Dinsdag 8 October 1907. No. 7411. 57e Jaargang. OH TWEE JOH. 1)* FIRMA A. H. VAN CLEXÜFF te AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per maanden /"l. franco por post 1.15. Adverter.tiën 1—6 repels 60 cent; elke repel meer 10 cent. Legale, officieële- en onteigeningsailvertentiën per regel 15 cent.Reolames 15 regels/"4.25 elke regel meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. .Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten eveuals afzonderlijke nummers 40 cent. Bij advertentiën van buiten de stad wordon de incasseerkosten in rekening gebracht, BUREAU: KORTEGRACHT 9- ostbus 9. Telephoon 49. KENNISGEVINGEN. Da BURGEMEESTER oii WETHOUDERS van AMERSFOORT. G,..zian art. 203 der Wol vuil 29 Juni 1851 (Stants- blad No. 85), v Doou le wel on, dat do BEGUOOTING der plnnt- selyke inkomsten eu uiignven d- zer Gemeente voor het jaar 1908, door hen min don Rand aangeboden, gedurende veertien dagen, te rekenen van bed en, nlIe werkdagen van 10 lot 1 uur, op de Secretarie voor eenieder ter lezing zal liggen, On dat men van voormeld* Begrootiug afschrift kan bekomeu, legen betaling oer kosten. Amersfoort, 7 October 1907. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, J. G. STENFERT KROE8K. De BURGEMEESTER dor Gemeen ts AMERS FOORT brengt, ter voldoening aan do aanschrijving van <len Commissaris dor Koningin in de provincie Utrecht d.d. 8 October 1907, 4e afdeeliug, no. 5295/8880, ter keu nis van bulanghebbendon, dat in de Gemeente Maaru een geval vau MOND- en KLAUWZEER zijn voorgekomen. Amersfoort, 7 October 1907. De Burgemeester voornoemd, WUIJTIERS. LEO SMEDER. „In kracht van liefde, door smart gewijd, moeten wij vastberaftu ons werk volbrengen". Zoo door iemand dit woord uit „Ellen, een lied van den smart" van Fred, van Eeden is verstaan in al zijn diepte, rijkdom en volheid, dan is het zeker door den nog zoo jeudigen Henri van Wermeskerken, den auteur van „Leo Smeder". Een van de keurigste werken, ons door Johanna van Woude, wijlen mevrouw S. MC. van Wermes kerken—Junius, nagelaten,is „Hollandsch Binnen- guisje", dat heerlijke, ideale bock, waarmede de eens zoo gevierde schrijfster aller harten wist te stelen, 't Is deze geschiedenis, die in „Leo Smeder" door haar zoon thans wordt voortgezet. Het verhaal is zeer eenvoudig. Groote geld zorgen hebben de rust eu den vrede uit het eertijds zoo gelukkig gezin verjaagd en langzamer hand is ook stukgerafeld de met het gouddraad van geloof en hoop geborduurde liefde-band, die eens zoo innig de zielen verbond van Truus Smeder en haar man, tot eindelyk niets meer overbleef van dat eens zoo mooie, zonnige leven. Roerend schoon en met het zelfde talent, waarmede zijn moeder het zoo vreugdevolle, huiselijk leven van de familie Smeder beschreef, maalt Henri van Wermeskeiken's pen ons het droeve vervolg en het zoo diep tragische slot, Zorgen en tegenspoed hebben Smeder onver schillig gemaakt voor het groote geluk, dat eens zijn deel was. Hij had er geen behoefte meer aan om aan de vrouw, voor wie hij eens zoo veel gevoelde, zyn leed te klagen en zij, die zooveel behoefte aan liefde had, die zoo gaarne gezien had dat hij tot haar was gekomen met zijn leed om het hem te helpen dragen, was dag Feuilleton. Het V/as nacht. David Hicks, de jonge klork, wiens kamer recht tegenover liet makelaarskantoor lag, waarop hij werkte, was, zonder zich van zyn kleeren ontdauu to hebben, op zijn bed in slaap gevallen. Eensklaps werd hjj wakker, sprong met een vaart van zijn bed op en riep: „Iloe? Heb ik me mis- «obien verslapon 7" Vervolgens wierp hjj een blik op de klok en overtuigde zich, dat het nog