KLAPPA iter en B.TJ.K. Blanche. de: klapper booh geeft ons de noten eje uit t vleesch van die noten wordt olie bereids die olie uit copra is t heerlijke vet i czr: WAARUIT MEN NU, js'uft MAAKT WE NOEMDEN T DAAR NET DIE OLIE MET ANDERE OLIE VERMENGD DIE ONS WEER DE AARDNOOT OF OLIENOOT SCHENKT EEr BEWERKT MEN TOT BOTER,DIE HOOGFJJNE WAAR MAAKT OOK DE FABRIEK TE A'DAM VOOR U KLAAR WANNEER GE UW'BROODJES MET./f/M^ BESMEERT. DAN EET GE ZÓÓVEEL DAT GE ZELF U GENEERT EN BRAADT GE MET,, B'UK'OOK HET VLEESCH EENS 'N KEER DAN KOOPT GE DAT "PLANTENVET ALTIJD MAAR WEER GE 2LIT IN UW NOPJES OMDAT GE NU WEET, HOE.OF GE DE SFLIZEN HET SMAKELUK5T EET 'T IS AARDIG ZOOALS MEN AAN TAF EL NU SMULT MET STEVIGE KOST WORDT DE MAAG THANS GEVULD want,,klappa tbuk''staan geoucht m den man ER is GEEN GEZIN OF 'T GENIET ER NU VAN DAT VOEDSEL GEEFT IEDER GEZONDHEID EN KRACHT EN WAARBORGT METEEN VOOR'T TOEKOMSTIG E=E GESLACHT -PvG Inlichtingen worden gaarne verstrekt door do Nedorlandsche Plantcnbotcrfabriek, ROKIN 75 te AMSTERDAM, Telefoon Noord 3244, en door het Agentschap HAESEKER LASEUR, Neudo 1!) te Utrecht, Telefoon 130. FEUILLETON. *8.) De vrienden van den lieer De Nancey wisten, dat de graaf om haar millioenen, was gehuwd met een burgermeisje, wier vader met den kurkenhandel fortuin had gemaakt. Zij wisten bovendien, dat de jonge gravin mooi was. De gedachte kwam in ieder hunner op, bij het boek zijner overwinningen en ver overingen een bladzijde te voegen. Dit ver klaart de bereidwilligheid, waarmede zij Paul's uitnoodigingen aannamen. Doch schoon het vertrouwen, dat zij in hun eigenschappen stelden, schier onbegrensd was, zagen zij zich teleurgesteld in hun hoop. Al spoedig kwamen de diners te Montmorency, waar Marguerite's tegenwoordigheid ingetogenheid gebood, hun erg vervelend voor en zij zoch ten allerlei voorwendsels om de uitnoodigin gen te weigeren. Spoedig werd de eenzaamheid in het i kleine kasteel schier volkomen en Paul, j nwendig zijn vrouw beschuldigend, dat zij I zijn vrienden door een ongepaste preutsch- heid verwijderd hield, zocht nu vermakelijk- I heden, wt-lke hij niet meer te zijnent vond en was driekwart van zijn tijd te Parijs. De zaken waren in dien toestand, toen een zeer nietige omstandigheid een ont zaglijk nadeel berokkende aan de reeds zoozeer alleen gelaten jonge vrouw. l^e g»aaf dineerde in het café Anglais met een tiental jongelieden. Men had reeds veel gedronken en de vroolijke snaken brachten allerhande dolligheden uit. De hofmeester had Chambertin van 1848 opgebracht. Een der gasten bracht eerst aan zijn neus. vervolgens aan zijn lippsn zijn glas vol van den kostbaren drank en riep: Breng dezen wijn weg, Gustaaf! Hij is niet drinkbaar hij riekt naar de kurk". »StiI«! hernam met koddige ontzetting een zeer jong heertje, graat De Nattes, die meer dronken was dan zijn gezellen. Zwijg, vrien den*. Waarom zou ik zwijgen t" vroeg de eerste spreker. »Wijl men ongaarne van touw hoort spre ken in het huis van een gehangene". >Dat wil zeggen?" »Noch van kurken in 't gezelschap van den schoonzoon van, een handelaar in kur ken", voer de heer De Nattes voort. »De schoonvader van onzen vriend Paul, hier tegenwoordig, heeft misschien het artikel, waarvan ge spreekt, verkocht. Hij was de leverancier van papa en had toen nog geen kasteel te Montmorency. Aan dat Gothisch kasteel is ten minste éen steen, die uit den kelder van mijn papa komt». De jonge De Nattes had waarschijnlijk gerekend op het succes van een dol gelach. Hij verkreeg het niet. Zijn dwaze woorden werden koel ontvangen. Paul stond op. Waarde heer», zeide hij, met een bedaard heid, die een diepe vergramdheid verborg »ge zijt onbeschaamd en laf». »Wat?« riep de jongeling, half nuchter geworden, door de woorden, die hem troffen, als evenveel zweepslagen. Bleek van woede, wilde hij zich op den heer De Nancey werpen. De naast hem zit- tenden hielden hem tegen en bedwongen hem met geweld. »Wees bedaard, ik raad het u, heertje», ging Paul voort, »ik ben niet gewend, een twist met vuistslagen te beslechten en ik zou buitendien tegenover u de sterkste zijn. Wij zien elkaar morgenochtend in 't Bois- de-Boulogne«. >Ik reken er op*. Nadat er vier getuigen waren aangewezen, werd alles op staanden voet besteld voor de onvermijdelijke ontmoeting. Paul, zonder zich zelfs de moeite te geven zijn vrouw door een bode of depêche te laten verwittigen, keerde dien avond niet naar Montmorency terug, en den volgenden och tend ontving de heer De Nattes in den rech terschouder een geweldigen degenstoot, die hem zes weken bedlegerig maakte. De arme Marguerite was volkomen on schuldig aan de onbetamelijke scherts van den melkmuil, wien het onmatig gebruik van wijn het weinige verstand had ontnomen, dat hij van de natuur had ontvangen. Paul wist, toen hij huwde, zeer goed, vanwaar het ver mogen van Bouchard kwam en vond natuur lijk dat vermogen eerlijk verkregen maar toch was hij onrechtvaardig genoeg, ten aan zien zijner vrouw eer. diepe vergramdheid te gevoelen, liij vergaf het haar niet, de onwille keurige oorzaak van een tooneel te zijn ge weest, waarbij zijn persoonlijke waaardigheid zich gecompromitteerd bevond. Zoo geloofde bij althans. 0 »Dat huwelijk maakt mij belachlijk», dacht hij toornig. »Ik ben tot spot van allen, die mij kennen, en ik kan er niet aan twijfeien. daar de snaak, dien in 't aangezicht heeft Een afgrond was 1 den graaf onstaan. waar niets, maar zijn I zijn afwezigheid wet weldra bemerkte Mar delijk, dat zij nog sl kende in het leven Te fier om te i._ zachtmoedig om luid wierp Marguerite zi makend, dat mannen L waren, en van de totl mogelijken tcrugkeef, Sedert graaf Do en al zonder lust om zijn moeilijk leven 1 er volstrekt geen bez lerlei diners en soup« Op een avond ga de la gaitó de eerste- verspel, een meesten geluisterd door pracl het een fabelachtige

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1915 | | pagina 4