Dinsdag ]6
November 1909.
No. 7740.
59e Jaargang,
Stadsnieuws.
FIRMA A- H VAW CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi.
franco per post f 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenings-
advertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25. Groote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals alzonderlijke nummers 10 cent.
Rij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT 9
Postbus 9. Telefoon
Gewisselde stukken.
Onder dagteekening van 4 November schreven
Burgemeester en Wethouders aan den Raad
In uwe vergadering van 23 Februari 1909
werd ons voorstel betreffende de Vrijwillige
brandweer van 28 Januari 1909 aangehoudeu
en een motie van den heer Plomp aangenomen,
waarbij in hoofdzaak ons college uitgenoodigd
werd, ter kennis van de twee Besturen der Vrij
willige brandweer-vereenigingen te brengen, dat
het den Raad aangenaam zou zijn, wanneer, ter
zijde stellende alle persoonlijke inzichten en
grieven, met het oog op het doel der vereeni-
gingen en ter bevordering van de eensgezindheid
tus8chen ingezetenen, de voorloopige Besturen
der twee biandweer-vereenigingen pogingen zon
den in het werk stellen om de vereenigingen
te doen ineensmelten tot éen geheel.
Sedert dien zijn eenige adressen betreffende
deze aangelegenheid bij uw vergadering ingeko
men, die in onze handen om advies werden
gesteld.
De door U aangenomen motie hebben wij ter-
stond ter kennis gebracht van de beide Bestu
ren der brandweer-vereenigingen met de mede-
deeling, dat, indien door de beide v e r e e n i
gingen*) een gezamenlijke vergadering zou
worden gehoudeu, wij daarvoor gaarne een loka
liteit van het Raadhuis beschikbaar zouden
stellen.
Van de Besturen van beide vereenigingen
kregen wij daarop bericht, dat er een vergade
ring van de Besturen') gehouden zou worden
op 8 Maart 1909s). De uitslag dier vergadering
werd ons medegedeeld bij schrijven van 15
Maart 1909.
Wij antwoordden hierop bij onze missive van
18 Maart 1909 o.a., dat wij uit het schrijven
van 15 Maart met genoegen vernamen, dat de
beide vereenigingen tot éen vereeniging veree-
nigd waren. Tevens verzochten wij Statuten en
een reglement, die wij bijschrijven van 21
Maart 1909 ontvingen. Al spoedig bleek ons
evenwel, dat inderdaad geen werkelijke samen
smelting vau beide vereenigingen tot stand
was gekomen.
Niet slechts wordt bij het schrijven van het
gecombineerde Bestuur, d.d. 21 Maart 1909,
een uitlegging gevoegd „van de houding van
het meerendeel der Bestuursleden in de be
staande quaestie", maar ook ontvingen wij d.d.
80 Maart 1909 een schrijven namens het voor-
loopig Bestuur der oude Vrijwillige brandweer
(een der beide vereenigingen, die zouden samen
smelten") dat een voorstel om een vergaderiug
van alle leden te houden, van de hand was
Sewezen en dat hieruit opgemaakt werd, dat
et 't plan van de „tegenpartij" was, „de oude
leden geheel uit te sluiten".
In onze vergadering van 23 Maart, waarin
het Bestuur der nieuwe Statuten toelichtte,
hebben wij reeds aan het Bestuur medegedeeld,
dat wij geen voorstel aan den Raad konden
doen voordat de leden bij elkaar waren geweest.
In ons schryven van 31 Maart 1909, waarin
wij eenige opmerkingen over de Statuten gaven,
kwamen wij o.a. hierop nader terug, terwijl wij
bovendien mededeelden, dat wij bezwaar had
den tegen het voorgestelde groote aantal be
stuursleden, die als onder-brandmeester en
adjunct-onder-brandmeester zouden fungeeren.
Op ons schrijven ontvingen wij geen ander
antwoord dan een afschrift van het aan uw
vergadering d.d. Mei 1909 gerichte adres, met
verzoek, ait adres te steunen. Wij deelden
daarna, bij onze missive van 15 Juni 1909,
mede, dat wy ons standpunt handhaafden en
verzoohten, daarby te willen mededeelen of het
Bestuur bereid en in staat is, aan don uitge
sproken wensoh van uw vergadering te voldoen.
Wij ontvingen daarna een schrijven van 5
Juli 1909, waarbij het Bestuur mededeelde,dat
naar zijn meening wol aan den wenschvanden
Raad was voldaan.
De spatieering is van B. en W.
