AMERSFOORT!!GHE OOURAIT. Donderdag 3 flllt Februari 1916. No. 8679 66e Jaargang. Uitgave van de Naamlooze Vennootschap .,l)e Ainersfoortsche Courant, voorheen Firma A. II van Cleoff" Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- on Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden 1.— franco per post ƒ1.15. Adverteuticn 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel- rREDERIKS. abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos, Legale, officieele- en onteigenings- advertentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels ƒ1.25 Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten, evenals afzonderlijke nummers, 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incusseerkosten in rekening gebracht. HOOFD-R EDACTE U R AMERSFOORT. BUREAU: zoRTSQa^car 9. KENNISGEVINGEN. Paardenvordering. Burgemeester en Wethouders van Amers foort brengen ter algemeene kennis, dat de inge volge art. 17 van het Koninklijk Besluit van den 16 December 1902 (Staatsblad no. 222) opgemaakte Alphabetische lijst, bevattende de namen der in deze Gemeente metterwoon gevestigde eigenaars of beheerders van een of meer ter vordering aan te bieden paar den, gedurende de maand Februari dezes jaars voor een ieder op de Secretarie dezer Gemeente (afdeeling Militaire zaken) ter in zage is nedergelegd. Amersfoort, 31 Januari 1916. Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, De Burgemeester, VAN RANDWIJCK. De Secretaris, A. R. VEENSTRA. Maximum-prijs boter. De Burgemeester der Gemeente Amers foort maakt bekend, dat de maximum-prijs voor boter, verkocht aan verbruikers, gedurende de maand Februari f 1.85 per K.G. zal zijn. Amersfoort, 1 Februari 19:6. De Burgemeester voornoemd, Van RANDWIJCK. LANDSTORM. De Burgemeester der Gemeente Amers foort brengt bij deze ter kennis, dat ADOLF MEIER, geboren 16 Juni 1891, op 1 Februari 1916 voor de jaarklasse 1911 onder no. 46 ingevolge de Landstormwet in deze Gemeente voor den dienst bij don landstorm is inge schreven en ter Secretarie dezer Gemeente een persoonlijke kennisgeving kan bekomen, waarin zijn verplichtingen ten aanzien van den Landstorm zijn vermeld. Amersfoort, t Februari 1916. De Burgemeester voornoemd, Van RANDWIJCK. LANDSTORM. Keuring jaarkli 911. De Burgemeester van Amersfoort brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de dienstplichtigen bij den Landstorm der jaarklasse 1911 gelegenheid hebben zich aan eene keuring te onderwerpen bij den Keuringsraad, die zitting houdt op Dinsdag, 22 Februari 19:6, "s voormiddags half tien. in het gebouw »Ons Huis», Kortegracht no. 1 te Amersfoort, de ingeschrevenen, voorko- mende op het Keurings-register onder volg nummer 1 tot 50, en op Woensdag 23 Fe bruari 1916, 's voormiddags half tien uur, de overige ingeschrevenen. Het welbegrepen eigenbelang van de Landstormplichtigen maakt het zeer wcnsche- lijk, dat zij zich voor deze keuring aanmel den, o.a., omdat zij. ingeval zij ongeschikt mochten blijken nadat zij in werkelijken dienst zijn gekomen en, alsdan weder huis waarts worden gezonden, hiervan moeilijk heden kunnen ondervinden ten aanzien van hun maatschappelijke- of studiebclangcn On derwerpen zij zich aan een onderzoek bij den Keuringsraad en blijkt daarbij voldoende van ongeschiktheid, dan worden zij van den dienstplicht bij den Landstorm terstond ont slagen en staan zij niet meer bloot aan de kans om als Landstormplichtigc in werke lijken dienst tc worden geroepen. Wenscht