Inzonderheid verdient deze maatregel aan beveling ten opzichte van verrekenpakketten, bestemd voor overzeeache landen en kolo niën, waarvan de aanneming door de geadres seerden meermalen wordt geweigerd of waar van de afhaling binnen den daardoor vast- gestcldcn tijd vaak door de rechthebbenden wordt verzuimd. Door de bedoelde berichten, waarvoor formulieren kosteloos door de postkantoren worden verstrekt, wordt voorkomen, dat de uitreiking of de terugzending van de pakket ten wordt vertraagd gedurende de dikwijls zeer lange tijdruimte welke er moet ver- loopen voordat het antwoord van de afzenders op do tot hen gerichte kennisgevingen van onbcstclbaarheia het kantoor van bestem ming hcoft bereikt. Tot rechter in de Arrondisscments-recht- bank te Utrecht is benoemd mr. C. W. Star Busman, thans rechter te Almeloo. Hetgeen hier door eenige Raadsleden individueel geschiedt, namelijk dat zij niet noodig achten dat voorgedragenen ter be noeming bij het onderwijs hun een bezoek brengen, is thans door den Gemeenteraad van Zaandam als regel aangenomen, zoodat wellicht te benoemen leeraren of onderwij zers daar de Raadsleden niet meer behoeven te bezoeken. Men zal zich herinneren, dat we onlangs schreven, dat do winter-1 a n dbouwschool wellicht zal worden gevestigd te Utrecht, het t u i nbouwcentrum, omdat «Nieuwcroord* door het overbrengen van den zetel der Weide-maatschappij naar Arnhem vacant komt. Het tUtrechtsch Dbld.« meent, dat de Gemeente Utrecht meer gebaat zou zijn met een ander gebruik van het gebouw en wel als museum voor het Staats-boschbeheer. »Het museum der Heide-maatschappij zelve gaat natuurlijk met de Maatschappij mede naar Arnhemmaar wij hebben in onze Gemeente ook den zetel van het Staatsbosch- beheer. Zou in die richting niet naar een oplossing gezocht kunnen worden?* vraagt het blad. En het vervolgt »Op verschillende tentoonstellingen t< 's Gravenhagc (1907), Eindhoven (1909) Brussel (1910) hebben de inzendingen van het Staatsboschbeheer de aandacht ge trokken door de belangrijke bijdragen, welke zij vormden door den invloed ten goede van Staatsbemoeiing inzake boschcultuur. Voor zoover wij weten, beschikt het Staats-bosch beheer nog niet over een museum, althans een voor het publiek toegankc- 1 ij k museum echter materiaal om een der gelijke verzameling samen te stellen, moet bij het Staats-boschbeheer O. i. in voldoende mate reeds aanwezig zijn tal van kaarten, grafische voorstellingen, vlugschriften, foto grafieën van ontginningen, bcbossching en exploitatie gaven op de hierboven genoemde tentoonstellingen een mooien indruk van de uitgebreidheid en de beteekenis van dezen tak van Staatsdienst. »Het reeds nu voorhanden zijnde mate riaal zou bovendien geregeld aangevuld kun nen worden, wanneer eenmaal het Museum van het Staatsboschbeheer in «Nieuweroord* gevestigd ware en ongetwij feld zou binnen korten tijd deze verzameling niet alleen een inrichting zijn, die tal van vreemdelingen naar Utrecht zou trekken, maar ook uit wetenschappelijk oogpunt alle reden van bestaan zou hebben. »Voor Rijk en Gemeente komt hier een schoonc gelegenheid open om samen te wer ken tot bereiking van een in velerlei opzicht gewenscht doel. >Moge, vóór het misschien te laat is, te bevoegder plaatse aan deze zaak de noodige aandacht worden geschonken». Wij helpen 't van harte gaarne hopen, want daardoor krijgt Amersfoort een kansje te meer voor de landbouwschool, di? hier zooveel meer op haar plaats is dan te Ut echt. De titel-pagina van het jongste nummer van >De Prins* wordt ingenomen door een zeer mooi portret van kolonel R. J. graaf