Donderdag 9
April 1908.
No. 7490.
57e Jaargang.
Feuilleton.
Binnenland.
FIRMA A. H- VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi.—
franco per post /'1.15. Advertentiën 1—G regels GO cent; elke regel meer 10 cent. BIJ regel-
abonneraont reductie, waarvan tarief op aanvraag kosieloos. Legale, otlicieële- en onteigeninga-
advertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels 1.25 elke regel meer f 0.25. Groote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU
KORTEGRACBT9
Telephoon 10
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER vnn AMERSFOORT
breugt ler kennÏB vm de belanghebbenden, dat
de blanco-verzoekschriften lot het bekomen van
jacbtacien, vischaoten en kostelooxe vergunningen
om Ie vissollen, benevens voor de registratie van
eendenkooien en duiventillen, alle werkdagen van
's voormidtlags 10 tot 1 uur des namiddags ter
Secretarie vei rygbaar zijn en maakt hen opmerk
zaam op het belang, dat er voor hen in gelegen is,
de bedoelde verzoekschriften, behoorlijk ingevuld,
voor den 1 Mei aanstaande ter voormelde plaatse'u
te leveren, opdat men tijdig voorzien zij van een
acte of vergunuiug voor het seizoen 1908/1909.
Amersfoort, 7 April 1908.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS v n
AMERSFOORT,
Gelei op «rit. 6 eu 7 der HINDERWET,
Brengen ter kennis van het publiek, dat een door
B. Th. MEIJER, firma H. Wot,TEM. ingediend vor-
zoek, met bijlagen, om vergumiiiig tol hetopricbteu
van ren gasmotor, dienende tot het in beweging
brengen vati een snelpers en een gewone pers in
tut perceel, alhier gelegen aan het Havik, Lij liet
Kadaster bekend onder Sectie E. No. 4854, op do
Secretarie der Gemeente lor visie ligt, en dat op
Donderdag, den 28 April aanslaande, des voor-
middags te balt' elf uren, gelegenheid teu Raadbuize
wordt gegeven om, ten overslaan van hel Gemeento-
brs uuv. of van een of moer zijner leden, bezwaren
legen liet upricbteu van de inrichtingen, iu te breti-
gen.
Tot het beroep, bedoeld in ari. 15, le lid der
Hinderwet, zijn volgens de beslaande jurisprudentie,
alleen zij gerechtigd, die overeenkomstig ari. 7 der
Hinderwet voor bet Gemeentebestuur of een ol ineor
zyner leden zij n verso bene n, teneiude hunne
bezwaren mondeling toe lo lichten.
Amersfoort, 7 April 1908
Burgemeester eu Welboudirs voornoemd,
De Burgemeersior,
WUIJTIERS.
Do Secretarie,
J. G. STEN FF RT KBOESE.
De BURGEMEESTER der Gemeente AMERS
FOORT
brengt ter kennis van belanghebbenden,
dat volgens mededeeling van den Minister van
Oorlog, gedurende twee dBgen in den loop der
maand April 1908 Schietoefeningen zullen plaats
hebben in den stolling vsu Den Helder met kanon
nen van licht kaliber (6 P.M.), opgesteld op hel fort
Erfprins.
Op de dagen, waarop gevuurd wordt, zal van het
.betrokken fort een roode vlag waaien, van minstens
éen uur vóór den aanvang der oefening tot bet einde
daarvan, alsmede gekleurde vlsggon aangevende de
ware richting, waarin gevuurd zal worden.
Bovendien zullen op dio dagen groote waarschu
wingsborden worden geplaatst aan don ingang der
haven eu op de batterij Vischmark', vermeldende
de plaats waarvan en in welke richting dien dag
gevuurd zal worden, terwijl naby de haven eu na
bjj hoi Torpcdo-magazjju bordon zulieu vroiden ge
plaatst, waarop als volgt is aangegeven de beteekonis
der gekleurde vlaggen een rood-witte vlag beteekent
N., zwarte vlag O., wit-roode vlag Z., witte vlag W.,
wit zwarte vlag N.O., rood-zwnrto vhig Z.O., zwart
witte vlag Z.W., zwart-roode vlag N.W.