twintig minuten vöor cenen was. Daarop wreef hij zich de oogon uit en mompelde in zichzelf: „Do wekker is dus nog niet afgeloopenwal mug me dan uit den slaap gewekt hebben ik meende bepaald, dat bet een luido stem is geweest." Het jougo mensch bleef daarna een paar minuten op den rand van zjjn bed ritten, doch er was niets te hooren. Geon geluid verbrak iu het ganaclic ge bouw do stilte van den nacht. Alleen van do straat drong het nimmer volkomen rusiendo gedruiseli van het openbare leven der wereldstad New-York bum in het oor. Eindelijk stond hjj weder on: hy greep een ge reedliggende handtasch en deed er nog eenige kleine voorwerpen iu. Torwjjl hjj dit deed, prevelde hjj op nieuw „Ik mag do troin van tweo uur tiioi mis loopen anders is alles vorloreu I Meu kan de ont dekking niet Uoon vöor den uauvaug van de Beurs aan dager getuige van, dat hij elders zijn troost zocht, soms in do kroeg met zijn vrienden, lot laat in den nacht. Toch haatte zij hem niet, zooals misschien andoren zouden gedaan hebben. „Zjj köu niet haten". Liefde ondervond zij nog alleen van haar kinderen, van Leo en Boy, die haar omringden met hun teedere kinderzorgen. Wat innig mooi bo.-chrijt't ons Wermeskerken het doen dier twee lieve jongen*, toon ze hun moeder, die zware hoofdpijn bad, zagen uitge strekt op de c.haise-longuo. Eerst waren ze bang geweost en dorsten ze naar niet naderen. „Toon vlocht zich onder haar hoofd een arm pje ;.een vuistje knelde zich om haar kille handen". „Ben je ziek Heeft maatje hoodpijn Wacht maar; ik zal je wel gauw boter maken, hoor! Gauw Boy, de eau de cohgne... en een natte doek... maar gauw dan Boy rende al weg... „Leg jij nou jo hoofd maar op mjjn arm, hoor... ja zóo... wil ik de pijn wegkussen?" Zacht lluwoelun kinderkussen gledon over haar voorhoofd, dut gloeide... „Wat ben je warm I... Boy, waar ben je nou met jo doek... Hè-je d:\ur pijn, liefste En zacht streelde het kleine handje, koel van friascho buitenlucht haar voorhoofd.,, en de kleine Boy draafde aan... met kom en doek en een eau de cologne-llucon... op zijn korte beentjes- En het bewustzijn dier innige zorgen drong warm tot haar door..." Zóo, als tut haar kinderen deden, had voor heen Smeder óok gedaan. Thans was dat alles andors geworden. In plaats van haar te koes teren in zijn armen, verweet hij het haar, als zij zich onlekker gevoelde. „Ba... jou hoofdpijnen... allemaal larie... luiheid zeg ik je... als je niet wil, hoefje geon hoofdpijn te hebben.,, ik lach om hoofpijn... jij met je zonuwtjes, jo hoofdpijn, en driemaal per week den doktor. Denk je niet, dat ik liet merk, dat de meiden precies doen wat ze willen, dut de hcele boel bier in 't honderd loopt Maar Truus heeft hiuir verklaring voor het feit, dat in hun huis alles in de war is," het komt. zegt zc tot haar man,... omdat jij drinkt... zuipt, zeg ik je... omdat jo eeuwig in de kroeg zit, en nooit op je kantoor". En ze lachte schaterendsnijdend. Do schrijver heeft een excuus govonden voor beider twisten. Hij zegt het in een enkelen zin en met een soberheid, die den indruk er van verhoogt„Het was ook zoo bitter lil hunne zielen". Had ik gelijk, toen ik zei, dat hij met hot schrijven van dit werk een taak te volbrengen had, „in kracht van liefde, door smart gewyd" Hij oordeelt noch do een, noch den ander- Bij beiden vindt hij schuld; voor beiden pleit hij om vrijspraak voor de vierschaar der publieke opinie. Want ook Smeder's lijden was zwaar te dragon. Kens toen man en vrouw bijna handgemeen werden en do kinderen tusschonbeide kwamen, do kleinste met het droef verwijtend„Je mag moeder geen kwaad doen, dan.... ben je niet lief, dan kan Boy niks van je houwo... o l'aatjo", vertelt de vader, al6 gebogen van smart en kermend van zielspijn aan zyn oudBtoti iotigon, zijn Leo, dat Trims hem gezegd luid, dat zijn kinderen lietu verachten, waarop Leo hem troost niet zijn kinderlijk „Nietwaar, Paatje-lief... ik hou veel van je... altijd... mijn Pontje... mijn lieve vadertje''. 