N. V. „AMERSFOORT".
FOTO-ARTIKELEN.
Bouwterrein te koop
I
I
I
Maatschappij tot Exploitatie van
Onroerende Goederen te Amersfoort,
aan den LEUSDERWEG en onder LEUSDEN,
van f025 tot fl.~ per centiare;
op den BERG en in het BERGKWARTIER
van f 150 tot f5.- per centiare.
Te bevragen bij de heeren PRINS
(ütr. str.), Van HASELEN, J. van de
LIJKE, RUITENBERG en andere
Makelaars.
Stoomwasscherij W. G. BURGER,
Feuilleton.
ALARM.
Alléén
SINGER
SINGER-MAATSCHAPPIJ,
C A T Z.
^edfik||| j^verfrajgl
(Gebroeders Catz..
Bescherming of Bedreiging?
Verkrijgbaar te Amersfoort bij A. aan de WEG, Laogestraat 23, Telefoon 22'
gevestigd te AMSTERDAM.
ZEIS T.
AMEKIKAAN'SCH SYSTEEM.
Wassehen geheel opgemaakt of droog toegeslagen
GOEDE BEHANDELING. BILLIJKE PR1JTFN.
Goederen worden te Amersfoort 's Woendags franco gebaald en gebracbt.
PROSPECTUS wordt op aanvrage franco toegezonden.
42.)
Even snel als haar belangstelling voor Trom-
berg taande, scheen ook diens belangstelling in
haar verminderd te zijn. Ten minste hy bekom
merde zich in den butsten tijd opmerkelijk wei
nig om haar, en nog gisteren had hij op een
avondpartij nauwelijks een blik voor haar gehad,
maar op een manier, die hij zeker zelf hoogst
belangwekkend vond, alle aanwezigen gelijkelijk
met onderzoekenden blik gemonsterd.
Misschien zou zij zachter geoordeeld hebben,
indien zij geweten had, wat Tromberg daartoe
aanleiding gaf.
Deze had het zich in het hoofd gezet, dat bij
aan de wijze waarop de heeren hem begroetten,
aan de gelaatsuitdrukking waarmee zij hem aan
keken, den schenker van de duizend mark zou
kunnen herkennen. Zoo bad bij gisteren gedaan,
alsof hij in geen der aanwezigen ook maar het
minste belang stelde en toch had hij geen van
de gisten ook maar éen oogenblik uit het oog
verloren.
Maar ook dat was vruchte'ois geweest; geen
enkele had zich jegens hem ook maar in het
minsteof geringste anders voorgedaan dan anders,
en zoo zat hij ook nu weer diep wanhopig in
zijn kamer, staarde voor zich uit en martelde
zijn hersens om te bedenken, wie het geld had
gegeven, vooral echter, hoe hij hel zou kunnen
teruggeven, zonder de som bij den eenen of an
deren kennis te moeten leenen.
Als zoo dikwijls l et hij zijn blikken floor de
kamer dwalen en dacht erover nu, of hij toe!)
niet iets bezat, dat uij te gelde zou kunnen
maken maar er was niets, volstrekt niets, want
hetgeen hij eens had bezeten, was al lang ver
zilverd ook zijn mooi zwaar gouden horloge,
dat hij op den dag toen hij officier was gewor
den van eon oorr. had gekregen, was in den
loop der jaren al lang in een doodgewoon nik
kelen tikkertje veranderd. Dat was, naar hy zelf
dikwijls moest erkennen, de domste streek van
zijn leven geweest, want oom, dien hij ontmoette
elk jaar wanneer hij verlof had, had al sedert
drie jaar het geloof in zijn verzekering verloren,
dat het horloge nog altijd iii reparatie was, en
had zijn vroeger steeds geopende band geheel
van hem afgetrokken.
„Ik zal bij mijn kapitein leentjebuur moeten
spelen, daar helpt geen moederlief aan", steunde
hij. Hel denkbeeld was ellendig. Zou zijn kapi
tein niet denken, dat hij alleen zijn deur had
platgeloopen om hij gelegenheid zijn hulp eens te
kunnen inroepen En zou hij hem in stilte
geen verwijt kunnen maken, dat hij, zich die zoo
uiterst zeldzaam hij ben vertoonde, wel den
weg naar hun huis kon vinden, zoodra hij in
nood verkeerde? Zou hij niet kunnen zeggen:
„Anders schijnt Tromberg niet meer te weien
waar wij wonen maar nu hij geld noodig heeft,
echiet hem dat plotseling weer te binnen."
En aan dat alles veranderde het ook niets,
dit zijn kapitein hem vrijwillig ziju hulp had
aangeboden. Misschien had hij dit ook niet al
leen gedaan om hein ta helpen, maar in do
eerste plaats in zijn eigen belang, ooi voortaan
tegen f naangenamheden in den dienst van
den kant van zijn luitenant gevrijwaard te zijn.
Maar ondanks al deze bedenkingen ging het
niet anders en hij mocht het niet langer uit
stellen. Overmorgen zou er een Raad van eer
voor een kameraad bijeenkomen, die in de
penurie zat en zich door allerlei manipulaties
met wissels nieuwe middelen had trachten te
verschaffen tot de bom boven hem gebarsten
was. Het heele officierskorps zat in dien raad;
ook hijz'lf. Hoe zou hij nu in geldzaken een
streng rechter kunnen zyn, nu hij in dit opzicht
niet geheel zuiver op de grnat wub En dat was
het geval, zoo lang hij het geld nog niet
■in winkels met DIT uit
hangbord zyn de
Naaimachines
verkrijgbaar.
