W. F. A.
UURWERKEN.
HAMERS i Co, te Amersfoort,
Algemeene Maatschappij van
Levensverzekering en Lijfrente
Stoomwasscherij W. G. BURGER,
FLEHITE
Feuilleton.
ZORG.
te AMSTERDAM,
ï- Damrak 74.
iMllgtf Bij «MlnkHjk Bell. uw I Nor. IB80, No.
D1BÏCTKUKKN
K. W. 8COTT, J. F. L. BLANKENBERG
On Mr. J. VAN SCHKVICHAVEN.
N ÏITTEM A,
JAARPREMIE p
Betaalbaar
ONrilldM
Betillng
hct gohoolo
1000 - vorickorg kapitaal.
hot
t promle-
17 03
li)
2295
2712
32 I'll
Betaalbaar direct
ZEIST.
AMEKIKAANSCH SYSTEEM.
Wassehen geheel opgemaakt of droog toegeslagen
GOEDE BEHANDELING. BILLIJKE PRIJZFN
De goederen worden te Amersfoort 's Woensdags franco gebaald en gebracbt.
PROSPECTUS wordt op aanvrage franco toegezonden.
Horloger,
LANGESTBAAT 42.
Grootste sorteering
Is klas artikelen'
Reparatie-Inrichting
b i 11 ij k, vlug en goed.
CREDIETVEREENIGING
te Amsterdam.
CorrespondenlsLoap te Amersfoort
Dir. H. J. M. van den BERtiH,
WILHELMINASTRAAT 5.
Zij stelt zich ten doel:
het vt'rleenen van Credieten onder per
soonlijke of zakelijke zekerheid of in-blanco
het incasseeren van handelspapier;
het ontvangen van gelden a deposito en
rekening-courant.
WESTLANDSCHE
HYPOTHEEKBANK
le 8.«IUYR«iUUi:.
De Bank geeft 4 pCt. Pandbrieven
uit tegen den offlcieelen Beurskoers
verkrijgbaar ten kantore der Bank
en bij de heeren
De Directie,
J. HOOFT GRAAFLAND.
J. A. van ERPERS KOIJAARDS
VOEDING*
HET ^MIDDEL
VOOR
ZJjIttL'NGEN
FAB* VAN HASELENABOOM
AMERSFOORT
men eische op flesch ên jcurk het
merk PUNCH VAN BEERTJE.
H B. DE BÈER, Amsterdam.
OiMlIiefflkuiMtlg Museum Is
dadelijks te bt'zlchlleen
voor itld-t-leileii a IO cent.
Kosteloos des Dinsdags van 10 tot 12
n van U/2 tot 3 uur.
SPOORTREINEN.
ZOMERDIENST 1909.
TRAMDIENSTEN.
SPOORTREINEN.
8.22d
714
Aank. uit de richting
Station
Kampstraat
Station
Vertrek in der
DU.
Amst.
NUk.
KCBt,
virtrek
Itomise
vertrek
Utr.
Nijk
5.40f
6.42
5.30
7.15
6.57
5.25
6.56»
6.46»
6.50»
7.17
-41+
6.51
6.50
7.07»
7.54d
7.39a
7.16
7.09
7.54z
8.z
7.48
7.59
8.08
8.10
8.01
7.55
8.05
7.49d
8.—
8.06
8.16
8.z
8.11 z
8.26
S.19
S.27
8.16d
8.13d
8.11
8.14
8.19z
8.30 z
ai 6
S.30
8.38
8.35
8.40z
8.51 z
8.55 z
9.06z
9.17
9.10
9.10
9.14z
9.24z
9.02
9.13
9.19
9.21
9.17
9.28
9.39
9.25 z
9.35 z
9.40
9.40
9.54
9.52
9.86
9.58z
10.11
10.08 z
9.39
9.50
10.—
10.03
10.22
10.08 z
10.18 z
10.24
10.24
10.20
10.16
10.30
10.41
10.27 z
10.38 z
10.45
10.43
10.53
10.49
10.48
10.39
10.53 z
11.04 z
10.50
11.01
10.56
lll.Ol
11.10
11.21
11.06*
11.17z
11.28
11.31+
11.40'
11.36
11.23
11.28
11.89
11.25*
11.36 z
11.45
11.42
11.46
11.43
11.51»
12.02 z
11.40
11.47
11.45
12.20z
12.31 z
12.46
12.3!
12.32
12.36z
12.46 z
12.46 z
12.57 z
1.25
1.05
1.02
12.55
1.05 z
1.16*
1.198
1.30 z
1.39+
2-05
1.40
1.23
1.318
1.42*
1.46 z
1.57 z
1.57
2.09
1.86f
2.04
2.151
2.28 z
2.39z
2.50
2.47
2.45
2.40
2.40
2.37
2.42
2.46
2.56 z
2.55§
3.20
2.50§
3.09
3.16
3.
