Zaterdag 6
Maart 1915.
No. 8539.
64e Jaargang
B IJ B L A D.
Stadsnieuws.
Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van CleefT".
HOOFD-RED ACTEUR
F. J. FREDERIK8.
AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1.
franco per post ƒ1.15. Advertentien I6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieBle- en pntelgenlngs-
advertentiën per regel 15 cent Reclames 1^5 regels ƒ1.25. Bewijsnummer» naar buiten
worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advfirtentien van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU:
SORTSGRAOBT 9.
Postbu. 9. Telefoon 19
Bij dit nummer behoort een
KENNISGEVINGEN.
De burgemeester van Amersfoort
brengt ter kennis van <ie ingezetenen dezer
Gemeente, dat heldoor den Directeur van 'e Rijks
directe belastingen, enz. te Utrecht executoor
verklaarde kohier No. 14 van de
Porsoneelo Belasting
over' liet dienstjaar 1915 aan den Ontvan
ger van 'a Rijks directe belastingen alhier is
ter hand gesteld, aan wien ieder verplicht is,
zijnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet
te voldoen.
Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaat
sen aangeplakt te Amersfoort, den Maart 15)15.
De burgemeester voornoemd,
Van RANDW1JCK.
Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Gelet op art. 37 der Drankwet.
brengen ter openbare kennis,
1. dat bij hen is ingediend een verzoek
schrift om verlof tot verkoop van alcoholhou
denden, anderen dan sterkedrank, voor ge
bruik ter plaatse van verkoop, door TiUMOTEUS
KR1JNEN, koffiehuishouder, wonende alhier,
in de beneden voor-lokaliteit van het perceel
Soestcrweg no. 161 te Amersfoort,
2. dat binnen twee weken nü deze bekend
making een ieder tegen het verleenen van
het verlof schriftelijke bezwaren bij Burge
meester en Wethouders kan inbrengen.
Amersfoort, 3 Maart 191 5.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd
.De Burgemeester,
VAN RANDWIJCK.
De Secretaris.
A R, VEENSTRA.
l)e rechte lijn.
I11 deze dagen van vertroebeling, nu een
schier wanhopig rondtasten den twijfel uit
drukt waarin de menschheid verkeert om
trent den te volgen weg twijfel zelfs of
zij in al de eeuwen, onder voortdurenden
arbeid en strijd op geestelijk gebied door
worsteld, wel iets is vooruitgegaan in zedelijk
bewustzijn, is het meer dan ooit van belang,
dat wij ons rekenschap trachten te geven
van den toestand, in welken wij ons bevinden
en van de richting, die wij hebben te gaan,
elk voor zich en in gemeenschappelijk op
trekken.
Illusiën hebben wij ons gemaakt, die, een
maal glanzend 111 rijke kleurenpracht, thans
zijn vervaagd tot grauwe eentonigheid van
wegzinkenden herfstdag; te midden van veler
lei gewoel en van dikwijls feilen belangen
strijd hebben wij een verhoogde schittering
meenen te ontdekken langs de hellingen, die
wij opklommen naar de toppen van een door
broederschap verkregen menschengeluk tot
op eenmaal de uitbarstingen van een woesten
haat, voor welken de taal bijna geen woorden
heeft om zich krachtig genoeg uit te drukken,
een geestesgesteldheid openbaarde, die wij
geen dierlijkheid mogen noemen, omdat daar
mee den dieren onrecht gedaan zou worden.
En thans voelen wij ons somtijds als ge-
blinddoekten in een doolhof. Wij bewegen
ons voort, maar loopen telkens vasten
wanneer wij somtijds, meenend een uitweg
te hebben gevonden, voor een oogenblik de
bedekking der oogen wegschuiven, dan be
merken wij wel tot afmattens toe geloopen
te hebben, maar niet gevorderd te zijn.
