Donderdag 6 Juli 1911. No. 9774. 60e Jaargang. Stiptheid. Stadsnieuws. Uitgave van do Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortscho Courant, voorheen flrnia A. H. van Cleeff" HOOFDREDACTEUR P. J. FHEDEHIES. AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden ƒ1.— franco per post ƒ1.15. Advertentiön 16 regels 60 cent; elke regel meer 10cent. Bij regel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvriug kosteloos. Legale, oflicieële- en onteigenings- advertentiën per regel 15 cent. Beoiamoa 1—5 regels 1.25. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gobracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. ZOHTSGBACBT 9. Telefoon 19. Er bestaan een heele rij uiterljjke ver plichtingen die toch een diepe innerlijke beteekenis voor ons krijgen en krachtige middelen tot beschaving kunnen worden, wanneer wjj ze maar vrijwillig aangrij pen en ze gebruiken tot versterking van onze zelftucht. Tot deze uiterlijke ver plichtingen behoort de stiptheid. Zij zal een geheel nieuwe aantrekkelijkheid voor ons krjjgen, wanneer we haar als wils- oefening leeren beschouwen en wel is waar als weerstandsoefening tegen de macht der toevalligheden en omstandig heden. Hoeveel meuschen laten zich in het leven door het toeval leiden en van hun voornemens, ja, zelfs van hun over tuigingen afbrengen 1 Een Fransch schrijver heeft eens een verhandeling geschreven „Over de nood zakelijkheid om zich niet door het toe val te laten leiden". Hoe leert men even wel de kunst om zich van de voogdijschap van het toeval te ontdoen 1 Een sterk karakter is de vaste levensrichting aan geboren maar ook gemengde en zwakke karakters kunnen meer macht krijgen over uitwendige stoornissen en hinderpa len en meer vastberadenheid verwerven, wanneer zij slechts van de opvoedende kracht der kleinigheden in het leven party weten te trekken. De stiptheid biedt in deze riohtiug belangrykeu steun. Dat bespeuren wij het gemakkelijkst, wanneer wij ons rekenschap geven van de oorzaken van ons gebrek aan stiptheid. Wij hebben natuurlijk altijd een uit vlucht; wanneer bet ons echter niet ge heel aan zelfkennis ontbreekt, weten wy heel goed, dat er inderdaad geen uitvlucht bestaat voor hem, die werkelyk stipt wil wezen, dat wil zeggen die het verlangen naar stiptheid in het boudeu van afspra ken en arbeidstermynen werkelijk als een soort van geweten in zich omdraagt en iutieme voeling houdt met zyn seconde wijzer. Hy zal bij voorbuat zich eenige speelruimte voor onvoorziene ver hinderingen verzekeren, zal zonder aar zelen van zyn werk, lectuur, uitspanning of rust opstaan, zoodra zyn tijd niet meer hem zelf, maar de eerstvolgende afspraak of verbintenis toebehoorthij zal moge lijk bezoek vriendelijk, maar ouverbidde- lyk vaarwel zeggen en uitlaten, en ont moetingen onderweg hartelijk, maar beslist afbreken, en by ingewikkelder verhoudingen zal hy de noodige voorzorgs maatregelen nemen en alles zóo weten te schikken, dat hy niet het slachtoffer wordt van onvoorziene omstandigheden, zooals afgetrokken kuoopen, verloren handschoenen of gevlekte kleeren. In deze stiptheid, die ook met de toe komst rekening houdt, openbaart zich het overleg van den mensch tegenover de macht van het toeval, terwijl er teveus zyn innerlijke kracht uit blijkt om zich, zonder af te wijken, noch te linker, noch te rechter zjjde, voort te bewegeu op de baan van zijn levensoutwikkeling. «/ie zich hierin tracht te oefenen, zal de volle moeilijkheid van zulk een stipt heid ondervinden en tegelijk merken, hoe heilzaam juist het stellen van een vaste tydgrens voor de verstrekking der wils kracht is. Te zelfder tyd zal hij hier weer de symbolische beteekenis van de kleine dingen bespeuren hy zal merken, dat zulk een stiptheid in het kleine den mensch er als van zelf toe brengt om ook in belangryke zaken voet by stuk te houden en zich niet door het toeval of door omstandigheden te laten leiden hy handelt naar een vast plan en naar een gerjjpte overtuiging en gaat kloek zyn weg volgens het woord, dat den moedige en den getrouwe geldt: „Wie pul staat, vormt de wereld naar zich- zei ven". Op hoogenjeeftyd. In Engeland wordt sedert eenigen tjjd aan alle ouden van dagen, die het noo- dig hebben, van Staatswege een klein pensioen uitgekeerd. Tientallen van jaren is daarvoor gestreden en eindelyk is het zoo ver