Dinsdag 31
December 1907.
mmmim
tmrnrnm
No. 7447.
57e Jaargang.
„Alles zal reg kom".
Feuilleton.
OM TWEE TOB.
U1HAVE.
FIRMA 4. H VAN CLEEFF
te AMEfcFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
tijanco per post 1.15. Advertentiën 16 regels 00 cent; elke regel meer 10 cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, oflicieële- en onteigenings-
advertentiën oer regel 15 cent. Reclames 1—5 regels1.25 elke regel meer f 0.25. Groote
ietiers naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de iucosseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACBT9
Telephoon 19.
KË »Niserrj?BTN
WETHOUDERS
BURGEMEESTEU
AMERSFOORT
ken SI,ïS''W'lil-
vun geboorte of ovenwi,Vttn aan8»f'e
De hiervoor noodige aaeiL„L
aan liet Gemeentehuis mo^ 8«»Chieden
uiterlijk S ."sRt8 Wkrifwlgk,
dieu d*g. u >'rdeavoormiddagsvan
Amersfoort, 30 December 1»7.
Burgewee.er en Wethouders
vanAmerefoort.
Burgemeester,
T De Secretaris, VUIJTIERS,
J. G. STENFERT KROESE.
AMERS-
Gelet op eene missive vau de Voorzitter der
Commissie van onderzoek ingevo,e a?" 104 de
Mditiewet dtl, 18 December 1907,
lotelfuvgente.ntOPh'\b8rö iken"i9J dat onderstaande
ÏÏJc 8 i het 01,derzoek naar hun militaire
,°,u ''ohameljjke geoejndheid zich
moeten aanmelden aan de Gymnasbk-zaal in de
Infanterie-kazerne te Amersfoort op Dinsdag den
14. Januari i907, dea voormiddaga te 91. uur.
HENDRIK ANTON ENKELAAi,
HERMANUS JOHANNES HENIRIKS,
JOHANNES WILHELMUS BERlARDUS
ANTHON1US BEEKMAN, en
GERARD KONING.
Amersfoort, 80 December 1907.
De Burgemeester voornemd,
WUIJTIERS.
Gemeoute-bolastiiigou.
De GEMEENTE-ONTVANGER van A&ËRS-
FOORT
herinnert bij deze, voor zooveel noodig, aa de
spoedige voldoening der nog openstaande poten
der plaatselijke Inkomsten- en Straatbelasting, in
gezien weldra met de vervolging zal worden voet-
gegaan.
Amersfoort, 81 December 1907.
De Ontvanger voornoemd,
K. VAN der BURG.
Vraagt ge van 't werkelijke leven,
Van het levende leven uw deel?
Zoo wil en zoo neem dan de zorgen,
Zoowel als de vreugdo geheel.
De kerkklokken luiden
En al geelt niet ieder gehoor aan het noo-
dend gebeier, toch roept hun metalen geluid,
dat plechtig door de koudejlucht.klinkt,in allen
het verlangen wakker om alle materieels
dingsigheden voor een wijle op zijde te zetten,
ten einde rustig en vredig met de onzen samen
te wezen, te genieten van het geluk een eigen
haard te bezitten, of om zich bij den kring
te voegen van hen, die ons liet geworden
zijn.
Haastig wordt verricht, hetgeen per se niet
uitgesteld kan; ul het andere laat men liggen
zonder er over te tobben, 't Is net, alsof
het »'tis Oudejaarsavond" je ontheft van
eiken plicht dienaangaande.
Eu als 'dan allen in onze omgeving zich
tot rusten zetten, als in huis al de gewone
bedrijvigheid heeft opgehouden om plaatste
gaan maken voor die eigenaardige, echter
niet-doodscho stilte, welke zich zoo aanpast
aau een rustdag, dan komt over ons 'n Zon-
dagssternming.
Dan zijn de oogenblikken aangebroken,
waarin we als 't ware met onweerstaanbaron
drang genoopt worden, even stil te staan om
een blik te werpen op den afgelegdeu weg.
DAn grijpt ons iets aan van den weemoed,
welken we gevoelen, als we afscheid nemen
van een der onzen dien we nimmer zullen
terugzien, diu bevangt ons die zekere ontroe
ring, waaraan we ons niet eens onttrekken
kunnen, als we weteu, dat we een ons zelfs
onverschillig raensch voor 't laatst ontmoeten.
