Zaterdag 15
Januari 1910.
BLOOKERS
No. 7764,
59e Jaargang.
FIRMA A H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnemont per 3 maanden f\.
franco per po3t ƒ1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, oflicieële- en ontoigeninga-
advertentiëu per regel 15 cent. ReolameB 15 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25. Oroote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht un kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU
KORTEGRACHT 9
Postbus 9. Telefoon
Handel en Nijverheid.
De gisteravond onder voorzitting van den
heer S. J. van Duinen gehouden maandverga
dering van „Handel en Nijverheid" was druk
ker bezocht dan gewoonlijk.
Na de byeenkoms' om 8.20 to hebben ge
opend, hield de Voorzitter zijn gebruike
lijke Nieuwjaarsrede, welke luidde als volgt
Alvonens tot onze gewone werkzaamheden
over te gaan, acht ik het een voorrscht U, nu
wij weer een nieuwen jaarkring zijn aangevan
gen, het welkom te dezer plaatse te mogen
toeroepen.
Ik acht hot onnoodig, achterom te zien
naar don afgelegdon tijd baan. Zegt het oude
spreekwoord „van den overledene niets dan
goed", helaas, met den beslen wil is mij dit
van het jaar 1909 onmogelijk I
Onze g'roote teekenaar Braakensiek heeft het
zoo geestig in zijn plaut van de „Groene" uit
gedrukt. Eenvoudig en toch geniaal! De plaat
stelt niet anders voor dan, opeen vlakken grond,
glimmend van het vocht, een natte parapluie,
die is uitgezet. Deze draagt het jaartal 1909.
Maar 1910, inden vorm van een lachende zon,
rijst boven den horizon, loerende met een spot
tender! blik naar de drijfnatte parapluie. Het
donkere wolkenfloers verdeelt zich en schitte
rende zonnestralen doorbooren het luchtruim.
Welnu, ik spreek den wensch uit, dat de
plaats onzer inwoning zich in de aangevangen
tijdsperiode mag ontwikkelen bij lachende zon
neschijn. Want inderdaad, Amersfoort heeft het
noodig. In deti bloei van een plaats is stilstand
achteruitgang en 't wil mij voorkomen, dat
wij in den laatste» tijd niet zijn vooruitgegaan
op 't gebied van handel en nijverheid. De„toe-
stand is atationai r", zouden wij kunnen
zeggen; maar daarmede is uitgedrukt,dat voor
uitgang is buitengesloten. Daar hebben wij
bijvoorbeeld ons marktwezen. Dit gaat hier nog
precies als oen vijftig jaar geleden, ondanks de
evolutie van land en tuinbouw, die elders reeds
zoovelo zegenrijke vruchten afwierpen. Maar
hier? Geen de minste verbetering 1
Of tot oordeelen bevoegde personen al voor
jaren hebben gesproken „och 1 och 1 wat een
primitieve toestand" of belanghebbenden al
requestreerden bij den Gemeenteraad om ver
betering; of onze Vereeniging al een uitvoe
rig uitgewerkt plan aanbood om tot een verbe
terden toestand to gerakenof de Kamer van
Koophandel al aandrong om te breken met den
ouden sleurniets mocht baten. Bij ver
schillende gelegenheden verklaart het Dage
lij ksoh Bestuur der Gemeente zich diligent ten
opzichte van de marktverbetering en als wij
die toezegging maar hebben, duu hebben wij al
heel veel. 't Schijnt specifiek Amersfoortsch te
zijn om een toestand lang slepende te houden.
„Spijkers met koppen slaan" zeiden onze voor
ouders, die, kooplui als zij waren, begrepen, dat
mooie woorden een slecht verkoopbaar artikel
zijn en zelfs bij „Oome Jan, achter de scbuiue
deur" daarop geen cent wordt voorgeschoten.
