Zaterdag 16
October 1909.
No. 7727.
59e Jaargang,
Stadsnieuws.
FIRMA A H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden ƒ1.
franco per post f 1.15. Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenings-
advertentiëu per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels 1.25 elke regel meer 0.25. Oroote
lettere naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU:
KORTEGRACHT9
Postbus 9.
Telephoon 19
KENNISGEVING.
GEDEPUTEERDE STATEN der Provincie
OT RECHT,
Brengen ter kennis van belanghebbenden,dat de
Rekening der Provinciale inkomst-n en uiig ven
over het dienstjaar 1907, goedgekeurd by Koninklijk
besluit van 3 September 1909, no. 39, en de Be
grooting der Provinciale inkomsten en uitgaven
voor bet dienstjaar 1910, goedgekeurd b\j Koninklijk
besluit van 29 September 1909, no. 36, ingevolge
art. 100 der Provinciale wet verkrggbavr zijn gesteld
ter Provinciale griffie van Utrecht, ieder tegen be
taling vau f0.40 per exemplaar.
Utrecht, 12 October 1909.
De Gedeputeerde Staten voornoemd,
F. D. 8CHIMMELPENNINCK,
Voorzitter.
L. J. RIETBERG,
Griffier.
De Hoogere Burgerscholen
en hun buitenleerlingen.
In de Staatsbegrooting (hoofdstuk V)
van dit jaar is eeu quaestie aan de orde
gesteld, die dc verst strekkende gevolgen
kan hebben voor honderden, die de Hoo
gere Burgerschool bezoeken ot weuschen
te bezoeken. Wij bedoelen de quaestie
van de zoogenaamde „buiteuleerlingen".
Al onze Hoogere Burgerscholen, de een
meer dan de andere, worden voor een
deel bevolkt door leerlingen uitplaatsen
in den omtrek, die te klein ~,ijn om zelf
een Hoogere Burgerschool te bekostigen.
Zoolang dit aantal niet groot was, be
stond daartegen geen bezwaar immers
de kosten werden voor de Gemeenten,
die wel zoon inrichting van onderwijs
hadden, niet vergroot, al zaten er ook
eenige leerlingen uit andere plaatsen in;
die kosten werden er zelfs iets door ver
minderd. Maar gaandeweg èn dooi
de zucht van velen om hunne kinderen
het Middelbaar onderwijs te laten ge
nieten, èn door verbeterde en vermeer
derde communicatie middelen is dat
aantal zóo belangrijk geworden, dat het
zelfs op verschillende scholen tot de helft
ot nog meer van het geheelc aantal leer
lingen is gestegen en de inrichting van
paralel-klassen heeft noodig gemaakt.
Reeds lang is ingezien, dat daarin een
groote onrechtvaardigheid schuilt. Immers
de Gemeente, die de school bekostigt, ziet
zich gedrongen, door haar inwoners voort
durend hoogere bedragen voor de Hoogere
Burgerschool te laten betalen ten gerieve
van bewoners uit andere Gemeenten, die
tot deze kosten geen cent bijdragen.
Wel geeft het Rijk subsidie, maar deze
beteekent betrekkelijk weinig in verge
lijking met hetgeen de Gemeente aan
haar Hoogere Burgerschool ten koste moet
leggen. Dat deze daartegen geen bezwaar
heeft ter wille van haar eigen inwoners,
het spreekt vanzelfmaar het spreekt
eveneens vanzelf, dat zij te grooter be
zwaar heeft dit te doen voor de inwoners
van andere Gemeenten.
Het schoolgeld is betrekkelijk bijzaak
immers dit vertegenwoordigt ia de verste
verte niet hetgeen de leerling aan de Ge
meente kost. En hooger schoolgeld mocht
van buitenleerlingen tot nu toe niet wor
den gehevenevenmin mochten dezen
worden geweerd, daar het Rijk dan zijn
subsidie introk.
De natuurlijkste weg zou zijn, dat het
Rijk, dpt al verscheidene Iloc gere Bur
gerscholen heeft, ook de andere overnam
maar daartoe heeft de Regeeriug blijkbaar
geen lust. Enkele zijn in den laatsteu tijd
overgenomenGoes, Zieriksee, Hoorn,
Veeudam, maar van andere is de over
neming geweigerd, hoewel het aantal
buitenleerlingen zeer belangrijk is.