Schimmelpenninck, adjudant van H. M. de Koningin. Als ie luitenant der infanterie hier te lande werd hij in Augustus 1881 gedeta cheerd bij het leger in Oost-IndiC en nam hij in 1882, 1883 en 1884 deel aan de krijgs verrichtingen tegen Atjeh bij de bestorming van de gedei van Tenom werd hij gewond, maar hij was er het eerst met zijn afdeeling in. Door deze kloeke en onverschrokken daad werd hij 18 Januari 1884 benoemd tot Ridder der Militaire Willems Orde. In No vember 1887 benoemde Koning Willem III hem tot ordonnans-officier en 17 April 1891 bleef hij in die ecre-functie gehandhaafd bij H. M. de Koningin. In 1893 volgde zijn bevordering tot kapitein en keerde hij als compagnies-commandant terug bij het 5e regiment infanterie, waarbij hij als luitenant kolonel ook diende van 1 Mei 1906 tot 1 Mei 1907. Luitenant H. J. C. Maarten Berkeljon, van het 5e regiment infanterie, ia bevorderd tot kapitein bij het 3e regiment. Dc ie luitenant-kwartiermeester 11. J. Scheffer, van het korps rijdende-artillerie te Arnhem, wordt tegen 1 Mei bevorderd tot kapitein-kwartiermeester en toegevoegd aan den controleur over de inwendige administratie der korpsen (2e bureau), te Amersfoort. Bij Kon. besluit is bepaald, dat de soldij van de korporaals-kok bij de korpsen van het leger te rekenen van 1 Januari 1912 zal bedragen bij aanstelling f 0.30 per dag na 3 jaar dienst f 1.en na 6 jaar f 1.15 per dag. Voorts heeft de Minister van Oorlog be paald, dat zij, voorzoover zij na het bereiken van hun 18e jaar ten minste 3 jaren onaf gebroken in hun betrekking hebben gediend, gehuwd mogen zijn en aanspraak hebben op huisvesting in een Rijkswoning, of ver goeding voor woninghuur. De cabaret-avond van de heeren Pisuisse en Blokzijl zal aanstaanden Zaterdag plaats hebben. Zuster F. Meyboom, adjunct-directrice van het Gemeente-ziekenhuis aan den Bergweg te Rotterdam, heeft de uitnemende ge dachte gehad, haar lessen in verpleegkunst te verzamelen en dezen schat van practische ervaring verkrijgbaar gesteld in boekvorm. Dat dr. F. H. Schreve, geneesheer-directeur van de Gemeente-ziekenhuizen te Rotterdam, er een voorwoord bij schreef, getuigt reeds voor de groote waarde van dit boek, dat thans door de firma G. B. van Goor Zonen re Gouda is uitgegeven. Of er dan wel behoefte was aan een boek als dat van Zuster Meyboom? Dr. Schreve beantwoordt die vraag toestemmend. De tot dusver verschenene. zegt hij, waren hand boeken, dikwerf met zóo veel theoretische wetenschap, dat zij even goed den genees kundige voor zijn opleiding zouden kunnen dienen verder talrijke leerboeken, vele zelfs voor specieele onderdeelen der verplegings- leer, meestal geschreven door geneeskundigen, waardoor het behandelde dikwijls te inge wikkeld was en daardoor slecht werd begre pen en dus verkeerd toegepast. Het boek van Zuster Meyboom is een be knopte handleiding, geschreven door een verpleegster met groote practische ervaring, in eenvoudige woorden, die tot het hart spreken, die doordringen tot den geest van hen die zich wijden aan de verpleegkunst en juist door hun eenvoud niet zoo licht kun nen worden vergeten. Op elk der 183 bladzijden spreekt naast de verpleegster met zeer rijke ervaring de fijn voelende vrouw aan wie op haar beurt werd opgedragen de opleiding en de vorming van verpleegsters en die in zoo dood-eenvoudige maar tevens alleszeggende woorden de zoo veelzijdige plichten der verplegende schetst, waar zij in het eerste hoofdstuk, handelend over ethiek, onder meer schrijft »Een goede verpleegster moet kalm en beslist zijn in haar optreden, nauwkeurig observeeren en van geen sympathie of anti pathie