Wanneer in den loop van 1910 het grootste
deel van bei. Gemeente-bestuur eens mocht
gaan inzien van hoeveel stofielyk belang het is
voor een stad, indien handelsgeiegenheden en
handelsinrichtingen zooveel mogelijk worden
bevorderd en zoo noodig in het leven geroepen
wat zou er dan een stralende zon voor
Amersfoort zijn opgegaan 1
Maar 't is al zoo menigmaal gezegd, dat ik
mij te dezen opzichte geen illusies schep en ik
vermoed, dat 1910 wel weer zal heengaan zon
der dat wij éen stap nader zijn gekomen tot de
oplossing van deze aangelegenheid.
Wij hebben en houden een groot, open plein,
dat slechts gedurende enkele uren in de week
leven en beweging toont, en verder" in rustige
rust indommeltwaar daags, bij zonneschijn,
de zon kan branden, dat de keien beet worden
waar, bij wind- en regenvlagen, door de jeugd
Bpringoefeningeu met den polsstok kunnen wor
den gehouden over do plassen en boekjes die
zich vormen waar in de donkere herfstavonden
een paar lantaarns hun schitterend licht werpen
over een totaal vertateu ledige ruimte; een
plein dat productief gemaakt kan worden zonder
eischen te benadeelen van hygiene, door Leroo-
j ving van licht en lucht aan de omgevingeen
plein, dat bij goede exploitatie de plaats kon
worden, waar dubbeltjes worden verdiend J een
plein, dat bevredigende oplossing kun geven
aan oen toestand, die in 't gebruik de beste
zou blijken te zijn, die de schrale beurs van
Amersfoort kon spekken, door, voor betrekke
lijk weinig gold, een prachtige marktgolegenheid
te scheppen door het opofieren van doellooze
en daardoor overtollige ruimte.
Vraagt gij mij wat mij aanleiding geeft, nog j
eens een beeld te vertoonen, dat reeds eenigen
tijd geloden den kop is ingeknepen?
Een kort berichtje in de bladen, in 't begin
van dit jaar, veelzeggend door zijn sprekendo
cijfers. Daar werd ons medegedeeld, dat te Bar-
neveld, onder den rook van Amersfoort, do
grootste eiermarkt van Nederland res
sorteert 1 lien markt, die steeds vooruitgaande
is. Niet minder dan 8'^, millioen eieren zijn
daar in 't afgeloopen jaar verhandeld, tegen
Jen laagste» middenprijs van f 4 en den hoog-
sten middenprijs van f9 per 100 stuks. Te
gen den laagsten prijs gerekend, is daar verhun-
verhandeld voor f330000; wij kunnen gerust
aannemen, dat ruim drie en eea halve ton
gouds alleen voor eieren daar zijn uitbetaald I
Amersfoort, mot zijn zooveel gunstiger ligging,
kon het in 1908, volgens het Gemeente-verslag,
niet huogor brengen dan ruim drie milliuen
eieren. En dan te weten, dat de grootste opkoo-
pers op de markt te Barneveld wonen te
Amersfoort en zij uit Amersfoort hun eieren
verzenden.
Zulke cijfers stemmen hem, die 't wel meent
met Amersfoort tot nadenken.
Want wanneer 'i mocht gelukken den stroom
naar hier te leiden, wat sou dan eet; groot deel
die drie en een halve ton onze ingezetenen ten
goede komen.
Tegenstanders beweren wel, dat de dubbeltjes
mee naar huis worden genomenmaar de koop
lieden, de zakenmenschen hier ter stede, weten
wel beter. Daar blijft, voor benoodigde huis
houdelijke zaken en voor materiaal tot in stand
houding van het bedrijf, een groot gedeelte van
de gebeurde penningen in de stad.
De kosten van de Gemeente-huishouding
worden telken jare booger zie de Begrootingen
der laatste jaren 1 Steeds uitbreiding van perso
neel; salaris-verhooging der ambtenaren en
beambten, is scheering en inslag, 'k Heb er niet
tegen. Maar, die telkens verhoogde Begrootingen
mochten de Bestuurders toch wel eens doen
bedenken en hen doen begrijpen, dat, waar steeds
moer aan Uitgaven gevraagd wordt voor die
éene richting, er wel aan gedacht mag worden
pogingen aan te wenden, die ten doel hebben
de Inkomsten te vermeerderen van hen, die
almede zijn aangewezen de meerdere uitgaven
te dekken.
