Zaterdag 29 1909. No. 7667. 58e Jaargang Quaker Oats Stadsnieuws. AMEESFOORTSCEE COURANT. UITGAVE FIRMA A H VAN CLEEFF te AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.— franco per post /'1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10cent. Bij regel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenings- advertentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25. Groote lettere naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEGRACHT 9 Postbus 9. Telephoon 19 KENNISGEVING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT maken bekend, dat het Bureau van den Bur gerlijken Stam! op den Tweeden-Pinkster dag voor het publiek geopend zal zijn des vóormiddags van S1/» tot 9 uur, uitsluitend tot het doen van aangiften van geboorten of overlijden. De hiervoor noodige aanvrag9 moet geschie den aan het Gemeentehuis mondeling of schriftelijk uiterlijk tus-tchen 8 en S'/4 ure des vóormiddags van dien dag. Amersfoort, 28 Mei 1909. Burgemeeft-r en Wethouders voornoemd, De Bu'gemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, J. G. STENFEUT KROESE. De twee Ikken. Kant, de groote wijsgeer, heeft hen, die hem kunnen lezen en verstaaD, vertrouwd gemaakt met het begrip van een transcen dentaal subject in onze persoonlijkheid, dat zich onder andere openbaart a's steui des gewetens. Dit begrip laat zich omschrijven in dezen zin dat er, behalve en boven onz»- onmiddellijk optredende lk-heid, nog iels anders en hungers in ons aanwezig is en zich gelden doetiets, dat wij de tweede lk-heid nngen noemen. lu den oorsprong van deze tweede k-heid ot van dit tweede Ik, willen wij ons hier thans niet verdiepen, maar enkel een paar vluchtige beschouwingen geven over den aard er van. Want dit tweede Ik verdient wel onze aandacht en belangstelling. Het is, zoo wij recht willen gaan, van onze eerste Ik de onafscheidelijke mede-wandelaar langs den levensweg. Het is de eeuwige corrector in ons, de eeuwige criticus, bediller, moralist en boetprediker; geen aangename reisgenoot maar een uiterst nuttige. Al onze onmiddellijke opwellingen tot handelen komen voort uit zelfzucht, zijn gericht op eigen zijn, eigen genot, eigen veiligheid en eigen behoud, Dit zyn de op wellingen van ons eerste Ik. Geven wij ouvoorwaardelyk gevolg er aan, handelen wy rechtstreeks er naar, dan ge dragen wij ons zuiver als natuurwezens, zuiver als het dier, geholpen door een meer dere of mindere mate van intelligentie. Juist door die iutelligentie, en in recbtstreekscne verhouding tot haar, zouden wij voor alles om ons heen allergevaarlykste wezens wor- den, indien niet het tweede Ik er ware om het eerste te remmen, te beteugelen, op de vingers te tikkeD, te knevelen kortom, er nevens de rol te vervullen van don gestrengeo nimmer aiwezigen en altijd wakkeren Mentor. Wee o:is, en wee onzen medeschep selen, zoo die oude indommelt en den jongen Telemacbus ongehinderd zijn gang laat gaan! Indien wij enkel ons eerste Ik laten pra ten, dan vinden wij aan en in onszelveu alles volmaakt, oordeelen wij al onze daden verdedigbaar, hebben wij altoos gelyk maar als wij even naar ons tweede Ik luisteren, dan blijkt er ontzettend veel op ons aan te nierken dan ontdekken wij in onze eigene gangen heel wat kroms en verdraaids, en onze gelykhebbery wordt ons zéér dikwijls twyfelachtig. Rapen wy eens ren paar heel eenvoudige, primitieve v lorbeelden van den grond. Ik zie ergens een kostelijke vrucht, die my niet toebehoort. Ik heb dorst en ik be reken, dat niemand rny het verdwynen der vrucht ten laste zal kunnen leggen. „Neem en eet!" zegt mijn eerste Jkmaar mijn tweede roept: silalt! Gy zult nie.t stelen, ook niet in een land waar politie ontbreekt". Ik kom in de gelegenheid, my gelden toe te eigenen, met de zekerheid, dat het niet zal worden gemerkt, en ten koste van een millioenenryke onderneming, stiryp toe! Kwaliteit, niet alleen kwanti teit Is de maatstaf van denkende menschen. Zy wegen do smaak, de xulverheld en de voedende bestanddeelen van Quaker Oats tegen de kwantiteit van los havermout—aa gebruiken dan Quaker Oats. ProfiteerLaat dit buitenkansje om