Spreekt het dan niet van zelf, dat we op
Sylvesteravond ernstig gestemd worden, nu
biunen een korte spanne tijds weer in ons
leven een periode wordt afgefloten, een, die
ons yeel liefs en veel leeds bracht, waarin
we wenschen koesterden, plannen maakten,
waarin we misschien iets voor anderen
mochten wezen, maar waarin we zeker
veel ongedaan lieten, wat we hadden dienen
te doen.
Zoo zullen er, dunkt me, weinigen zijn, die
dan niet behoefte gevoelen om tot zich zelf in
te keeren, ten einde de balans van hun daden,
van hun tekortkomingen op te maken.
Wie wil, wie kan zich verzetten tegen
de bekoring na te gaan, wat bij voor zich
en de zijnen zag gebeuren
Wie mag zich in deze uren onttrekken
aan een zelf-onderzoek
Wie zal zich niet ernstig voornemen,
goed te maken, wat hij misdeed, om alles
te wezen in de eerste plaats voor hen, jegens
wie hij heilige plichten on verplichtingen op
zich nam, toen hij hun lot aan het zijne
verbond
Wie beseft niet, zoo hem daartoe althans
de guven van geest geschonken zijn, dat by
verplicht is, ze, behalve in eigeu kring, in
lienst te stellen van de gemeenschap?
Wie gevoelt niet, dat diezelfde gemeen-
jhap.recht heeft van hem te eischen, dat
Ij hart toont te hebben voor haar belangen,
ut hij ten leven is geroepen om zichzelven
e anderen op te heffen, tot zegen te zijn?
Qaar zijn er ook, wien in het afgeloopen
jaf zooveel leeds trof, die zooveel zagen
milukken. dat ze nauw den moed vinden
oir nog iets van de toekomst te hopen, die
zót afgemat en terneergeslagen zy», dat ze
niet berustend en vertrouwend zich het zoo
buteekenisvolle: »so komme was du kommen
mag" herinneren, maar die woorden zeggen
zóo onverschillig, zóo eigenaardig bitter
alsof ze er mee te kennen willen geven
«erger kan het töeh niet".
Eu tocherger kan het wèl véél en
veel erger
Er is geen leed zóo zwaar of het kon nbg
schrijnender wezen
Er is geen ontgoocheling zóo ruw, of ze
kon nbg wreeder treffen
Er is geen verlies zóo groot of het kon
nbg meer smart brengen
Vergeet dat niet, gy, die mort, of bet
recht meent te hebben om onverschillig te
zijn, wyi u wonden geslugen werden.
Zog, denk eens na; staal gy niet te lang
stil bij wat u pijnt, zóo lang, dat gij geen
oogenblikje overhoudt om te toeven by het
goeds, dat u ook geschonken wordt?
Beken het eens eerlijkhebt gy ook geen
wenschen gekoesterd, die, als ze vervuld
waren, rampen geweest zouden zyn? Kom,
herinner het u eens goed
Toe, wees eens oprecht» mocht gy
niet behouden een, meer dan éen zelfs, die
u lief is?
Zeg, bezit gij niet nbg uw werkkracht en
uw energie om te trachten geledenj mate-
rieele verliezen te boven te komen 'i
O, ik weet best wat er aangevoerd kan
wordenwat Hoogere macht over ons be
sloten heeft, moét gebeuren.
Zeker, we hebben ons te buigen voor Gods
wil, maar ook te handelen naar Zyn wensch
niet by de pukken neer te hlyven zitten,
doch moedig te dragen, wat lly ons oplegt;
niet onverschillig te worden, maar het ver
stand en de wilskracht, die Hy ons schonk,
te gebruiken en vóór alles te vertrouwen op
Hem
En als we dat met vasten wil trachten te
doen, dan zullen we veel heel anders en boter
loeren beschouwen, dan zullen we kalmer
worden, dan zullen we vrede krijgen met
ons zeiven en met andereu I
Dun «kom alles reg". Ga bet zelf maar
eens nahoeveel is er niet, in eigen en
anderer loven, hetwelk we meenden, dut nooit
bereikt zou worden.
