1
HST
No 8637.
toestand van de oude Vischmarkt. Er zullen
buitengewone onkosten gemaakt moeten wor
den om hierin te voorzien o.a. door aanleg
van waterleiding; maar het belang der ge
zondheid eischt dat. Het wekt bevreemding,
dat door de Gezondheids commissie deze zaak
nog niet te berde werd gebracht.
Ook de Hof wordt voor een betere be
strating voorgedragen door een lid, dat ge
hoord heeft, dat de straafsteenen nu zoo goed
koop zijn.
Volgri. 170. Onderhoud bruggen, enz.
Voor het bruggetje tegenover de Van Asch
v. Wijckstraat vraagt men opschildering en
beter onderhoud, heigeen dringend noodig is.
Volgn. 171. Onderhoud pompen en riolen.
Een lid zegt, dat hem is gebleken, dat de
riolen op vele plaatsen verstopt zijn. Vermeer
dering van personeel bij de Reiniging zal dit
euvel wellicht kunnenverhelpen. Spreker hoopt,
dat de nieuwe urinioirs niet van het oude
systeem zullen zijn, maar voorzien van water
spoeling.
Een ander lid deelt mede, dat het nieuwe
stelsel van olie-afsluiting, waarbij geen stank
mogelijk is, door de commissie voor de Fabri
cage wordt voorgesteld.
Wat de pompen aangaat wordt de wensch
uitgesproken dat ze a"e mogen verdwijnen;
ook die bij het Liefdehuis bijv. waarvan het
water niet drinkbaar is en die niet gezegd
kan worden in een behoefte te voorzien, daa'
voorzien, daar de watervoorziening uitstekendis.
Naar aanleiding van de bemerking over
riolen wordt als oorzaak aangegeven, dat de
behandeling der goten door de Reiniging niet
oordeelkundig gercb'edt. Men veegt het vuil
naar de kanten, maar ruimt het niet op;, later
moet het dan met houweelen worden verwij
derd, wat den tor-.tand der straten niet ten
goede komt. Met name wordt hierbij genoemd
de Schimmelpenninckstraat.
Kosten havens, vaarten enz.
Van de kaaimuren wordt opgemerkt, dat
zij in vuilen staat verkeeren, bijv. die van
de gracht bij het Postkantoor.
Naar aanleiding van den post f 50 voor
onderhoud van 23 spoels-ijgers vindt men het
eerder wenschelijk die sdjgers weg te nemen,
zulks in verband met de verontreiniging der
grachten.
Kosten algemeene begraafplaats.
Hierbij merkt een lid op, dat z.i. de
Gemeente hoogere begrafenisrechten zou kun
nen heffen tot dekking van de kosten.
Kosten reinigingsdienst.
Deze post zou een lid verhoogd willen
zien in aansluiting met het gezegde bij
vorige volgnummers voor uitbreiding van
het personeel.
Van andere zijde wordt erop aangedron
gen, dat het vraagstuk der Gemeente-reini
ging in studie wordt genomen, waarop de
Voorzitter antwoordt, dat het reeds in stu
die is.
Nog wordt gevraagd, of de Gemeente niet
ten behoeve van de laagste bevolkings-k'asse 1
desinfectie-middelen kan beschikbaar stellen 1
tot bestrijding vati ongedierte in de wonin
gen.
Uitgaven tram.
Een lid geeft in overweging, de oprich
ting van een electrisch trambedrijf.
Hoofdst. VII. Afd. I.
Een der leden betreurt, dat geen post
is uitgetrokken voor de kosten van aanstel
ling van een schoolarts. Indien dit verband
houdt met de ongunstige tijdsomstandigheden,
wil spreker er op wijzen, dat het b'er toch
een zeer belangrijke zaak geldt, die niet mag
achterstaan bij andere punten, waarin toch
wel voorzien werd. zooa's de sala'is-verhoo
ging voor de ambtenaren. Bij gebrek aan ge
regeld geneeskundig onderzoek van de arme
kinderen gaat veel levenskracht verloren.
Kosten exploitatie barak.
Een lid heeft vernomen, dat de barak is
bediend door 2 verpleegsters van de St. Jo-
seph-vereenlging, welke datt voor nog geen
vergoeding gehad hebben, en stelt voor. daar
alsnog een bedrag van f 200 voor uit te
trekken,
Onderhoud werken buiten
de Gemeente.
