Dinsdag 2 November 1915. 66e Jaargang de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cleeff' CTEUR ERIKS, O R T. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden1 1. franco per post1.15Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieele- en onteigenings- advertentiön per regel 15 cent. Reclames 1—3 regels ƒ1.25 Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten, evenals afzonderlijke nummers, 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEG SLACHT 9. Postbus 9. Telefoon 19. louders van Amers- zan de ingezetenen »p Dinsdag, den 9 niddags van 9 tot 4 Ruadhuize bij den ante Amersfoort de ven van candidaten rkiezing van negen- sie uit de ingezete de leden van den obr den Gemeente- ;den in het Ie kies- het lie kiesdistrict iet Ille kiesdistrict, een ontwerp-voorstel ïedeputeerde Staten ering van de grens- Gemeenten I.eusden ze opgaven worden ïemeente (afdeeling s verkijgbaar gesteld ït den dag der ver- lerteekend zijn, wat fr door minstens 22 listrict door minstens lie kiesdistrict door oegd tot deelneming opgaven geschiedt J" r\eer personen, die Ijnd, tegen een door weven ontvangbewijs, letenen herinnerd aan pende: >Hij, die eene :rt. 51 der Kieswet Jvoorzien is van hand- In, die niet bevoegd pe verkiezing, waar- Jhiedt, terwijl zonder Jen- voldoend aantal zou overblijven, Ëngenisstraf van ten T eene geldboete van ■tig gulden, ■dv gestraft hij, die pegd is tot deelne- (eene voor die ver- ■temde opgave, als Rnderteekend.c {dig, is bepaald op iyi5- '»9«5- fer en Wethouders jbrnoemd, fargemeester, FANDWIJCK. pders van Amers- 1, dat bij hen tezer Provincie in ferzoekschrift van keduwe van JAN jffiehuishoudster, ■ning voor den l' het klein, voor IHgoop, uitsluitend JFluwners in het sous- Hl en de conversatie- Uutran het perceel I weken na dag- t bezwaren bij hen Ijfleenen der ver- il9i5- r. en Wethouders jfioemd, 'ffemeeater, RNDWIJCK. LANDSTORM. Opkomst in werkelijken dienst der Jaarklasse 1913. De Burgemeester van Amersfoort brengt ter openbare kennis, dat de in de Registers voor den landstorm ingeschreven personen der jaarklasse 1913 met uitzon dering van hen, die zijn toegewezen aan het Depot Genietroepen bij dezen worden opgeroepen om op Dinsdag den 9 November a.s., des voormiddags te 10 uur aanwezig te zijn te Amersfoort, in de Infanterie-kazerne no. IV (Soldaten-kazerne) ten einde bij het leger in werkelijken dienst te worden gesteld. Zij, die bestemd zijn voor het Depot Ge nietroepen, zullen nader worden opgeroepen, om op Dinsdag 21 December a.s. in werke lijken dienst te komen. Ook de vrijwilligers van den landstorm der aangeduide jaarklasse, niet bestemd voor genoemd Depot, en behoorende tot landstorm- afdeelingea, voorzoover deze vrijwilligers zonder de aangegane verbintenis landstorm- plichtig zouden zijn, zijn in deze oproeping begrepen; de door hen aangegane vrijwillige verbintenis zal vóór den vastgestelden datum van opkomst zijn verbroken. Aan eiken landstormplichtige, die inge volge de bovenstaande oproeping in werke lijken dienst moet komen, zal, voor zoover diens adres ter Gemeente-secretarie bekend is, nader een brief van oproeping worden bezorgd, uitgereikt of toegezonden. Aan de oproeping behoeven niet of voorloopig niet te voldoen a. rij, die gediend hebben bij de zee macht het korps mariniers en dc marine- reserve daaronder begrepen bij het leger hier te lande het reserve personeel bij de landmacht hieronder begrepen bij de Gouvernementsmarine in Nederlandsch-Indië of bij de koloniale troepen b. zij, die gevestigd zijn elders dan in Nederland, Duitschland of België; c. zij, die van opkomst uitdrukkelijk zijn vrijgesteld, als dienende op particuliere stoom- vaartuigen, welke wegens mobilisatie van de vloot ter beschikking zijn van het De partement van Marine; als zijnde werkzaam in particuliere fabrieken ten behoeve van den aanmaak van munitie, dan wel als be hoorende tot een der troepen van personen, in dienst van den Staat, een Provincie of Gemeente, enz, d. zij, die landstormplichtig zijn geworden ten gevolge van een hun als militieplichtige verleende vrijstelling wegens kostwinnerschap of wegens persoonlijke onmisbaarheid, voor zoover de vrijstelling niet is gevolgd door vrijstelling wegens broederdienst; e. zij, die behooren tot het hulppersoneel voor ziekenverzorging, deel uitmakende