Donderdag 30
Augustus 1906.
No. 7242.
55e Jaargang.
Beleefd verzoek
Terugkeer
Feuilleton.
Stadsnieuws.
De misdaad zijns broeders.
FIRMA A. H. VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschjjnt Dinsdag- Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden /i.
franco per post f 4.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cont. Legale-
oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reolames 1—5 regels f 1.25; elke regel
meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTERRACHT
Postbus 9. Telephoon 19.
aan hen die nitntedig waren
en zich de „Amersfoortsche
Courant" lieten nazenden, ons
bericht te geven van hun
opdat de courant weder ge
regeld aan huis kan worden
bezorgd.
KENNISGEVINGEN.
Da GEDEPUTEERDE STATEN vau UTRECHT,
maken bekend, dat de Provinciale Gritlio van 1
September 1906 af zal lijn geopebd alle werkdagen,
des voormiddags van 9'/i tot 12 uur en des namid
dags van 1'/» tot -1 uur.
Utrecht, 28 Augustus 1906.
De Gedeputeerde Staten voornoemd,
F. D. SOHIMMELPENNJNOK,
Voorzitter.
L. J. RIETBERG, Griffier.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Maken bekend, dat op Vrgdag den 31 Augustus
a.s. de Secretarie der Gemeente voor het publiek
gesloten zal zgn, terwijl het Bureau van den Burger
lijken Stand dien dag geopend zal zijn van 'smid.
dags 12 uur tot 's namiddags 1 uui uitsluitend tot
het doen van aangifteu van geboorte of overlgdeu.
Amersfoort, 27 Augustus 1906.
Burgemeester eu Wethouders voornoemd,
De Burgemeester
WUIJTIERS.
De Secretaris,
J. G. 8TENFERT KROESE.
De BUUGEMEESTFR en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gezien art. 203 der Wet vau 29 Juni 1851 (Staats
blad No. 85),
Doen te weten, dat de Begrooting der plaatselijke
Inkomsten en uitgaven dezer Gemeente voor bet jaar
1907, door beu aan den Raad aangeboden, gedurende
veertien dageu, te rekenen vau heden, alle werkda
gen van 10 tot 2 uur, op de Secretarij voor eenieder
ter lezing zal liggeu, en dat men van voormelde
Begrooting afschrift kan bekomen, tegen betaling
der kosten.
Amersfoort. 29 Augustus 1906.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gezien artikel 182 der Gemeentewet;
Doen to weteu
Dat het Verslag van den toestand der Gemeente over
1906 voor eenieder verkrijgbaar ie gesteld, tegen be
taling der konten.
Amersfoort, 29 Augustus 1906.
Burgemeester eu Wethoudors voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De SeoretariB,
J. G. 8TENFKUT
Voor Je Raadsvergadering van Dinsdag
middag waren ingekomen
van den Minister van Binnenlandsche
Zakengoedkeuringen der Raadsbesluiten
tot benoeming van dr. Pulle en de heeren
Stokvis en Oorver tot leeraren aan het Gym
nasium
van Gedeputeerde Staten: goedkeuring
van het Raadsbesluit tot uitbreiding der
MeisjesschoolI ericht van ontvangst der
verordening tot wijziging der Verordening
op de straat-polftieen tot goedkeuring van
het Raadsbesluit omtrent de verhooging der
jaarwedden van personeel by het Lager
onderwijs
van B. en W.de Gemeente-begrooting
voor 1907 met Memorie van toelichting
naar de afJaelingen een voorstel tot wijzi
ging der salarissen van bearabton en be
dienden tef Secretarie te behandelen bij
de Begrooting een voorstel tot uitbrei
ding van het personeel der politie en het
inrichten van een Politie-po9thuis aan den
Soesterslraatweg 8ls voreneen voorstel tot
uitbreiding van het personeel, werkzaam by
den Gemeente-architect als voren; een
voorstel om voor de Gemeente-reiniging een
schuur bij te bouwen en twee sproei-
machines aan te schaffen als voren een
voorstel tot verbooging van de salarissen
der concierges van de scholen 3e soort en
van het Gymnasium als vorenen een
voorstel tot het verleenen van een te gemoet
koming a.tn titularissen bij de nu opgeheven
dienstdoende Schutterij als voren
de Begrootingen voor 1907 van het Bur
gerlijk Armbestuur, de rustende Schutterij,
en het Burger Weeshuis te behandelen
bij de Gemeente-bfcgrooting
een adres van Vreemdelingenverkeer" om
ook over 1907 een subsidie van f 100 te mogen
ontvangen by de Begrooting
mededeelingen van de heeren dr. Beumer,
Oorver en Stokvis dat zy hun benoeming tot
lecraar aannemen en van de hoeren Siddré
en Vrijdag dat zy het Regentschap overhel
Burger Weeshuis aanvaarden voor kennis-
160
.Herbert heeft het m(j niet gezegd," zeide Isabel
la. .Hij zegt, dat bet beter voor mg is, als ik 't Diet weet.