En daarvoor is de handel en de nijverheid
de aangewezen weg. Nijverheid zal hier, zoolang
geen verbeterde verbinding te water lot stand
is gebracht, het moeten a'leggen tegen andere
plaatsen in ons landmaar binnenlandsche
handel en vooral het marktwezen kunnen
hier tot ontwikkeling worden gebracht.
Maar is bet wonder, dat bestuurders van een
vereeniging als de onze, die, wanneer zij bij de
Gemeente oil steun aankloppen omdat het geldt
een algemeen belang, als lastige kinderen in
den hoek worden gedrukt, niet veel gelooven
aan een lachende zonneschijn voor Amersfoort
in zako welvaart, gesproten uit nering en be
drijf? Kinderen die zich gebrand hebben schu
wen het vuur 1
'1 Is vreemd, maar het schijnt alsof Amers
foort zich niet ontwikkelen mag I
Waar aan de eene zijde de strijd tusschen
persoonlijke sympathieën en antipathieën let
terlijk elke poging om Amersfoort in die rich
ting een stap vooruit to brengen, een vergecfsche
doet zijn waar dus inwendig het organisme
niet deugt voor de zoo hoog noodige sameuwor-
king daar wordt zij aan den anderen kant
van buitenaf in haar ontwikkeling belemmerd
door de algemeens malaise en corrupties op
financieel gebied, in zoo groote verscheidenheid
gedurende de laatste jaren voorgekomen.
Want als gevolg van dit alles staat het bou
wen voor particuliere rekening hier bijna stil.
Pogingen, door vereenigingen aangewend om
Amersfoort meer naar buiten bekend te maken
en aan te bevelen als woonplaats, door zijn
fezonde en voor het wereldverkeer gunstige
igging, zijn niet zonder resultaat gebleven.
Maar nu doet zich het feit voor, dat wanneer
hier iemand roept„komt wonen te Amersfoort"
'net. antwoord is„dank jeik ben niet graag
dakloos". Want hier heerseht momenteel wo
ningnood, in schier eiken huurprijsdo hoogste
prijzen mogelijk uitgezonderd.
Er zijn veel meer aanvragen om woningen,
dan er gelegenheid is tot huisvesten. Dit is te
betreuren, want komt een plaats in trek en kan
dan niet aan de aanvrage om te wonen worden
voldaan, dan is 't gemeenlijk Bpoedig gedaan
met de genegenheid, waarvan andere plaatsen
gretig profiteeren om de voordooien op ts strij
ken.
MEN MOGE U NAMAAK
OPDRINGEN,
HOUDT VAST AAN
DAALDERS
CACAO;
CE WEET DAT DIE
UITSTEKEND IS.
Maar is er nu werkelijk geen geld rueor in
Amersfoort om te voorzien in de zóo dringende
behoefte aan geschikte woningen? Had de Ge
meente nu maar gronden in baar bezit, dan
kon zij. door e«n matigen prijs voor den grond,
het bouwen aanmoedigen.
Moeten al de kosten en werkzaamheden die
vereenigingeD zich getroost hebben ter wille on
ten nutte van het algemeen, met zóo weinig
eenergie worden beloond
Voor Amersfoort is 't zeer te wenschen, dut
ook te dezen opzichte een lachende zon boven
den horizon komt kijken 1
Reeds te lang heb ik misschien uw aandacht
gevraagd, ik zal dus eindigen met den wensch,
dat voor ieder uwer de zon mag schijnen in
figuurlijken zin in uw dagelijkBch loven zoo
als ze ons allen beschenen heeft in natura op
den eersten dag van dit jaar. Moge 't blijken
geen waterzonnetje te zijn, maar een, die kracht
en leven wekt, óok op het torrein, dat onze
vereeniging betreedt 1 (Applaus.)
