Donderdag 23
November 1911.
No. 8034
61e Jaargang.
Uitgave van de Naanilooze Vennootschap „Do Amersfoortsche Courant, voorheen flrnia A. H. van Cleeff".
HOOFDREDACTEUR
P. J. FREDERIZS.
AMERSFOORT
Verschijnt Dingdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement por U maanden /"1.
franco per post f 1.15. Advertentiën 16 regels t>0 centolke regel meer 10 cent. Rij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief on aanvrtug kosteloos. Legale, ollicieële- en onteigeninga-
advertentiën per regel 15 cent. Reclames I5 regels f 1.25. Bewijsnummers naar buiten
worden in rekening «bracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseer koeten iti rekening gebracht.
ZORTECBACHT 9.
Postbus 9.
Tclcloon 1!'.
Tweeërlei.
Er zijn twee soorten van Levens-
verzekering-maatschappijen Naamlooze
Vennootschappen en Ouderlirigo maat-
schappijen.
Naamlooze Vennootschappen zijn on
dernemingen, waarby door aandeelhou
ders gold is bjjeengebracht oin daarmede
zaken te doen. De aandeelhouders worden
zoo genoemd, omdat zij als bewijs, dat
zij geld gestort hebben, aandeelen hebben
ontvangen.
Wanneer dus een Levensverzekering
maatschappij is een Naamlooze Vennoot
schap, dan is de oprichting der Maat
schappij in den regel als volgt gegaan.
Iemand, bekend met het vak, neemt liet
initiatief tot het oprichten, en, nl dan
niet in combinatie met anderen, zoekt
lijj menschel) op, die voor de nieuwe
onderneming geld willen storten om ge
durende de eerste jaren de kosten en het
risico te dragen, die noodzakelijk volgen
zullen. Tal van Maatschappijen zijn op
die wijze tot stand gekomen en meestal
waren er de eerste jaren vele uitgaven,
zonder dat winst kon worden uitgekeerd,
maar langzamerhand werden do uitgaven
minder en de winsten grooter, zoodat
de groote uitgaven der eerste jaren wer
den inverdiend, en aan aandeelhouders
winst kou worden uitgekeerd. Soms was
zoodanige onderneming voor aandeel
houders een zeer voordeehge onderneming.
Kapitaalkrachtige heere.n en dames, die
belegging zoeken, woeden allicht bereid
bevonden, op grond van de rente-opbrengst
van bestaaude ussurantie-ondeniemiugen.
deel te nemen aan de oprichting van een
nieuwe Maatschappij. Bekwaamheid en
goede naam van den ontwerper, familie
betrekking, en voorgaan vau bekende
personen, is daarop vau veel invloed. Het
bijeenbrengen vau een millioen gulden
aandeeleu-kapitaal is geen zeldzaamheid.
Zoodanig aandeelenkapitaal ot Maat
schappelijk kapitaal bestaat dan uit dui
zend aandeelen ieder van duizend gulden,
en elke aandeelhouder neemt zooveel
naudeelen als hem geweuschl voorkomt.
Meestal wordt niet onmiddehjk het volle
bedrag gestort, maar bijv. honderd gul
den van elke duizend gulden, met de
verplichting, zoo noodig, het overige l)jj
te storten. In het verslag eener Levens
verzekering-maatschappij vindt men
meestal alle aandeelhouders genoemd,
met naam eu adres, en het aantal aan
deelen, waarvoor men gestort heeft. In
het verslag is óok te vinden, hoeveel op
elk aandeel gestort is.
Wanneer bjj de oprichting eener
Levensverzekering Maatschappij het ge-
heele maatschappelijk kapitaal van een
millioen gulden is volteekend, en tien
procent gestort is, dan begint de Maat
schappij met een kas van honderduizend
gulden. Alle onkosten der eerste jaren
kannen daaruit bestreden, eu alle uit-
keeringen kunnen, zoo noodig, daaruit
voldaan worden.
Zonder een beduidend bedrag in kas
zou de oprichting eener nieuwe Maat
schappij een zeer gevaarlijke onderne
ming zijn.
Want de eerste onkosten zyn zeer groot.