En 'tis er-toch toe gekomen, niet alleen,
maur 't mocht ook stand houden, omdat
waarnaar gestreefd werd, eerlijk was.
In hoe menig gezin waren jaren lang zorg
en verdriet, zag men vol angst naar «Ie toe
komst en ten slotte redde alles zich uit
stekend, of het bleek, dat men zich beducht
had gemaakt voor iets, waartoe het nooit
kwam.
».lu, maar voor my en voor hem, voor dezen
en dien, welke nooit iets anders ondervonden
dan tegenspoed, kan het nooit weer good
worden
Wie durft dat volhuuien? Welk bewijs
hebt gy voor die redeneering? H(j, die van
daag schreit, lacht morgen en wordt wellicht
dan geroepen om hem te troosten,dien hy he
den ben\jdt.
Wie vermag de toekomst te peilen
Wie kan zeggen wat er over ons besloten is?
Maar laten we onze eigen tegenheden niet
als do grootste besc touwen, onze smart niet
cujoleoreu, doch moedig vortrouwend voor
waarts gaan I
Dan zullen we loeren begrijpen, dat het
leven is
«Een kruis mot rozen, 'n vriendelijk
toeken,
Het blijve ons moed in 't harte spreken,
Waar God het bitt'ro mengt met zoet."
Smzk Fubderiks
Van Cj.beff.
.1. door don blikten. wlrolon, te»
snapt- vervolging van Powel hield
De gedachte aa» de vervmgu r miruQt huer
venlntaaru voor den dag gehaald en zioh voldoende
geotïnteerd had, was de vluchteling reeds verdwe
nen.
Tlins deed zich do vraag voor of hij zich rechts
dan vel links had goweud, of hij zich in een dor
oude huizen dan wel op een der binneuplaatsen
bevod, of in do richting der rivier wae ontsnapt.
Ras «sloten doorzoctit Rider de naaste omgeving
hij d)ng eukelo der openstaande huizen binnen
en lit zijn licht in du hoeken en gaten en voor-
portaln vallen. Daarbij stuitte bij wel op verdachte
gestalm, die bij de politie maar al to goed bekend
waren maar van Powel was gcon Bpoor meer '.e
vinder.
Holding viol hem de gedachte in, dat ook Jano
de vluht kon nomen. Een sleutel tot de raadsel-
achtigevoorvallau te erlangen door haar aan te hon
den. wi thans zijn eerst en dringend streven en hij
keerde tiaar het buis terug, waarin hij hot meisje
ouverwabt had aangetroffen.
Zijn rees werd verwezenlijkt; miss Palmer was
vordweiD, en ook van de oude heelster, de eigena
res vacbet gebouw,' was niets meer te zien. Hij
doonocl het huis van hot dak tot den kelder, maar
zyn moes bleef vruchteloos.
tjuinla was don detective bjj zyn bemoeiingen
i behulpzwn geweest; eensklaps vatte by hem by
i den arm n zcide op ontstelden toon
„Voort als uw leven u lief isl Ik heb zooeven
bet siguil van myn oude makkers vernomen, en
by hun tawige baai togen politie en spionnen zou
ons boiileloveu geen cent waard zijn 1"
I Zijn natfkeurige kennis der lokaliteit kwam hom
Ernstige woorden.
By alle wichtipihueiei van do politieke
tinnegieters over do ministerieel» crisis is 't
goed ook het volgende te lozon in de
«Nymeegsche Crt.".
Het niet-politieke resultaat vun den strijd
om «Ooi log" 19, dat thans heel Nederland
weet dat wy met onze defensie in een moeras
en in een doolhof zitten.
Hoe dat komt?
.Omdat het stelsel verkeerd is" zeggen
velen; «door het Hervéïsrae vun een deel",
zegt de beer Van Kitrnebeek.
Wy zouden hel meer met bet tweede ant
woord dan met het eerste houden, al gaat
de heer Van Karnebeek ons met zyn ant
woord niet ver genoeg. Want het is niet het
Hervélsme, het is een veel algemeener be-
schavingsverschynsel, dat ons in het moeras
beeft gebracht, zy het ook, dat speciliek-
Nederlandsche omstandighedendaartoehebben
meegewerkt. Het is een algemeen misverslaan
van vaderlandsliefde plus een overdrijving
van het persoonlijk gevoel van eigenwaarde
plus gemotiveerden afkeer van zuiver mililni-
risme, die samenwerken om in de landen met
Wesi-Europeesche beschaving de defensie te
desorganiseeren.