Uierbij wordt de vraag gesteld of van B.
en W. een voorstel verwacht mag worden
in zake verbetering van de Eem. Dit is een
urgente kwestie. Spreker weet. dat onlangs
de vestiging alhier van een belangrijke nijver
heidsonderneming is afgestuit op den slechten
toestand van de rivier en de haven. Amers
foort moet zorgen gereed te zijn om de indus
trie te ontvangen. Daaivoor is noodig.dat de
Kem bevaarbaar wordt gemaakt voor flinke
stoomschepen.
IX. Begrooting der inkomsten.
Deze geeft geen aanleiding tot besprekingen.
De Rapporteur,
A. C. R. O. LEJNWEBER.
Antwoord van Burgemeestor en Wothou-
ders aan den Raa,d op de verslagen van
deafdeelingen, waarin de Begrooting met
bijlagen voor don dienst 1910 zijn behan
deld geworden.
Brief von B. W. (algemeen beleid).
Bij de algemeene beschouwingen en bij
verschillende artikelen is door meer dan
éen lid de wenschelijkheid betoogd van
het nemen van maatregelen, die zullen
strekken tot verbooging van den groei
en bloei der Gemeente, dan wel tot ver
hooging van de volksgezondheid.
Het is ons College een genoegen te
kunnen verklaren, dat al de gereleveerde
onderwerpen de volle aandacht van het
College hebben en enkele reeds een punt
van bespreking uitmaakten of dat de
voorbereiding werd ter hand genomen,
zooals straks nader zal blijken.
Dat hiervan niet is gebleken in de be
grooting of in de toelichting komt ons
voor geheel in overeenstemming te zijn
met ons standpunt, zooals dat is ont
vouwd in den brief, begeleidende de be
grooting.
Wanneer dan ook, zooals in beide af-
deelingen is geschied, aan ons College
hulde wordt gebracht voor de wijze, waar
op wij het financiële beleid hebben ge
voerd en voor de samenstelling dezer
begrooting 'voor welke hulde wij onze
erkentelijkheid betuigen dan wil het
ons voorkomen, dat aan vaarding van ons
standpunt bescheidenheid in liet uitspre
ken van verlangens met zich brengt,
Zeker, ons College stelt zich voor, te
trachten de zaken zooveel mogelijk haar
gewonen loop te doen nemen, maar binnen
de grenzen van de oogenblikkelijke draag
kracht der financiën. Nu hadden wij
zooals werd opgemerkt memorieposten
kunnen invoegen voor die onderwerpen,
waarop de aandacht is gevestigd. Vooral
bij den huidigen stand van zaken komt het
ongeraden voor, verwachtingen op te
wekken, en ook, de prioriteit is niet steeds
enkel afhankelijk van de inzichten van
ons College; de samenloop der dingen
doet de behoefte aan iets soms direct
gevoelen met achterstelling van andere
zaken, of doet de verwezenlijking van
iets snel naar voren brengen, waarop
niet was gerekend.
Dit een en ander neemt niet weg, dat
ons College zijn erkentelijkheid betuigt
voor de geleverde beschouwingen, die
het constateert dit met genoegen blijk
gaven van den ernstige» wil tot vrucht
bare samenwerking tusschen uwen Raad
en ons College.
Oude Stad.
In beide afdeelingen is de meening
uitgesproken, dat aan de verbetering van
de oude stad niet die zorg wordt besteed,
als noodig mag worden geacht. Gevreesd
werd. dat het oog rail ons College te veel
zou zijn gericht naar de nieuwe wijken en
alle krachten daaraan zouden worden
gegeven. Ook over onreinheid werd ge
klaagd. Gevraagd werd een systematisch
plan tot verbetering van de oude stad
te willen maken, en bij volgn. 162 wordt
overlegging verzocht van een lijst, aan
gevende de namen der straten, die voor
verbetering in aanmerking komen.
Het,wil ons College voorkomen, dat bij
het bespreken van den toestand, waarin
de oude stad verkeert, niet geheel billijk
is geoordeeld en niet voldoende rekening
is gehouden met de omstandigheden, die
dien toestand hebben beïnvloed.
Verschillende verbeteringen toch kwa
men tot stand of zijn in uitvoering. De
jaren hangende kwestie van den Bisschops-
weg met zijn omgeving, kreeg haar oplos
sing, waarbij verschillende particuliere
wegen werden overgenomen; de Coninck-
straat ontving nieuw plaveisel en met liet
aanbrengen van rioleering werd, naar
het aangenomen plan, dqprgegaan.