Men moet een kantoor inrichten, er moet
personeel zijn, er moet publiciteit aan de
zaak gegeven worden, men moet de
noodige gedrukte stukken in voorraad
hebben, er moeten tarieven berekend
worden, enz. En natuurlijk beginnen de
verzekeringen slechts langzaam te komen.
i Mogelijk begint men met een verzeke
ring, waarvoor twintig gulden premie
betaald wordt en waardoor de maat
schappij toch de verplichting op zich
neemt om duizend gulden uit te betalen
iu geval van overlijden. Bedenkt men
nu dat van die twintig gulden misschien
tien gulden aan provisie betaald wordt
(alleen in dat eerste jaardat voor liet
geneeskundig onderzoek misschien vijf
gulden moet voldaan worden, zonder nog
te letten op de administratieve onkosten,
dan begrjjpt men, dat er zoo'n eerste
jaar slechts bitter weinig aan de kas
ten goede kan komen, ofschoon tóch de
verplichting van eventueele uitkeering
zeer groot is.
Men kau uit dit alles begrijpen, dat
de aandeelhouders beginnen met hun
kapitaal te wagen dat het slagen der
onderneming te dauken is aan het geld
der aandeelhoudersen dat het minstens
billijk mag genoemd worden, wanneer
later aan aandeelhouders een behoorlijke
winst wordt uitgekeerd.
De eerste jaren is er geen sprake van
winstvormen. Langzamerhand gaat dat
beter. Als alles naar wensch gaat. wordt
de post Oprichtingskosten steeds minder
(door afschrijving van do gekweekte
winsteu) en dan komt de tjjd, dat jaar
lijks een zeker percentage ten goede
komt aan de aandeelhouders, en een deel
der winst kan worden uitgekeerd aan
de verzekerden.
Dat alles betreft de maatschappijen,
die Naamlooze Vennootschappen zijn. Zjj
worden Naamloos genoemd, omdat de
aandeelen kunnen overgaan in handen
van auderen. Hoe grooter winst daarop
als regel wordt uitgekeerd, des te hooger
is de koers, waarvoor de aandeelen ver
handeld worden. Wanneer maatschap
pijen nog pas enkele jaren oud zijn eu
de winst, aan aandeelhouders uitgekeerd,
nog gering, of de post oprichtingskosten
nog uiet geheel afgeschreven is, kan het
voorkomen, dat de koers der aandee
len ver beneden honderd is, vooral wan
neer men raeeut, dat bjjstorting door
aandeelhouders niet onmogelijk is. Dat
wil dan zeggen, dat er veel minder voor
geboden wordt dan er voor gestort is
maar daaruit volgt niet, dat de toestand
der Maatschappij ongunstig is.
Elke Maatschappij, hoe groot die ook
mag zijn, is kloin begonnen, heeft moei
lijke jaren gehad en is eerst langzaam
aan in goeden doen gekomen.
Er zjjn Maatschappijen, vooral oude
I maatschappijen in het buitenland, waar
van de koers der aandeelen tot in de
honderden loopt, omdat duar de aandeel-
1 houders groote winsten hebben genoten
I en nog genieten.
I Wanneer men begonnen is, met een
klein maatschappelijk kapitaal, met voor-
spoed gewerkt heeft, en men met een
deel der totale winst nog voor aandeel-
houders goede zaken doet, kan allicht de
koers der aandeelen zeer hoog worden,
zonder dat men daaruit raag afleiden,
dat zulke maatschappijen daarom voor
nieuwe verzekerden meer aau te bevelen
zjjn dan andere.
De meeste Nederlandsche Levensver
zekering-maatschappijen zijn Naamlooze
I Vennootschappen. Van de 87, die in
Hosier's almanak worden genoemd, zjjn
er slechts 12, welke niet tot die rubirek
behooren en als Onderlinge maatschap-
pjjen worden aangeduid.
Onderlinge maatschappijen zijn niet
door aandeelhouders opgericht, op de ma
nier als wjj boven uiteenzetten. Zulke
maatschappijen worden opgericht door
de leden vau bestaande, groote vereeni-
gingeu, of door groote groepen van pcr-
soneu, die lungs anderen weg tot elkan
der gebracht worden, eu die te /.amen
do eerste kosten en het eerste risico dragen.