Indien een stoomraartuig tot waarschuwen of
sleepen aanwezig is, en indien de oefeningen het
17.)
De graaf had zjjn courant weer opgenomen, cm
daardoor te bewqzen, dat het kleine intermezzo voor
hem geëindigd was, en om te doen alsof de lectuur
hem geheel en al in beslag nam, zeitlo hij van tyd
tot tyd ecu onkel woord
„Dns tóch; ky k, kykja, onze Keizer. Dat zou ik
tooh niet gedacht hebben."
Maar wanneer de gravin hem gevraagd zou heb
ben, waarop die uitroepen bertekken hadden zou
hij zeer verlegen om een antwoord geweest zijn,
want hij las hcelemaal niet in de courant, die by
onderclboven in de handen hield. Ook hy hield
zich nog bezig met deo zooeven geëindigden twist
.Myn vrouw beeft volkomen gelyk dergelijke
twiai gesprek ken zyn onzer onwaardig; zij moeten iu
de toekomst vermeden wordon, want boe vaker ïj
voorkomen, des te heftiger worden zn. Ik zal een
uitweg moeten zoeken om den baron er toe te brengen,
dat hy niet -neer met mijn vrouw zooveel over adel
praal; natuurlijk zonder dat zjj het bemerkt. Het
eenvoudigsto zou zijn wanneer itt hem zeido, dat
myu vrouw 'b nachts slecht slaapt."
En om hot eenmaal opgevatte plan dadelijk uit
te voereD, stond hy op on wilde de kamer velaten.
„Waar ga je heen?" vroeg zij.
toelaten, zal door dit vaartuig, desgewenaebt, hulp
worden verleend om uit den onveiligen sector te
komen.
Amersfoort, 8 April 1908.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
Een belangrijke quaestie.
In het jongste nummer van het „Tijdschrift
voor Posterijen en Telegrafie" vestigt een der
ambtenaren van die dienstvakken de aandacht
op een belangrijke quaestie betreffende de Rijks
postspaarbank en schrijft:
Jaren geleden werd in een der vergaderingen
van de Broederschap van commiezen der poste
rijen de wenachelijkheid uitgesproken, dat er
ten behoeve der ambtenaren een resumé van
enkele bepalingen van het Burgerlijk Wetboek
zoude worden samengesteld, omdat bij herhaling
was gebleken, dat het wenschelijk was, zoo de
ambtenaren met enkele artikelen dier wet nader
bekend waren. Wij meenen, dat omtrent deze
aangelegenheid overleg gepleegd werd met den
heer Directeur der Rijks Postspaarbank te Am
sterdam.
Wat de juiste oorzaak is, dat er van dit
geschrift nooit iets is tot stand gekomen, iR
ons niet bekendwij blijven echter het ontbreken
van een dergelijke vraagbaak ten zeerste be
treuren.
Zoo kwam onlang- een naar onze meening
belangrijke quaestie voor, speciaal daarom be
langrijk, omdat de ambtenaren, die in deze zaak
waren betrokken, het roerend eens waren, maar
zooals later bleek hadden zij bet geval allen
verkeerd ingezien.
De zaak was deze
De heer A. had een aanvraag om terugbe
taling (formulier XI) aan de achterzijde ge-
teekend en daardoor zijn huisjuffrouw gemach
tigd de aanvrage, aan de voorzijde gesteld, te
teekenen en het geld op zijn spaarbankboekje
te ontvangen. Voordat echter de uitbetaling
nog plaats had, kwam de inlegger te overlijden.
Nu verkeerden de ambtenaren allen in de
meening, dal de gemachtigde desalniettemin
aanspraak had op do uitbstaling van de gelden,
maar het bleek, dat bun opvatting geheel
onjuist was en in deze artikel 1850 van het
Burgerlijk Wetboek van toepassing was.
