Dinsdag 3 Maart 1908. No. 7474. 57e Jaargang. Feuilleton. UITGAVE FIRMA A. H. VAN CLEEFF te IMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi. franco pepost f 1.15. Advertentiën 1—8 regels 60 cent; elke regel meer 10cent. Bij regel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenings- advertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEGRACHT8 Telephoon 19. De werkloozenverzekering in België en Frankrijk. In onzen tijd van werkloosheid is het niet ondienstig de resultaten tier werkloozenver zekering in België on Frankrijk, voorzoover zij bekend zijn, mede te deelen om te doen zien, ili.t deze jongste tak van sociale ver zekering nog allerminst ingang heeft gevonden en Zeker niet den omvang heeft verkregen, welke, in verband met de in hooge mate en groeten omvang voorkomende werkloosheid, had mogen worden verwacht. Zoowel om de malerieele schade, welke de werkloosheid in de arbeidsgezinnen aan richt, als om de geestelijke inzinking, welke zij bij vele werklieden veroorzaakt, is de verzekering tegen werkloosheid een «Ier meest noodige en nuttige. Eerst van de laatste jaren kan men nog maar van een geringe ervaring ten aanzien van deze verzekering spreken, te meer, omdat de verzekering zelve nog bij wijze van proefneming in verschillende landen en gemeenten in bijna evenveel stelsels wordt toegepast. Maar daarom ook is het van veel belang, dat de resultaten, elders verkregen, bokend worden gemaakt. Zooals men weet, dateert «Ie werkloozen- verZ''kering van 11)01. Toen werd te Gent het eerste gemeentelijk ondersteuningsfonds bij werkloosheid gevormd, welk voorbeeld men s viert in een aantal Gemeenten van België heeft nagevolgd. In 1000 waren er in België l 4 fondsen of kassen met 25aangesloteu Gemeenten. Op 5 verschillende wijzen ondersteunen deze kassen de wcrkloozen. Vooreerst ontvangen werkioozen een bijslag wanneet zy lid van een vakvereeniging zijn, welke bij de kas is aangesloten en zelt haar leden bi) werkloosheid ondersteunt. Op «li: tweede plaat; wordt een bijslag toegekea I aan werkloozeu, die met het oog op werkloosheid hebben gespaard en bij werkloosheid telkens een deel van het opge spaarde halen. Op de derde plaats wordt die bijslag ook verzeker! aan spaarvereenigingen, welke speciaal het sparen voor tijden van werk- I loosheid barer leden ten doel hebben. Op de vierde plaats wordt aan alleenstaande werkioozen (noch aangesloten bij een vak vereeniging, noch spaarders) een ondersteu ning verzekerd, waarvan het bedrag vrij wil lekeurig wordt vastgesteld. Eu ten slotte wordt de bijslag rechtstreeks aan de vakvereeniging toegekend, welke een werkloozenkas heeft. Verreweg vindt de eerste wijze van onder steuning het meest ingang. Het volgende overzicht geve enkele cijfers. I|S 1901 1902 1903 1904 1905 1906 9 11 14 14 Bedrag van heigeen de vakver- eenigiDgen hebben uiigekeerd. Bijslag I Aantal van de onder- gemeente- steunde 14 15 18 25 26 17 895.19 6 253.84 I 98 65 274.41 j 29166.68 3211 129 67 137.10 36 516.85 j 128 81 150.19 I 46 362.25 Aantal dagen waarover onderst eu- ning. 131 5 368.08 j 35 497.14 3400 1.) De grafelijke familie Von Grtitulingen had zich vaudaag. evenals guwoonljjk, dadelijk na het diner naar de woonkamer begeven, plaats genomen aaa de groote ronde tafel on mt zich nu, zooals ge woonlijk, o.itzettend te vervelen. Plotseling geeuwde de graaf xóo luid, töo inten sief, zoo lang en zoo alsof hem die geeuw uit het j *wall,i dat ZD" heide dochters hun lachen niet onderdrukken konden, terwijl de gravin, een groote, slanke, nog altijd mooie verschijning, al naderde zy de vytlig heel dicht, haar echtgenoot eeu van haar meest aristocratische blikken toewierp. „Maar Eduard. Dat was alles wat zij hooren lietmaar het zeido De graaf richtte zich uit zijn halfliggende houding op, ging kaarsrecht in zijn stoel zitten en zoide „Neem me niet kwalijk, Constance, dat ik zoo luid geeuwde, maar eerlyk gezegdhet is hier zëo vervelend, dat er geen woorden voor te vinden zjjn." „Je vergist je," klonk het zeer uit de hoogte terug, „Ik heb bet je in do weken, die we nu van onze 'eis terug zyn, al meermalen gezegd; het is hier ntot vervelend, maar stil". 