gekomen. Natuurlyk kost dat veel geld en dat was dan ook de oorzaak, waarom de invoering zoo lang op zich liet wachten; maar de overweging, dat het noodig was, en ook dat aan armen zorg veel zou uitgespaard worden, heeft den doorslag gegeveo. Nu behoeven de arme oudjes niet meer ongerust te zyn voor de toekomst; nu behoeven zij niet at te hangen van kin deren of familieleden; nu zyn zy niet meer genoodzaakt om dankbaareen plaatsje in een armenhuis te aanvaarden. Zy zyn nu in staat, een klein kostgeld te betalen, en vinden dan allicht ergens een gelegenheid om onder dak te zyn en op tijd eten en drinken te ontvangen. Aan doenlijk moet by velen de dankbaarheid geweest zijn, toen de nieuwe wet in werking trad. Iets soortgelijks vindt men in enkele andere landen ter wereld, of er wordt voor geijverd, het te verkrjjgen, en zoo bestaat er ook in ons land sedert eenige jaren, op initiatief van den heer Wie- ringa te Arnhem, een Bond voor Staats- peusionneering. Qunnen doet ieder het den armen ouden. Wie oud en arm is, moet geholpen wor den, of hij komt om. Maar het kost veel, want het aantal bejaarden is groot. En behalve de geldelijke bezwaren, die by allen meer of minder wegen, wordt ook aangevoerd, dat zy, diejougzyn, moeten leeren sparen voor de toekomst; en dat alles afkeuring verdieut, wat afbreuk kan doen aan den regel, dat ieder er naar streven moet, zelf in eigen behoef ten te voorzien, omdat anders het verant woordelijkheidsgevoel zou verslappen. Maar, voldoende oversparen om zouder zorg te zyn wanneer raeu oud is, is niet aan ieder gegeven. De overgroote massa moet er zich mede tevreden stellen, als zij rondkomen met wat zy verdienen, en bovendien iets, zegge iets kunnen over leggen. Eu wil men leven van de reute van het kapitaal, dat men heeft, dan mag dat kapitaal niet onbeduidend zyn. Wanneer iemand vjjfduizend gulden overgespaard heeft, dan trekt hy daar- vuu honderdvjjftig, hoogstens twee hon derd gulden. Dat is waarlyk niet om kromme spron- geu van te maken Wie vijfduizend gulden heeft kunnen oversparen, heeft blykbaar meer inkomen gehad, om voldaan te kunuen zyn met f200 per jaar op zyn ouden dag. Voor éen enkel persoon is vier gulden per week op hoogen leeftjjd misschien even voldoende om rond te komen, althaus om geen honger te lijdenmaar moeten bijvoorbeeld man en vrouw samen daar van leveu, dan mag gerust beweerd worden, dat het inkomen veel te klein is. En wat doet men dan Wat doet de arme rentenier, die van zyn klein' beetje rente niet kan rond komen 1 Het ligt voor de hand, dut men van zjjn kapitaaltje afneemt, hetgeen men tekort komt. Dat is een hellend vlak, waar langs men met steeds grooter wordende vaart inaar beneden gaat. Want neemt men in het eerste jaar een klein deel van zyn kapitaal, dau is de rente-opbrengst in hut tweede jaar minder dan in het eerste jaar, en moet men in het tweede jaar dus weer meer van kapitaal afnemen. En dat. gaat zoo voort. Men teert van zyn kapitaal in telkens iu grootere mate. i En dat geeft een angstig bestaan. De gedachte is niet uit bet hoofd, hoe het wel gaan moet, wanneer alles opge teerd is. Wist men nu maar jaren te voren, wanneer men precies kwam te overlyden, dan was allo bezwaar weg. Dan teerde men geregeld juist zóo veel in, dat by overlyden het kapitaal schoon op was, en men had alle reden om tevredeu te zyn. Dat wil zeggen: wat het financieele betreft. Men kou veel meer genieten van zijn kapitaal dau alleen de rente, en men behoefde niet ongerust te zjjn, dat eens de tiid kon komen, dat er geen kapitaal en derhalve ook geen rente meer was Weluu, wanneer men een lijfrente koopt I by een, Leveusverzekering-maatschuppjj, komt meu in omstandigheden, geljjk wy j die omschreven. Dan stort men eenig kapitaal bij de Maatschappij eu Inen ontvangt levenslang I een vooraf vastgesteld bedrag jaarljjks. I De grootte van dit bedrag hangt af van I den leeftjjd, dien men heeft bjj het koopen van de lytrente. Wie zestig jaar oud is en vijfduizend I gulden stort, ontvangt jaarljjks ruim vierhonderd gulden. Wie op zeventig jaar vjjfduizend gul den stort, ontvangt jaarljjks ongeveer zeshonderd guldon. Voor wie op tachtig jaar daartoe over gaat, bedraagt de ljjfrente allicht negen- houderd gulden. Een Levensverzekering-maatschappij weet ook wel niet hoe lang iemand nog zal leven, maar zy heeft vele ljjfrente- trekkers