Dit artikel luidt als volgt:
Lastgeving eindigt:
Door herroeping der volmacht van don
lasthebber
Door de opzegging van den last door den
lasthebber
Door den dood, de :ratelee, den staat van
faillissement of van kennelijk onvermogen, hetzij
van den lastgever, hetzij van den lasthebber
Door het huwelijk der vrouw, die den last
gegeven of ontvangen heeft.
Waar vele ambtenaren met den inhoud van
dit artikel niet bekend zijn, is het gewenscht,
daarop eens bijzonder de aandacht te vestigen.
Wij zien daarin, dat niet alleen bij over
lijden de lastgeving vervalt, maar ook, dat de
lastgever het recht heeft, te nllen tijde de last
geving te herroepen. Daaromtrent bestaat onder
de ambtenaren ook een minder juiBte opvatting.
Zoo herinneren wij ons nog een geval, waarin
de heer A. den heer B. had gemachtigd, geld
op zijn boekje te ontvangen door raiddel van
een formulier XI; de order werd alzoo gesteld
ten name van den heer B. en ook aan dezen
toegezonden. Door bijzondere omstandigheden
was de heer B. verhinderd, zelf het geld op
het kantoor in ontvangst te nemen en ae heer
A (de inlegger) begaf zich met het boekje en
I de order van betaling naar het kantoor om
het geld te ontvangen, maar de uitbetaling
word hem geweigerd en de eisch gesteld, dat,
door invulling van het endossement aan de
achterzijde van de order van betaling, de heer
I B. den inlegger weder moest machtigen, alvorens
j deze zijn eigen geld kon ontvangen.
I In verband met het bepaalde van boven-
j genoemd artikel 1850 werd alzoo ten onrechte
I aan den inlegger zeiven geweigerd, het geld
te ontvangen.
I Voorts komt het herhaaldelijk voor, dat
spaarbankboekjes, belegd met een aan de
i ac.iiterzijdegeteekende aanvrage om terugbetaling
als onderpand worden gegevenaangezien het
gewenscht is, dat de ambtenaren het publiek
zoo juist mogelijk inlichten, is het van belang,
1 dat zij met den inhoud van dit artikel hekend
j zijn, opdat zij het publiek er behoorlijk op
I kunnen wijzen, dat een dergelijk onderpand
vrijwel waardeloos is, omdat bij overlijden alle
I aanspraken komen te vervallen en de lastgever
I bovendien steeds het recht heeft, zijn lastgeving
I in te trekken.
j Bij meergenoemd artikel 1850 B. W is
j bepaald, dat de uitbetaling aan een gemachtigde
niet meer van kracht is, zoodra de lastgever
I (inlegger) is overleden in verband daarmedo
zou men zich dus feitelijk bij iedere terug-
l betaling aan een gemachtigde moeten verge-
wissen, of de lastgever nog in leven is. Zulks
I is echter niet noodig, op grond van artikel 1852,
j en het 2e lid van artikel 1855 B. W., alwaar
wij lezen
I 1862 De herroeping, alleen aan den last
hebber kenbaar gemaakt zijnde, kan aan derden,
die, daarvan onkundig, met hem gehandeld
hebben, niet worden tegengeworpen, behoudens
het verhaal van den lastgever op den lasthebber.
1852: 2e lid, In aat geval, moeten de
verbintenissen, door den lasthebber aangegaan,
nagekomen worden ten aanzien van derden, die
in de goede trouw zijn.
Zoolang de ambtenaar dus niet weet, dut de
lastgever is overleden ot deze op het kantoor
„Ik bedacht me dasr juist, dat ik den baron
spreken moest."
„Jy óok
Nu was de beurt aan hem «tu verbaasd te kijken.