vaD uw zorgen af te komen of om van het leven wat meer te genieten, u toch niet ontglip pen." Zoo spreekt mijn eerste Ik. Maar mijn tweede lk protesteert: »NeenGij zult er afblijven Dit zou een misbruik vertrou wen zijn, een gemeenheid. En al kan ook geen rechter u er voor gevangen zetten, en al zal ook geen meussh een aardappel min der er om behoeven te eten, uw schande zal zijn in het verlies uwer zelfachting en uw straf in de verlaging van de onvergan kelijke kern ia u." Er ontstaat brand in het bet hotel waar ik overnacht, »Loop en red uschreeuwt mijn eerste Ik. »Pak uw kleeren op en uw geld! Berg uw eigeu lijf en uw eigen goed! Vlucht de trappen al! Loop!''Maar mijn tweede lk zegt: »Ho een beetje! Eerst zult gij helpen om die gebrekkige oude vrouw naar omlaag te brengen, die daar in de kamer naast u ligt." lk heb met mijn automobiel, by een vaart van zeventig Kilometer, een mensch over reden. „Alle drommels!" zegt mijn eerste lk „nu er van doorWat had die man ook over den weg te loopen Neemt ge hem op en brengt ge hem naar een hospitaal, dan zal zijn dood of zijn verminkmg u ae grootste onuan enaamheden op den hals halen. Laat go hem daarentegen liggen, dan kraait er naar u geen haan. Want de plek was een zaam, niemand heeft het accident gezien, uw nummer was onleesbaar, en binnen enkele uren zijt ge reeds over 's lands grens. Aan den haal dusEr van doorEn laat ze maar probeeren je in te hatenMaar mijn tweede lk brengt er tegen io„Niet aizoo, vriendDe publieke weg, dien gij tot uw zelfzuchtig pleizier misbruikte, behoorde ook aan dien voetganger. De schuld lag niet aan zijn loopen, maar aan uw roekeloos rijden. Laat ge hem liggen, dan zijt ge boven en behalve een moordeuaar ook nog een luffaard. Opnemen en helpen zult ge hem:en al de gevolgen van uw niets ontziende woestheid zult ge afwachten en dragen". Ik geraak met iemand in stryd. Het komt tot heilige woorden, waarbij de liefde uit het venster vliegt,de vriendschap uit dt deur. „Geef uiet toehitst mijn eerste Ik. u niet uil het veld slaan Pas niet bij Neem geen enkel woord terug!" Maar inyn tweede lk bemiddelt„Eilieve, zou 't ook kunnen wezen, dat gij zélf ongoiijk hadt, dat de schuld voor minstens de helft aan uw eigen kant is, of, in elk geval, dat een kleine concessie uwerzijds heel dezen hatelijken twist had kunnen voorkomen T' De lezer zelf moge uit den schat van eigen levenswijsheid deze proeven van illustratie met nog eenige treffender sprekende en die per ingrijpende staalijes aanvullen. Ons was 't slechts er om te doen, den aard en de functie der beide Ikken aanschouwelijk te maken. Het eerste denkt altijl aan éi-n ding slechtsaan het lieve zélf. Het tweede denkt óok wel aan hei lieve zélf, als trans cendentaal einddoel en oogmei k van alle tneuschelijk streven maar het denkt daar- j aan langs een omweg, door het andere heen, het eigene met het audere vereenzelvigend. Het is een lasiige patroon, dit tweede Ik, die altoos de zoo natuurlijke en aangename ingeving van het eerste lk dwarsboomt, al- ultoos ontzegt wat er wordt begeerd, altoos verbiedt, altoos hekelt, en berispt, altoos be zwaren maakt en bedenkingen oppert, altoos schoolmeestert met een»dit hadt ge niet moeten doen en dfu hebt ge verkeerd gedaandit hadt ge niet moeteo zeggen en dat hadt ge niet mogen verzwijgen Een lastige patroon. Maar in waarheid een patroon, een schu.ts p -.troon, zonder wien wij, zoo wij hem niet m ol bij ons hebben, erger dan hel roofgedierte worden en wei nig minder dan de Booze. Daarom zal een verstandig mensch, die de hooge meerderheid van zijn tweede boven zijn eerste lk beseft, nooit schromen eigen handeling te laken, eigen dwaling te herroe pen, eigen ongelijk te erkennen. Hij stelt daarin zelfs een eer, omdat hij zijn boogere Ikheid er door op den voorgrond laat treden. „Ik deed verkeerd, ik dwaalde, ik hadonge- lyk", zegt hij »en juist door dit volmondig te erkennen, bewjjs ik, dat ik met mijn betere Ikheid boven mijn misslag, mijn dwaling, mijn ongelijk sta". Wat wy in ons voeden, zegt Goethe, groeit in ons. Dit geldt ten goede zoowel ais ten kwade. Voed ik den adel in