Donderdag 23
Juni 1910.
No. 7831.
59e Jaargang.
Binnenland.
Stadsnieuws.
UITGAVE:
FIRMA A H VAN CLEEFF
AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi.—
franco per post f 1.15. Advertentièn 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. legale, officieëie- en onteigenings-
advertentiën per regel 15 cent. Realames 1—5 regels 1.25, elke regel meer f 0.25. üroote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij ad verten tiëp wan buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
EORTEGRACHT 9
Postbus 9.
Telefoon 19.
kennisgeving.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT
Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer Ge
meente, dat de door den Directeur van 's Rijks-
directe belastingen, en*, te Utrecht executoor ver
klaard kohier No. 7 van de
Bedrijfsbelasting
over het dienstjaar 1909/1910 aan den Ontvanger van
'e Rijks directe belastingen alhier is ter hand gesteld,
aan wien ieder verplicht is sijn aanslag op den
bij de wet bepaalden voet te voldoen.
Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaateen
aangeplakt te Amersfoort den 28 Juni 1910.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIER8.
Prinses Marie von Wied. t
Uit Neuwied seinde Reuter, dat. Prin
ses Marie von Wied daar gisterochtend
is overleden.
De Prinses von Wied was buiten
Koningin Wilhelmina en Prinses Juliana
de laatste afstammelinge uit het Huis
van Oranje-Nassau in haar verliest onze
Koningin haar laatste bloedverwante van
vaderszijde.
Wilhelmina Frederika Anna Elisabeth
Marie, Prinses der Nederlanden, werd 5
Juli 1851 te Wassenaar geboren zy was
een dochter van Prins Frederik der Neder
landen en Prinses Louise van Pruizen.
Zij had van haar vader, den by ieder
die hem heeft gekend, onvergeteljjken
Prins Frederik, geërfd een hooge levens
opvatting en daarbij grooten eenvoud en
beminnelijkheid.
Den 18 Juli 1871 trad zg in bet hu
welijk met Vorst Wilhelm von Wied, die
22 October 1907 overleed. Sedert het
overlijden van haar gemaal woonde zg
te Neuwied. Zg had vjjf kinderen, waar
van de oudste, Prins Friedrich, zijn vader
opvolgde.
Koningin Elisabeth van Roemenië is
haar schoonzuster.
De Vorstelijke famifte Von Wied, bracht
tot 1907 een deel van den zomer in ons
vaderland door hetzjj op een harer bui
tenverblijven nabjj Den Haag, hetzjj in
het paviljoen te Scheveningen, hetzjj te
Domburg.
Het verscheiden van Prinses Marie,
die in menig opzicht levendige belang
stelling voor baar vroeger vaderland bleef
behouden, zal door velen worden betreurd.
De tijden veranderen.
,On ne voyage plus aujourd'hui, l'on
arrive", heeft een Fransch dichter ge
zegd men reist niet meer, men komt aan.
En hl vlugger wil men reizende
D-trein kruipt eigenlijk nog te langzaam
de auto moet rennen, zal er niet wor
den gesproken van een slakkegaug.
Toch loopt in Den Haag, of liever in
het buitengedeelte, dat nog vrjj slecht
is voorzien van vervoermiddelen, een
nieuwe mailcoach, van het oude Engel-
sche model, naar Duindigt; een nauw
keurige nabootsing van den ouden Engel-
8chen postwagen, waarop men zich da
mes denkt in kleurige shawls en heeren
met witte aambeeldvormige hoeden.
Dat vehikel doet denken aau het ge
weldig verschil iu vervoermiddelen, dat
binnen den tijd van nog geen eeuw valt
te constateren en herinnert aan zoo om
en by het jaar 1825.
Dat was een emotievolle tjjd in
Engeland,
Daar waren toen zeer angstig gestemde
gemoederen. Deze behoorden aan men-
schen, die in de nabjjheid van Stockton
en Darlington woonden, welke plaatsen
onze lezers verzocht worden te zoeken
een weinig ten Zuiden van Durham.
De angst was groot. Zg maakten zich
bezorgd over viervoetige dieren en over
gevleugeld wild, over huizen en gewas,
over hotelhouders en reizigers.
En de reden 1
Er zou schrikkelijke gebeurtenis
een ijzeren lgnenpaar gelegd worden
tusschen de twee genoemde steden en
daarover wilde iemand zoo onwetend
al3 Stephenson", een „dweper!", een
trein laten rollen, een zware locomotief,
door stoom gedreven, en gevolgd door
wagens, met meuschen gevuld.