Onze machines behoeven
geeu aanprijzing.
Wij verzoeken slechts
er op te letten, dat ze
aan het j n i 81 e adres
gekocht worden.
Amersfoort, Wcstsingo 49 hoek Tarkenmarbt.
Kal; ROTTERDAM - GRONINGEN-AMSTERDAM i
Hier ziet U hoe aan Noorsche stranden
Men vangt de Dorsch met veel beleid
Waaruit door tal van rappe handen
CATZ LEVERTRAAN mou steeds bereidt.
Verschenen by M. E. K L U VV E R Deventer:
Overdruk van de artikelenreeks
Vrijhandel en Bescherming, door A. B. K.
Pi ijs per st. 25 ct., by 50 st. 20 ct., by 100 st. en meer 15 ct.
Indien ge de totstandkoming der nieuwe Tariefwet wilt
tegen gaan, help dan dc.te brochure te verspreiden.
terugbetaald had. „Het moest, en wel vandaag
nog". Dat was de uitslag, waartoe hij ondanks
al zijn overpeinzingen telken weer kwam maar
daar hij ten slotte inzag, dat hem geen andere
uitweg overbleef, begaf gij zich nu eindelijk op
weg cm zijn kapitein op te zoeken; maar hoe
dichter hij by zijn huis kwam des te m<-n
hield hij zijn schreden en op den hoek van de
straat, waar hij links moest afslaan, om naar
de Uörners te gaan, bleef hij in gedachten
staan.
Moest het werkelijk daartoe komen; was er
dan op de heele wereld voor hem geen audere
hulp?
Hij moest daar lang gestaan hebben, veel
langer dan bij geloofde en wist, want plotseling
ging er een raam open en een stem riep hem
toe„Nu, kom toch binnen; waarom staat u
daar eerst nog een half uur over te denken".
Verrast keek Tromberg op „Ach, is u het,
mijnheer de KommerzienratEerlijk gezegd wilde
ik heelemaal niet naar u toe, maar" hij
hield ophij schaamde zich, den naam uit te
spreken, want het was hem te moede, alsof de
Kommerzienrat dadelijk zou raden, want hem
naar zijn kapitein voerde.
„Nu, naar iemand anders kunt u altijd nog
gaan; komt u eeu paar minuten binnen."
Tromberg kon de uitnoodiging niet afslaan,
zonder onbeleefd te zijn; hy stapte dus dadelijk
door den kleinen voortuin en belde aan de villa
van Kommerzienrat Hoch, den vertrouwden
vriend van alle officieren.
Reeds eenmaal had Tromberg, zij bet ook
maar vluchtig, er aan gedacht, dezen om hulp
te vragen. Dat was op den ochtend geweest, toon
hij aanzijn heele familie brieven stuurde endaar
tusschendoor ook een brief aan den Kommer
zienrat oin een uitnoodiging in dank te uanvaar-
den. Spoedig had hij zich de geduchte weer uit
het hoofd gezet; uiuar nu roes zij opnieuw in
hem op.
Was dat niet bijna een vingerwijzing des
hemels, dut hij hier liet gild zou krijgen?
„Maar wat zet u nu voor een gezicht," zoo
heette de heer Hoch, een bijzonder beminnelijk
en opgewekt vijftiger, hem welkom. „Kom, doe
i uw mantel uit en maak het u gemakkelijk.
Hier is een sigaar, en vertel my nu eens, welke
wereldschokkende gedachten u bezig houden
U hadt zelf eens moeten zien, hoe u daar straks
buiten stond te kijken; u leek toen verbazend
weinig op den Tromberg, dien ik anders ken."
In plaats van te antwoorden, zuchtte Trom
berg zóo zwaar, dat de Kommerzieurat luid
lachte.
„Nu, zoo heel erg zal het wel niet zijn, en
ook zonder dat u het mij zegt, kan ik mij on
geveer voorstellen, wat u schort."
„Toch niet, mijnheer de Kommerzienrat;
maar ik zou u toch graag in vertrouwen nemen,
u ten minaie om laad vragenmaar ik moet u
vooraf om de groolste geheimhouding verzoekeu".
„Dat spreekt wel vanzelf."
De Kommerzienrat wilde er nog een kleine
grap b\j voegenmaar Tromberg zetto zulk een
ernstig gezicht dut hij de gelegenheid om een
grap te verkoopen, niet geschikt achtte.
En opeens vloog de gedachte hem door het
hoofdTromberg is er achter gekomen, dnt ik
do duizend mark aan zijn huisbaas heb laten
sturen. Hy weet nu, dat hij Hij vergissing bij
de aanneming van de uitnoodiging voor het bal
een voor ziju oom bestemden brief heeft inge
sloten, en dut ik hem heb geholpen, omdat de
brief mij duidelyk bewees, dat de oom toch
ntet zou bijspringen. Hij weet nu alles en wil
er mij over onderhouden.
Maar dudelijk kreeg bij zijn goede luim terug
„Nu. laten wij eens afwachten", zeide hij bij
zichzehen, „misschien neemt bij het mij toch
niet zóo g kwalijk".
En aandachtig luisterde hy, toen Tromberg
hem alles vertelde.
„De ongenoemde weldoener heeft lint stellig
zeer goed bedoeld", b floot Troiiberir •indelük,
„maar u zult mij toegeven, dal by toch z aider
tact gehandeld heeft om mij in zulk eeu netelig
parket te brengen".
tWordt vervolgd.^