3.11z
3.15
3.16
846
3.38
3.19
3.42 z
3.56
3.30 z
3.58
4.06
3.16
3.30z
3.53z
3.27
3.40z
4.03z
3.44
4.20
3.42
4.16d
4.05
4.04
4.10 z
4.21*
4.06
4.17
4.27§
4.25
4.19
4.17
4.13d
4.26
4.37
4.23 z
4.34 z
4.48
4.46
4.46
5.40
4.22§
5.19
4.50
5.09
5.'24z
5.46
5.01 z
5.20
5.3-17
5.56
4.47
5.06z
5.21
5.43z
4.58
5.17 z
5.32
5.54 z
5.24
6.07
5.25
6.03
5.57
G.Olz
6.117
5.56
6.06
6.10
6.06
6.05f
6.-
6.14
6.24
6.11z
6.22z
6.30
6.30
C.18
6.21
6.27z
6.387
6.24
6.35
6.53
6.56z
7.06 z
7.06z
7.16z
7.22
7.22
7.18
7.25 z
7.35 z
7.14
7.25
7.34
7.36
7.34
7.29
7.29
7.30
7.38
7.«8
7.35z
7.45z
8.2Sz
8.59 z
7.40
7.48
7.51
8.29
8.29
7.55z
8.33 z
8.06 z
8.447
7.48
S.17z
8.48z
.7.55
8.38
9.17d
8.34
9.07
9.05
9.13
9.03
9.16K
9.25?
9.25z
9.35 z
9.27
-1.2(1(1
9.38
9.27
9.32d
9.13d
9.33
9.36z
9.477
10.02
10.08
9.52z
10.03
10.12
10.14
10.23
10.13
10.17
lO.Og
10.20z
10.31
10.24
10.39
11.06
11.11
10.35
10.31z
10.38 z
11.32
12.14
12.37
10.10
11.51
9.40d
10.26
t Deze treinen loopen niet op Zon- en Feestdagen. Deze tranidienst vertrekt des Vrijdags (markt
te Amersfoort) te 6.46 van de Remise en te 6.56 van liet Station, op andere dagen te 7.41 van de Itemise
naar do Kampstraat Op Zon- en Feestdagen is de dienst beperkt en rijden slechts de tranidiensten met
z aangeduid; dos morgens nog te 10.18 en 11.16, en des avonds nog te 11.08, 11.14 en
12.27 van het Station; des morgens nog te 8.30 en des avonds nog te 0.3S van de Kampstraat naar het
Station. Bij vertraging in de aankomst der treinen zullen tie betreffende trams aan het Station wa< nten,
zoolang als de verdere dienst dit toelaat. De trams zijn bij de voormalige Utrechtschepoort te on
geveer 4 minuten vóór aankomst aan, of ml vertrek van het Station.
„Dus, zooalsik zeg, mevrouwtje, ruet, u ont
zien, goede voeding, prettige omgeving, u niet
opwinden, dat is de noofdzuak nnderu, zooals
ik al zei, sta ik voor niets in".
Zóo had de dokter gesproken en was toen
heengegaan.
Zij keek hem na met haar stille oogen in het
bleeke geluat, liet het hoofd zakken en over
peinsde.
Tien jaren waren voorbijgegaan, tien moei
lijke jaren van kommer en zorg. Zóo lang had
zij het uitgehouden en nu was zij toch ineen
gezakt onder deze wereld van ellende, die haar
zwakke schouders had doen buigen en haar de
kracht ontnomen had. De kracht, en óok den
moed I
Moedeloos waB zij geworden door de zorgen,
die zich niet lieten verdrijven, hoe hard zij ook
tobde en spaarde om zich voor zichzelve en
haar beide kinderen een bestaan te scheppen
het ging niet, steeds dieper zonk de welstand
van weleer, steeds meer hoopten zich de schul
den op, ofschoon zij dag on nacht werkte en
zoo, ten slotte, tot overmaat van ramp zwaar
ziek werd en, zooals zij vreeBde, ongeneeslijk,
hopeloos 1
„Goede voeding geen opwiuding I"
I nis maar die zorgen ophielden Ja. dat
gevoelde ze, dan zou zc kunnen herstellen, alB
die zorgen er muar waren, die grauwe, al leduag-
sche zorgen om het dagelijksch brood
Zij steunde luid eu verborg het bekommerde
hoofd in beide handen. Hoe duidelijk tastbaar
stond de „zorg" voor haar geestesoog. Zij had
haar kunnen toekenen, in het lange, grauwe,
havelooze kleed, met den grijzen sluier, die
haar lang en mager gelaat omhulde, een smal
gezicht, ingevallen, omgeven door gryze huren,
ongekamd in fladderende lokken, de groote tan
den, te nauwornood bedekt door smalle, blauw
achtige lippen, in de doffe oogen een koude,
doodo, raadselachtige blik.