een Landstormplichtigc bij een anderen Keuringsraad het onderzoek te ondergaan, dan kan de Voorzitter van eerst- bedoelden Keuringsraad hem daartoe op zijn verzoek toestemming verleenen. Nader zal worden bepaald wanneer de Landstormplichtigen van de jaarklasse 1911 in werkelijken dienst moeten komen. Amersfoort, 2 Februari 1916. De Burgemeester voornoemd. VAN RANDWIJCK. In de Remonstrantsche kerk wordt aan staanden -Zondagochtend om 10 uur weer gehouden een godsdienstoefening voor jon gelieden de gewone dienst voor de gemeente zal aanvangen des avonds te 7 uur. In de Doopsgezinde kerk hoopt Zondag ochtend voor te gaan mevrouw A. Mankes- Zernike, emerita uit 's-Graveuhage. De plaatselijke afdeeling van het Reli gieus-socialistisch verbond zal, ter herden king van haar 2-jarig bestaan, aanstaanden Zondagavond tc hall zes een buitengewone samenkomst houden in de Luthcrsche kerk. Als sprekers treden op dr. II. W. Pil. li. van den Bergh van Eysiuga en Enka (mej. A. van der Vlies). Verder medewerking van mejuffrouw Co Nienhuis, te Delft (gewijde zang) en het Amersfoortsch viool-kwartet (gewijde muziek). Orgelbegeleiding door den heer N. Ilazendonk. De heer M. van Ma an en. leeraar aan dc Rijks-I loogcre Burgerschool te Den Hel der, sprak hier Zaterdagavond in het ge bouw van dc Amersfoortsche loge der Theo sofische verceniging overhet Godsbegrip in de kerk on in de theosofie. Spr. meende, dat het onderwerp is te ver doelen in twee onderdeden het Godsbegrip zelf, en Wat doet God voor en in de wereld naar de opvatting van dc kerk en van do theosofie. Om daarover een goed denkbeeld te krij- hen, leze men dr. Den Ilariogh en dr. ier- nieijer, een soort pro- en contra-boek, v. .1 dc schrijvers ten slotte echter ieder op hun standpunt blijven. Dr. Den Hartogh doet in het gedeelte, dat handelt over de orthodoxie, uitkomen, dat de huidige orthodoxie niet moer is die van 25 jaar geleden, welke immers was supra-naturalistisch (God Die dc wereld schiep, grijpt af en toe nog in; wie de hand van den Christus grijpt, zal bevrijd zijn van eeuwige verdoemenis) en welke niet meer wordt gedeeld door voorgangers der ortho doxe kerk als dr. Kuyper, dr. Den Hartogh en dr. Cramer, die de supra-naturalistische opvatting niet houdbaar achten, omdat daaruit zou zijn af te leiden, dat God een wereld zou hebben geschapen, die niet volmaakt is. Dr. Kuyper zegt, dat God in Zijn wereld is immanent, d. i. dat Hij de volmaakte wereld door woont. Wat de Christusfiguur betreft, zegt dr. Den Hartogh, dat Christus is God-zelf, de immanente God. Wil men een onderscheid tusschcn Christus en God, dan is God de transcendente en tegelijk de immanente. Dat is de opvatting van de moderne orthodoxie doch niet die van de orthodoxe gemeente, die er niet van wil hooren, dat Christus is de immanente God, doch zegt, dat Christus is de op aarde gekomenc en weder ten hemel gevarene, zittend aan de rechterhand Gods. De modern-orthodoxe theoloog tracht een verzoening tot stand te brongen met de ge meente en zegt dat Christus wel op aarde is geweest, doch, dat als Hij daar niet ware geweest, hot specifieke Christendom, ten gevolge van het bovenzinlijke der Christe lijke idee, er toch zou zijn. Dr. Kuyper scheidt zich niet zoo af van dc gemeente doch erkent met dr. Den Hartogh en dr. Cramer, dat het supra naturalisme dood is, Dr. Niemoljer, de vrijzinnig-Protestantsche theoloog, zegt, dat God is immanent, doch niet tc gelijk transcendent, een met dc wereld