Bericht
(OSTim-ROKKKN
Rob. LEVY,
BRONWATEREN
IJACOL
MODE-MAGAZIJNEN
WERKGEVERS
LIJNZAADKOEKEN
van ONTVANGST eener zeer
uitgebreide keuze
in de NIEUWSTE modellen
najaars-seizoen.
AMERSFOORT,
Langestraat 40, Telefoon 103.
1»
Chem.
bereide
BOSCH Co, Amterdam
FLEHITE
Methorst Yan Lutterveld
Feuilleton.
De leeren trechter
WESSANEN LAAN,
WORMERVEE R.
Opgericht 1765.
Koninklijke Fabrieken.
Voedert uw vee met de zuivere murvre
ir de „Ster" en W. L,
uitmunten^ Joor hoog eiwit- en velgehalte
in voedingswaarde
EERE-DIPLOMA Parjjs 1900.
NEGEN GOUDEN MEDAILLES
(Haarkracht)
is het geheim van den gezonden haargroei.
Te Amersfoort verkrijgbaar bij de heereni
R. J. van E1MERFN, Coiffeur, en P. de
ZWART, Drogist.
LAMA1SÜN BOUWER Co.
Mnnrbuizen 39
Belasten zich met
aan- en verkoop van
Efleoten, Wissels en
Coupons.
Sluiten prolongation.
Safe-inrichting.
VOOR HET
Van der ZOO de JONG Van OPHOVEN
Amersfoort. Westslngrel 43. Telefoon 93.
Openen handelscredieten aan handelaren
en industrieelen tegen borgstelling, crediet-
hypotheek of andere zekerheid.
VICTORIA11 cent. BITTERWATER18 ct
APOLLINARIS 12 B VICHYWATER25
EMSERWATER15 FACHINGER12
enz., alles per heele flesch of kruik.
Verkrijgbaar bijApotheker W- .4- rail den DOVKXHAVIP
Amersfoort.
die BETROUW BARE werkkrachten
behoeven, worden beleefd verzocht zich
te wenden tot den Secretaris der afdee
ling Amersfoort en omstreken van de
NATIONALE VEREENIG1NG TOT
STEUN VAN MILICIENS,
Schimmelpeuninckstraat 4 1.
Oudheidkundig Museum is
dagelijks te bezichtigen voor
niet-loden ïi 10 cent.
Kosteloos des Dinsdags van 10 tot 2 en
van l>/2 tot 3 uur.
Kassiers en Commissionairs in Effecten,
(Commanditaire Venuooten H, ÜÏENS ZONEN, te Amsterdam)
AMERSFOORT BAARN
Huurhuizen 15, (naast de Nederl. Bank). Mollernsstraat,
Telephoon 49. Telephoon 14.
Verleenen van crediet onder persoonlijken of zake-
lijken waarborg.
Incasso's. Vreemd geïd.
4 (Slot).
Dacre lachte vergenoegd.
„Ik dacht wel, dat je er een woeligen nacht
door zoudt hebben", zeido hij, „maar mij heeft
het óok mijn rust gekost, want die gil van je
was geen prettig geluid om twee uur in den
morgen. Naar hetgeen je zegt, veronderstel ik,
dat je bet geheele afschuwelijke tooneel hebt
bijgewoond
„Welk afschuwelijk tooneel?"
„De foltering van het water de „scherpe
ondervraging", zooals het genoemd werd in de
dagen van den „Zonnekoning". Heb je het tot
het eind uitgehouden?"
„Neen, gelukkig werd ik wakkei eer het eigen
lijk begon".
„Zoo l Nu, dat doet er ook niet toe. Ik hield
het uit tot den derden emmer. Och, het is een
oude geschiedenis en allen liggen in het graf;
daarem hindert het ook weinig, op welke manier
zij daar gekomen zijn. Je begrijpt zeker niets van
watje eigenlijk gezien hebt?"
„De pijniging van een misdadigster. Zij moet
heel wat uitgevoerd hebben, als haar zonden in
evenredig zullen zijn met de straf, die er op
volgde".
„Nu, als dat je troosten kan", zeide Dacre,
zijn kamerjapon dichter om zica heen trekkend
en meer naar het vuur schuivend, „zij waren
werkelijk in evenredigheid met haar straften
minste, als ik zeker ben van de persoonlijkheid
der dame".
„Hoe ben je te weten gekomen, wie zij was?"
Tot antwoord nam Dacre een in perkament
gebonden boek van een der planken.
„Luister eens hiernaar", zeide hij, „het is in
zeventiende-eeuwsch Fransch, maar ik zal het
voor de hand voor je vertalen, dan kan je zelf
oordeelen of ik het raadsel heb opgelost of niet
„De gevangene werd gebracht voor de tirocte
Kamer van Strafzaken van het Parlement, zit
ting houdende als Gerechtshof. Zij werd be
schuldigd van moord op Monsieur Dreux
d'Aubray, haar vader, en op haar twee broeders,
Messieurs d'Aubray, van wie de een officier
was en de ander Raadsheer in het Parlement.