In net ongedagteekende schryven van de
vereeniging, op 26 October ingekomen, wordt
uit het feit, dat slechts 12 stoelen waren gereed
gezet, met nadruk de conclusie getrokken, dat
het de „kennelyke bedoeling" was van ons
college, dat een fubie van de Besturen voldoende
was. Adressante vergist zichniet alleen schre
ven de beide vereenigingen (brieven van 5 en
6 Maart 1909) dat de Besturen zouden ver
gaderen, maar zelfs wordt in een dier brieven
onderteokend door F. W. A. J. Morel, er in 't
byzonder op gewezen, dat niet de goheele ver
eeniging, maar slechts de Besturen zullen ver
gaderen.
Vervolgens kwamen van de vereeniging in
uwe vergaderingen van 28 September 1909 en
26 October 1909 adressen in.
Tijdens deze behandeling zijn voorts nog
ingekomen twee adressen van personeel van
de stedelijke brandweer met verzoek, de beschik
bare spuit niet aan een vrijwillige brandweer
vereniging te geven, maar als reBerve-spuit voor
de stedelijke brandweer beschikbaar te houden.
Ten slotte is nog ingekomen een adres van
G. H. Donath. eveneens op deze aangelegenheid
betrekking hebbende.
Al deze stukken en brieven liggen voor U
ter lezing.
Naar onze meening is niet voldaan aan het
geen uwe vergadering blijkens de aangenomen
motie gewenscht heeft, t.w. een ineensmel
ten g van de beide vereenigingen. Na het
ontbinden der oude vereeniging zijn twee nieuwe
vereenigingen opgericht; aan het hoofd van
iedere vereeniging stond een Bestuur.
Deze Besturen zijn, blijkens de stukken, tot
overeenstemming gekomen. Daarna heeft het
gecombineerde Bestuur ledenlijsten doen teeko-
nen, waarop de volgende verklaring staat: „De
ondergeteekenden, allen voorloopige leden der
Nieuwe Amersfoortscbe Vry willige Brand weer-
vereeniging, verklaren zich bereid betreffende
hunne definitieve toetreding tot de den 8 Maart
1909 opgerichte vereeniging, ontstaan uit de
samensmelting der beide Besturen der voorloo
pige vereenigingen, zooals achter hunne naaien
vermeld, goedkeurende en zich stellende naar
de door het Bestuur, thans bestaande uit de
heeren W. van Schaick e. a., vastgestelde Sta
tuten en Huishoudelijk reglement, zooals deze
door hon zijn opgeniaukt en, wat de Statuten
betreft, gewijzigd naur de gegevens, ontvangen
van Burgemeester en Wethouders der Gemeente
Amersfoort, en welke hierbij worden overgelegd".
Tengevolge van een dergelijke werving van
leden kan naar onze meening niet van een
samensmelting der beide vereenigingen
worden gesproken. Op die lijsten wordt boven
dien niet medegedeeld, welke bezwaren onzer
zijds tegen het reglement bestonden en evenmin
wordt vermeld, dat tegen een werving van leden
op lijsten by ons overwegend bezwaar bestond.
Voor een werkelijke ineensmelting is uoodig
öf een vergadering van de leden der beide ver
eenigingen afzonderlijk ten einde de fusie
goed te keuren, zooals deze aanvankelijk door
het Bestuur was voorbereid öf een gezamen
lijke vergadering van de leden der beide vereeni
gingen. In ieder geval is voor een fusie een
uitspraak van de twee vereenigingen noodig.
Deze vereenigingen, die volgens uw wensch
ineen zouden smelten, hebben zich nimmer over
die ineensmelting uitgesproken, omdat het Be
stuur weigert de ledeu bijeen te roepen. Wy
hebben in onze brieven steeds op een samen
komst der leden aangedrongen. De meerderheid
van het gecombineerde Bestuur heeft evenwel
steeds geweigerd, hieraan te voldoen, omdat ge
vreesd word, dat op een algemeene vergadering
„de nog niet geheel tot rust gekomen harts
tochten weder zouden worden ontketend en
oude veeten opleven" (zie schrijven van 21
Maart 1909 en adres van 25 Mei). De gegrond
heid van deze vrees moeten wij natuurlijk ac
cepteeren, maar waar alle leden niet bijeenge
roepen kunnen worden zonder vrees voor „ont
ketening van nog niet geheel tot rust gekomen
hartstochten en opleving van oude veeten",
daar meenen wij, dat inderdaad niet voldaan
is aan uw wensch, die inhield, dat alle persoon
lijke inzichten en grieven ter zijde gestold zou
den worden en, ter bevordering van de eensge
zindheid onder de ingezetenen, een ineensmelting-
zou plaats hebben.
Uit de stukken blijkt voorts, dat wij ons
niet vereenigen konden met de talrijkheid van
het Bestuur t. w. 9 leden, met bepaling, dat
bij vertrek, enz. van Bestuursleden het aantal
tot 7 zal dalen.