De gas- en watervoorziening werd
belangrijk verbeterd; het electrisch be
drijf voorziet, naar de ondervinding leert,
in een blijkbaar sterk gevoelde behoefte.
Vooral ten gevolge van werken voor
deze bedrijven heeft het oude plaveisel veel
te verduren gehad, maar deze gevolgen
konden worden verwacht; in deze periode
zou liet aanbrengen van verbeteringen niet
doelmatig zijn.
Ook mogen hierbij niet uit het oog
worden verloren de belangrijke offers, die
hiervoor zullen worden gevraagd offers,
die grootendeels een improductief Jkarak-
ter dragen en worden gevraagd als gevolg
van invloeden, die wei ken buiten het ver
band der gewone middelen. Als vanzelf
denken wij hier aan het onlangs gevoerde
debat over de uitkeering dor Casfabriok.
Ook in verband hiermede kan ons Col
lege aanvankelijk sympathiek schijnen,
een plan te maken ter systematische uit
voering van de noodzakelijk geachte ver
beteringen. Tegelijkertijd zou dan kunnen
worden overwogen, op welke wijze de
financieele lasten, die daarvan het gevolg
zullen zijn, dienen te worden gedektmet
name of voor de improductieve uitgaven
leeningen zullen worden aangegaan, dan
wel of zal worden getracht, door fonds
vorming in de koston te voorzien, waarbij
dan mogelijk nieuwe bronnen van inkom
sten kunnen worden aangewezen.
Ons College verklaart zich daarom
gaarne bereid, dit onderwerp in nadere
overweging te nemen, met de bedoeling,
uwen Raad van de resultaten daarvan in
kennis te stellen, zoo noodig dus in de
gelegenheid te stellen, principiëele beslui
ten te nemen.
Intussehen kunnen wij nu reeds mede-
deelen, dat meer dan éen plan tot ver-'
betering van de binnenstad ter hand is
genomen en dat voorstellen dienaangaan
de spoedig kunnen worden tegemoet ge
zien.
Kermis.
Afschaffing van de kermis of jaarmarkt
is ons College sympathiek. I)at niettemin
de opbrengst van hot staangeld is ge
raamd geworden en enkele uitgaven, met
de kermis verband houdende, zijn voor
gesteld, is een gevolg van deze overwegin
gen ten einde zooveel mogelijk te bevor
deren, dat de financiëele gevolgen van
de crisis met juistheid kunnen worden
vastgesteld, diende de opbrengst te wor
den geraamd, het juiste tijdstip om over
de afschaffing van de kermis te beraad
slagen, werd niet nu aanwezig geacht.
Al is het financieel, bezwaar niet >on-
overkomelijk* het is, naar wij nieenen,
ernstig genoeg.
Belastingheffing.
Door een lid worden enkele beschou
wingen vastgeknoopt aan het 7e lid van
onzen brief.
Daar schreven wij: «helasting-verhoo-
ging toch mag alleen dftn worden opge
legd, indien blijvende behoefte aan
versterking der middelen wordt gevoeld*.
De spreker constateert, dat vevhoogïng
van het percentage niet wordt voorge
steld, doch wel op een hoogere opbrengst
wordt gerekend, waaruit dan de con
clusie wordt getrokken, dat de aanslagen
moeten worden verhoogd. Indien daarmede
wordt bedoeld verhooging van hot aan
tal aanslagen en de totaal-opbrengst dei-
belasting. als gevolg van de toeneming
der bevolking en het, dank zij de controle,
steeds grooter wordende aantal belasting
schuldigen, dan deelen wij volkomen do
meening van dezen spreker.
Maar uit het verdere betoog blijkt eeni-
ge ongerustheid te bestaan over de wijze
van aanslag in de Inkomstenbelasting en
gewezen wordt daarbij op de door Gede
puteerde Staten toegewezen reclames, en
het vóórkomen van ambtshalve aanslagen.
Het is helaas een niet te weerspreken
feit, dat de ervaring op het gebied der be
lastingontduiking telkens met nieuwe fei
ten wordt geïllustreerd. Het niet als juist
aanvaarden van gedane Jaangiften blijkt
dan ook meermalen gegrond vrijheid van
beweging bij het beoordeelen der aan
giften is daarom noodzakelijk.
Het feit ook. dat enkele reclames werden
toegewezen, levert nog niet het stellige
bewijs, dat de aanslagen onjuist waren.
Met nauwgezetheid worden de gronden
nagegaan, waarop die beslissingen rusten
en wij vertrouwen, dat de toekomst te dien
opzichte het noodige licht zal geven.