van een transportcolonne der vareeniging tot vrijwillige hulp »Het Nederlandsche Roode Kruis*, of van een andere erkende bij die vereeniging aangesloten vereeniging tot ver zorging van zieke of gewonde militairen; f. zij, die als geestelijke, bedienaar van den godsdienst of student in de godge leerdheid, enz., ontslag van den dienstplicht hebben gevraagd, doch op wier aanvraag om ontslag nog niet is beslist; g. zij, van wie bij den keuringsraad is gebleken, dat zij kleiner zijn dan 1.55M. h. zij, die ingevolge verdrag met een vreemden Staat ontslag van den dienstplicht bij den landstorm hebben gevraagd, doch op wier aanvraag om ontslag nog niet is beslist. De landstormplichtige, die vermeent te verkeeren in een der hiervoren onder a—h omschreven gevallen, welke aanspraak geven op vrijstelling of voorloopige vrijstelling van opkomst, kan zich desgewenscht om in inlich tingen vervoegen ter Gemeente-secretarie op een werkdag tusschen 9 uur voormiddags en 3 uur namiddags. Zij, die voornemens zijn, zich in de Neder landsche koloniën te vestigen en daarvan tijdig een deugdelijk bewijsstuk aan het De partement van Oorlog inzenden, zullen door den Minister van Oorlog voorloopig worden vrijgesteld van de verplichting om aan de oproeping te voldoen. Aan de oproeping mogen voorloopig NIET voldoen 1. zij, die verblijf houden in een Gemeente, waar een der ziekten, vermeld in de wet, houdende voorzieningen tegen besmettelijke ziekten, epidemisch heerschende is verklaard 2. zij, die verblijf houden in een gezin waar een der onder 1 bedoelde ziekten heerscht of waar een dier ziekten heeft geheerscht en het gevaar voor besmetting nog niet is ge weken. Doet een geval zich voor, als hiervoren bedoeld onder t en 2., dan behoort de land stormplichtige daarvan onverwijld kennis te geven ter Gemeente-secretarie. VERVOER. De landstormplichtige, die, ten einde aan deze oproeping te voldoen, gebruik moet n\aken van spoor, tram of stoomboot, dan wel op zijn reis naar de plaats van op komst van één of meer veren moet gebruik maken, kan, om voor Rijks-rekening te wor den vervoerd, op den laatsten werkdag voor het vertrek zich vervoegen ter Gemeente secretarie. Alsdan zal hem inlichting aan gaande de reis kunnen worden gegeven en, desgewenscht, een daggeld van f 0.25 worden uitbetaald, indien hij daarop recht heeft. ZIEK TE. Ingeval ziekte of gebreken di opkomst mochten verhinderen, dient de land stormplichtige hiervan zoodra doenlijk, door overlegging van een gelegaliseerde genees kundige verklaring, ter Gemeente-secretarie te doen blijken. DESERTIE. Mij, die zonder geldige reden aan deze oproeping voor den werkelijken dienst niet voldoet, stelt er zich aan bloot, als deserteur te worden behandeld. KOSTWINNERSCHAP. Indien ten ge volge van het verblijf in werkelijken dienst van den opgeroepen landstormplichtige vol doende middelen tot levensonderhoud ont breken of zouden kotnen te ontbreken aan zijn gezin of aan dat, waartoe hij behoort of waarin hij als pleegkind is opgenomen, dan wel aan personen, die hem in den eersten of den twee den graad van bloed- of aanverwantschap bestaan, dan kunnen belanghebbenden zich wenden tot den Burgemeester met een o n- gezegeld, door den landstormplichtige mede-oncferteekend verzoekschrift, tot het ont vangen eener geldelijke vergoeding. Amersfoort, 1 November 1915. De Burgemeester voornoemd, Van RANDWIJCK. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort. Gelet op art. 264 der Gemeentewet, Doen te weten, dat het ie aanvullings kohier der Strautbelaxtinir over het dienstjaar 1915, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Utrecht, in afschrift gedurende vijf maanden op de Secretarie dor Gemeente voor een ieder ter lezing ligt Amersfoort, 1 November 1915. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester. Van RANDWIJCK- De Secretaris, A. R. VEENSTRA. De Burgemeester en Wethouders van Amers foort, Gelet op art. G 6n 7 der Hinderwet, Brongen ter kennis van het publiek, dat een door II. DONKER, alhier, ingediend verzoek, met bijlagen, om vergunning tot het oprichten van eene sigarenmukery en eon drogerij van sigaren en tabak, in het percoel alhier g.legen aan de kortegraehl No. 3, bij het kudasier be klad onder Sectie K. No. ■1001, op do Secretarie der Gemeente te 'siu ligt, en dat op Zaterdag den 13 Noveml e. a.s. dc* voormiddags te half elf uren gelegenheid ton Raadhuiio wordt ge geven om, ten overstaan van het Gemeente- bestuur of van éen of meer zijner loden, be tegen het oprichten vun d<t inrichting in te brengen. Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le lid der Hinderwet, zijn volgens de bestaande jurispru dentie alleen zy gerechtigd, die overeenkomstig artikel 7 der Hinderwet voor het Gemeentebe stuur of éen of rreer zijner leden zijn versche nen, ten einde hunne bezwun-u mondeling toe lu lichten. Amersfoort, 30 October l'Jlö. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, Van RANDWIJCK. De Secretaris, A. U. VEENSTRA. Vrouwenkiesrecht. Evenredige vertegenwoor diging. Kiesrecht is kiesplicht. Ingediend ia thans een wetsontwerp tot het in overweging nemen van een voorstel van verandering in het 2de, 3de en 4de Hoofd stuk van de Grondwet. Het geheele ontwerp kunnen we niet op nemen. Daarom slechts de hoofdzaken. 4. Artikel So wordt gelezen 1 Iet recht om de leden der Tweede Kamer te kiezen, wordt toegekend aan de mannelijke ingezetenen, tevens Nederlanders of door de wet als Nederlandsche onderdanen erkend, die den door de wet te stellen leeftijd, welke niet beneden drie en twintig jaar mag zijn. hebben bereikt en aan de vrouwelijke in gezetenen, die aan gelijke voorwaarden vol doen. voor zoover de wet haar daartoe uit hoofde vun niet aan het bezit van maatschap- pelijken welstand ontleende redenen bevoegd verklaart. De verplichting om van het kiesrecht ge bruik te maken, kan door de wet worden opgelegd. Zoowel voor de verkiezing tot lid van de beide Kamers der Staten-tieneraal. van de Provinciale Staten als van den Gemeenteraad zal vervallen de eisch, dat men zij manne lijk Nederlander. Dat wil dus zeggen, dat, wordt dit ontwerp wet. reeds aanstonds de vrouwen verkiesbaar zijn tot leden van de Kamers, van de Provin ciale Staten en van den Gemeenteraad. De vrouwen zullen dus het passief kiesrecht (het recht om gekozen te worden) onmid dellijk 11a aanneming van het ontwerp ont vangen, terwijl hun actief kiesrecht (het recht om te kiezen) bij speciale wet zal worden geregeld, S 12. Artikel 12-, eerste lid, wordt gelezen De leden der Provinciale Staten worden voor vier jaren rechtstreeks gekozen door dc mannelijke ingezetenen der Provincie, tevens Nederlanders of door de wet ais Nederlandsch onderdaan erkend, die den door de wet te stellen leeftijd, welke niet beneden drie en twintig jaar m;:g zijn, hebben bereikt en door de vrouwelijke ingezetenen der Provincie, die aan gelijke voorwaarden voldoen, voor zoover de wet haar daartoe uit hoofde van niet aan het bezit van maatschappelijkeu wel stand ontleende redenen bevoegd verklaart. De verkiezing geschiedt op den grondslag van evenredige vertegenwoordiging. 5 17. Artikel 143, eerste lid, wordt gelezen Aan het hoofd der Gemeente s'aat een Raad, welks leden rechtstreeks voor een be paald aantal jaren worden gekozen door de mannelijke ingezeten der Gemeente, tevens Nederlanders of door de wet als Nederland- sche onderdanen erkend, die den door de wet te stellen leeftijd, welke niet beneden drie en twintig jaar mag zijn. hebben bereikt cu door de vrouwelijke ingezetenen der Ge meente, tevens Nederlanders, voor zoover de wet haar daartoe uit hoofde van niet aan hot bezit var. maatachappelijken welstand ontleende redenen, bevoegd verklaart. De verkiezing geschiedt op den grondslag van evenredige vertegenwoordiging. Aan de Memorie van toelichting zij het volgende ontleend. Toen het huidige Kabinet optrad, lagen ter tafel van dc Staten-Generaal een twaalftul voorstellen bij Koninklijke Boodschap van 5 februari 1913 ingediend. De oplossing, welke in deze voorstellen was toegedacht aan het electorale vraagstuk, de kern der voor genomen herziening, was niet een zoodanige als het tegenwoordig bewind voor zijn ver antwoording kon nemen. Dc noodzakelijkheid dwong dus. aan H. M. de Koningin intrek king in overweging tc geven. De Troonrede van 1913 stelde een nieuw voorstel van Grondwetsherziening in uitzicht, dat zich zou bepalen tot het alles bchccrschende kiesrechtprobleem. Algemeen stemrecht voor mannen op den grondslag der evenredige zertegenwoordiging en opheffing van de 1 rond wettelijke belemmeringen van het vrou wenkiesrecht wa» de uitkomst, die voor oogen stond. Daar nochtans nopens