H(j was heel boos toen hij hoorde, dat Frank mij
gezien bad. Hij is zoo goed voor ons geweest. Ik
beu verplicht te gelooven, dat hg het om ons best
wil doet."
„Zonder twgfel", zeide Havik wedor. „En nu, me
vrouw, wensch ik van u alle bijzonderheden omtrent
dat pistool te vernemen. Ze zeggen, dat er een be
staat volkomen gelijk aan dat, hetwelk op den spoor
weg werd gevonden. Wilt u zoo vriendelijk zgn, mg
dat te laten zien En misschien wilt u toestaan, dat
het eenigeD tjjd in mijn bezit blijft? 't Kan zgD.dat
ik het noodig heb."
„Ik zal het u natuurlijk zenden en u moogt het
zoo lang honden als u wilt. Ik moet u nog vertellbn,
dat mijnheer Spence my nog heeft geholpen, zöo-
veel geld als ik maar bgeen kon krijgen naar een
kantoor te Kaapstad te zenden. Dat vindt mijn man
dan, als bij daar komt, want ik kan de gedachte niet
verdragen, dat hij in een vreemd land zonder geld
zou zi)D."
„Weet u, onder welken naam hij ul reizen, me-
„Als Jacob Filips."
„Dank u, mevrouw. Ik geloof niet, dat ik op 't
oogenblik iets meer te vragen heb. 't Is een zeer in
gewikkelde zank, maar tocb geloot dat ik kans zie,
de ODschuld van uw min te bewijzen en hem bij li
terug te brengen, dat wil zeggen, als bij het land
nog niet heeft verlaten. Dat moet ik in de eerste
plaats tien te weten te koinen" zeide hy half tot
dankbetuigingen van mej. Van Olden voor
verlenging van haar ziek te-verlof; van Regen
ten van het Sint Josephs-gesticbt voor den
kosteloozen afstand van veldkeien; en van per
soneel by het Lager onderwijs voor de toe
gekende periodieke salaris-verhoogiog voor
kennisgeving
een adres van den agent van politie le
klasse E. Leydecker om toekenning van pen
sioen «au B. en W. ter fine van onder
zoek
een schrijven van adjudant W. Wyk, houden
de verzoek om antwoord op z|jn verzoek van
31 October 1905 om restitutie van onkosten.
De Voorzitter zegt, dat het schrijven
ongezegeld is en dus geen punt) van beraad
slaging kan uitmaken. Bovendien is eerstbe
doeld schrijven nimmer ontvangen by het
Ddgelyksch Bestuur.
Het schrijven wordt ter zyde gelegd.
Om 1.55 kwam aan de orde de Agenda:
1. Voorloopige vaststelling van ae üe-
moente-ivkening over 1905.
Voorloopig vastgesteld op f596627.88 In
ontvangst en f521 221.41 en uitgaaf, alzoo
met een batig slot van f75 416.39.
2. Voorloopige vaststelling van de Rekening
der dienstdoende Schutterij over 1905.
Voorloopig vastgesteld op f 1219.96 in ont
vangst en uitgaaf.
3. Vaststelling van de Rekening van het
Burger Weeshuis over 1905.
Vastgesteld op f 15 436.74s in ontvangst en
f 10236.69» in uitgaaf.
4. Voorwaardelijke vaststelling van de
Rekening van het Burgerlijk Armbestuur
over 1905.
Wethouder Visser, Voorzitter van
het Burgerlijk Armbestuur, wenscht don Raad
attent te maken op een fout in het Gemeente
verslag over 1905, waarin wordt meegedeeld,
dat het B. A. een legaat van f2000 ontving.
De Voorzitter zegt, dat dit een schrijf
fout is.
De heer Hamers vraagt waar dat geld
dan bleef. Is 'tin de Gemeentekas gestort?
De Voorzitter antwoordt, dat hot oen
legaat is voor het Burger Weeshuis.
De Rekening van het Burgerlijk Armbe
stuur wordt hierop z. h. st. vastgesteld op
f 12141.92 in ontvangst en uitgaat.
5. Voorwaardelijke vaststelling van de Re
kening over 1905 der Kamer Koophand' 1 en
Frabrieken.
Vastgesteld op f 200 zoo in ontvangst als
uitgaafi
6. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot hot overbrengen van een gedeelte
van het saldo dienst 1006, naar de Bogrooting
dienst 1906.