De notulen van 17 December werden nu
gelezen en ongewijzigd vastgesteld, met dank
aan den Secretaris, den heer Van de Wal, voor
de zeer uitvoerige en juiste redactie.
Aan du orde was de benoeming van óen Be
stuurslid ter voorziening in de vacature, ont
staan door het ontslag nemen om drukke be
zigheden on daardoor te zeer herhaalde afwe
zigheid door den heer Borns. Daar or geen
voordracht door minstens 10 leden was inge
diend, bad het Bestuur een voordracht van 7
leden gemaakt, uit welke, na herstemming bij
twee vryo stemmingen, werd gekozen de neer
II. M. E. Hubors.
Aan de orde kwam de bespreking van hot
verzoek om steun van de hanuelsreizigers-ver-
eeniging „Ons Belang" in zake haar adres aan
den Directeur-generaal der posterijen en tele
grafie in zake de eerBte
postbestelling.
Die vereeniging meent, dat het in het belang
harer leden is, een vroegere ochtend-bestelling
te doen uitgaan. Thans worden de poststukken
pas tusschen half negen en negen uur uan huis
bezorgd, niet ten gevolge van den grooten af
stand van het postkantoor, doch óf door te laat
vertrek van dat kantoor óf omdat do bostel-
kringen te groot zijn. Zij verzocht een bestelling,
die vóór 7.45 uitgaat, zoodat do poststukken om
half negen bezorgd kunnen zijn.
Do Voorzitter: Ik moet herinneren, wat
in de jongste vergadering der Kamer van
Koophandel ten deze is gezegd volgens bel moest
uitgebreide verslag (zie Amersf. Crt. van 21
December 1909). My is in die vergadering door
don Voorzitter der Kamer iet» in de schoenen
geschoven, dat ik niet onopgemorkt mag laten
passeeren.
Ik moot dan beslist ontkennen betgeen in
dat verslag staat: „in die dagen heb ik (de
Voorzitter der Kamer) een en ander besproken
als particulier met den heer Van Duinen, des
tijds lid dezer Kamer". De Voorzittor besprak
deze aangelegenheid niet met mij als particulier"
doch in mijn qualiteit van Voorzitter van
H. N. „In die dagen" is Januari 1903 en ik
was toen geen lid der Kamer; ik werd dit pas
in Januari 1905.
Do Voorzitter der Kamor zeide ook, dat men
do vervroegde bestelling, waarin do Frunscbo
post werd opgenomen, zoo belangrijk vond wo-
gons de Dreyfus-zauk. Uy blijkt mot zeer vast
in do data to zijn. Ik heb hier een chronologisch
overzicht van do Dreyfus-zoak, loopende van
begin September 1894 tot 18 September 1899;
den 17 september 1899 werd het besluit geno
men tot grutie-verleening en om 3 uur in den
ochtend van 14 September 1899 is Drcyfns uit
Rennes vertrokken. Later is nog wel het revisie-
besluit genomen, doch bet eclntnnto van do zaak
en danmieo do zoogenaamde belangstelling er
voor waren in 1903 zeker geheel van do haan. De
Droyfus-zoak had dus gevoeglijk buiten be
schouwing kunnen blijven.
Of in 1903 de tegenwoordige Inspecteur der
posterijen in Utrecht hier ter plaatse Directeur van
het postkantoor was, moon ilt te mogen betwijfe
len. De heer Van der Horst waa Directeur van 1901
tot 1903.