Het viel moeilijk, te gelooven, dat zij werkelijk
zulke booze daden begaan had, want zij was
zacht van uiterlijk en klein van gestalte, met
blanke huid en blauwe oogen. Het Hof echter
bevond haar schuldig en veroordeelde haar tot
Je gewone en de scherpe ondervraging, om haar
te dwingen, de namen van haar medeplichtigen
te noemen, waarna zij op een kar naar de Place
de Grève zou worden gevoerd om daar onthoofd
te worden. Daarna zou haar lichaam verbrand
en de aBcb in alle winden verstrooid worden".
„Dit bericht is gedateerd van 16 Juli 1676".
Het is belangwekkend," zeide ik, „maar niet
overtuigend. Hoe bewijs je, dat die twee vrou
wen ée.i zijn
„Dat komt aanstonds. Verder wordt er verteld
hoe de vrouw zich bij de foltering gedroeg.
„Toen de beul haar naderde, herkende zij hem
aan de touwen, die hij in de hand hield en
3tak hem onmiddellijk de handen toe, terwijl
zij hem zwijgend van het hoofd tot de voeten
opnam". Komt dat uit?"
„Ja, zoo was het."
„ZoDder een spier te vertrekken, bekeek zij
het houten paard en de ringen, die reeds zoo
veel ledematen hadden uiteengerekt en zoo
menigen kreet van pijn hadden doen slaken.
Toen haar blik viel op de drie emmers water,
die voor haar gereed stonden, zeide zij met een
glimlach„Al dat water iB zeker hier gebracht
om mij er in te verdrinken, Monsieur. Gij zult
toch niet meenen,|dat een klein vrouwtje zooals
ik dat alles kan verzwelgen Zal ik je de
verdere bijzonderheden van de pijniging voor
lezen
„Neen, dankjeliever niet".
„Hier heb ik een zin, die je zeker wel zal
overtuigen, dat wat hier beschreven wordt, het
zelfde tooneel is, dat je hedennacht hebt aan
schouwd."
„De goede Abbé Pirot stormde <'e zaal uit,
daar hij de marteling van zijn biechtkind niet
kon aanzien". Ben je nu overtuigd
„Geheel en al. Buiten twijfel is het de zelfde
gebeurtenis. Maar wie is dan de dame, die er
zoo bekoorlijk uitzug en toch op zoo ontzettende
wijze om het leven kwam
Dacre kwam naar mij toe, zette de lamp op
de tafel naast mijn bed en draaide den beruch-
ten trechter zóo, dat het volle licht op den
koperen rand viel. Nu waren de letters veel
duidelijker te zien dan des avonds.
„Wij hadden reeds uitgemaakt, dat dit het
onderscheidingsteeken is van een markies of
een markiezin", zeide hij, „en dat de laatste
letter een B. is".
„Dat is niet tegen te spreken
„Nu, meen ik, dat de andere letters vu links
naar rechts zijn, M. M., een kleine d., een A
een kleine d, en dan de B aan het eind".
„Ja, ik geloof, dat je gelijk hebt. Die twee
kleine d's zie ik duidelijk."
„Wat ik je zooeven voorlas", zeide Dacre, „is
het oillcieele verslag van het proces van Marie
Madeleine d'Aubray, markiezin de Brinvilliers,
een der beruchtste giftmengsters en moordena
ressen uit dien tijd".
Ik zweeg, verbijsterd door het buitengewone
van dit avontuur en de volledigheid van het
bewijs, waarmede Dacre zijn meening had ge
staafd. Flauw herinnerde ik mij enkele bijzon
derheden uit het leven dier vrouw, haar onbe
teugelde lossinnigheid, de koelbloedige en
langdurige marteling van haar zieken vader, den
moord op haar broeders ter wille van het geld.
Ik herinnerde mij ook, dat haar moedig sterven
eenigszins als een boete voor haar afschuwelijk
leven werd beschouwd, dat de Parijzenaars haar
in haar laat3te oogenblikkeu bewonderden en
haar vereerden als martelares, enkele dagen
nadat zij haar als een moordenares hadden
verwenscht.
Slechts éeo opmerking rees bij mij op.
„Hoe kwamen haar voorletters en haar kroon
op den trechter te staan In dien tijd werd
de eerbied voor den adel toch niet zóo ver ge
dreven, dat de instrumenten tot de pijniging
van de titels van de beschuldigde werden voor
zien
„Die bedenking is ook bij mij opgekomen",
zeide Dacre, „doch ook dit is gemakkelijk te
verklaren. Het proces wekte indertijd buiten
gewone belangstelling en het was heel natuur
lijk, dat La Reynie, het hoofd der politie, de
zen trechter bewaarde als een grimmige gedach
tenis. Het kwam niet vaak voor, dat de scherpe
ondervraging werd toegepast op een markiezin
van Frankrijk en dan was het zeer natuurlijk,
dat hij haar voorletters er op liet graveeren
tot voorlichting voor an.leren."
„En dit vroeg ik, wijzend op de kerven ia
den lederen hals.
„Zij was een wreede tijgerin," zeide Dacre,
terwijl hij zich omkeerde, „geen wonder dus,
dat zij ook scherpe, krachtige tanden had als
een tijgerin."
Snelpeisdruk, Firma A. H. van CLEEFF, Amersfoort.