de tegenovergestelde zijde van bet rij
tuig, waar do oude boer boer heeft gozeton. Maar
wat doet dio schram er toe?" zult u vragen.
(Wordt vervolgd.)