En altijd stond zij daar, altijd, niet zichtbaar
voor anderen, maar tastbaar, voelbaar voor haar
zelf. Hoe dikwyle had Marie niet het gevoel
ge bad, alsof zich iemand over haar schouder
boog en met haar koude wang tegen de bare
leundezóo duidelijk wus vaak die indruk, dat
zy dun het hoofd omdraaide eu schuw en vol
angst omkeek. Zelfs de tegenwoordigheid der
kinderen schrikte het beeld niet af.
Zoo zat duar Marie nadat de dokter was
heengegaan en vroeg zich af, waarmee zij in
de toekomst het geld zou kunnen verdienen,,
dat noodig was om haar en haar kinderen
brood te verschaffen. Ja, zy wilde leven, de
sterke, zwakke vrouwzij moest immers toch
voor haar kinderen zorgen; die arme kinderen,
die niets van het leven genoten, wien alles ont
nomen was waaraan de mensch waarde hecht,
ja waarop hij een recht heeft.
En zij vermande zich. De sterke wil beheer-
schte nog eenmaal het zwakke lichaam. Marie
zat aanhaar schrijftafel. Huur bevende handen
zochten in papieren, losse aanteekeningen uit
haar leven, beschouwingen en kleine episoden.
Maar dit alles was nog niet klaar, niet uitgewerkt;
hoe zou zij den moed daartoe hebben kunnen
vinden Zij legde de handen in den schoot
en keek naar buiten zonder iets te
zien.
„Heb je wezenlyk talent, is er in je het
materiaal om te „schrijven"! Is het geen
ijdele vermetelheid, aan te nemen, dat het
anderen belang zal inboezemen, wat u heeft
getroffen
Dikwijls reeds had men tot haar gezegd
„Breng dat eens op papier en laat het drukken.
Je hebt het zoo boeiend verteld". Maar altijd
hield haar de gedachte terug „Vertellen is iets
heel anders dan schrijvenbij het vertellen
komt het veel aan op het gebarenspel, op het
mimiek van het gelaat en die kan men bij
het schrijven niet toepassen."
Toch wilde zij thans beproeven, bet te doen
zij moest toch ieven, ter wille van haar kinde
ren. Zy wilde alles heel eenvoudig vertellen wat
zij in den laatsten tijd beleefd en geleden had,
en dat zenden aan de Radactie van een cou
rant.
Zij sloot een oogenblik de oogen, vermaude
zich echter spoedig, dacht na en toen vloog de
pen over het papier, bladzijde na bladzijde vul
lend, zonder ophouden, heel eenvoudig slechts
„verteld" bad zij, wat zij in zich gevoelde. Zie
zoo, nu was het klaar. Haastig zocht zy de
vellen pupier bijeen en verzond ze.
Dezen nacht sliep zij Binds lang voor het
eerst weder vredig en diep. Zi) keerde zich naar
den wand zij wilde vandaag het grauwe
spookBel niet zien zij wilde hopen.
De oene dug na den andere verliep geen
antwoord geen tijding. En Marie beefde van
hangen angst. O, dat wuchlen I
Kent gij dat wachten, gij, die het levon hce
te kennen, gij die in goede omstandigheden
leeft? Neen, hoe zou 't ook? Gij hebt geon
honger, gij hebt te eten, een veilig dak boven
u; hoe zoudt gij het wachten der armen kennen,
dat teneerdrukkende, opwindende wachten Gij
kent de ellendige zorg niet, dat grauwe spook
sel, dat zijn klauwen slaat in harten hoofd
Urenlang lag Maria des nachts slapeloos. Om
zeven uur komt de postbodetot acht wil zij
wachten 't is vandaag weekmarkt, hij ont
moet misschien bekenden en praat, een beetje
lang, terwijl hij misschien misschien het
antwoord bij zich heeft I O, de menschen weten
niet, dat de dood mogelijk de hand reeds uit
strekt naar de zoolang te vergeefs wachtenden.
