Dinsdag 8 April 1913. No. 8246. 62e Jaargang. AMERSFOORTSCHE Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cleeff". HOOFD-REDACTEUR F. J. 7HEDERZKS. AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1. franco per post ƒ1.15. Advertentien 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenings- advertentiën per regel 15 cent Reclames 1—5 regels f 1.25. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. BUREAU: ZORT2GRACHT 9. Postbus 9. Telefoon 19. KENNISGEVING. De Burgemeester van Amersfoort brengt ter kennis van de ingezetenen dezer Gemeente, dat de door den Directeur van '9 Rijke directe belaBtingen, enz. te Utrecht exe- cutoor verklaarde kohieren Nos. 2 en 4 van de Persoufielo belasting over het dienstjaar 1918 aan den Ontvanger van 'a Rijka directe belastingen alhier zyn ter hand gesteld, aan wien ieder verplicht is, zijnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen. Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaatsen aangeplakt te Amersfoort den 5 April 1918. De burgemeester voornoemd, Van RANDWJJCK. De Handelsschool. (INGEZONDEN.) Een Handelsdagschool vindt men nog in be trekkelijk weinig plaatsen. Waar zij evenwel is, blijkt zij voor de breede kringen van onze handeldrijvende burgerij een zegen te wezen. Wanneer er ooit gesproken kan worden van een school, die geschikt is voor de ondernemers van handel en nijverheid, zooals er duizenden in onze dorpen, provincie plaatsen en steden te vinden zijn, dan is het de Handelsdagschool, welke bij de Lagere school aansluit. Op een leeftijd van gemiddeld twaalf jaren verlaten de kinderen de gewone Lagere school. Hebben zij degelijk onderwijs gehad, zijn ze niet door ontijdig Fransch bedorven, hebben zij geleerd hun oogen en hun han den te gebruiken, kunnen zij goed lezen, zuiver schrijven en vlot rekenen, hebben zij duidelijke begrippen van hetgeen hen om ringt, van hun land en van de hoofdpunten der geschiedenis van hun volk, zijn zezede- lijk, geestelijk en vooral ook lichamelijk goed opgevoed, dan kan daaruit voortkomen een kloeke, handeldrijvende burgerij, wanneer de kinderen nog eetiige jaren een passend onder wijs kunnen volgen in de richting voor welke zij kiezen. De Ambachtsschool wacht de jongelieden, die den technischen kant uitgaan. Krijgen dezen den lust, ook na die school in het practische bedrijfsleven flink aan te pakken, en later de avonden te gebruiken voor aau- vullend onderwijs, dan groeien daaruit onze klein-industrieelen, maar ook onze werk meesters van groote ondernemingen, onze opzichters en technische ambtenaren. Welke school wacht de jongelieden, die zich tot den handel zullen wenden De Hoogere Burgerschool Maar deze richt toch haar oogmerk verder. Zij wordt immers niet beschouwd als een inrichting, waar de vor ming voltooid wordt, veelmeer als een, gevende een voorbereiding voor een verde ren studiegang. Zoo is het met dc Burgerschool van drie jarigen-, zoo is het met die van vijf-jarigen cursus. Zenden de ouders, die gaarne hun kinde ren op een leeftijd van vijftien, zestien jaren in het handelsbedrijf zien treden, hen naar de Hoogere Burgerschool met drie-jarigen cursus, dan krijgen deze kinderen zonder twijfel een goede algemeene voorbereiding, maar deze behoort dan eigenlijk door een twee-jarige Handelsschool te worden gevolgd, zooals die te Amsterdam, Rotterdam, Gro ningen, Utrecht, Nijmegen, Rolduc, Vlissin- gen, Harlingen, enz. Dan evenwel zijn de jongelieden al een achttien jaar geworden. Dan nog in den winkel te gaan staan, ook in kleine bedrijven, het handelsleven van onderop nog mee te maken, daarvoor be danken velen hunner en de ouders meenen dan ook vaak, dat de jongelieden op veel hoogere plaatsen aanspraak hebben. Alsof men door en in den handel, ook door den détail-handel, niet hoogerop kan komen. Daarom past voor vele ouders en vele kinderen uitstekend ec-n Handelsschool, die onmiddellijk aansluit bij de gewone Lagere school, en dan een geheel afgesloten prac- tich onderwijs geeft in drie a vier jaren. Gedurende een aantal jaren zijn deze scho len reeds in ons land werkzaam. De eerste was wel die te Winschoten, welke met een vier-jarigen cursus aansluit bij het gewone Lager onderwijs. De school is bestemd voor jongens en meisjesde onderwijsvakken zijn Schrijven, Rekenen, Wiskunde, Handelsre- kenen, Boekhouden, Nederlandsche handels-, correspondentie, Nederlandsche taal en lezen, Aardrijkskunde, Geschiedenis, Handteekenen, Fransche, Duitsche, Engelsche taal en cor respondentie, Natuurkennis, Stenografie, Ma chine-schrijven, en voor meisjes nog afzon