Deze Bestuursleden zouden meerendeela de
taak van onder-brandmeester en adjunct-onder-
brandmeester vervullen. Tegen dit groot getal
dignitarissen bij brand hebben wij, met het oog
op een goede en kalme leiding van het blus-
schingswerk, inderdaad bezwaar. Het gecombi
neerde Bestuur wenscht evenwel dit groote getal,
opdat ieder lid van de Besturen der vereenigingen,
die zonden samensmelten, zitting in het Bestuur
kan hebben. Dit achten wij geen voldoend
argument. Het foit, dat de z.g. fusie der Be
sturen slechts mogelijk is, indien ieder lid van
de Besturen in het nieuwe bestuur zitting krijgt,
wijst bovendien niet op volkomen eenstemmig
heid.
Het verloop van deze aangelegenheid heeft
ons niet alleen geleerd, dat inderdaad niet
voldaan is aan uw motie, maar heeft ons tevens
de overtuiging geschonken, dat het in het be
lang van de Gemeente is, voortaan geen subsidie
en materieel voor een vrijwillige brand weer-
vereeniging beschikbaar te stellen, maar het
blusachingswerk uitsluitend aan de gemeentelijke
brandweer op te dragen.
Na een tijdsverkoop van anderhalf jaar schij
nen de oude veeten, die de oude vrijwillige
brandweervereniging verdeelden, nog niet ver
geten. Langer wachten met het nemen van een
besluit achten wij niet raadzaam. Bovendien
dringt het personeel der stedelijke brandweer
er op aan, dat het beschikbare materieel aan
haar wordt afgestaan.
Op grond van het bovenstaande hebban wij
de eer, ons voorstel van 28 Januari 1909, waar
van de behandeling in uw vergadering van 23
Februari 1909 werd aangehouden, in te trekken
en stellen U voor, te besluiten:
lo. geen Bubsidie en materieel beschikbaar te
stellen voor een vrijwillige brandweer-vereeni-
ging
2o. het thans beschikbare materieel ten dien
ste te stellen bij de stedelijke brandweer.
Zoodra hieromtrent door U een beslissing ge
nomen ie, stellen wij ons voor, zoo noodig, de
vereischte voorstellen tot wijziging van het re
glement tot regeling van de brandweer bij U in
te dienen.
Onder dagteekening van 11 November sehre
ven B. en W. aan den Raad
Wij hebben de eer U hierbij weder aan te
bieden het adres van de agenten van politie, in
onze handen gesteld bij uw beBluit van 26 Oc
tober 1909, waarbij in velerlei opzichten verbe
tering van positie wordt gevraagd.
Wij betreuren het, dat adressanten de vrij
heid hebben gevonden, zich met dit adres tot
nw vergadering te wenden, omdat in 1908 een
zeer belangrijke financieele verbetering voor dit
korps ambtenaren is tot stand gekomen. De
verschillende vragen, die in het thans in be
handeling zijnd adres gedaan worden, zijn alle
het vorige jaar door in de afdeelingsvorga-
deringen van 9 en 10 Maart en de openbare
zitting van 1 April 1908 aan de orde gesteld.
Het resultaat van deze behandeling is geweest,
dat de salarissen belangrijk verbeterd zijnt.w.
de categorie agenten 3e klasse (jaarwedde f475
tot f525) is opgeheven; de agenten 3e klasse
zijn toen alle ongenomen in de 2e klasse. Het
salaris voor de 2e klasse werd bovendien ver
hoogd, t. w. het minimum en het maximum,
dat respectievelijk f525 en 600 bedroeg, werd
gebracht op f 550 tot f 650 (in 12 jaren te be
reiken). De salarissen van de agenten le klasse
en van den hoofdagent werden eveneens met
f20 verhoogd.
Op nog slechts enkele punten komt bet ons
wenschelijk voor, uw aandacht te vestigen. De
4 oudste agenten bewonen de woningen, die aan
de vroegere ingangen van de stad staan. Het
werd wenschelijk geoordeeld, op deze plaatsen
een agent van politie te doen wonenom die
reden werd de huur niet hooger dan f30 per
jaar gesteld. Dat hierin een aanleiding is gele
gen dun anderen agenten een extra vergoeding
voor huishuur te geven, achten wij ongemoti
veerd.
Bij de regeling in 1908 is dan ook op den
voorgrond gesteld, dat het onjuist is een tege
moetkoming voor bepaalde uitgaven, bijv. huis
huur, toe te kennen. Deze uitgaven moeten
bestreden kunnen worden uit het salaris. In
ous desbetreffend rapport schreven wij „Indien
het salaris te gering is, moet dit verhoogd
worden; het instellen van dergelijke nevenin
komsten moet evenwel zooveel mogelijk worden
vermeden in de practijk blijkt bovendien, dat
ambtenaren geneigd zijn, bij de beoordeeling
van hun salaris op dergelijke inkomsten weinig
acht te slaan".
Dit standpunt is blijkbaar ook door uw
vergadering ingenomen.