Eerst wanneer tegon het vage kosmopoli
tisme der meerderheid de reactie gekomen
zal zijn; eerst wunneor men weer zal geleerd
hebben, dat gezag en gehoorzaam
heid, zij mogen veel misbruikte begrippen
wezen, daarom toch geen verouderde
begrippen zyn; eerst wanneer men zich
defensie zal kunnen denken zonder extra-
vertoon, eerst dan zal de diepe tegenzin tegen
«dienen" verdwijnen, die thans door heel
West-Europa heerschten volstrekt niet alleen
by Óen politieke party.
Wanneer men maar eenmaal zóo ver is,
thans uitstekend te stadehij vloog «Ie donkere
steeg in en trok Rider met zich mede.
Beiden ijlden nu door de drukke stegen en steeg
jes, waarin het schuim der mensohheld vau do
wereldstad zich voor de oogen der wet verborgt.
James Quiolan vergezelde deu detective tot san
hut politiebureau in de Mulberry Street en nam daar
afscheid van hem.
„Morgen vertrek ik met mijn huisgezin naar bot
Westen om daar een nieuw leven to beginnen",
zeido hy. „Hier zou het ook voor tnjj niet moer uit
te houden zyn, want myn oude makkers tonden
my als verrader vermoorden."
Fin hij hield woord. De voormalige misdadiger
werd in Wisconsin een welgesteld mun en beleefde
nog gelukkige dagen.
Den volgenden ochtend kwam do heer Wuko
weder naar Rider's bureau.
Do detective liet zich mot croote verontwaardiging
uit over do bonding van miss Palmer, dit dm mis
dadiger met gevaar voor haar eigen leven legen de
vervolging had beschermd en daarop zelvu wasont-
vluobt. Hy verklaarde, dat hy, daar zy gewapend
was, aau een gewelddadige ontvoering niet meer ge-
I loofde; hy hield zich veeleer overtuigd, dat zij zich
vrijwillig in bet dievenbol voor de uogeu der politie
i had vorscnolen.
Do oude heer beproefdo de vrees on de verden-
king van Rider betreffende Jano to verdrijven door
i de besliste verklaring, dat zicb alles naar genoegen
i zou ophelderen.
„Jano heeft met die misdaad volstrekt niets uit te
staan, hoe bevreemdend de laatste feiten ook wezen
mogen I" besloot hij. „U zult ten slotte ervaren, dn
mis- P timer een voortreffelijk, edelmoedig en deugdt
•/.nam meisje is, dat door geor. andere dan goedo be--
weegredenen kan worden geleid."
Rider verwonderde zich tic* te moor over de warme
verdediging, omdat hij niet liegroep, vanwaar do
heer Wake een zoo nu iwkeurlge kennis van hot
meisje kon ontvangen hebben en welke de grond
van diens buitengewone belangste'ling in baar was.
De lmer Wake beschouwde bet meester worden
van het geleekende geld van 8>ratton A Kent nis
een kwestie, welke binnen korten tijd mo-ou opge
lost worden en verkleurde, dat hij spoedig in het
bezit or van zou zijn en dim moesten de tegenwoor
dige eigenaars er van oen duidelijke verklaring
geven, hoe zy er aau gekomen waren eu zóo ook
den werkolijkon dader ontmaskeren.
Rider voelde zich evenwel door ho'gehoordo zeer
weinig bevredigd en besloot zijn nasporingen ijverig
voort te zeiten.
Allereerst begaf hij zich nogmaals in do woning
van Tibsld Gibba en do»rzoOht diens garderobe.
Hierbij deed hy do ««wichtige ontdekking, dat een
paar schoenen, welke hy tiaar vond, precies in do
voetsporen pasten, w«lko hij in deu nacht van den
moord ondor het venster vun bet kantoor, dat op
den zijgang uitzag, had ontdekt. Dit spoor was bij
zonder gemakkolyk to horkonnen aan twee ryeo
nagoitjes aan den rand der zolen on het bevestigde
zyn opvatting, dat, zoowel Po el als Ttbald Glbbs
met deu moord in nauw verband stond.
(Wordt vervolgd.)