derlijk Nuttige en fraaie handwerken. Het succes van deze school is zeer groot geweest - en is het nog. Het aantal leerlin gen is voor een plaats van de beteekenis van Winschoten, met ruim 11 000 zielen, zeer groot, nl. ongeveer 120, terwijl tal van andere onderwijsinrichtingen daar te gelij ker tijd werkzaam zijn. Dat aantal neemt nog geleidelijk toe, zoodat inderdaad gezegd kan worden, dat deze Handelsschool voor den Middenstand voldoende is gevestigd. De Handelsdagscholen zijn de Midden- standsscholen bij uitnemendheid. In tal van plaatsen, waar kleinhandel en industrie wat in den dut zijn geraakt, kunnen deze scho len zoo ontzettend veel doen tot verbetering en verheffing. Aldus het bekende Tweede Kamer-lid dr. Bos in het Maandblad voor Handelsonder wijs en Handelswetenschappen*. Hoezeer men voor handel en industrie de behoefte gevoelt om, in plaats van het ge wone Middelbaar onderwijs, een meer prac- tisch onderricht te geven, blijkt wel uit de voortdurende toeneming van het aantal Han delsdagscholen. Thans reeds bestaan dergelijke inrichtin gen van onderwijs (of is de oprichting er van. voorbereid) te Winschoten, Zwolle, Alkmaar, Amersfoort, Deventer en Zaandam, terwijl te Zutfen, Maastricht, Zierikzee, 's-Hertogen- bosch, Hoogeveen, Leeuwarden en 's-Gra- venhage sterk geijverd wordt om ook daar een Handelsdagschool te krijgen. De georganiseerde Middenstand vooral beseft steeds meer de noodzakelijkheid van degelijk vakonderwijs. Zoo richtte het Bestuur der »Vereeniging tot bevordering der belangen van den boek handel* dezer dager een circulaire aan haar leden met een warm pleidooi voor het han delsonderwijs en het advies»Collega's, zendt uw zonen en pupillen, die gij voor den boekhandel wilt opgeleid zien, naar de Han delsdagschool en wekt vrienden en bekenden, die van hun zonen boekhandelaars willen maken, op, het zelfde te doen. Allerwegen wordt gevoeld, dat het onderwijs voor hen, die zich niet aan de studie zullen wijden, gewijzigd moet worden*. Zoo sprak de oud-Minister Cremer in zijn bekende redevoering in de Eerste Kamer naar aanleiding van de toekomst van Indië »Naar mijn innige overtuiging is onze Hoo gere Burgerschool-opleiding te extensief voor veel jongelieden om hen voor het pioniers werk daarginds (nl. in Indië) voor te be reiden. »Ik meen, dat op jeugdigen leeftijd ge geven vakonderwijs, althans onderwijs, meer geconcentreerd in éen richting, daar beter voor is*. Dank zij het particulier initiatief, gesteund door Rijk, Provincie en Gemeente, bezit ook Amersfoort zijn Handelsdagschool, die, ofschoon pas 15 September 1912 opgericht, nu reeds voldoende levensvatbaarheid toont te bezitten. Is ze allereerst bestemd voor die leer lingen, welke na het behalen van het eind diploma een toekomst vinden in het bedrijf der ouders, of die zoeken in de nering der onderscheiden Middenstanders, niet minder is ze geschikt voor die talrijke schare van toekomstige ambtenaren, beambten en be dienden aan de Ministeries, ter Provinciale griffie, ter Gemeente-secretarie, bij sporen en trams, op kantoren van ontvangers en notarissen, bij verzekering-maatschappijen, enz. enz. van wie bij in functie treding in zicht in administratie wordt op prijs gesteld. Voor tal van betrekkingen (o. a. bij de Maatschappij tot Exploitatie van Staats Spoor wegen, de Holl. IJzeren Spoorw. Mij., de Kon. maatsch. tot expl. van Petroleumbron- nen in Ned. Indië, de alg. Maatsch. van Levensverz. en Lijfrente, enz.) strekt het eind-diploma- eener Handelsdagschool den bezitter tot groote aanbeveling. Ouders, die straks voor de moeilijke vraag gesteld worden, welke school ze moeten kiezen, opdat hun kinderen zich die alge meene ontwikkeling en bijzondere kennis kunnen verschaffen, welke noodig zijn om zich later in die richting een goede positie te verwerven, doen verstandig, eens een exemplaar aan te vragen van het programma dier school. Uit het leerplan blijkt het best de be doeling van deze nieuwe onderwijsinrichting. Bij alle vakken staat voorop de RICHTING op het BEDRIJVIGE LEVEN, geen voor bereiding voor hooger onderwijs, maar voor het LEVEN. En dat toch hebben de meeste kinderen uit den Middenstand zoo noodig. X. Rechten en plichten. Rechten en plichten zijn twee tegenover gestelde begrippenvan hun rechten zijn de meeste menschen zeer goed op de hoogte ook van hun plichten We zijn dagelijks in de gelegenheid, op te merken, dat de menschen meestal op hun rechten staan, ja ze hoog houden, maar het met hun plichten zoo nauw niet nemen. Eigenlijk laten zij die plichten liever aan anderen over en nemen het