De periodieke toekenning van verhoogingen
voor de agenten 2e klasse van 12 jaar op 9 jaar
te brengen, zal de juiste verhouding, die thans
in de salarissen voor de verschillende klassen
der agenten ligt, verstoren.
De agenten le klasse en de hoofdagent ge
nieten twee 3-jaarlijksche verhoogingen van f 25
de agenten 2e klasse vier 3-jaarlijksche verhoo
gingen van f 25. Wordt de termyn voor de
agenten 2e klasse verkort, dan zal die termijn
voor de overige agenten ook weer korter gesteld
moeten worden.
Gelijk wij evenwel reeds medegedeeld hebben,
bestaat er geen enkele reden de verordening, in
1908 vastgesteld, thans te herzien.
Ten aanzien van de pensionneering willen wy
nog opmerken, dat hier o. i. inderdaad reden
bestaat verbetering aan te brengen, zoodat wy
op dit punt de aandacht gevestigd houden. Wij
achten het evenwel zeer onraadzaam, thans
dienaangaande een beslissing te nemen en voor
uit te loopen op de in behandeling zijnde pen
sionneering van de Gemeente-ambtenaren door
het Rijk.
Op grond van het bovenstaande hebben wy
de eer U in overweging te geven, afwijzend op
het adres te beschikken.
Tot goed begrip diene, dat de agenten van
politie bij adres aan den Raad verzochtenden
diensttijd voor pensioen voor hen, die zoo
geheel andere diensten verrichten dan de ove
rige Gemeente-ambtenaren en bedienden, terng
te brengen van 40 tot 25 jaarin geval hun
tusschentijde pensioen moet worden toegekend,
na zeer ernstige verwonding en dergelijke, te
berekenen per dienstjaar; van hen voor hun
pensioen té beffen 3 in plaats van 4 pCt.
pensioen te verleenen ook aan hun weduwe en
weezen; toe te kennen f50 vergoeding van
huishuurvrije geneeskundige behandeling 6ok
voor hun gezinhet maximum der periodieke
verhooging na 9 in plaats na 12 jaar.
üs. A. M. Donner, die heden voor acht
dagen zijo 25-jarige Evani" ne-beiliening
mocht herdenken, hield Zoudag in zijn kerk
aan de Langegracht de gedachtenisrede naar
aanleiding vau Psalm 48: 10. Het kerkge
bouw was overvolonder bet gehoor waren
de Burgemeester dezer Gemeente en afge
vaardigden van de zusterkerk aan den Zuid
singel.
De beer E. J. van Ommen, ouderling der
Gereformeerde gemeente, sprak den leeraar
toe, evenals de heer W. G. Schroder namens
•ie kerk aan den Zuidsingel. De Gemeente
zong hem toe Ps. 134:3.
In den avonddienst sprak ds. J. M. Donner,
uit Breda, naar aanleiding van 1 Timotheus
I 12.
De Eerste Kamer heeft met 25 tegen 14
stemmen aangenomen bet wetsontwerp be
treffende het onderzoek naar bet vaderschap.
In voorbereiding is een wetsontwerp tot
regeling van he. lovensverzekeringsbedrijf en
tot wettelijke regeling omtrent de wegen.
Het rapport der Siaats-commissie voorde
reorganisatie van het onderwys zal weldra
in druk verschijnen.
Wij meenen de gezinshoofden te moeten
herinneren aan hun verplichting om tijdig
aangifte te doen van verhuizing en van alle
wijzigingen, die in hun gezin voorkomen.
Vooral nu de algemeene tienjaarlyksche
volkstelling voor de deur staat.
Zulk een volkstelling is een verbazend
omvangrijk werk, waarvan de voorbereiding
en later de juiste uitvoeriug veel inspanning
en heel veel geld kosten.
Die moeite en die kosten worden grooter
dan noodig is, waDneer niet ieder staat in
geschreven op het adres, waarop hij behoort
ingeschreven te zijn. Nalatigheid in dit op
zicht veroorzaakt bij de telling veel last aan
de gemeentelijke administratie en aan het
bureau «Bevolking" in 't byzonder en kan
onaangsriaamheden veroorzaken aan de na-
latigen zelf, die, indien noodig, opgeroepen
worden om inlichtingen te geven en zich
blootstellen aau de toepassing der strafbe
palingen, welke op het niet-nakomen der
verplichtingen in dit opzicht zijn gesteld.
Hoofden van gezinnen mogen bedenken,
dat zij mede aansprakelijk zyn voor de in
schrijving van alle personen, die tot hun
gezin behooreo, d.enslboden inbegrepen, en
van de by hen inwonende personen.
De Zaterdagavond onder voorzitting van den
heer J. Ger. Kleber gehouden 155ste openbare
vergadering der Kamer van Koophandel en Fa-