'tZijn de kinderen die dan een verzoening weten to bewerken, waarbij, zoo toreoht, de schrijver opmerkt: „Er zijn op do wereld in aevoelszaken geen grooterphilisophondan kindor- harten". Dozo kindoren oordeelden hun ouders niet; zo brachten ze eenvoudig tot olk iar. Och! dat wij, groote meiischcn, ook op dat punt eons wat meer ons spiegelden aan 't voorbeeld dat kinderen geven, en werden als zij. Welk recht hebban wy, nnderon to oordeelen? Alleen wie liefheeft en alles weet, is daartoe bevoogd. Wie zonder zonden is, mag den eersten steen worpen. Eons luid Loo bemerkt, dat zijn moeder, in baar droef beslaan, oen groote sympathie had opgevat voor Max Vanderzoe, eon vriend van zijn vader. Hoe jong hy ook was, toch bad du wyze, waarop zijn moeder toen Vandorzoo had aangekeken, hem schrik aangejaagd. Hij kon er niet van slapen, tot zyn moedor zolvo hem toedekken kwam en zijn ntmd in do hare nam. met do woorden„Slapen gaan, hoor... Nacht ventje I" Toen was hom dat oudo wiegliedjc te binnen geschoten, dat zij vroeger zoo vaak zong „Slaap nu, mijn liefje, Je moeder houdt wacht." Toon voelde hij „dat ze zijn moeder was, altyd zijn moeder... die bij hom luid gewaakt en hem vorzoiyd ais hij ziek was... dat zo altyd en eeuwig heilig zou moeten zjjn in z\in herinne ring... dut hij haar ecren moest, en immer huur liefde hoog houden... dat hij van alles, wat ze (leed alleen goed mocht denken, omdat zo alleen daartoe in slaat was; on... ja... dat zwoer hij zieli in heiligen eed. Toen sliep hij rustig in." Later, toen inderdaad Leo's moeder aan Van derzoe de liefde schonk, die eens hot recht was van hunr man. en een nameloozo smart zich van Leo had meester gumnakt, was hot degedaohto tuin wat zijn tnOodcr voor hem geweest svas en do horinnciing aan haar woord: „zul je ooit slecht van je moeder kunnen donken die hem antwoorden deden„Nooit". Het kind vergeeft omdat hot liefheeft. Die gedachte ook was het, die den Psalmist het woord in den mond eens guf: „Daar is bij Geil vergeving". Want God is liefde. ICen boek van lovensvrougdo ia hot. dat Jo hanna van Woude schreef; i,Hollandseh Bin nenhuisje". De keerzijde van do medaille gaf haar zoon om- in „Iujo Smeder". En wol droef moot do ervaring van dezen jongen man geweest zijn, om on een leeftijd waarop de meeste mensclien van hot leven alles goeds en liefs verwachten, oen zóo sombere en eenzijdige levensbeschou wing te kunnen neersohryven. als do volgende: en vermoedelijk is hot dan nog iaat. Had ik die Stratton en Kunt muur nooit 'ecrou kennen I" David Hicks wns duur moedor Kal uur niet j stiefmoederlijk bedeeld gewordenhy was slank opgeschoten, had een fyn besneden gelaat, een vrien- delykon, open blik en ging by nl zijn kennissen voor eeu volmaakt gentleman door. Hot was geen geheim, dat hy mei miss Magdalou» Dwighl, de dochter vun zyn patroon, verluulii wasomar wel verbaasde muu er zich over, dat do elTuctcn-makclnar Ainos Dwiglit tot do verbintenis mot eon eenvou dige» boekhouder zijn toestemming had gegeven. Zy, die ingewijd meenden te zijn, vertelden, dat Hicks van een rijke en reeds hoog bejaarde tante moest erven on (lav deze omstandigheid bij don vader zijner bruid een zwaar gewicht ten RUnsto der party in de schaal luid geworpen. David had ook van ziju tante een