dezen soms heel kwalijk, indien deze anderen in hun plichten te kort schieten. En tochrechten brengen plichten mee zij behooren bij elkaardat is een algemeen erkende waarheid. Van die waarheid moet vooral de opvoe der doordrongen zijn, die kinderen wil vormen tot menschen, welke, evenzeer als zij zich van hun rechten bewust zijn, ook hun plichten kennen en betrachten, welke uit die rechten voortvloeien. Rechten zijn voorrechtenals een kind die heeft, moet het ze leeren waardeeren en moet het leeren begrijpen, dat, wil het ze behouden, het zich die rechten moet waardig maken door de voorwaarden te vervullen, aan het bezit er van verbonden. Komt het kind die voor waarden niet na, dan moet het ook die rechten verliezen. Weigert bijvoorbeeld een kind gehoorzaamheid aan wie boven hem staan, dan moeten hem de rechten, welke uit die gehoorzaamheid voortvloeien, onthou den worden. Maar de opvoeder moet nooit gehoorzaamheid eischen om de gehoorzaam heid zelve, maar wel omdat door ongehoor zaamheid het kind in zijn plichten zou te kort schieten en daaruit onaangename of kwade gevolgen zouden voortspruiten. Gehoorzaamheid eischen om haar zelve zou van opvoederskant zijn een te veel op zijn recht staan van gehoorzaamd te worden en een te kort schieten in zijn plicht van billijk heid tegenover het kind, dat de gevergde gehoorzaamheid als een onzedelijken eisch zou gevoelen. Kinderen hebben hun rechten, maar mogen nooit vergeten, dat zij ook hun plichten hebben tegenover hun ouders, hun onder wijzers, oudere menschen, hun huisgenooten, hun kameraden, hun gelijken, hun minderen, in éen woord tegenover allen, met wie zij verkeeren en in aanraking komen, evenals dit met volwassenen het geval is. Zoo wij, volwassenen, overtuigd zijn, dat onze rechten ons vele plichten te vervullen geven, en wij dan alleen rustig en gelukkig kunnen zijn als wij ze betrachten, hoe ernstig moet dan ons streven zijn om die plichten naar behoo ren en blijmoedig, als van zelf sprekend, te volbrengen. Dat moet het kind reeds vroeg leerenhet huisgezin is de bakermat der maatschappij, zelf een maatschappij in het klein, waar even goed rechten en plichten samengaan als in de groote maatschappij daar buiten. Alleen maar op rechten aangewezen zijn, zonder vervuld te wezen van een duidelijk plichtsbesef, van een diep gevoel, dat aan dit plichtsbesef moet gehoorzaamd worden,zulk een beginsel moet tot het ergerlijkste egoïsme leiden, een egoïsme, dat de bron is van allerlei ondeugden en ellende. Maar al te veel matigt onze tegenwoor dige jeugd zich rechten aan, die haar niet toekomen de gevallen komen te veelvuldig voor dan dat niet iedereen van dit feit over tuigd zou zijn. Hoeveel onaangenaamheden, hoeveel verdri°t, hoeveel leed zijn er het gevolg van, zoowel voor de kinderen als voor de ouders. Een moeilijke taak voor de laat- sten om aan die aangematigde rechten paal en perk te stellen. Behoeven wij er wel op te wijzen, dat in menig gezin orde en rust en vrede verstoord, het gelukkig huiselijk leven zeldzaam wordt zoo menige gave, zoo menig talent niet tot zijn recht kan komenzoo vele warme har ten verkillenzooveel echte humaniteit ver loren gaat. Hoe een dam op te werpen tegen zooveel aanmatiging Me dunkt wel, in de eerste plaats moeten wij, ouders en opvoeders, tegenover de kinderen, die ons toevertrouwd zijn, onze plichten met vollen ernst betrachten. We mogen tegenover hen niet lafhartig zijn, niet denkenlaat ze genieten, terwijl ze nog jong zijnde tijd komt vroeg genoeg, dat ze zullen ondervinden, dat het leven ernst is. Wie zóo redeneert, heeft zijn kroost niet van harte lief, want liefde sluit plichtsbesef in zichen wanneer gij uw kinderen meer inwilligt dan uw plicht u vergunt, dan doet gij hun kwaad, bezondigt ge u aan ben door in uw plichten jegens hen te kort te schie ten. Hoe wilt gij, dat zij een recht besef van hun plichten zullen krijgen, als gij toont de uwe tegenover hen niet te kennen Spaart uzelf latere harde verwijten, zoowel van eigen geweten als uit hun mondbe denkt, dat hetgeen gij zaait zij moeten maaien. En daarom geeft zelf hun het voorbeeld van trouwe plichtsbetrachtinghelpt hen tot na volging van uw voorgaanuw liefde tot uw kind zal u den weg wijzen en u de woorden op de lippen leggen, die weerklank vinden in zijn hart. Vooral tracht dat hart, dat gemoed te veredelen, dat geweten wakker te kloppen voor al hetgeen goed en plicht is, terwijl het nog jong is en voor goede indrukken vatbaar. Kweekt daarin het beste, dat in u

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1913 | | pagina 1