229 i 89 719.32 I Van de 229 vakverenigingen behoorden 11 tot de voedingsmiddelen. 19textiel-industrie, 3 confectie-bedrijven, 76 bouwvakken, 15 huiden- eu lederbewerking, 13 tabaksindus trie, 28 metaalindustrie, i papierindustiie,30 typographen, 15 instrumentmakers, 4 trans portarbeiders, 7 dienstboden, 1 kappersbe diende en 6 diverse vakken. Hoewel het aantal kassen, Gemeenten en vak vereenigingen toeneemt, kan toch moeilijk worden gezegd, dat in een industrie-land als België deze wijze van verzekering bij werk loosheid ingung heeft gevonden. Zij verkeert iu de kinderjaren en zal nog heel wat moeten toenemen, wil haar werking eenigermate de ramp der werkloosheid verzachten. Het spaarstelsel is vrywel mislukt. Aan de indivtdueele spaarders is uitgekeerd in 1902 frs. 7, in 1903 frs. 55.44, in 1904 frs. 99.00, in 1905 frs. 29, in 1900 frs. 38. Alleen te Gent is aau éen spaarvereeniging een bijslag uitgekeerd en wel in 1903 frs. 2243.25, in 1904 frs. 2448.85, in 1905 frs. 2825.70 en in 1906 frs. 2556.80. Toch is dit stelsel in zijn mislukking door sommige misbruiken nog schadelijk gebleken. In 4 Gemeenten (Anderlech Molenbeek, St. Josse ten Noode en Brussel) zijn eenige ondersteuningen aan werkioozen verleend, zooals in de vierde plaats hierboven is aan gegeven. Sedert 1903 is jaarlijks door de Gemeente Luik fr. 1000 rechtstreeks aan verschillende vereenigingen uitgekeerd. Op al deze wijzen heeft men in 1901 frs. 8353.84, in 1902 frs. 34 235.17 in 1903 Irs. 44587.72, in 1904 frs. 55731.51, in 1905 frs. 46674.94 eu in 1906 frs. 59 096.75 uitge keerd. De provinciën Antwerpen, Henegouwen, Oost-Vlaanderen en Luik hebben, hoewel zij geen eigenlijk ondersteuningsfonds of werk loozenkas hebben, aan verscheidene yakver- eenigiogen subsidies verstrekt. In Frankrijk, waar sedert 1905 van Staats- 6 676 32 2191/a 39 891 50 604%! 55 734i/2 Verhouding van den byslag tot de oudersteuning van de vakvereenigin- gen. 36% 440/0 54% 570/o 530/o 46 663.42! 5019 71 969% 520/0 wege ondersteuning aan werkioozen kassen wordt verleend onder bepaalde voorwaarden, zij de resultaten even onbevredigend als in België. Op voorst van de commissie der werklooztyikassen zijn die voorwaarden bij decreet van 31 December 1906 op vele punten gewijzigd. Twee dezer wijzigingen betreffen de plaatselijke kassen met 50 tot 100 leden. Tot nog toe konden die kassen bijslag van den Staat krjjgen, indien zij ook van de Gemeenten bijslag ontvingen. Voortaan is het ook voldoende, als zij een bijslag van de Departementen krijgen. In de tweede plaats kan een kas, waarvan werklieden van ver schillende beroepeo leden zijn, van Staatswege bijslag genieten in een Gemeente beneden 50 000, in plaats van beneden 20 000 inwoners. Het is gebleken, dat in tal van Gemeenten tusscheri 20 000 en 59 000 inwoners in een aantal vakken te weinig arbeiders zijn aan gesloten om de principiële scheiding! der werkloozenkassen volgens de vakken door te voeren. In de derde plaats is voor alle kassen bet minimum van den bijslag van den Staat op frs. 10 per halfjaar gesteld, waartegenover de kas moet bewijzen ten minste frs. 30 in het halfjaar te hebben uitgekeerd. Welke resultaten over 1906 heeft de ver zekering in Frankrijk opgeleverd Voor elk hafjaar is, met het oog op de