Door dit zelfde lid werden een tweetal
bezwaren tegen de verordening aange
voerd. In verband niet de invoering der
Rijks-inkomstenbelasting dient te worden
nagegaan in hoeverre do bestaande ver
ordening wijziging zal behoeven. De ge
maakte opmerkingen zouden dan overwo
gen kunnen worden.
Eindelijk vermelden wij hierbij, dat de
ten gevolge van de mobilisatie oninbaar
verklaarde aanslagen voorgoed van de
lijst zijn afgevoerd; navordering zal niet
plaats vinden.
Weoshuis.
Van gevoerde besprekingen in de finan
ciëele commissie, waarvan een lid in de
leafdeeling gewaagde, over het Weeshuis
is ons College niets bekend. Nader bleek
ons, dat bedoeld wer4 de Commissie voor
hot nazien der rekening. Ilaar rapport
gaf omtrent deze aangelegenheid oen wenk.
Wij zullen dezen in overweging nomen.
Nieuwe bronnen van inkomsten.
Niet minder dan drie nieuwe bronnen
worden aangewezen, waaruit de Gemeon-
tekas naar het oordeel der sprekers ver
sterking zou kunnen ontvangen heffing
van hoogere begrafonisrechten, oprich
ting eener Gemeentelijke spaarbank, en
het oprichten van een Gemeentelijk brand-
assurantie-bedrijf.
In de mate van heffing van begrafenis-
rechten wordt de Gemeente beperkt door
het bepaalde bij art. 254 der Gemeentewet.
Hel schijnt ons twijfelachtig of do rechten
wel voor verhooging vatbaar zijn.
Het denkbeeld eener Gemeentelijke
spaarbank kwam reeds bij ons College
ter sprake.
Het Gemeentelijk assurantie-bedrijfhiold
reeds meerdere deskundigen ernstig bezig;
ook werd een enkele poging in die rich
ting ondernomen.
De opgedane ervaring geeft weinig
hoop, dat door de Gemeonten op dit ge
bied iets met succes kan worden onder
nomen.
Centrale boekhouding.
Bij den opzet der Begrooting is met
het genomen Raadsbesluit geen rekening
kunnen worden gehouden. Zoodra de in
voorbereiding zijnde maatregelen gereed
„ij,, gekomen, nullen <le« den Raad wor-
den voorgelegd. Grondbedrijf.
Gevraagd is naar de b6l6»ke",'s.„vn™',
f'
^'doJlseroamS'» 200 000 op de Ge-
mOp'°emefkT'™rdt, de. de cijfers elechle
houden bij de invoering van Centiah.
boekhouding. Uitgesloten is !el«v^
niet, dat de noodige gelden uit de «eIMo
bron worden betrokken en ook:.dastle
afdeelingen elkander behulpzaam zijn.
W hot bepalen va,, do grondprijzen
wordt zooveel mogelijk met alle facto en
die den prijs kunen beïnvloeden, rekonn g
gehouden. De gemaakte opmerking zal te,
kennis worden gebracht van de betiokken
Commissie van bijstand.
Gasfabriek.
De raming, groot f 49 500 berust opeen
gesel, roïbruik ven 901.000
waarvan 780 000 M» aan kook- en 120 000 Jl»
aan krachtgas.
Waterleiding.
In de eerste afdoeling is gewezen op
de noodzakelijkheid van liet overal aan
wezig zijn van goed drinkwater en weru
aangedrongen op het nemen van maatie-
geien, die er toe zullen leiden, dat do
huiseigenaren, meer dan tot nu het geval
is, hunne perceelen doen aansluiten aan
de Gemeentelijke waterleiding.
Meerdere malen kwam het reeds voor,
dat, dank zij hot optreden van Bouw- en
woningtoezicht in overleg met de Gezond
heids-commissie, huiseigenaren werden
bewogen of aangeschreven, hunne percee
len te doen aansluiten.
Ons College zalnagaan, in hoeverre
het gewensoht en mogelijk is, „in deze
richting met meer kracht werkzaam te
zijn. De Bouwverordening schrijft voor.
dat iedere woning van goed drinkwater
inoet voorzien zijn (art. 43 le lid), zij het
dan dat dit geen leidingwater behoeft to
zijn.
Ook het wegnemen van de z.g.n. stads-
pompen zal worden overwogen. Dit onder
werp maakte echter reeds meermalen een
punt van bespreking van ons College uit.