blijken geven, waar die soms mocht bestaan. Als patiënten moeten zij allen gelijk voor u zijn. Gij moet u toeleggen om de zieken, die aan uw zorgen zijn toevertrouwd, te begrijpen. Soms moet ge wel eens toegeven aan hun eigenaardigheden, daar zij door den aard hunner ziekte of door hun pijnen vaak heel anders zijn en denken dan onder nor male omstandigheden. Gij moet zachtheid aan flinkheid weten te paren, en de noodfge overredingskracht bezitten. Doch in de eerste plaats moet ge vertrouwen weten in te boe zemen en dit u waardig toonen. »Stilzwijgendheid is een eerste deugd, wijl gij vaak in de gelegenheid zult komen, ge heimen en vertrouwelijkheden aan te hooren. Zwakke en zeer zieke patiënten vertellen soms aan hun verpleegster dingen, welke zij in gewone omstandigheden zouden verzwij gen; ook bij delireeren uiten zij zich meer dan zij zich bewust zijn. De verpleegster moet in zulke gevallen nooit bekentenissen uitlokken en als haar patient haar soms in vertrouwen genomen heeft dit zich waardig toonen. Daarom moet zij met belangstelling luisteren en nooit ongevraagd haar opinie ten beste geven. Vraagt men uw raad of oordeel, houd dan terdege rekening met het karakter van den patiënt en den aard der ziekte. Denk goed vóór ge spreekt en zorg, dat ge dan door uw oordeel niet opwindt, geen verwarring teweeg brengt in de om geving waarin ge zijt, en geen haat en vij andschap verwekt. Vergeet verder, wat men u gezegd heeft, en spreekt er nooit met andere personen over; laat dus alles in de doofpot gaan en geef den zieke daardoor de absolute zekerheid, dat hij of zij zich niet aan een onbetrouwbare of onwaardige heeft geuit. «Slechts weinigen zijn zoogenaamd 1 gebo ren* verpleegster. Het verplegen is de kunst om de technische kennis te paren aan takt van optreden en medegevoel met de men- schelijkc behoeften in abnormale omstandig heden. Dc technische kennis moet geleerd, het eigenlijke verpleegwerk moet gevoeld worden. Een goede verpleegster moet voe- 1 e n wat haar zieke wenscht, die wenschen dus voorkomen. Zij moet voelen of een zieke gemakkelijk ligt, al dan niet behoefte heeft aan gezelschap, aan koude of warmte aan licht of duisternis. Dit alles kan niet ge cc worden, omdat iedere zieke een ander in dividu is, met andere opvattingen en eigen schappen.* Een zeer uitvoerig register en 60illustra ties, waarbij eenige zeer duidelijk doen uit komen hoe men iets niet moet doen, ver- hoogen niet weinig de waarde van ditboeK, dat achtereenvolgens behandelt Ethiek. Ziekenvertrek. Schoonmaken van het ziekenvertrek en het meubilair. Reinigen van het servies en toereiking van spijzen dekken van de middagtafel. Voeding. Lucht. Warmte en uitzetting. Het omgaan met vor- pleeg-artikelen.Gereedmaken van antiseptische vloeistoffenV erpleeglcer. Scheren. Masseeren. Tillen, Verplegen van chirurgische zieken. Baden. Inhaleeren. Huidprikkels. Ingeven van medicijnenenkele vergiftigingsverschijnselen. Verpleging van besmettelijke zieken. In haar Voorwoord schrijft Zuster Meyboom •Het is mij in zeker opzicht pijnlijk om het geen ik mijn leerlingen vertelde in grootcr of kleiner kring van meestal prettig samen zijn, prijs te geven aan vele vreemde en onbekende oogen, die met scherp-critischen blik zullen beoordeelen en veroordeclen*. Dat oordeel kan slechts gunstig zijnZuster Meyboom heeft zeer velen aan zich ver plicht, zoowel beroeps-verpleegsters, die in haar mooi boek menigen practischen wenk zullen vinden, als hen, die in eigen kring een patiënt hebben te verzorgen. Van ganscher harte hopen we, dat ook alle dames die den verpleeg-cursus van dokter Jorissen hier