Welk een belacheljjk denkbeeld; wat
een hersenschim! Wist men wel, waar
aan men zich bloodstelde
„De aanleg van den spoorweg, zoo
zeiden waarschuwende stemmen, zou de
koeien beletten te grazen, de kippen ver
hinderen eieren te leggende vergiftigde
lucht uit de locomotieven zou vogels in
hun vlucht Cooden en eeu eind maken
aan de jacht op fazanten en vossen. De
huizen nabjj de lijn zouden in brand ge
raken door het vuur uit den schoorsteen
der locomotiefpaarden zouden geen nut
meer hebbenzg zouden uitsterven en
daardoor zouden hooi en haver onverkoop
baar worden. Reizigers langs 's Heereu
wegen zouden groot gevaar loopen en
hotelhouders op het platteland zouden
te gronde gericht worden. De springende
ketels zouden de passagiers dooden, maar
gelukkig zou het gewicht der locomotie
ven het haar te eenen male onmogelijk
maken, in beweging te komen en, ais
er spoorwegen werden aangelegd, zou
men er nooit stoomvermogen kunnen
gebruiken".
Welnu, de spoorweg kwam erde
koeien gingeu voort met grazen, de kip
pen met eieren leggen, de vogels met
vliegen. En de trein dacht er niet aan,
stil te blijven staan, omdat de locomo
tief te zwaar was, maar stoomde vooruit,
eerst langzaam en daarna al harder en
harder, met een snelheid, waarvan de
heer Brougham zelfs geen vermoeden
had, toen hjj Stephenson, die van dertig
Kilometer per uur gesproken had, vader-
ljjk vermaande,zich te matigeu en een
redelijke snelheid voor zgn machines op
te geven anders zou hij onvermijdelijk
de geheele zaak doen mislukken eu zelf
voor waanzinnig worden aangezien".
De spoorweg, waarover treinen, door
stoom getrokken, zich voortbewogen,
was er. Engeland bad zjjn eerste ijzeren
baan, de eerste van de wereld.
Dat lijntje van Stockton naar Darling
ton, 41 Kilometer lang, was dus de tri
omf van Stephenson'3 denkbeeld. Toch
was deze Stephenson de man, van wiens
Slancen Nicholas Wood in 1825 te goe-
er trouw en met komische verontwaar
diging schreef: .Verre zg het van mij,
denkbeelden te verspreiden van den dwe
per, die locomotieven hoopt te zien, welke
20 ja zelfs 30 Kilometer per uur zouden
afleggen"1
En thans loopen er treinen, zooals de
Flying Scotchman, van Londen naar Edin-
burg met 85, de trein vau Berljjn over
Wittenberge naar Hamburg met 80^ de
Empire-express,, op den New-York-C en
tral and Hudson-Zuiderspoorweg, met 90
Kilometer per uur, terwijl bjj proefritten
zelfs wel met 100 Kilometer-snelheid en
meer is gereden.
Dat begreep men echter niet in Ste
phenson's tjjd.
Een Engelsch tjjdsehriit, welks Redac
tie nog wel voorstandster was van
spoorwegen, vond 13 k 15 Kilometer per
uur de uiterste grens. „Tweemaal sneller
dan een postwagen te rjjden, zou te be
lacheljjk zijn om het te durven veronder
stellen. Wjj zouden, zoo schreef die
Redactie, ons even goed kunnen voorstel
len, dat de men3chen zich lieten voort-
schieten met een vuurpijl, als dat zjj hun
leven zouden toevertrouwen aan een ma
chine, die zich met zulk eene snelheid
voortbewoog".
Brave menschen
Ze dachten aan alles, behalve aau het
genie, dat ver over hun zeer begrijpe
lijke maar alledaagsche liezorgdbeidjea
heenzag en medelijdend moest glimlachen,
wanneer men vroeg:
.Maar, mister Stephenson, zou het niet
verschrikkelijk zijn voor de locomotief,
die in volle vaart op een koe aaureed,
als zulk eeu dier bij eeu ongeluk op den
spoorweg verdwaald wast"
.Jawel, was het antwoord, inderdaad
zeer verschrikkelijk, doch niet voor de
locomotief, maar voor de koe".
Hoe keek men met bedenkelijke blik
ken naar hem en zeide men, terwjjl men
een kleine beweging met den vinger naar
het voorhoofd schetste maakte
.Het plan om door een drassige weide
een spoorweg aan te leggen, kan alleen
opkomen bjj iemand, die zóo onwetend
is als Stephensoo. Elk onderdeel van het
plan levert het bewijs, dat hjj spreekt
over zaken, waarvan hjj geen kennis
heeft".
Nog eens, brave menschenHet genie
is bijna altijd krankzinnig, geplaatst
naast de algemeene middelmatigheid of
de exceptioneele uitnemendheid.
Nu echter is Stepheuson's werk er,
overal, óok in Nederland. We zjjn er zóo
mee opgegroeid, zóo van doordrongen,
zóo aau gewend, dat we ons te nauwer
nood kunnen voorstellen, hoe, nog geen
volle vgf en tachtig jaar geledeu, er geen
spoorweg bestond, dat er nög onder de
levenden zijn, die er destijds als iets heel
nieuws over hoorden spreken, gelijk wjj
in onze dagen de allereerste berichten
hoorden over telefoon, fonograaf, x-stra-
len, radium en bestuurbare luchtschepen.
Het is daarom goed, dat uu en dau
gebeurtenissen als de instelling van een
mailcouch-dienst in Den liaag ons komen
herinneren aan den tjjd, die nog niet
zóo ver van ons is.