Waren de wijsten onze. van gedachten, dat
zij op het punt stonden, het wereldraadsel
te onthullen de ontploffing der jongste
Augustusdagen heeft ook hen met verbijste
ring geslagen, gelijk den alchimist gebeur
de, toen hy, meenend, dat de eerste goud
korrels zich in zijn retort begonnen af te
scheiden, de stukken van het gesprongen
'voorwerp in het gelaat kreeg
Men zegge niet, dat wij, in ons tot dusver
rustig gebleven vaderland ons van al, deze
dingen weinig hebben aan te trekken. Al
hanteeren wij niet zelf het wapen, al is eigen
borst niet door kogel of bajonet bedreigd,
al barsten niet boven onze hoofden de gra
naten en worden onze woonsteden niet tot
puin geslagen het is toch het gezamen
lijk bezit, dat aangetast en vernietigd wordt,
dat de voorgaande geslachten ons in gemeen
schap hebben nagelaten en hetwelk wij hu
zoo op eenmaal niet algeheele vernietiging
bedreigd zien. Hebben zich in de latere tij
den, hier en daar verschijnselen voorgedaan,
die in het oog van den ernstigen waarnemer
het karakter aannemen van verwordingstee
kenen, dat Droces is dan tot staan gekomen,
afgebroken door een instorting.
Het maatschappelijk gebouw, aan welks
voltooiing wij werkzaam waren en dat er
in het afgewerkte gedeelte zóo uitzag, dat
wij er eenige voldaanheid over gevoelden,
is, bij uiterlijken schijn, weinig sterker ge
bleken dan de bouwsels in Oostersche lan
den, die, gezond aan de oppervlakte, door
de witte mieren inwendig verteerd bleken
zoodra een voet ze aanraakte.
Dat te on 'ekken. brengt verwarring en
is oorzaak van grievende teleurstelling.
De spil der wereidmachine is ontwricht;
haar bewegingen zijn schokken, haar ge
luid is een gehoorverwoestend geknars ge
worden. Het Recht is uit den rechten stand
gewrongen en op eenmaal is het ons. alsof
wij den rechten weg zijn kwijtgeraakt, alsof
de rechte lijn niet meer te vinden is.
Als in het verleden de oorlogswoede den
spot dreef met rechtsbeginselen dan was
dat een plaatselijke, een gedeeltelijke afwij
king, ongetwijfeld te betreuren, maar met
niet al te zeer te vreezen nawerking. De
feiten brachten niet de overige volkeren, die
niet bij den krijg betrokken waren, in be
roering. 't Zou wel weer terechtkomen.
Maar nu, in deze omstandigheden, nu
werkelijk bijna de eene helft der mensch
heid oprukt tegen de andere helft, haar
bedreigt met volledigen ondergang, door uit
putting, door uithongering bewerkt, nu wordt
er gezegd, dat - bij de snelle evolutie der
aanvals- en der verdedigingsmiddelen
schikkingen, die voorheen houdbaar en doel
treffend konden wezen, niet meer zijn te
handhaven.
Dat wil zeggen: wy ontkennen de juist
heid van de zedelijke beginselen, tot dusver
aanvaard als grondslag van handelingen. Dat
beteekentwij hechten niet de minste waarde
aan aangegane verbintenissen. Daarmee wordt
bedoeld: geen rechten, van wie ook, van
vrouwen en van kinderen, van strijdenden
en van neutralen, zijn. bestand tegen den
drang der oorlogsnoodzaak. Een volk. worste
lend voor zijn leven, mag zich alles veroor
loven, alles, zonder eenige beperking.
Het is waar, niet in juist deze woorden
wordt dat gezegd. De nota's, die de leidende
Staatslieden ter toelichting van hun besluiten
samenstellen, zijn niet van de Spartaansche
kortheid des hedendaagschen krijgsheers,
die als eenig argument tegen over klachten
wegens machtsverkrachting stelt zijn macht
woord omdat ik het wil. De diplomatieke
taal is minder sober van uitdrukking; boven
dien tracht zij, juist door die breedsprakig
heid, den schijn ts redden van werkelijke
eerbiediging van bestaande rechten, alleen
min of meer verzwakt doordien de tegen
partij in ergerlijke mate die rechten aantastte.
Doch zou het nu inderdaad waar zijn, dat
de uitgang van dit woud der verwarring
is afgesloten?