met zoo heerlijken ijver volgden, zich het boek zullen aanschaffen en het duchtig zullen bestudeeren. Johanna Heymann, de ook hier zoo hoog geschatte klavier-virtuose, die haar domicilie uit Engeland naar haar geboorteland ver plaatste Daniël de Lange schreef daar over: »het is voor Amsterdam een voordeel, dat deze begaafde pianiste zich weer hier heeft gevestigd* wil, nu het eigenlijk concert-seizoen ten einde is, klavier-onderwijs geven aan meergevorderden. Een advertentie hierneven licht belang hebbenden wel geheel in. Quick heeft den Eersten Paaschdag hier een R. A. P.-elftal geklopt met 4-1. Niets is moeilijker en niets verdienstelijker dan zich te beperken. XJit den Omtrek. Het blijft te Spakenburg slecht gaan met de haringvangst. Voor de helft der vloot was 't verleden jaar Maart reeds een zeer zuinige vangst in 't geheel werd toen slechts 2227 tal haring aangebracht, tegen 4977 tal in de maand van 1910. In Maart 1912 werd al met al slechts 693 tal aangevoerd een tal is 200 haringen en geldt ongeveer f 2.50. .Gelukkig werd er wat meer bot gevangen, 15 000 pond, tegen 1675 in Maart 1910 en 1775 in Maart 1911; doch de bot brengt weinig of geen verdiensten voor de bevol king; dat moet de haring doen, die werk geett ook in de rookerijen. De Minister van Waterstaat heeft den ingenieur A. J. Krieger te Amersfoort mede gedeeld, dat, indien de zekerheid wordt ver kregen, dat naast den aanleg van een paar dentram weg station Harmeien—Utrecht te vens de tot stand koming van andere door de streek gewenschte verbindingen verzekerd zon mogen worden geacht, er sprake van kan zijn door de toekenning eener Rijks bijdrage den aanleg van dien paardentramweg te bevorderen. Verder werden hem de voorwaarden ter kennis gebracht, waarop tusschen station Harmeien en Utrecht de normale bij de spoorwegen gebruikelijke spoorwijdte langs den Rijksweg voor alle door hem aange vraagde tramwegen zou kunnen worden toe gepast. Volgens dc «Nieuwe Crt.« confereerden, op uitnoodiging van dr. Mia Boissevain, in het American-hotel te Amsterdam 30 vrou wen over de plannen tot het in het leven roepen van een tentoonstelling in 1913, welke een beeld zal geven van de vrouwenbewe ging hier te lande. De Presidente, mej. dr. Boissevain, die te Berlijn is geweest om zich op de hoogte te stellen van hetgeen daar is gedaan voor de tot stand koming, bepleitte in het bijzonder het denkbeeld van het houden eener tentoon - stelling door vrouwen in 1913. Mej. dr. Johanna Naber drong aan op aan sluiting bij het Congres van den Internatio nalen vrouwenraad in April 1913. Mevr. Wijnaends Francken, zich hierbij aansluitend, wilde vooral, dat dit werk op een ethischen grondslag zou berusten. Niet wat de vrouw deed, maar wat zij in dc toekomt wil doen voor de maatschappij 'S van bctcekciiis. Zij verdedigde daarbij het denkbeeld van vrou- Mej CnKranicrs rvenschte uitsluitend reke- „i„a te houden met vrouwcnbelangen en dat vooral het licht sou vallen op een van deze vier puntendon nationalen gedenktijd, het Vredespaleis, dc verkiezingen, of den rou- "TlTHenriette 1,oudsmit achtte hoofdzaak eentrreasen met een illustreerende tentoon- stelhng, los van dc Internationale vrouwenbe- WMejKAnna Polak sloot zich hierbij aan. Zij was er tegen, van de verkiezingen rut te gaan, «natelde Li den titelDe beteekenis van dc vrouw voor de maatschappij mot, als onder- doelen, de vrouw i„ het gezin, de vrouw. dc maatschappij van heden, verledenen toe .komst en wilde dit uitsluitend met statistic- ken illustreeren. Ier vergadering waren, behalve de ver melde spreeksters, tegenwoordig van dc oude garde