In de eerste jaren hoevele ia voor
uit niet te zeggen heeft men daar dus
niet zooveel waarborgen van soliditeit
als bjj Naamlooze Ven nootschappen maar
langzamerhand gaat dat beter, en eens
komt de tjjd, waarin het maatschappe
lijk kapitaal, wat de soliditeit betreft,
gemist kan worden.
Bij Onderlinge maatschappijen komt
ulle winst aan de verzekerden, terwijl
een deel als waarborg gereserveerd wordt.
Muurdaaiuit volgt weer niet, dat on
voorwaardelijk elke Onderlinge maat
schappij voor de verzekerden voordeeliger
is dan elke Naamlooze Vennootschap.
Liturgie in de Hervormde
kerk.
In zijn re Ie, verleden Dins lagavond ge
houden in de bijeenkomst der plaatsrdjjke
afdeeliug van den Ned. Protestanten Rond
besprak ook dr. H. J. Toxopous den e-'ro-
dienst in de Hervormde kerk en zeide onge
veer bjj ons, Protestanten, is de liturgie
helaas weinig beteekenend, hetgeon daarom
te meer jummer is omdat de raensch niet
alleen wil liooren, maar ook zien. Wie er
minachtend over spreekt, leze Jan van Beers
er maar eens op na.
Dr. H. J. Gunning, Ned. Hervor.nd predi
kant te Utrecht, schrijft over d.-zo zaak,
welke veel pennen en nog m«er tuigen
in beweging breng», in «Do Scliatkamera,"
het maandblad voor den Heiligen dienst,
waarvan bij redacteur is
Er ajjn vele Protestanten, die de koude,
lang», dogmatische loordieiisten moede zjjn
eu wier hart uitgaat naar aanbidding, naar
samensluiting met de ganscho kerk op aarde
eu die menigmaal in hun binnensto hebben
gevraagd: kunnen wjj tocli nog niet w.it
anders ontvangen inonzegotneenschappeljjlco
godsdienstoefenu gen dan een preek met
een pur laugc, dogmatisch») gebeden en oen
drietal psalmen er bij 7
Mocht deze zaak nu eens niet aanstonds
weer tot een partijkwestie wordjn! De on
verschilligheid voor de kerk neemt zoo
schrikbaren 1 toe het jongere geslacht voelt
niets meer voor tiaar enkele lioo|>geveinle
uitzonderingen natuurlijk daargelaten en
heluas onze voorgangers boselfen het niet,
dat duizenden om iets anders roepen. Niet
om een ander Evangelie, maar wel om een
undere wjjze om dat Evangelie ie brengen
tot de harten I
Dr. J. H. Gerritsen, Hofprediker te's-Gra-
vetihagp, voegt hieraan toe
Gaarne voldoe ik aan uw verzot k om
eenigu inlichtingen voor de «Schutkamera
met betrekking tot do liturgische plannen,
die in Den Haag weldra zullen worden ver
wezenlijkt. Ik doe dit gaarne, eensdeels om
de zaak zelve daardoor nog meer bek°nd
te maken, anderdeels om mog.:ljjk opkomend
misverstand te voorkomen. Ftima ruit; wie
weet, welk een omvang de faam van deze
zaak weldra zou bereiken, indien zjj niet tot
baar junta proportiën wordt teruggebracht I
De zaak is deze.
Reeds lang bestond bjj mjj, gelijk bjj zoo-
velen, do wensch, dat er in onze kerken toch
eens wat meer dienst zou worden govonden,
dat aan belijdenis en aanbidding iu onze
godsdienstoefeningen een grootoro plaats zou
worden ingeruimd. Door allerlei ometmdig-
heden, waarvan ik nu alleen noem het ver
schijnen van den Liederenbundel van mej.