Ontdekkingsreizigers in tropische landen
hebben ons hun wedervaren meegedeeld op
tochten door ondoordringbare boomenoceanen
waar bijna geen licht tot den grond door
straalde, weken- en soms maandenlang, bij
stijgende gevaren, verminderende mondvoor
raden, dalenden moed der metgezellen. Tóch
werd voortgegaan, onder gewéldige krachts
inspanning, op het kompas af.
j Zoo ook bereikten Xenophon's tochtge-
nooten de redding brengende zeekust, na
zeer langen strijd en veel ontbering. En het
schijnt ons toe, dat de menschheid, die alle
krachten aanwendt om aan den druk van
het hedendaagsch gebeuren weerstand te
bieden, met eiken dag naderbij komt aan
het heerlijk oogenblik waarop de weerspie-
geling van den zeeoever opdoemt aan den
gezichteinder.
Dan zal het geschonden Recht zijn rechten
kunnen hernemen en zijn majesteit opnieuw
gehuldigd zien. Maar dan zal ook wel op de
meest nadrukkelijke wijze zijn geleerd, dat
men het niet straffeloos ter zijde stelt en dat
j de hoogste goederen der menschheid geen
I beveiliging vinden dan onder zijn bescher
ming.
j Zijn wij, individueel, bij machte om iets
te doen, dat de nadering van dit tijdstip
voorbereidt?
1 Rechtstreeks niet misschien. Maar naast,
en mogelijk ook te midden van de legers,
die de machthebbenden tegen elkander doen
instormen om den dood in de gelederen te
j zaaien, is er nog een ander leger, nu ge
smaad, omdat het tegen den geweldigen
drang der wereldverwoesting niet bestand
j bleek te zijn, doch bereid om weder zijn
banier te heffen en zijn kamp te betrekken
zoodra daarginds de orkaan begint te luwen.
I Strijdend met het wapen des geestes ter
herovering van hetgeen verloren ging, arbei
dend met hamer en troffel aan den herbouw
van hetgeen tegen den grond werd geslagen,
i zal dat leger zich recruteeren uit alle mannen
1 en vrouwen, die met elkander den opnieuw
1 geopenden rechten weg volgen, de wederom
zichtbaar geworden rechte lijn als eenige
leiddraad begeeren.
Wij hebben ons voor den opmarsch der
naaste toekomst bekwaam te maken en te
houden. Is de baan niet zichtbaar getrokken,
dan bewegen wij ons op het kompas, het-
welk in het bezit is van alle eerlijke lieden,
zonder anderen gids en aanwijzing dan het
geloof aan de eindoverwinning, hetwelk in
de geestesrichting der thans oorlogvoerenden
zulk een overweldigende leiding heeft.
Een andere dan de gedroomde of ver-
j wachte zegepraal wenkt ons tegendie der
Gerechtigheid.
Steun aan kleine nering
doenden.
j In verband met de mededeeling door de»
Minister van Financiën, mr. Treub, aan het
Dagelijksch Bestuurs van den Middenstands
bond in particuliere audiëntie gedaan, dat
hij binnenkort zal medewerken tot het in het
1 leven roepen van een organisatie als het
j Koninklijk Nationaal Steun-comité in het be-
lang van andere groepen van de bevolking,
kan gemeld worden, dat dit'plan verband houdt
met de bedoeling om aan kleine nering-
1 doenden uit handel, nijverheid en landbouw,
wier bedrijf tengevolge van de buitengewone
1 tijdsomstandigheden dreigt te niet te gaan en
j die zich niet kunnen of durven wenden tot
een plaatselijk steun-comité, het voortbestaan
1 te verzekeren.
I Vermoedelijk met het bovenstaande staat
in verband het bericht, dat Minister Treub
1 voornemens is, tegen 13 Maart in de Loterij-
1 zaat te 's Gravenhage een vergadering bijeen
1 te roepen van een too-lal personen, verte-
1 genwoordigend verschillende crediet-instel-
I lïngen voor het volk en andere groepen der
bevolking. Tot die vergadering zijn of worden
uitgenoodigd Nutsbanken, Nuts-spaarbanken,
j volksbanken, Banken van neutrale instellingen
en van confessioneele vereenigingen.