mevr. Rutgers- Hoitsema, mevr. Ver- sluys—Poelman en mevr, Drucker, van de jongeren, mevr. Bolssevain-Pijnappel, mevr. Van Embden—De Ridder en mevr. Verwey Mejan. Dat men ook in het buitenland zich bezig houdt met den vroeger wel wat verwaar loosden boerenstand, mag wel worden «afge leid uit een overzicht van aan Duitsche Uni versiteiten verdedigde dissertaties, voorko- mende in de «Mitteilungen der Deutschen Landwirschafts-Geselschaft*, waaruit blijkt, dat van het totaal in 1911 opgeleverde nl. 4175, dissertaties, er 136 betrekking hadden op den landbouw, en wel op het gebied van land- bouwwetgeving 21, van landbouwgeschicde- nis 13, bedrijfsleer 13. de overige op ver schillend gebied. t De meeste kwamen voor aan de Universi teit te Leipzig, nl. 21, daarop volgden Heidel berg, Halle a. de S. en Giessen.elk met 12, Jena met u en Erlangen en Tubingen met 10 dissertaties. De Matin* organiseert een vlucht van Peking naar Parijs. Steeds verder, steeds hooger, steeds vlugger, is volgens dat blad het devies der Fransche vliegeniers. Na Garros, die tot 4250 M. is gestegen na Helen, die op éen dag meer dan 1000 K. M. vloogna Gobé, die minstens 800 K. M. vloog in 24 uur, zonder zijn machine ook maar eenmaal te verlaten 11a Vedrincs, die Parijs-Madrid haalde en Conncaux, die van Parijs naar Rome vloog, zal het er dit maal om gaan, van Peking naar Parijs te vliegen. De 120000 K. M., die Borghese per auto aflegde, zullen thans door het luchtruim moeten worden gevlogen. Het statistisch overzicht, dat Gregory in de «Contemporary-Review* over het aantal vrouwen en mannen geeft, bewijst nog eens. dat er op de wereld meer vrouwen dan man nen gevonden worden, maar toont tevens aan. dat het overschot aan vrouwen niet zóo groot is als men over het algemeen geneigd is. aan te nemen. Hel Britsohe koninkrijk bijv. heeft 25 i)22 321 mannelijke en 26 O91 673 vrouwe lijke inwoners, terwijl zich op het Eurn- peesche vasteland 180 503 138 leden van het zoogenaamd zwakke geslacht tegenover 100 077 640 heeren der schepping stellen, En in de Vereenigde Staten van Noord- Amerika telt de vrouwelijke bevolking 34 642 781 en die van het andere geslacht, 32 341 781 zielen. I11 Zuid-Amerika is dit verschil nog kleiner; daar toch worden 17 681 314 vrouwelijke en 17 445 941 mannelijke bewoners aagetroffen. Ook in Rusland blijft er van het surplus .aan vrou wen niet veel over, want daar wonen 62 276 347 loten van het mannelijk en 03 339 886 van het vrouwelijk geslacht. Het tijdschrift «Lux* ontleent aan «ftie Phot. Industrie* het onderstaande over de fabricage van kinematografen-films. Het is nog niet zoo heel lang geledeu, dat de ge broeders Lumière de eerste kinematogratische beelden te zien gaven (1895); de fabrikagc van de films voor de kinematograaf heeft zich na dien tijd verbazend ontwikkeld. Men kan de hoeveelheid der dagelijks op de aarde gebruikte films zonder overdrijving op 300 000 Meter schatten; dat zal dus jaar lijks zoo om en bij de 90 millioen Meter zijn. De Meter film, zonder beeld, wordt tegen woordig verkocht voor 23 cent. De handels waarde van de bovengenoemde hoeveelheid per jaar is derhalve op 22 millioen gulden te stellen. Films, geheel voor het gebruik gereed, kosten minstens 30 cent per Meter. Jaarlijks bedraagt de koopprijs dus 45 millioen gulden. Tegenwoordig worden de kinematogra- fische films voornamelijk vervaardigd in de Vereenigde Staten, Frankrijk en Duitschland. Amerika staat vooraan, vooral de «Eastman Kodak Comp.« te Rochester. In Duitschland moet vooral de A. G. f. A. (Aktien-Gesell-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1912 | | pagina 2