M. van Woensel Koojj, die hierin ook gaarne
eenige liturgie zag opgenomen, kreeg deze
wensch een vustor vorm. Dezen zomer preekte
ik in de Luthersche kerk te Bussum. Ik
meende, dat het het raogeljjk zou zjjn, birr
een liturgische proef te neinen. De kerk»-
raad was mjj duur ter wille en zoo werd,
ik meen in de maand Mei van dit jaar, eon
proef genomen met een kleine l.turglo voor
cien hoofddienst. Deze proef weid d. zon zomer
to Bussum herhaald. Hier ontving de proeve
van liturgie een vatton vorm. ZooVir ge
komen, bracht ik in do vergadering van liet
Haagsche pradUmDtaD-ninhiicrla van Ok tuber
1.1. deze zaak ter sprake. Sommige collega's
voelden er voor, anderen niet. Gesteund door
de symputhio van enkele collega's, stelde ik
daarop de liturgie-kwestie in den bjjzomleren
kerkerand van 'süravenhage van den 5en
October I.'. aun de ordp. Het was mjj om den
zedeljjken steun van den korksraad te doen,
om niets meer.
Indien liet .nogeljjk ware geweest, zou
ik por kerkeraadsbeslnit gaarne oen liturgie
hebben zien vastgesteld oii ingevoerd. Doch
dit was natuurlijk onmogelijk. Dauro u moert
ik mjj met den zadelijkun >teun van den
kprkerund vergenoegen. Dit wus mjj op zich
zelf reeds veel waard. Ik wilde, dat de litur-
gic-procf geen zuttk vau mjj persoonlijk zou
zjjn. De sympathie van dsn kerkerand moest
mg dokken. Dion steun ontving ik tot mjjn
groote blijdschap. Met een overgroots meer-
derh-id voiklaarde de kerkerand zgn instem
ming met mijn streven; kort daarop hadden
wjj een conferentie van diegenen der col
lega's die met de zaak instemmen. Op deze
conferentie werd nog iets in mjjn liturgie-
proeve gewjjzigd en werd t'evens besloten
dat in éen kork en w.-l de Kloosterkerk
en gedurotidü een jaar in de diensten van
de c dluxa's, die er sympathie voor hadden,
een proeve met liturgie zou gehouden worden
en wel te beginnen den l Jen November j. I.
Tevens werd mjj verzocht, in het Haagsche
«Kerkelijk Weekblad" eenige artikelen over
de beteekenis der liturgie te plaatsen. De
Redactie van bet weekblad was zoo vrien
delijk, een aantal exemplaren 'an de num
mers, die deze artikelen bevatten, over te
drukken en is bereid, togen overmaking van
0 oerit, aan belangstellenden deze nummers
toe te zenden.
Ileorgaiu <itle van do Kamers
van Arbeid.
De Vereeniging van Voorzitters en Secre-
tarissso») van Kamers van Arbeid in Neder-
lund hef», naar men zich herinnert, in 1907
oen commbsie benoemd, teneinde haar een
rapport uit te brengen over de werking van
do Wet op de Kamers van arbeid en de
daarin wenicheljjk gebleken wijzigingen. De
commissie bestond, na eenlgo mutatie?, uit
de hoeren: E. M. Mejjers, lid-secretarismr,
Pb. Falkenbuiy, W. Havers, J. H. van Heek,
D. de Klerk, jhr. mr. O. F. A. M. van Nis.
pen t >t Sevenner, J. H. Schaper, ea d.*. J.
C. Sikkel, en do leden der vereeniging Jos.
de Sterke, J. van Waardhuizen on mr. dr.
J. H. vau Zanten.
De commissie heeft kort geleden haar
rapport aan de Vereeniging ingediend. Deze
heeft het laten drukken en Zaterdag is haar
Bestuur door den Minister van Landbouw.
Njjvorheil en Handel in particulipre audi
ëntie ontvangen om Z.Exc. het eerste exem
plaar daarvan aan te bieden.
Het ruppoit bevat, na een overzicht van
de werking der bestaande wet en een uit-
voorig overzicht van de buit-nlandsche wet
geving on bet gebied waarover do werkzaam
heden di'T colleges licb uitstrekken, een
volledig ontwerp voor een geheel nieuwe
Wet op de Kamers van Arbeid on do
Arbeidsraden (volgens dit ontwerp zullen nl.
de Kamers van Arbeid, die voor a I I e vakken
zullen moeton worden opgericht in elk der