„Jij dan óok
„Ja," /.eide de gravin. „Je noot, met wolk oen
toewijding Alexa los van hem neemt, hoe blij zy
is, nu eindelijk eens goed to leoren ryrlen en hoe
reer bet baar ook aan 't hart gaat, zü moot hem
toch wel gelijk geven, dat „Lady" wegens haar
bouw g en geschikt paard voor baar is. Haar
verjaardag ie niet ver meer af en nu wilde ik den
baron vorzoeken om een ander paard naar Berlijn
te schrijven. Ik heb het tot dusver maar laten
loopen, want hel is nogal oen groote uitgave."
„Zeker, maar wanneer het niet anders kan, dan
moot het maar. Ik zul daarover ook mot den baron
sproken."
„En wat wil dan je verder nog van hem," vroeg
zy" nieuwsgierig Maar de graaf hoorde niet tueer.
Onder haar vorkUriug, wnarwan by geen woord
geloofde, wy.a hy al nice- eo meer naar de (leur
gegaan. Mei den deurknop ip. de hand had liy haar
geantwoord, maar was dadelijk daarna verdwminw.
Hij g'»g den baron zoenen. Dat zyni vrouw de
zelfde gedachte had gehad: als hy, wasil uiten twijfel.
Haar praatje was to lang.cn te geiooht geweest om
waar te zijn. En bovendien 't duurde nog con
heetan tijd eer Alexa jarig was.
Wie 't eerst komt, 'i eerst maalt, dacht do graaf;
vergenoegd laohond liep h\j door het slot naar do
kamer van den bicon, van daar naar do manege,
naar do stallen on ten slotte vond hy hem met
Alexa op het tennisvold.
Reeds van verre boorde hij baar roapen
„Maar baron, pas dan toch op. Dal heb ik nu
al driemaal gezegd. Onthoud dat dan toch. We
komen op zoo'n manier niet vorder."
Geamuseerd over den ornst van zijn dochter,
kwam de graaf naderbij. Do baron stond mot do
raket in de hand.
„Zóo moot u de hand houdenneen, hier dn
duim. Juist, zoo. Onthoudt dat nu en vorgeot bel
niet weer."
.Nooit. Zal ik er een oed op doen
„Dat is niet noodig, maar men moet met u wol
een engelengeduld hebben."
Het speet hem voor haar, do kleine Alex*, dio
er in haar blauw tennispavje verrukkelijk uitzag
en die uu in vertwijfeling voor Item stond, do wangen
gekleurd door do opwinding van liet spel.
Hou gaarno had hy haar niet gezegd
„Doet u maar niot zoovoel moeite ik heb u
voorgelogen."
M-wr hij wist, dat dat een voel grootere ontgoo
cheling zou zyn dan zijn opzett-lykeonhandigheid.
Hy vreesde steeds zich lo tullen verraden, haar to
tonnen hoe goed hy met de raket kon omgaan en
om dat te vormijden, maakte hij opzettelijk tolken*
fouten «mi verviel altyd wuor iu do oude.
„Grof do hoop niet op. U weet, dat vaak plotse-
soling een talent voor dun dag komt."
„Komo dat uur spoedig, dan zullen we eindelijk
samen kunnen spehn. En nu pas op, ik tal u
nogmaals dien slag uitleggen en voordoen.
Maar toon zij terugging om haar eigen plaate
weer iu to nemen, zag zij haar vader.
„Papa, dat mag niet, dat li tegen de afspraak.
kenbaar heeft gemaakt, dat hij zijn lastgeving
heeft ingetrokken, bestaat er voor den ambte
naar tegen de uitbetaling geen bezwaar.
De ambtenaren zijn echter onbekend met
meergenoemd artikel 1850 B.W. en het ia ona
bekend, dat dien tengevolge het publiek som
wijlen onjuist wordt ingelicht. Meermalen toch
hoorden wij verklaren, aat wanneer de inlegger
maar zorg droeg, dat bij zijn dood een door
hom aan do achterzijde geteekende aanvrage
om terugbetaling aanwezig was, een ieder daar
mede hot gehecle saldo (te goed) van zijn boekje
uitbetaald kon krijgen.