mij met pdelen omgang en edele boeken, dan groeit in my de adelvoed ik de ontucht iD mij met on tuchtig vorkeer en ontuchtige lectuur, dan groeit in mij de ontucht. En wat wij in ons oefenen, sterkt zich in ons. Dus oefen ik io mijzelf mijn tweede-Ik, dau zal het si sterker en sterker in mij wor den, tot het steeds gemakkelijker mijn eerste beteugelt en in bedwang houdt. In het kind, bij zijn aandriften geheel door het eerste Ik geleid, is het tweede lk nog niet aanwezig. Dit ontstaat en ontwik kelt zich eerst met de jaren. Ook schijnen er menschelijke wezens te zyn, die niet al leen zonder het tweede Ik ter wereld kwamen, maar ook levenslang de opwellingen daarvan niet in zich bespeuren, de stem er van niet keunen,die niet huoren hun gemoed. Zulke wezens noemt men de constitutioneel gewe- leulouzen. Zij staan slechts nog door hun menschelyke intelligentie boven de dieren des velds. Zy zyn abnormaal, en als zoo danig worden zij dan ook, zelfs reeds in de hedendaagsche rechtspleging, beschouwd en behandeld. Elk normaal mensch echter heeft in zich dit tweede Ik zy het dan als product van spontane wording, of van leering, inpren ting en voorbeeld. Maar, gelyk men het in zich versterken kan men het ook in zich verzwakken. Het is, zooals gezegd, een heilrijke, maar tevens een lastige metgezel. Vele menschen dus trachten het te verstompen, tot zwij gen te brengen, stuk bij stuk van zich af te zetten, zelfs geheel te vermoorden. Soms gelukt dit ook en dan aanschouwt de wereld een monster, waarbij vergeleken de Minotaurus nog een lam van onschuld was. Wie onzer er in slageo mag, zich van zyu tweede lk finaal te ontdoen en enkel met het eerste door het leven te wandelen, hij wordt, zoo by sterk is, de echte weerwolf, of, is by zwak, het zuivere reptiel in men- schengedaante. Sommigen beweren, dat by, tot zijn straf en verbetering, het g-mscbe aardscb bestaan, met al de kwalen en kwellingen er van, nbg eens, van meet af aan, zal moeten overdoen. Aldus Ypsilon in het »N. r. d. D.". Van het college van Burgemeester en Wethouders van Amersfoort mochten wjj gister het volgende schrijven ontvangen Gemeente AMERSFOORT. Afd. I, No. 751. Amersfoort, 27 Mei 1909. Wy hebben de eer, naar aanleiding van uw mondeling verzoek, te be richten, dat het ons college niet geble ken is, dat uwe firma ten aanzien van het publiceeren van gedrukte Raadsstuk ken, in eenig opzicht in overtreding is geweest. Wij veroorloven U deze verklaring, zoo U dit wenscht, te publiceeren. Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, De Burgemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, J. G. STENFERT KROESE. Aan de firma A. H. van Cluefif te Amersfoort. Legio is bet aantal portretten van Prinses Juliana, dat thans door boekhandelaren hier ter stede en uitgevers van elders ons ter kennismaking of bespreking wordt toege zonden. Het merkwaardigste is wel, dat de nadrukken van de zoogenaamd origineele uitgaaf veelal mooier zijn dan het oorspron kelijke vyftal. Binnenkort zal er wel geen buisje meer in beel bet land wezeD, waar niet een der vele reproducties aan den wand hangt. In een gisteravond in »Amicitia" gehouden vergadering van de hier ter stede nog aan wezige leden van het niet-ontbonden comité voor de Huldigingsteesten bij de kroning van H. M. de Koningin, eenige heeren die de inmiddels vertrokkenen zullen vervangeD, en het Bestuur der Oranje-Vereeniging werd definitief besloten de geboorte van H. K. H. Prinses Juliana op luisterryke wyze te vieren en die viering te doen plaats hebben op 31 Augustus aaustaande, den eersten verjaardag van H. M. de Koningin als moeder. De 2*2 ter vergadering aanwezige beeren, vertegenwoordigend wel alle scbakeeriogen der bevolking van Amersfoort, uit burgery zoowel als garnizoen, verklaarden allen zich bereid, zitting te nemen in bet comité; aan anderen, die verhinderd waren tegenwoor dig te zijn, zal worden gevraagd, alsnog hun medewerking te willen verleenen. Daar van laatstbedoelden uit den aard der zaak nog geen antwoord is kunnen inkomen, kunnen

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1909 | | pagina 1