Deze vergadering zal worden gepresideerd
1 door Minister Treub, terwijl II. M. de Ko-
ningin bij de opening vertegenwoordig hoopt
tc zijn en de vergadering zal toespreken.
Bij de gevoerde besprekingen, stelde men
zich op het standpunt, dat winkeliers en
kleiii-indu9trieelen,dle vóór het intreden van
den oorlogstoestand hun verplichtingen trouw
nakwamen, en óf omdat zij, als militie-
plichtig, als militair het land moesten die
nen, óf ten gevolge van den oorlogstoestand
hun omzet en hun inkomsten zagen vermin
deren, en daardoor aanvulling van hun be
drijfskapitaal noodig hebben, recht hebben,
dat de Staat hen door het verstrekken van
crediet zoo mogelijk zonder rentebere
kening daarin steunt.
De dienst van de telegraaf en de telefoon
aan het Rijks-telegraafkantoor hier is weder
geheel normaal.
Dat is dus op werkdagen van 's ochtend»
8 tot 's avonds 9 uur en op Zondagen van 8
tot 9 en van 1 tot 2.
Belgen mogen thans ook in de Vlaamsche
taal schrijven naar het geoccupeerde gedeelte
van hun vaderland.
De lijst van onbestelbare poststukken over
de tweede helft van Februari maar eventjes
vijf bladen hangt weer in de hal van het
postkantoor.
Aan den heer N. G. van de Stadt, eervol
ontslagen ambtenaar ten kantore van den
Gemeente-ontvanger, is Rijks-pensioen ver
leend.
Mr. W. C. Scheidius, van 1871 tot 1907
auditeur-militair in het 3e militair arrondisse
ment, te Arnhem, is Donderdag in den ouder
dom van ruim S4 jaar te Arnhem overleden.
Het hoofd-consulaat van den A. N. W. B.
is thans overgebracht van Arnhem naar
Amsterdam.
De leerlingen der divisie-cursussen zullen
1 April te Kampen worden vereenigd tot
het hervatten hunner opleiding voor den
officiersrang.
Aanstaanden Donderdagavond komt de
N. V. >Het Tooneel", directeur Willem
Royaards, hier opvoeren 1 Zenuwachtige
vrouwenhet alleraardigste blijspel van
Blum en Toché, dat terecht een buitengewoon
goede pers heeft en waarvan de Nieuwe
Courant* o. a. schreef:
Jan Musch was kostelijk in den toon en
typeerde, als naar gewoonte, weer meester
lijk. In zijn grijs pakje met gekleurd vest
zag hij er verrukkelijk uit. Een zoetig ge
zichtje n.et een klein blond baardje had hij
zich gemaakt en hij sprak zooals dit bij zijn
uiterlijk behoorde. Het heele tweede bedrijf
door (de banketbakkerswinkel) heeft hij door
zijn voortreflijk spel het publiek vermaakt.
Zijn verliefdheid, zijn verrukking, zijn angst
en zijn lafheid hebben de menschen doen
schateren. Mevrouw Royaards was een lief
tallige gravin Rontgibaud, mevrouw Sablai-
rolles een vermakelijke Elvire (de schoon
mama). Laat mij nog Theo Frenk noemen
als zeer goed in zijn rolletje van club-ciias-
seur, en Meyer van Beem als «schorre meneer*,
terwijl de reddende, maar zenuwachtige
Félicie (Marie Meunier—Nagtegaal) zich
onderscheidde door levendigheid, aardige
dictie en de kunst om op het tooneel zóo
te schreien, dat men dadelijk hoort, dat er
blijspeltranen worden gestort.
In tegenwoordigheid van den Bescherm
heer, generaal-majoor J. H. Knel, den Bur
gemeester van Amersfoort, tal van Belgi
sche en Nederlandsche dames en heeren en
zeer veel Belgische en Nederlandsche offi
cieren werd gistermiddag even na tweëen
in de groote zaal van «Amicitia* geopend
de tentoonstelling van huisvlijt, door geïnter
neerden in de barakkenkampen bij Soester-
berg vervaaldigd ten bate van Belgische
vrouwen en kinderen.
Kolonel J. Lysens, van de veld-artillerie
van het Belgische leger, sprak het openings
woord uit, waarin hij van ganscher harte