zoowel het eindloos verleden als de eindlooze toekomst. Christus is voor hem zoo hij al Zijn historisch bestaan aanneemt do edele, zeer nobele figuur, wiens voorbeeld we moeten trachten 11a te streven. Hij zwijgt over de eigenlijke ver houding van Christus tot God. doch zegt nadrukkelijk, dat de Evangeliën, in welke de vrijzinnig-Protestantsche theoloog ziet een symbolisch verhaal, geen historisch materiaal bevatten om vast te stellen het bestaan van Jezus in Palestina. Het moderne Protestantisme heeft den menschen duidelijk gemaakt, dat in ieder mensch is een goddelijke kiem, doch dat hij ten prooi is aan zonde, dat niemand buiten hem hem kan verlossen, doch dat hijzelf heeft tot stand te brengen de verzoening met God. Het verwijst den mensch naar den mystieken Christus, die is ge'involueerd in duizenden en zich ontwikkelt om zich te devolueeren. De theosoof zegtWanneer de vrijzinnig- protestant en wanneer dc orthodox-protestant spreken van een schepping van God in dien zin, dat God is begonnen te formeeren een wereld, die er nog niet was, dan kan ik me daarmee niet vereenigen. Aannemend het bestaan van God en Zijn volmaaktheid, dan past het niet, dat een volmaakt wezen iets half gaat doen. Het is niet tc rijmen met het begrip van v jlmaaktheid, dat God, behalve zich zelf, nog iets anders zou willen hebben. God schept niet iets om iets te formeeren. God is zich zelf van eeuwigheid tot eeuwig heid. Evenwel we leven in een wereld van tijd en ruimten stoffelijke vormen, welke voor ons is een openbaring van God, echter niet in den zin van: gemaakt zijn volgens een vast plan. Maar het woord «openbaring* wil zeggen, dat de wereld is God, zooals die zich vertoont am onze waarnemings- organcn. En nu zullen we het als een mysterie moeten verklaren hoe die wereld zich kan vertoonen, als zoodanig, als een openbaring van God. In deze wereld nu is God immanent, d i. het Goddelijke leven is overal en doordringt, doorwoont al hetgeen wij stof en vorm noe men. Hoe meer wij in het wezen daarvan doordringen, des te meer zullen wij zien, dat het stoffelijke van dc stof verdwijnt en de geest overblijft. Wc kunnen echter niet zoo ziendoroogan vastellen, dat God in de wereld immanent is. 1 Iet begrip immanentie schijnt in dc kerk eigenlijk een begrip, dat niet geheel en al wordt 1.' oeild en waarvan het wezen ver borgen blijit voor de theologen. Voor dc theosofen is immanentie, dat er éen leven is en wel Gods levendat er is bewustzijn. Wij menschen hebben niet het leven, maar zijn het leven; wij zijn niet een lichaam, doch hebben een lichaamdc theosofie neemt aan, dat wc zelfs meer dan éen lichaam hebben. Welnu dat lichaam hebben we, maar zijn we niet. We hebben het lichaam om er med - te werken. In dat lichaam zit ik en ik bon 'iet leven. Dc voorzetsels «in en «ach ter. deugen nietik zit niet achter het leven als een hazelnoot in een dop; in mijn lichaam, immanent, ben ik. En er is maar éen leven. FEUILLETON. 'TlMii 69)- Hij begaf zich naar de kamer van den ouden Schletten en kwam een minuut later terug met een volle flesch brandewijn. «Drink nu maar toe, oude dronkenlap!» Clussmann's waterige oogen glinsisrden. Met lange, begeerigc teugen dronk hij. »'t Andere jaar wordt Lucrke Voss burge meester! Haha!» «Als jullie niet allen bang was voor Brink meiers zijn grootcn mond, jijwel het ergst!