De Regeering heeft er nu dit op gevon
den, dat de omliggende Gemeenten, wier
ingezetenen ten behoeve van hun kinderen
gebruik maken van de Hoogere Burger
school in de kosten dier inrichting zullen
bijdragen, hetzij door een vooraf vastte
stellen jaarlijksch bedrag, hetzij door een
vergoeding per leerling. Voor het geval
het Bestuur van een der belanghebbende
omliggende Gemeenten mocht weigeren
met de Gemeente, waar de Hoogere Bur
gerschool gevestigd is, een overeenkomst,
als bovenbedoeld aan te gaan, zou er
van de leerlingen uit die Gemeente mo
gen worden geheven een hooger school
geld, ongeveer overeenkomende met het
kostend bedrag per leerling, na aftrek
van het Rijkssub aie.
Er is oogenschijnlijk tegen dit voorstel
niets in te brengenhet is billijk men
zou kunnen zeggen, dat het een goede
vondst der Regeering is, om, zooals het
iu de toelichting luidt, een einde te ma
ken „aan de onbillijkheid, daf deze Ge
meenten al de lasten, aan het verschaf
fen van algemeen ontwikkelend Middel
baar onderwijs verbonden, op de schou
ders vau anderen afwentelen".
Maar er is theorie en practijk.
Eu nu vreezen wij, dat dit goed bedoelde
voorstel in de practijk zal blijken niet
veel meer dan waardeloos te zijn en het
voor éeu deel een sociale onrechtvaar
digheid in het leven zal roepen, die
ernstige gevolgen zal na zich sleepen,
terwijl het voor een ander deel het Rijk
zelf zal dwingen, uit de schatkist het
geld bij te passen
Ter verduidelijking willen wij een be
staande school, die wij zeer goed kennen,
als voorbeeld nemen. Wij kunnen dit te
eerder doen, daar deze school geen uit
zondering op den gewonen regel maakt.
Het is een Hoogere Burgerschool met
5 jarigen cursus iu een provinciestad
van middelbare grootte, maar met een
belangrijke omgeving. De school heeft
op dit oogenblik 193 leerlingen; vau
dezen zijn er echter slechts 87 uit de
Gemeente zelf, 18 die vau elders komen
wonen in de Gemeente, terwijl 8S dage
lijks uit 15 verschillende Gemeente in
den omtrek heen en weer reizen. Kon
zij voor haar eigen inwoners gemakkelijk
volstaan met vijf klassen, sedert ver
scheidene jaren heeft zij er tien en kouit er
niet zeer spoedig verandering, dan zal
het aantal nog belangrijk toenemen.
Resultaat natuurlijk een bijna dubbel
leeraren-personeel. Maar daarbij blijft het
niethet gebouw, in zijn tijd fiink en
royaal gebouwd, is nu reeds te klein
er zal stellig het volgende jaar moeten
bijgebouwd worden. En dat voor wie '1
voor buiteuleerlingen, die tot heden
geen cent iu de kosten betaalden.
Dat is onrecht zegt het ltijkiu het
vervolg moeten de andere Gemeenten
óolc mee betalen.
Maar zullen die andere Gemeenten dit
doen'! Een paar, die nogal veel leerlin
gen hebben, zullen er misschien toe
overgaanmaar de overigeZullen die
dorps-gemeeuteradeu jaarlijks zooveel
maal honderd gulden subsidie geven als
er kinderen uit hun Gemeente de
Hoogere Burgerschool bezoekenZal eeu
Gemeenteraad bijv. voor deu zoon van
het lloofd der school, die alleen uit die
Gemeente de subooi bezoekt, jaarlijks,
vijf jaren achter elkander, honderd
gulden afstaan 'I Zullen er geen perso-
5
J. H. IV. nuf dein lirinke,
48 Langstraat.
Heden omvangen
ZWARTE CHASSEURS
en eene groote collectie
CAPOTES.
ij? *4- - i},-f(j b; w tjj tf» tl»
ueu-quaesties, misschien ook religeuseof
politieke bij in het spel komen 1 Men
zou ouze dorpsgemeenteraden niet moeten
kennen om deze vragen bevestigend te
beautwoorden.
Het zal al heel mooi zijn, als van de
88 leerlingen, die op de door ons als
voorbeeld genomen school van buiten
komen, voor 28 door hun Gemeente
zal worden betaald. En de 60 anderen
dan} Van dezen zal ongeveer de kos
tende prijs als schoolgeld worden geheven.
Voor een tiental van dezen beteekent
dit uiet veelhun ouders bezitten mid
delen genoeg om dit bedrag te betalen.