den vorm. aan het evenredig kiesrecht te schenken, de ge voelens uiteenloopen, moest, eer tot concrete voorstel len kon worden overgegaan, ccn Staatscommissie der Regeering van voorlich ting dienen over het meest aunneemlijke stel sel. Een zoodanige commissie werd bij Kon. Besluit van 15 November 1913 Ingesteld en bracht reeds ouder dagteekening van 25 Mei 1914 rapport uit. Wijzen bereids de/e data op een snelle wijze van handelen, schier nog meer dan hun activiteit hebben de mannen, die deze commissie vormden, de natie aan zich verplicht door Inhoud en vorm, die zij aan hun voorstellen wisten te geven. De Re geering heeft deze voorstellen in hoofdzaak onveranderd aangenomen. Zij berusten op juiste beginselen, terwijl ruim rekening is ge houden met dc eischen der practijk. Vele on derdeden bevatten stof voor uitvoerige ge dachtewisseling. Het belang van een spoedige totstandkoming van een belangrijke hervor ming e'schl echter, dat, wat goed is geregeld, niet In do waagschaal wordt gesteld door te streven naar problematieke verbetering. De ontwikkeling der democratie, te midden waarvan wij leven, vertoont ongetwijfeld ern stige gebreken en het is een open vraag in hoever zij In staat zal zijn. die gebreken te overwinnen en zich te handhaven. Die ont wikkeling echter is niet te stuiten en de eerste voorwaarde cm het parlementaire stelsel ver der op te bouwen, is dat de vaste grondslag gelegd worde, die alleen in bet algemeen kiesrecht te vinden is. Moet in dezen gedachtcngang het kiesrecht niet ook aan vrouwen worden gegeven en wel op den zelfden voet als aan mannen Het is duidelijk, dat argumenten, ontleend aan de Individueele geschiktheid der vrouwen, als verouderd en niet ter zake dienende moeten worden ter zijde gesteld. De vraag is echter deze of vrouwen, evenals mannen behoorende tot de nationale gemeenschap, van dc behar tiging der publieke zaken mogen worden uit gesloten. Maar indien een scheiding der bur gers, omdat zij lederen rechtsgrond mist. wordt verworpen, gaat het dan. aan de veel belangrijker scheiding tusschen burgers en burgeressen te handhaven? De vraag zoo stellende, neemt men echter als bewezen aan wat nog een open vraag is. Men vergelijkt twee zaken die. volgens de tegenstanders van het kiesrecht der vrouw, niet gradueel maar principieel verschillen 1 Iet ver schil in politieke rechten wordt gegrond op het verschil in functie, welke in de maatschap pelijke organisatie aan mannen en vrouwen toekomt. Met feit. dat vrouwen evenals man nen behooren tot de nationale gemeenschap, kan derhalve niet beslissend zijn. want de groi d voor een eventueele uitsluiting ligt dieper dan de grond waarop de nationale gemeenschap is gebouwd. Is de maatschappelijke roeping der vrouw inderdaad principieel verschillend van die des mans en zou de deelneming der vrouw aan bet Staatsleven de vervulling van haar natuurlijke functie verzwakken, dan werd schade berokkend J3ii het maatschappelijk organisme, dat niet beheerscht wordt door de j nationale gemeenschap maar waarvan de/e slechts een deel is. Deze vraag, welke de roeping is der vrou w In onze samenleving, behoort tot de groote problemen van onzen tijd. en het zou voor barig zijn, te voorspellen in welken zin zij zal worden opgelost. Maar men mag ook, indien men een principieele beslissing als pr. matuur afwijst, toch het oog niet sluiten vo-t twee feiten, die dc practische Staatkunde b» heerschen Vooreerst is van groote beteekenis het feit, dat in toenemende mate dc vrouw* n zeiven begeerig zijn, deel tc nemen aan h--t politieke leven en als eerste voorwaarde daar to* het kiesrecht te verwerven. Met dat feit heeft «Ie practischc Staatsman rekening te houdei óok als hij van meening mocht zijn. dat de vrouwenbeweging naar een verkeerd doel leidt. Het is geheel iets anders of dc vrouwen stilzwijgend of uitdrukkelijk het Staatsbedrijf aan de mannen overlaten dan wel of zij. of althans een deel van hen, politieke eenheid met de mannen gevoelend, de uitsluitende bestuursmacht der mannen als oen ongerechte heerschappij verwerpen, /.ij die meenen. dat de vrouwen door deze beweging zich/elven cn de maatschappij schaden, zulle-, niettemin wijs handelen indien zij, toegevend, bet gevoel van onrecht wegnemen, en van de natuurlijke

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1915 | | pagina 1