geringe vraag om bijslag, van Staatswege te ontvangeu, die bijslag bepaald op het maxi maal bedrag tot 16% der door de kassen verstrekte ondersteuning voor de plaatselijke kassen en van 24% voor de caissesfédérales (byv. de werkenloozenkas der typographen). In het eerste halfjaar hebben 74 kassen byslag aangevraagd, waarvan 29 werden afgewezen twee omdat zij zelf niets hadden uitgekeerd, 25 cmdat zy niet tijdig de ge vorderde gegevens inleverden, éen omdat zij haar administratie der gelden niet wilde laten controleeren, en éen omdat zij onjuiste opgaveu had gedaan. In het geheel is in het eerste halfjaar van 1906 aan 45 kassen van „Het oudersctieid daartusschen begrijp ik niet; dat heb ik je in de laatste weken minstens even dikwijls gezegd." „En ik begryp het óok niet," viel Alexa.de jongste der beide meisjes, eeu middelmatig groot, slank en elegant schepseltje, haar vader bij. „Ik vind bet hier niet stil, ook niet eenzaam, maar eenvoudig ontzettend geestdoodend." De gravin legde haar handwerk in baar schoot vouwde haar lange handen niet de uitstekend ver zorgde nagels samen, terwijl de graaf zyn doe 11 tor liefst een kus had gegeven. Maar aangezien zyn vrouw van een andere meaning scheen, ><eed hij het niet, niet omdat bij voor zijn vrouw te veel respect, om niet te zeggen angst had o, neen, dat nietSedert hy als ritmeester zijn ontslag hsd genomen en zich op bet van een oom geërfde landgoed had terugge trokken, was hy vry man, zyn eigen baas en voor alle dingen meester in buis. Niemand, behalve hy, had hier iets te zeggen hij kon doeu en laten wat hy wilde, nu by voorbeeld zijn dochter een kus geven of niet, net zooals hy zelf wilde. En daarom deed bij het niet. Het duurde geruimen tyd eer de gravin zichzelf weer meester was. Toen zeide zy: „Alexn, je hebt daar straks woorden gebruikt eu uitdrukkingen in den mond genomen, die voor een gravin in hooge mate ongepast zijnZoo spreekt geen jongedame, hoogstens eeu huisknecht. „En dan ook nog myn lieve broer Han», Zijner Majesteits knapste en lichtzinnigste othcier antwoordde Alexa. Uit den leunstoel van den graaf klonk een langgerekt, „ach ja", by wjjze van instemming. Staatswege frs 17 582 uitgekeerd. In liet tweede halfjaar hebben 85 kassen den bijslag aangevraagd, waarvan 30 afwezen zyn. Aan de overige 55 kassen is frs 24 913 als bijslag verstrekt. Van den in 1906 totaal verstrekten byslag van frs 43 495 hebben drie kassen van alge- meene vakvereenigingen (caisses divisées en sections ou caisses fédérales), die van de boekdrukkers, litbografeu en instrumentma kers frs 33165 ontvangen. Alle plaatselijke kassen te zamen genoten dus slechts frs 9200 als bijslag. Daaronder 19 kassen van 100 en meer leden, te zamen met 14698 leden, ontvangende als bijslag frs 5920. Op de Staatsbegrooting was frs 110 000 uitgetrokken, waarvan slechts frs 42 495 werd gebruikt. Voor een groot deel is dit toe te schrijven aan de omstandigheid, dat de bijslag van Staatswege voor de plaatselijke vereenigingen slechts 16der uitgaven bedraagt, zoodat die vereenigingen zelve 84% moet dragen. Juist deze resultaten wijzen aldus V. D. in de „Arnh. Crt". erop, dat bet Fran- sche stelsel minder doeltrelfend is dan het Gentsche in België en elders veel toegepaste stelsel. Zooals reeds is opgemerkt, heeft ook dit stelsel nog niet voldoende wortel ge schoten. Wellicht zal de tegenwoordige werkloos- beid ous vertier brengen en meer algemeen de wenschelijkheid van een goede verzeke ring tegen werkloosheid doen inzien. Een, door den heer Chr. J. Vrucht, Hoofd der R.K. school te Zwaagdijk, gem. Westwoud, gewijzigd Nederlands Volkslied is met zoovect belangstelling on dankbaarheid door H. M. de Koningin ontvangen, dat bet H. M. heeft