Z. h. st. wordt overgebracht f19006.90»,
welk bedrag voortspruit uit niet atgehaaldo
aflossing van goldloeningen en uit bedragen
door particulieren gestort voor aanleg en voor
onderhoud van wegon.
7. Voorstel van Burgemeester en Wet
houdors betreflende de waterloidiog.
B. on W. schreven 9 Augustas
Overeenkomstig do toezegging. gedaan bij one
antwoord dd. 14 Mei 1906 op de verslagen der
Afdeelingsvergaderingon dd. 2 en 3 Mi i 1900,
bobben wij ons nogmaals in verbinding gesteld
inet de Utreohtsche Watorleiding-Maataobappy
tot nadere bespreking van do wensohen, welke
in de afdeelingon geuit zijn. Na mondelinge
bespreking en govoorde correspondentie kunnen
wil U het hierbij gaand antwoord van de Maat
schappij overleggen, waaruit blijkt, dat de Maat
schappij thans het oogenblik niet gekomen acht
voor een overname van hot bedrijf door de Ge
meente,. terwjjl zij ovonoons bezwaren raaaktj
oen pr se d'eau te bouwen op het terrein nabij
do Gasfabriek, waarop door oonigen uwor leden
doaandaoht geveetig.l ia Hoezeorook wij gaarne
do Waterleiding onder de gemeentelijke takken
van dienst zouden zien, kannen wij in deze
j omstandigheden het standpunt van do Maat
schappij niet ongemotiveerd achten. Ook de
keuzo van een torrein in de onmiddellijke nabij
heid vnn de Gasfabriek kunnen wij. op de mo
tieven in het schrijven der Maatschappij neer
gelegd, niet gelukkig aohten. Wat eindelijk de
watervoorziening op het hoogste, thans nog
onbebouwde gedeelte van den Berg betreft, ver
wij zon wij II nogmaals naar de ter visio lig
gende rapporten van den door ons geroad pleegden
deskundige.
Op grond van een en ander geven wij U
hiorbij, onder verwijzing naar ons uitvoerig
advies dd. 2 April 1906 en de daarbij behoorende
juridische en technische adviezen, in overweging,
do Maatschappij de gevraagde vergunning te
vorloenen en daartoe vast te stellen het by ge
noemd advies aangeboden concept-besluit.
Den termyn, genoemd in voorwaarde 7 (leggen
van buizen) stellen wy U voor te bepalen op
10 maanden wegens do schoarschte aan buizen.
De Directeur der Utrechtsche Waterlei
ding-Maatschappij schreef 9 Juli
In antwoord op uw geëerde missive dd. 9
Juni 1.1., hebben wy de eer UKdelAohtbaren het
volgende mede te doelen:
1. Het komt ons voor, dat het tijdstip van
heden be-waarlyk gunstig mag worden geacht
om te ondorhandelen over een eventueele over-
zicbzelf, balf tot haar sprekende. „En om nu nog
eens op dien revolver terug te komen, mevrouw,
kan ik er stellig op aan, dal u haar sturen zult? Do
revolver, die op den weg werd gevonden, wast nooit
in den waggon waarin de oude heer werd doodge-
scholendat staat vast. En de man, die er zich in
bevond, was uw arme echtgenoot. Bijgevolg was de
man, die or zioh in bevond zoo onschuldig als
als (een paseeude vergelijking wilde hom op het
oogenblik niet te binnen schieten!. Maar wie ter
wereld deed bet dan? Nu we zulten zien. En nu
mevrouw, wensch ik u goeden middag; U kunt op
m|j rekenen. Goeden middag", zeide hy haaHtig,
want een klerk kwam hem roepen.
Mr. Spence wachtte buiten met een rgtuig om
Isabella thuis te brengeD; zij zweeg gedurende het
eerste gedeelte van den rit en mr. Spence wilde het
arme vrouwtje niet storen.
Eindelijk zeide zy
„De boor Havik boezemt rag veel vertrouwen in.
Het hoeft mg veel goed gedaan, hem eens alles to
vertellen. Ik zou er onder bozwoken zgn.alsikmgn
geheim geheel voor myzelf had moeten houdon.
Hy zegt, dat hg mg kmu helpen en Frank's onschuld
aan het licht zal brengen."
„Komaan, mevrouw, dat doet my genoegen. Havik
is eeu bekwaam man. Houdt maar goeden moedwie
weet hoe spoedig u weder met uw oohtgeuoot ver-
eenigd zult zijn.