aanzienlijk ver mogen te wachten; dit was evenwel voor du oprechte liefde vau Mngdalena van geen invloed geweest ou even min had zioh de jonge man by ziju aanzoek om de band der dochter van den rijken makolaar door andere beweegredenen laten leiden dan door een innige licldc voor hut bukuorlyke meisje. Nadat Hicka do baudtaseh had gesloten, verliet hy du kamer en daalde zonder geilruiscli, ten eindo geen stoornis teweeg te brongun, de doukoro trap af. Toen by aan don voet ervan gekomen was, bleet bij staan, da»r bij meende van den kant vau bot kantoor een geluid als half onderdrukt steunen ge hoord lo hebben, wat hem iu dc hoogste male ver baasde. „Wal is dat?" vroeg lijj ziohzelvon af. „Zonden inbrekers do kantoorlokalen zjjn binnengedrongen?" Ilij luisterde met iiigehuuib n udoin of de xoudur- lingo geluiden zich ook zouden herhalen. Terwijl hy daar nog zoo stond, vio. hem eens- I „Als wo even weg wogvagon hot dunne waaa vau schijnvreugde, dut nis con vornisjo over de dingon ues levens ligt.dan Btaren wo od zwart- naakte ontzetting van schrijnende ellende... in duistere dalen van snijdende smart. Zie...i Do feesten en bals, vol lach en muziek.al hat blij bewegen der menschen... schijn en verber- Sen van leed is heldo gozichlon stralen en wingen zich tot glimlach.maar de mooito on pijn die het doet, dien lach op te roopen.dia vermoeden wo niet... hol dorre, het schrijnend# in de trokken, als lach in don nacht goatorvon is, een niouwo dag aanvangt..die zion we niet." Daar is verband tussohen dien somboron blik op het lovon en het zoo droeve verhaal van diepgaand leed, dai Jonri van Wormeakerken als eersteling do wereld in zond. Uit „Hollundsch Binnenhuisje" lachte on» bly vertrouwen, hot moedig hopou dor jeugd tegen. Toch zullen zy, dio met aandacht „Leo Sme der" lezen, ook daarin eun ideale levensbeschou wing vinden, mot het heilig vuur dor jeugd verkondigd. Al lezende, is meer en moor my do auteur vor-chcncii als oen jong, hoogernstig priester, klaps in, dit l'almor. do kuxaioron procuratiehouder de firma, die mot hem op do zelfde verdieping woonde, eon nimzionlyk bedrag, dat hy kort vóór het sluiten der Bank ontvangen had, in do brand kast bad gesloten, on gedreven,door de begeerte, don eigendom van zyn patroon 'e beschermen, deed hy eenigo schreden in do richting der kantoordeur. Op bet zelfdo oogonblik evenwel wurd die deur van don biunekanl geopend en bet achijnsel van een licht viol uit hot kantoor op don daartegenover slaande» muur van den gang. Snel trok Hicks zich in do schaduw van het trap portaal terug. Bijna gelijktijdig trad een vrouwelijke gedaante uit de dour, in de eone hand oen brandende knars, in do andere oen papier met een hol schltte- rond voorwerp houdend. „Dat is Janol" fluisterde do jonge man in zichzelf. „Wat mag zij nog zoo laat in hol kantoor te doen hebben Hm, haar vader, die dikwijls gedurende den halvon nacht in zyn woning zit to werken, zal haar zeker om papieren, waaraan bij bohoofle had, naar boneden gezonden hebben." Van zyu seauilhoek uit merkte David op, dat Janu's gelaat doodsbleek was; uit baar oogeusprak een uitdrukking van do vreezelüksto ontsteltenis on bot scheen dal baar ganscho lichaam door koorts rilling-»» wet.l geschokt. Zwjjgend trok zy do zware kantoordeur lot;zy slak don slcutul in het slot eu beproefde dier te «luiten, maar haar hand beefde zóo, dat hot mar niet gehikte. Met eon wanhopige inspanning draalt!» zij cindoljjk den sloutel om on vloog naar do trap. „Wie zou ooit gedocht hebben, dat Jane zoo vrees achtig .v,i«mompelde Hiaka thans iu zichzelf „Wat kan naarbinnouahulsoverkomen? Zou ook dit