behaagd, hem op te dragen dat lied zoo populair mogelijk te maken. Het luid als volgt NEDERLANDS VOLKSLIED. Wien Neèrlandsch bloed in d'adren vloeit, Wien 't hart klopt, fier en vrij, Wie voor zyn volk van liefde gloeit, VerhefP den zang als wij. Hij roem' met allen welgezind, Den onverbreekb'ren band, Die hier Oranje en Neerland bindt, Voistin en Vaderland. Bescherm, 0 God, bewaak den grond, Waarop onze adem gaat De plek waar onze wieg op stond, Wellicht ons sterfuur slaat. Wij smeeken van Uw Vaderhand, Met blijden kinderzin Behoud bet lieve Vaderland En onze Koningin 1 Zijn Alexa bad, als altijd, gelijlt; een knappe jongen w.-.s zyn Haus, maar lichtzinnig dat was niet te zeggen. Hij zelf was in zijn jeugd niet andere geweesthij had het geld met volle handen uitgegeven en menigen nacht by het epel gezeten hy was eeu „flirt" geweest, maar toch niet in die mate als Hans het was, voor wien geld blijkbaar heolemaal er niet op aankwam ea die bet geluk, de zoon van een millionair te zyn, met volle teugen genoot. Maar er werd op zijn zuchten weinig acht geslagen. De gravin was vau de eene verbazing in de andere gevallen en in de laatste was zij nu nog. „Hoe" kwam bet eindelyk van baar lippen „niijn zoon Hans gebruikt dergelijke uitdrukkingen? Dat kan eu wil ik Diet gelooven." Hans was het lievelingskind van de gravin. Hij had haar slanke, aristocratische figuur, haar mooie handen eu voetenbij was evenals zy doordrongen van de beteekeuis van hun oude.i naam en bad even onberispelijke manieren ais zijn moeder. „Ik wil het niet gelooven", zeide de gravin nog eens. „In de manege en bij den troep kan meu zich wel niet altijd zoo gedragen en spreken als een beschaafd mensch doen moetmaar bier en in onze omgeving zyn dergelijke uitdrukkingen ongepast." Alexa werd ongeduldig. De kalme manier waarop haar moeder elk woord zeide, maakte haar vaak nerveus en het viel baar dan moeilijk, te blijven luisteren, zonder haar moeder in de rede te vallen. Zy herademde toen haar moeder blijkbaar eindigde en smeekend zeide zij „Wees maar weer goed, mama; u weet, ik bedoel er geen kwaad mee waaneer ik eene soo'a krachti ge uitdrukking gebruik. In bet vorvolg tal ik bet uiet weer doen en netjes zeggen: „Het ie verve lend neen, stil," wilde zy er uog aantoevoegen. Maar zij kwam er uiet toe, want ale had haar zuster Dagmar hierop gewacht, viel deze plotseliug uit: „Je, om dood te gaan." En zy schoof de cou rant,waaria zy bad zitten lezen van zich at. Dagmar was een zeer in 't oogvallend, lief, jong meisje, van twee-en-twintig jaren, groot co goed gevormd, met een heel fijn profiel en mooie, groote oogen. In haar uiterlijk was zij een aristocrate, zonder eveowel zoo sterk op allerlei kleinigheden te letten als haar moeder deed. Wat dat betreft, stond zij tusscben Alexa en baar vader in al leek zy overigens weinig op haar zuster. Deze laatste was byna altijd vrooljjk. overmoedig, soms wel wat Dl te erg en zy handelde vaak impulsief, terwijl Dagmar rustig was en ai baar handelingen zicb ken merken door zekere bedaardheid en afgemetenheid. Dagmar nam de courant weer op en zeide: „Het is werkelyk ongelukkig, papa, dat wjjopdc „Kreuz-Zeiluog" g abonneerd zyn. Er staat zoo weiDig in en dat weinige is oog vervelend. Wanneer ik nog denk aan al de couranten, die we in Con tinental te Berlijn hadden." „Ach ja in Continental 1" De graaf zeide ook dit alweer met eeu zucht, als dacht by terug aan lang vervlogen tydeu eu als bon hy die daardoor weer tot de werkely kneid terugbren gen. De anderen zeiden niets, maar allen daobten het zelfde als hy. £11 ploteelinx waren zj) allen met hun gedachten weer te Berlijn. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1908 | | pagina 1