We meten dan den vooruitgang van
de moderne industrie.
overzicht van den toestand d»r werkloosheid
in de verschillende takken van bedrjjt vast
te stelten.
Oe volgende enormiteit op wetgevend ge
bied, en wel wat betreft de toepas» ng der
Ongevallen wel, vei telt de Amsterdamscbe
eorr. der »Piov. ör. Ort.";
Er was, luidt het verhaal, door den eige
naar van «en graaopakuuis een kat gekocht,
wier taak was te zorgeD, dat elke mui*,
die het waagde een aanval te doen op Jen
graanvoorraad, deze euveldaad met dea dood
bekocht. Poes deed jj verig haar plicht en de
arbeiders, die de zware zakken met graan
aan- of wegdroege s, vereerden haar groote-
lijks en sorgden, dat zjj op tjjd baar natje
cn droogje kreeg.
Eens op een dag bracht een fjouwer aan
poes haar rantsoen melk.
Hg struikel ie er rnee, en viel zóo onge
lukkig, dat hjj een arm brak. Gelukkig stond
de man onder de Ongevallenwe'. Aangifte
van bet ongeval volgde en er werd uitge
maakt,dat Jen man een uilkeering krachtens
de wet toekwam, omdat hem een oogeval
overkomen was in ver band met het bedrjjf.
Poes tocb behoorde tot het bedrijf van den
graanpakhuishouderaan poes moest, om
haar in leven te houden, melk verstrekt
worden en wie, dit doende, dooi een onge
val werd getroff«n, had recht op een uit-
keering.
Uitstekend, niet waar?
M ar nu was er een andere graanpakhuis
houder, die er een andere poes op na hield,
welke poes intusschen óok de lieveling der
werkloi was. Ook deze poes kreeg haar natje
eu droogje op tijd en toen nu, na schaftgd,
eeu der arbeiders baar eeu collectie graatjes
wilde brengen van de gebakken viscbjes, die
men verorberd had, struikelde hjj, en brak
•en been.
Ook hjj stond onder de Ongevallenwet;
dies geschiedde aangifte vau bet ongeval
ducb in hoogste iustantie werd uitgemaakt,
dat bij geen recht op uukeeung had, omdat
bet ongeval niet in verband stond met bet
bedrjjf: Poes behoorde gewis tol het bedrjjf,
maar terwjjl melk en brood wel uoodig wareu
om dit onderdeel van hel bedrijt in bet leven
te houden, moest men visebgraatjes tot de
versnaperingen rekenen eu wie eeu versna
pering uitreikt, doet niet iets dat uoodig is
om poes in 't leven te houden, alzoo niet
iets iu verband met bet bedrjjf.
Of de patroon zich teen over den man
oinfermd heelt, weet ik niet, doch dat een
wet, die dergelijke haai klouveude onder-
scbeidiugen mogelijk maakt, niet volmaakt
is, lykt mjj wel eeu zeer aanueemljjke con
clusie uit dit schooue verhaal, dat ik opviug
uit den mood van een deskundige, die met
mijiiergenis gaarne instemde.
De .Botterdammer" weet meelHHBH
dat vanwege de Staats-commissie voor de
weikloosheid niet minder dan «OOÜaJressen
zijn verzondeo om inlichtingen betreffende
al dan niet bestaande werkloosheid aan Ka
mers van Koophandel, Burgemeesters, Ka
mers van Arbeid, Arbeidsbeurzen, Plaalsings-
bureau's, Arbeids-secretariaten, Comité's van
werkverschaffing, patroons vereer, igingeo, vak
bonden, plaatseljjke vakvereenigingen, enz.
Een zeer aanzienlijk gedeelte der verzon
den adressen om inlichtingen kwam onvol
ledig ingevuld terug, terwijl een eveneens
zeer beduidend gedeelte niet eeus terugont
vangen werd.
Naar het bltd meent, zal het derhalve een
moe.ljjke zaak zjjn om met behulp van de
bekomen inlichtingen eeu juist en volledig
Ds. 11. O. Lohr, emeritus Lutbersch predi
kant le Haarlem, hooft aanstaanden Zondag
ochtend voor te gaan bij de godsdienstoefening
in de Lutbersch* kerk, bier.
In de Remonstrantscbe kerk zal voorgaan
prof. dr. T. Cannegieter, uit Utrecht.
De h'aogscbe correspondent van »De
Telegraaf" kan met stelligheid mod odeden,
dat bet in de bedoeling van Kamer en
Regeering ligt, de Bakkerswet in het najaar
vóór de Begroeting, in het cpeubaar te
behandelen.
De Directeur der Staatsloterij heeft de
collecteurs en de debitanten er op gewezen,
dat bet tea strengste verboden is, loten U
verkoopen met voorbehoud van bet recht
om die loten terug te koopen of met beding,
dat de koopers van klassikale loten naafloop
van eeu der eerste vier klassen geen gebruik
zullen maken van bun recht van verwisselen,
welke handelingen geacht moeten worden
in strjid te zjjn met artikel 9 en 16 der Wet
van 23 Juli 1885.