In 1901 heeft een verandering plaats gehad
in de eerste bestellingten gevolge daarvan is
verzocht, om in plaats van vertrek om 7.45 weer
te nemen 7.15. De zaak werd ook uanhangig ge
maakt in H. «k N. en do licereri Klasser «n
Hoogstraten werden in commissie benoemd om
haar te onderzoeken, welke commissie tot de
overtuiging kwam, dut het lutere uitgaan der
bestelling een verbetering waa, vooral omdat
de voornaamste post om 6.50 hier aankwam en
alle riemen te boord werden gelegd om haar
vlug ann hot kantoor te krygen en vlug te eor-
teoren. De conclusie was, de bestelling niet weer
te wyiigen en de ledenvergadering vereenigde
zich eenstemmig daarmee.
in de notulen van 2 Januari 1903 lees ik:
„De Voorzittor doet nu mododoeltng, van don
Voorzitter der Kamer van Koophandel een
oflicieuBe mededeeling te hebben ontvangen over
de oerste postbestelling". In de Bestuursverga
dering werd het mij Kwalijk genomen, dat ik
dio mondelinge boodschap overbracht van do
Kamer, die, hoewel een officieel lichaam, deze
zaak niet schriftelijk bij ons aanhangig maakte.
Hoe dan ook na langdurige discussie wenschte
men unaniem niet woor te wijzigen omdat de
post van 6.50 twee derde van alle poststukken
aanvoert, die bier per dag binnenkomen.
Bovendien werd toen reeds gewezen op het
busrecht, waardoor men de poststukken al om
7.80 kan afhalen.
Toen nu 17 December 1909 hot verzoek van
„Ons Belang" ons Bestuur boreikte, hoeft het
zoo spoedig mogelyk geconfereerd met het Be
stuur dier handclsreizigers-voreoniglng on het
resultaat van deze bespreking is geweest een
ver-oek om overlegging der ledenlijst van O.
B„ terwijl tevens aan den Directeur van hot
postkantoor zou worden gevraagd om een op
gaaf dor stukken, die hier aankomen na do
laatste avondbestelling on vóór 6.50's ochtends.
We ontvingen noch ledenlijst, noch opgave van
het postkantoor en dit doet me voorstellen, de
zaak aan te houdon.
Wel is sedert ingekomen een schryven van
den Directeur van het postkantoor, waurin
wordt meegedeeld, dat als de bestelling om 7
uur uitgaat, daarin niet kunnen worden opge
nomen de belangrijke zendingen uit Ainslordam,
Zutfen, Utrecht en Zwolle en wordt herinnerd,
dat in Febrawri 1908 ds Kamer van Koophan
del verzocht woor de bestelling van 7.15 in te
voeren, terwijl H. N. in Januari van dat
zelfde jaar verzocht die van 7.45 te benouden;
twee zeer niteenloopende stroomingen dus.
Do Directeur van bet postkantoor verzoekt te
overwegen of de wijziging ten behoeve van en
kelen geen aanleiding zal geven tot kluchten
van anderen en beveelt onderling overleg ten
zoorste aan. Ook wijst hy nog op de gelegen
heid tot afhaling der stukken door busrecht
te nemen.
De hoer Van E d oIk meen, dat we dezen
aanval op do persoon van onzen Voorzitter niet
maar zoo klakkeloos mogen laten voorbijgnau,
waar deze handelde in het belang van den han
del en do nijverheid.
De Voorzittor: Ik meen, dat de zaak nu
voldocndo is toegelicht en vertrouw, dut de
Voorzitter der Kamer het verslag ven deze ver
gadering wel tul lezen. Ik heb opzettelijk ge
wacht met mijn verdediging tot deze vergade
ring.
Do heer D o u m aIk ben hot volkomen eens
met den Voorzitter en acht het niet gewei «cht,
11 lo voel beroering to brengen in een kleine
stad als deze. Het is niet in het belang dor
zaak, animositeit tusschen verschillende voree-
nigingon te brengen. Ik wil den Voorzittor der
Kamer geenszins sparen, doch geloof, dat z(jn
onbillijke aanval voldoende is afgeslagen.
De hoor Egginki Ik heb vroeger óok over
deze zaak gesproken en geschreven. Er zijn óok
onjuistheden in den brief van den Directeur
van het postkantoor. De eerste trein uit Zutfeo