en daarvan leeft de een kort, de ander lang; maar allen to zamen ster ven af, ongeveer als de met groote zorg berekende sterftetufel aangeeft. Wie op hoogen leeftjjd is en te weiuig kapitaal bezit om van de rente te kun nen leven, doet zeer verstandig, een ljjf- reute te koopen. Hij vraagt vooraf allerlei inlicktingeu: hoeveel hjj storten moet hoeveel hjjont- vaugt, om do hoeveel tjjd de lijfrente wordt uitbetaald, aau welke formaliteiten bjj de uitbetaling moet worden voldaan, enz. En als alle bjjzouderhedeu hem be kend zjjn, kun hjj zjjn besluit nemen. Wie een ljjfrente koopt, is van alle zorg voor geldbelegging af. Hij behoeft niet meer na te zien, of zjjn papieren dalen dau wel rjjzen. Hjj leeft maar rustig voort, outvaugt om de drie maanden, ot mogelijk om de maand, zjjn rente, die hem thuis wordt gestuurd, en is er veel beter aau toe, dan dat hjj geeu ljjfrente koopt. Moeten man eu vrouw samen van eenig kapitaal leven, dau kau op verschillende wjjze gezorgd worden voor beiden, wat de ljjfrente betreft. Het beste is, dat men inlichtingeu vraagt. Die worden door elke Mautschappjj, door eiken agent gaarue gegeven. Een ljjfrente kan elk oogenblik ingaan, keuring is er niet bjj noodig, en bjj stor ting van het kapitaal krjjgt men een polis, waarin duideljjk aangegeven wordt, welke de bjjzonderheden der ljjfrente «ejjn. IK C. J. Wanner, uit Waddinxvoen, hoopt aanstaanden Zondag.cht-md voor te gaan bjj de godsdienstoefening in de Rumoostrant- sche kerk, hier. In de Dinsdag geopende zomervergadering van de Provinciale Maten van Utrecht werd om pim-advies naar Gedeputeerde Staten verzonden het adres der pluatseljikoafdeeiing van het Utrcchtsch Lindbouw-Uenootscbap, om oen provinciaal subsidie voor oen tuin- bouw-wlutercursus en het uauloggen van proefvelden. De overige aanvragen van voreenigingen hier tor plaatse om subsidiëri werden alle verzonden naar de atdoelingen. WjJ ver- meldden ze in het vorige nummer. Ook werd verzonden naar de afdeelingen het verzoek van de vereeniging Handels school voor Amersfoort en omatreken*, waarop, geljjk we reeds meedeelden, het pia-advies van Gedeputeerde Staten, ondanks het gunstig advies zoowel van hot Gemeen tebestuur van Amersfoort, als van den In specteur van het Middelbaar onderwjja, afwjjzend beschik*. Behalve betgeen wjj daaromtrent mee deelden, schreven Gedeputeerde Btaten io hun advies: Naar een ichoolg.ldhefllog van f45 per leerling zullen 3j leerlingen, die het volle schoolgeld betalen, de school moe tea bezoe ken wil het uitgetrokken cjjfer van f 1620 bereikt worden. Nu het totaalaantal leerlingen uit de Gemeente Utrecht op du Handelsschool aldaar (degenen die er gratis onderwjjs genie ten inbegrepen) slechts 22 bedraagt, kan voor Amersloort een ontvangcjjfer van leergelden, berekend naar 36 betalende leerlingen, niet uls juist worden aangenomen. Gedeputeerde Staten vreeien, dat de exploi tatie der Handelsschool reed» dadeljjk met tekorten zal aanvangen. Hierbij dient te wor den in het oog gohouden, dat een provinciaal subsidie van althans fï'.Jüö onder de ontvang sten voorkomt. Als maat-dtf voor dit cjjfer heeft uadressaute genomen 15 pCt. barer be groete uitgaven. De Provincie Zuid-Holland geeft geen hooger subsidie dan 5 a 10 pCt. der ondorwjjzersjaarwedden, hetgeen voor deze school zou bedragen ten hoogste f 1060. Mochten Provinciale SUteu hot voorbeeld van do Stutuii van dit gewest volgen, zoo zal de exploitatie der school onmiddellijk zeer zeker met een belungrjjk tekort aanvangen. Gedeputeerde Staten adviseeren daarom het aangevraagd subsidie niet too te staan. Wat de vertegenwoordigers van Amers foort en omstreken in de Provinciale Blaten hiertoe zullen zoggen? Do vergadering wordt aanstaanden Dinsdag hervat en zal zoo noodig, duren tot 15 Juli. Mr. A. D. W. de Vries, laatsteljjk Secre taris-generaal van bet Departement van Justi tie, is bonoemd tot lid van den Raad van State. In zijn plaats is benoemd tot Secretarie- gunerual van het Departement van Justitie mr. H. C. Dresselhuys, Directeur-generaal van hut gevangenis-, Rjjks-tucht- en opvoe dingswezen. Da lieer G. A. L Spelberg ia benoemd tot lid der examen-commissie voor het M.U.L.O.- diploma. Mej ilTrouw A. G. M. den Hartog ia be- noomd tot tjjdeljjk onderwijzeres te Baarn.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1911 | | pagina 1