beschaafde meisje door vreu voor spoken gekweld worden i jong, hoot H99.4 wiens lust 't is, hot goede te boodschappen, be droefden to troosten eu de broederhand to reiken nan hou, die struikelden in hot leven. „Hebt l'of", zoo luidt zyn prediking on hy haalt daar. ij do onvergankelijke woorden aan van dun h jidon-apostol„Do liefdezjj be dekt a'le dingon... zij golooft allo dingen... zij hoopt allo dingon.zy verdraagt alle din gon. de Uofde vergaat nimmermeer." De liefde toont nij ons in den door bittere ervaring to vroeg gerijpton Leo, die. als zijn ouders gescheiden xijn, beiden omringen blijft mot zyu kinderlijke genegenheid en toewijding Truus is te Laren gaan wonen. Leo's vader wil niet, dat hy haar, do vrouw die hem ontrouw geworden is, bezoeken gaat. Doch Leo kan niet vau huur schelden eu gaut iederen Zondag naar huur toe. Zwaar was zyn stryd. Zjjn moedor wilde hy hut weinigj# geluk brengen, dat ze ton minste eens in uu week haar jongen, baar Leo zag, en zyn vndor wonsohte hy zoo weinig mogelijk te kwetsen met de liefde, die hy voor zijn moeder gevoelde. Hoor naar zyn pleidooi: „Begryp je me, lieve vader, als je ion moord doodt.als ju een dief was... ou do geheel# wereld veroordeelde jo, weetje wat Leo dan doou zou... hij zuii de reden zoeken waarom je tot dien moord gekomen wmh, on dio willen begrij pen... al was hem die onbegrijpelyk. Waar do geheele .vertild op jo spuwde.zou hij jo liefhebben.on jo overal verdedigen.daarom is hy jo zoon,., on daarom is hy ook do zoon van zyn moeder. Vortrap haar... veracht haar ik zal haar blijven liefhebben.tot het einde, zooals ik jou zal liothebben.altijd.'' Do omgang tussohen Truus on Max Vonder zee was van korten duur. sleohts een zomer droom geweest. Truus wensohte, dat hy niet langer voor haar zijn lcvon zou opofferen en hij weer aan do kunst zich wijden zou. AU Von derzee daaraan gehoor geeft ou naar Amerika vertrekt, dan wordt de smart haar te maebtig. Hy dacht er evenwel niet vo: .ar over na. maar opende stil de huisdeur eu trad mar buitenhij moest zioh toch lmnsuu, nis hy op tijd *aa het station on vóór hot kantooruur vau zyn uitstapje terug wilde z(jn. Hot buis dat do jonge man verlaten had. was een dor onaanzienlijkst" gehou sn van d" zoo beroem de on beruchte Wall Street; het woeaon dar oudste in dit godoelto dor stad an do inwendige inrichting ervan wii» zou onpractizoh mogolyk. Om hat make- liiarskaumor to bereiken, moest meu eon ai og door- loopon, wolko hot gebouw in zyu volla diepte door sneed eerst aan bot einde van dien gang kwam men door een zijdeur iu hot kantoor van Amee Dwight. Do trap naar do bovenverdiepingen bevond zich in de nabyhoid der voordeur; aan het achter einde van het gnbouw was eon smallere trap aan- gobraobt, welke naar de tweede verdieping voerde ou rogolrocht uitkwo.n op do binnenplaats en bij oen aohtordeur. Do boor Dwight had hot geheele gebouw gohuurd, niettegenstaande b|i alleen do benedenverdieping voor zyn zaak noodkg baddeed zioh own geschikte huurder op, dan stond by rfezon de ovortollige ruimte af. Op dit oogonblik was do dOfdt verdieping niet bezet: de twoade daaron logon word door zyn kassier, Molvillo Palmer bewoond. Palmer was een zostigor eu weduwn-ar. Hij bezat slechts een ecnig'klnd, zijn dochter Jaae.de zonne schijn van zyn ou !en dag. De kloino huishouding werd bestuurd door Rachel Gibbs, een omitrxnlr* veertigjarige oudti vrijster, do zuelor van Tihald Gibbs, don kantoorlooper ou kantoorknecht. Eon overtollige kamer had Palmer laten meubileeroa en aan zijn collega David Hicks verhuurd. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1907 | | pagina 1