Negen uur. Neen, nu komt hij niet meer
Haar gelaat is strak gewordenmet moeite
staat zij op. Hoe doet de borst haar pijn, en
het arme hoofd. Zij zou diep willen adem halen,
maar het gaat niet. Dan loopt zij naar buiten,
den tuin in. Wat riekt de residu lieflijk hoe
lustig klinkt de slag van den vink. Een door.
dringende harslucht werkt stillend op haar ze
nuwen. Zij leunt met et hoofd tegen den dik
ken stam van den boom, waaronder haar lieve
lingsplekje is. Zij sluit de brandende oogen. Uit
een nabijzijnden vijver hoort men het kwaken"
der kikvorschen.
Heet trilt en flikkert de zonneschijn op het
grasperk 't is alsof de lucht ook trilt en zich
beweegt onder den gloed, die van den hemel
brandt.
't Ib middag alles is stil I De groote Pan
slaapt 1
Een groote matheid komt over Marie's leden
het ademen gaat moeizaam zwaar voelt zij den
polsslag in haar gevouwen handen. Wat slaat
haar hart heftig! Als in een droom hoort zij er
naar en telt in gedachten „Een twee drie 1
- Een twee drie I" de slaap drukt
zijn looden stempel op haar leden I
Hoe? Heeft zij geslapen? Heeft het niet
geonweerd?De lucht ziet inktzwartfluitend
en gierend doet de storm bladeren, stof en
steentjes opstuiven. Plat liggen de bloemen ter
aardehet kraakt in de hooge dennen 't is
de geweldige stem der natuur die spreekt.
Zulk een weer heeft Marie gaarne; 't is haar
nis spraken die geweldige teekenen van de
wording aller dingen er. van hun einde.
Het eindeI Hoe dat er uit zou zien? O, wat
moet het heerlijk zijn, te rusten, te kunnen
zeggen f ge hebt uw taak volbracht, ge nioogt
rustig henen gaan u lief meisje verzorgd
uw geliefde zoon in een goede betrekking
zonder zorg. En gelukkig, te weten, dat zóo
het einde is, eindelijkGe moogt de oogen
sluiten; zij zijn niet meer verlaten uw geliefden
zullen niet meer in handen der „zorg" vervallen I
O, zich neer te leggenhoe goddelijk schoon,
te weten, dat gij nu zult slapen I Geen steen
mag op uw graf, geen kruis O, neen, slechts
gras, friBcb, hoog, sappig gras. Aan 't hoofd
einde een boom, een wuivende berk, die haar
laatste rustplaats geheel en al overschaduwt.
Uitrusten IUitslapen I
Wat was dat? Had niet iemand haar naam
geroepen Had zij geslapen, gedroomd Zij
was dus niet dood Zij leefde Leefde nog altijd
in de woestenij, die eindeloos, een leveulang
zich voor haar uitBtrekte Het heerlijke, het
koele van haar laatste rustplaats was dus slechts
een droombeeld geweest Een kreunen stoot zij
uit met beide handen grijpt zij naar de
hartstreek. „Slechts gedroomd".
Met wankelende schreden, als nög door den
slaap bevangen, komt zij binnen. In het half
duister van de kamer komt iets wits op de
schrijftafel als naar voreu. In twee schreden is
zij bij de tafelhare bevende vingers lioud6n
het couvert vast. Daar lag het zoo innig ver
langde bericht. Eindelijk! Het wachten was ten
eindeMaar, als nu weder een hoop in rook
mocht vervlogen zijn neen, zij gevoelt
het, dat zou zij niet kunnen dragendut niet
meer.
Geheel Btil zit zij aan de schrijftafel. Waarom
opent zy den brief niet Had zij niet te voren
al gemeend, dat zij het zou uitschreeuwen, als
hpt antwoord eindelijk aan al die kwelliDgen,
zwijgend geduld, een einde zou maken, als er
plaats mocht worden gemaakt voor vreugde,
die eens komen moest?
Niemand tot wie zy zich richten kan
Zij heeft het hoofd tegen de leuning van den
stoel gebgd en tracht kalm te worden. Het
hameren in de slapen, het loome gevoel in de
ledematen als dat angstige, dat over haar
is gekoniet, maur weg wilde. guan. Met moeite
haalt de zwikke borst adem.
Niemand is bij haa; zij is geheel alleen.
Alleen?
Neen, daai is zij, de grijze vrouw.
Zij neemt Marie's hoofd in de armen, ziet
haar met kouden, dooden blik in het gelaat.
Neen, ditmaal niet met doode oogen de blijde
oplossing van het bange raadsel ligt in dezen
Vrouw Zorg glimlacht; daarna bedekt zij een
bleek, kalm gelaat met een grauwen valen
sluier en gaat henen.
Snelpersdruk, Urm» A. H, ran CLEEKF, Amersfoort