Maar de 50 anderen, kinderen uit de
kleine burgerklasse, kinderen van amb
tenaren met klein inkomen, kinderen uit
den werkmansstand, zij zullen de school
moeten verlaten, omdat het den ouders
absoluut onmogelijk is, naast de toch al
zoo drukkende uitgaven voor schoolgeld,
reisabonnemeut en boeken, er voor ieder
kind nog honderd gulden per jaar bij te
doen. In de meeste gevallen zullen dus
alleen kinderen van vermogende ouders
het onderwijs aan de Hoogere Burgerschool
kunnen genieten, als die ouders niet in
de Gemeente wonen, waar zoo'n school
gevestigd is. Immers de Gemeenten waar
zij wonen, kunnen niet gedwongen
worden tot een subsidiedus zullen zij
het dan ook niet geven.
Het voorstel der Regeeriug komt der
halve in de meeste gevallen daarop neer,
dat, bij aanneming, het onderwijs aan de
Hoogere Burgerschool alleen nog maar
voor vermogende buiteuleerlingen toegan
kelijk zal zijn.
Tenzij en nu komen wij op ons
tweede bezwaar tenzij die buitenge
meenten niet al te ver af liggen van
een plaats, waar een li ij k s- Hoogere
Burgerschool is gevestigd, waarvan bo
vendien het schoolgeld nu reeds lager is
dau vau de meeste Gemeentescholen.
Bewoners uit de buurt van Maastricht
gaan in het vervolg naar Roermond, die
uit de buurt van Deventer naar Zwolle
die uit Breda naar Tilburg, enz. enz.,
De Rijksscholen zullen dus heel wat
leerlingen krijgen, welke tot heden op
Gemeentescholen gingen de Rijksscholen
zullen moeten uitgebreid, verbouwd wor
den. het leeraren-persoueel vergroothet
Rijk zal dus ten slotte voor een deel de
kosten moeten betalen, die tot dusver
op de Gemeenten kwamen te rusten.
Eu waar het voorstel luidt, dat deze
het eenmaal verkregen subsidie behou
den, zullen zij niet alleen de hoogere
kosten op het Rijk afwentelen, maar
zullen zij ook het hoogere subsidie be
houden, verkregen voor parallelklassen,
die zij niet meer hebben.
De Staten-Generaal mogen zich dus
nog wel eens tweemaal bedenken eer zij
het voorstel der Regeering, dat op zich
zelf billijk en juist is maar in de practijk
zal blijken zeer slechte gevolgen te heb-
ben, bij de Begrooting aannemen, tenzij
zij teveus de omliggende Gemeenten bij
de wet verplichten, bij te dragen
in de kosten van de Hoogere Burger
school, die door kinderen harer Gemeente
wordt bezocht.
Tot zoover het „Nieuws van den Dag'1.
AFLEGGERS.
(INGEZONDEN.)
Ofschoon de Herfst tot nu toe de
Zomer beschaamt, verkondigt toch de
kalender, dat de tijd is aangebroken om
voor 't wintergoed te zorgen. Wat in de
Lente is ter zijde gelegd als niet dienstig
voor de Zomer, wordt nu voor de dag
gehaald om bekeken en beoordeeld te
worden of het nog bruikbaar is, en
menig stuk wordt afgedankt.
Maar met die afgedankte stukken van
de meer gegoeden kan heel wat liefde
werk verricht worden onder hen, wier
kleerkast minder ruim voorzien is,
helaas niet zelden een droevig te kort
heeft. Wat voor de een te slecht of te
oudmodies is, doet er een ander nog
knap mee voor de dag komen, of ban
menigeen beschutten tegen winterkou.
Ofschoon iedereen dat wel weet, zijn
er toch voorbeelden van gaarne wel
doende personen, die er, juist op tjjd,
niet aan gedacht hebben hun afleggers
aan „Liefdadigheid" te sturen. Daarom
is het voorgaande niets dan een beleefde
herinnering aan het jaarliks herhaalde
verzoek van het Bestuur van „Liefda
digheid" om de afleggers van de gegoe
den onder zijn toezicht aan die behoef-
tigen te verstrekken, die ze niet ver
kwanselen, maar met hun gezin zelf
gebruiken.
Bij mevrouw Fortuyn Drooglever,
Paulus Buijs-laan 12, worden dageliks,
behalve Zon- en feestdagen, de voor
„Liefdadigheid" bestemde goederen in
ontvangst genomen.
A. M. K.
In de gister gehouden buitengewone ver
gadering van de Provinciale Staten van dit
gewest werd jhr. mr. W. B. Sandberg, bet
nienwgekozen lid voor Breukelen, geïnstal
leerd en is met '29 van de 39 stemmen geko
zen tot lid van Gedeputeerde Staten mr. M.
W. L. S. Bilderdyk.