Uit het bovenstaande blijkt wedor opnieuw,
dat het zeer gewenscht zoude zijn, zoo de ambte
naren met enlcele bepalingen van het Burgerlijk
Wetboek nader in kennis werden gesteld
hebben zy bij de uitoefening van hun dienst
herhaaldelijk daarmede te maken, het kan niet
van hen worden gevergd, dat zij zelve uit het
ll.W. do bepalingen opzoeken, welke voor hen
van belang zijn.
Op wiens weg het ligt, een hierboven be
sproken leiddraad samen te stellen, zullen wjj
hier in het midden laten, maar alleen don wensch
uitspreken, dat de ambtenaren spoedig in het
bezit daarvan zutlen geraken.
Hier is een zaak aangeroerd, die niet alleen
voor de ambtenaren, belast met de spaarbank-
zaken, maar ook voor de inleggers van veei
gewicht is,
Daarom namen wij het artikel, dat seker ook
in andere kringen de aandacht zal trekken, in
zjjn geheel over.
Ongevallenwet eu arbeidsgeschiktheld.
Prof. Kortoweg gtvfi als zyn ervaring te
kennen, dat de Oiigovullenwet zeer storend
werkt opde genezing van rentetrek-
kemlH patiënten.
Vroeger, zegt do prof., genazen ontwrich
tingen en verstuikingen vun schouders, han
den en vingers grif, haast zonder dal de
geneesheer, als ze weer in 't lid gebracht
wuren, er uaur hottoefde om te zien. Tegen
woordig, na de invoering der Ongevallenwet,
vereischt de genezing eener schouderont-
wrichting volgens een Dutischo statistiek
gemiddeld 8 maandt?n, en somtijds jaren.
Op een vergadering der Heelkundige vnr-
eeniging kon dr. Van Siookum onlangs
velschillende'gev.dleu van slecht geheelde
breuken van beenen en armen laten zien,
welker bezitters, geen rentetrekkers zijude,
bun werk volledig verrichten. De verklaring
daarvan is goed on eenvoudig dezeeen
gezond mensch bezit een arbeidsgeschiktheid
van meer dan 100 pCt.; d. w. z. h(j kan
Evenmin als de baron toeschouwers in de manege
duldt, eve-iinln wil ik z« bier hebben. Toe, last
our nu allsen."
„Maar Alexa wat moot de baron daarvan nu wel
donken, dat jij me maar zoo wegstuurt."
„Oob, die heeft genoeg aan 't spel to denken.
Niet waar, voor wat audora bobt u nu toob geen
belangstelling."
„Zooals u boveelt."
„Om bemels wil. baron, zeg toch dat woord
„bevelen" niet. Dat herinnert me aan mjjn dienst
tijd," zei de de graaf, „'i Was wel mooi, raaer toch
U weet, de bevelen dor meerderen zijn gewoonlijk
onaangenaam voor de minderen. Nu ben ik vrij
man en dut kan ik doen wat ik wil, gain of blijven.
En daarom ga ik nu na«r den stal om u verder
niot to storen. Dsarna zoek ik u iu uw kamer op,
want ik zou u gaarne evon wil'ea sproken."
En do graaf verdweeD. Eon oogenblik speet het
hem, dat hj) uiet mot een enkel woord gotegd had
w»t hy op hot hart bad, opdat de baron op de
hoogte zou zyn wanneer d« gravin hem vóór wae
■<n hem over haar wenschen zou ko non sprekeu.
Muur dadolyk zette hi) die kleine ergernis op zij
hy had zich in vroeger jaren genoeg geërgerd. Men
loefde maar eenmaal en nu wilde bij het leven
genieten, tioh niet door kleinigheden doen ergeren.
Groote zorgen bad hij gelukkig niet eu dus moebten
de kleine hem het leven niet verbitteren.
(Wordt vervolgd.)