Aan het wegnemen zijn eigenaardige
moeilijkheden verbonden.
In de tweede afdeeling is geïnformeerd
naar de wettelijke bepalingen, die er be
staan omtrent hot kweeken van reserves
bij de bedrijven. Bepalingen hieromtrent
behooren voor te komen in de betrek
kelijke bedrijfsverordening. Omtrent de
waterleiding is daarin bij art. 25 bepaald,
dat het totaalbedrag van de zuivere winst
moet worden afgelost. Zoolang deze ;be-
paling bestaat, kan or dus van eene winst-
uitkeering geen sprake zijn.
Electrisch bedrijf.
Bovendien 011 dit geldt in antwoord
op de vraag bij het electrisch bedrijf
herhaald heeft do Raad elk jaar, bij
de vaststelling der rekening, gelegenheid
omtrent de bestemming van eventueel aan-
wezigo saldo's een beslissing te nemen.
In de eerste afdeeling hoeft er oen lid
op aangedrongen, do Gemeente-gebouwen
geleidelijk van electrisch licht to voorzien
en een proef daarmee te willen nemen
bij de openbare verlichting. Gaarne zal
ons College den wenk ter harte nemen,
maar de geboden zuinigheid godoogt
niet, zulk een proef thans le nemen.
Armbestuur.
Gevraagd is geworden naar den aard der
instelling, zulks in verband met het feit,
dat een «subsidie* wordt toegekend.
Het schijnt ovorbodig, de leerstellige
vraag, welke het karakter is van een
Burgerlijk Armbestuur, to bespreken, nu
het antwoord op do vraag kan worden
gegeven, met eenvoudige verwijzing naar
art, 14 der Armenwet, waaraan het woord
«subsidie» is ontleend. Toch is eenige
nadei'o aanduiding noodzakelijk, nu tege
lijk is verzocht geworden overlegging van
oen overzicht van hotgoon wordt uitge
geven aan doorloopondo bedoeling, waar
voor is uitgetrokken f 12 950.
Opgemerkt wordt dan. dat liet Burger
lijk Armbestuur is oen zelfstandig lichaam,
toegerust met de bevoegdheid, burger
lijke handelingen aan te gaan. Zijn positie
wordt beheerscht door de wet en dooi
den inhoud van het bij art. 20 der Armen
wet gevorderde reglement, door den Raad
vast te stellen. Mot vooropstelling dus,
dat het Armbestuur is oen zelfstandig
lichaam, gelooven wij, dat zijn verhouding
tot de Gemeente in hoofdzaak wordt be
heerscht door den inhoud van genoemd
reglement.
Ilot reglement voor het Burgerlijk Arm
bestuur alhier werd vastgesteld don 25
Mei 1914.
(Vervolg in het tweede Blad.)
a
Uitgave
HOOFD-R
P. J. F Hl
AMER
De Burgemeestet
Gezien artikel 41
Brengt ter kennii
de Raad dezer Gen
Dinsdag den 26
namiddags ten twe
zetting 0111 acht
Amersfoort, 22
De
De Burgemeester
brengt ter kenn
dat in de Gemeent
van mond- en kh
Amersfoort, 22 Oct
De
De Ainb;
1
In de ruime,
werkplaats van hel
rezen nieuwe gel
waren Donderdag 1
gekomen om de
gebouw bij te w<
Inspecteur van hi
heer H. J. de Grol
J. v. d. Worp, die V
Directeur der schj
en Wethouders
RaadsledenBestu
nigingen, van de h
en het plaatselijk
van openbare en t
het Bestuur en vel<
benevens, alle let
der school.
Even na tweeën
als Voorzitter der
deelde mede. dat 1
eeniging, mr. F. D
die steeds zoo vee
zeer tot zijn leed
oflicieele opening 0
te leiden. Gelijk
was ingekomen va
Minister van Binti
W. A. Cort van d
voor Amersfoort,
en mr. M. W. L.
woordiger van het
Staten van Utrech
Spr. heette verv
De Groot als
Regeeringhet
Gemeente Amersfoi
ledenhet Bestui
ment; de afgevaan
huishoudschool en
den van voorberei
gen zenden; de 1<
vereeniging, de ve
vereenigingen en
deze plaats hadde
de officieele openi
Spr. bracht dani
door zijn hooggetff
heel wat plannen v-i
gelukken en aanf
dit nieuwe succes|
dankendankte bi
de subsidiCr. be wij
minder het Gemeej
Het moest spr. j
den aanvang be'i
eens moeite bad,
betl