Detective Havik was zonder twijfel bekwaam en
scherpziend, maar do Londensche politie zat óok niet
stil. Havenwood was onder voortdurende en strenge
bewaking van geheime agenten en de toorn van
Herbert Muurse over Frank's onderhoud net zun
vrouw was niet geheel Ongegrond. De dienstbode,
die zich door Job Sudderland had laten overhalen,
Frank's brief aan haar meesteres te overhandigen,
was evenmin doof voor de toonadering van een
nieuwen bewonderaar, toen Job van het tooneel wat
verdwenen. Het duurde dua niet lang, of de politie
was bekend met bet feit, dat een Zigeuner eon brief
voor Frank's vrouw had gebracht. De justitie achtte
het dus raadzaam, de Zigeuner-kampen in de buurt
te bespieden hetgeen dan ook onmidaellgk gebeurde.
Er gingen eenige dagen voorby eer zo iets by*on-
ders zagen of hoorden, maar eindeiyk kwam hun
ter oore, dat een der troepen onlangs uit Mitcbam
verdwenen was en zy besloten het spoor van dion
troep na te gaan. Dit ging echter mot vele moeilgk-
beden gepaard, daar de Zigeuners langs allerloi zij
paden voorttrekken en zich dikwglz ophouden met
andere troepen van de zelfde soort, zoodat het «oer
bezwaarlijk was, den Zigeuner-troep, dien|zg zochten,
uit andoren terug te vinden. Daarenboven wat do
troep hen reeds meer dan een week vooruit. Ook
bestond de mogeiykheid, dat de vluohteling zioh
onderweg by een anderen troep (aangesloten, of
de Zigeuners geheel verlaten had.
Inmiddels had Job Budderland's troep ongobin-
derd de kleine zeestad Trepolpen bereikten vandaar
had Frank aan Isabella geschreven en tevens Herbert
van zyu verbiyfnlaats in kennis gesteld.
Eor dus de Londensche politie op het tooneol
kon zgn, word er op zekeren avond op de bekende
wjjzo geklopt aan de deur van Job Budderland's
kermiswagen. Job deed onmiddeliyk open en stond
tegenover Herbert Muurse. D07e zeide, met Job's
gaat te willen spreken en onder bedekking der
vallende duisternis waagde Frank slob bulten den
wagen. De twee broeders liepen weldra in een druk
gesprek langs bet strand. Frank was nog steeds als
Zigeuner gekloed en droeg de bouleu mute die by
die kleeding behoorde.
Hy *u zeer somber gestemd, dooh verheugd,
■yn brooder te zien en zeer dankbaar voor diens
pogingen om hem te verbergen. Zgn oorste vraag
was naar Isabella. lu plaaU van echter dadeiykop
"e antwoorden, seid# Herbert:
„Mgn beste Frank, ik heb hot noodig geacht, uit
Londen hierheen te komen om je ton opziohtevan
Bella tot meer voorzichtigheid aan te manen."
„Tot voorziohtlgbeld anu te manen Waarom?"
„Frank I Je moet me boloven, niet weder aan
iiella to sohrljven nn nog minder eenige poging te
doen, haar te zlon."
„O, HerbertI Dat kan ik niet beloven! Ik zal
royzelf aangeven, en wil alles verduren, maar ik kau de
gemeenschap met baar niet afbreken."
„Koui, Frank, wees niet kiodeiaohtig. Heb nog
aon korten tijd geduld. Wensch Ie m\j on Bolls
en allen, die je geholpen hohhen, in hot ongeluk
te storten, omdat je niet. flink genoog bont om je
voor eenigen tgd naar dn omstandigheden te schik
ken en ons allon te redden?"
„Haar redden? En jou rodden, zeg je? Waar
om
„Heb je er dan nooit aan gedaabt, hoe gevaariyk
het voor ons is, dat wu alles doen wat w» kunnen
om je te helpen ontvluohten vroeg Herbert,
Ik dacht, dat niemand gevaar bnp dsn ik. die moet
vluohtnn om myn vrijheid niet levenslang te ver
lieten."
„Evenals alle menschen, die In moetiykheld zijn,
denk je ailoon aai» je zelf, Frank, maar ik wil er
jo niet te hard over vallen. Indien) het ontdekt
werd, dat w« jo helpen ontvluchten, zonden we
onze straf niet ontgaan. Men zon ons van mede
plichtigheid beschuldigeu en wat souden we dan
voor Je kunnen doen
„Herbert, ik zon niet gaamo anderen in ongele
genheid brengen, ala ik er ieta aau kan doen. Wat
moet ik doen?"
„Laat me je eerst vertellen", zeide Herbert „wat
de voornaamste rede is, dal ik m\j heb blootgesteld
aau bet gevaar, vau avond hier te komen Frank I"
hg bracht zfjtt moud aan het oor rijns broeders,
„Frank, de politie heeft je sofci HolaaU ontdekt;
morgen zijn se bier om je gevangen te nemen."
(Wordt vervolgd.)