* «Wat? Bang? Ik bang? Wie zegt, dat ik bang ben?» Clussmann nam de flesch van zijn mond en keek krijgshaftig om zich heen. «Geef dat ding maar weer hier! Mensch, het is immers half leegHeb je dan geen bodem in je maag? Als je niet bang bent voor burgemeester Brinkmeier dan moet je zeker zijn beste vriend wezen, want, als je maar wou, dan zat die kerel, die hier nu de baas is, in 't cachot en ergerde eerlijke lui niet langer*. Clussmann begon te begrijpen waar de ander heen wilde. Dat stond hem niet aan. Hij zuchtte. «Wat zijn wij menschen, I.eurkc? Ik weet het niet, maar ik krijg 't plotseling zoo be nauwd*. Hij tastte naar de fleschmaar Lucrke hield die vast. «Je behoeft alleen maar aan dc hoeren van 't gerecht te vertellen, wat je mij hebt ver teld, Clussmann, van dien avond vóór den trouwdag van Brinkmeier, toen Annemarei Rademaker in den Zwarten Poel geraakte. Je behoeft alleen maar te vertellen, dat je Brinkmeier dien avond bij den Zwarten Poel hebt gezien. Dan zullen zij burgemeester Brinkmeier wel gauw met ijzeren armban den van zijn hoeve sleepen*. «De mensch is als een bloemt, klaagde Clussmann. «Hij vaart daarheen als gras onder den sikkel. Het is eer. kras ding, Luerke Voss om een mensch van zijn sten gel te snijden*. «Onzin je bent oen snoever en een leugen zak. Er is van je geleuter geen woord waar. Je bent dien avond in 't geheel niet bij den Zwarten Poel geweest*. «Oho!* «Je hebt Annemarei niet gezien, Ilinn.erk Brinkmeier nog vqcI minder!» I «Hoe kan je mij nu van zoo'n slechtheid betichten Beste, goeie I .uerke, geef mij nog voor éen enkelen keer de flesch weer*. 1 «Drink maar, wat mij betreft, tot je stikt. Er is aan jou tóch niets verloren*. I «Weet je -- ik heb slechte ervaringen van het gerecht. Ze hebben daar zoo'n rare manier. Ik breng het er noot goed af als ik I wat zeggen wil. Dat is mij altijd zoo gegaan - I «Als liet alleen dat is waarom jij je mond houdt*. 1 «Alleen dat, Luerke*. i «En als de dingen werkelijk zoo gebeurd I zijn, als jij vertelt*. «Op een haar na*. «Dan is 'tgood. Dan zullen wij dat wel spoedig in orde hebben. Ik heb een protocol opgemaakt van je verklaringen, weet je, dat ga ik halen. En dan zet jij je naam er onder', j Niks anders. Dan behoef je niks meer te vertellen en alleen maar te zweren*. I Clussmann richtte zich op. «Wat? Wat? Dat begrijp ik niet. Protocol? Wat is dat voor een ding?* «Zal je wel zien*. «Ncc! nee! Wacht toch! God, Lucrke Voss, wat jaag je mij toch een schrik op 'tlijf met je protocol». Maar Voss snelde reeds weg. Clussmann bleef in een onbehaaglijke stem ming achter. Een lastige, kerel, die Luerke Voss! Die zou hem waarachtig nog in de gerechtszaal trekken! Hij wou daar niet weer staan; ééns was hem al te veel geweest. Een oude man wil toch eindelijk wel eens rust hebben. Bovendien, zweren! Na dertig jaren nóg een ding bezwerenHardvoch tig zoo'n eisch! Hij greep weer naar de flesch. En nu steeg uit de alcoholnevclen de stemming op, waarom hij aan dc flesch ver slaafd was geraakt. Hij zag dc wereld door rooskleurige wolken; alles was zoo vermake lijk, dat men moest schudden van het lachen. Een gezegde van Voss schoot hem tc binnen «dan zullen zij burgemeester Brinkmeier wel spoedig met ijzeren armbanden van zijn hoeve slecpen*. Over die voorstelling moest bij een hcelcn tijd in zich zeif grinniken. Toen Voss buiten adem met zijn papier terugkwam, had Clussmann reeds een paar oogcnblikken zitten knikkebollen. Hij was heel vroolijk geweest Ah juist! Daar had hij het tafereel weer voor oogen (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1916 | | pagina 1