HIJ VOEGSEL van de Amcrsfoortsche Conrant» van Zaterdag 31 Maart 191;. N'o. «f57.
51 27 Maart 1917.
Leinweber. Havenmeester.
De heer Van Kalken: Wat de Wethouder be
weert is toch niet waar! Hij vergeet een zaak, in een
dergelijke inrichting behoort een closet thuis en dan
zijn wij zeker, dat de pachtsom hooger zal kunnen zijn.
Amersfoort heeft trouwens recht op een behoorlijke
dergelijke inrichting. En de meuschen die daar komen
gebruiken allicht iets. Zoon gelegenheid verhoogt de
aantrekkingskracht van de kiosk en de pachtsom z.al
er door stijgen.
De Voorzitter Ik ontvang van den beer Kroes,
ondersteund door de heeren Tromp van Holst, Van
Kalken en Leinweber het volgende voorstel
Om aan de te bouwen kiosk een W. C. te houwen
volgens het plan van de Commissie voorde Fabricage».
De heer Kroes vindt het zeker goed dat voorstel
aan te vullen met de verhooging van het crediet. Dat
wordt dan f 2000 hooger.
De heer Kroes: Dat zou ik er niet bij opnemen.
M. de V.
De heer Eysink: De bedoeling is zeker twee
closets.
De heer Kroes: Ja, M. de V. Staat dat er niet t
Zet u er dan even een s achter.
Het voorstel wordt aangenomen met 10 tegen 7
stemmen. ('I egen stemden de heeren Eysink, Houbaer,
lorissen, Josterveen. Stadig, Veis Ileyn cn Van der
Wal).
(De heer De Kempenaer verlaat de vergadering te
De Voorzitter: Ontmoet het andere voorstel
geen tegenkanting? Dan is het aangenomen.
186. Voorstellen van Burgemeester 011 Wethou
ders, tot aanwijzing van het perceel Kleine Koppel 2
als woning voor den Havenmeester, tot verhuur
van het kantoortje in de Koppelpoort aan het
Rijk, en tot het verleenen van eervol ontslag aan
J. van de Lljko als tijdelijk Havenmeester (Gedr.
Verz. No. 48).
De heer Leinweber: M. de V., tegen dit voor
stel heb ik eenige bedenking. Ik zie onderaan staan
»Op grond hiervan stellen wij U voor, aan den heer
Van de l.ijke eervol ontslag te verleenen als tijdelijk
Havenmeester en ons te machtigen sollicitanten voor
deze betrekking op te roepen».
tiepasseerden Zaterdagavond las ik in het N. v. d. 1».
en in de plaatselijke bladen: »B. 1% W. roepen op sol
licitanten naar de betrekking van Havenmeester aldaar,
op een jaarwedde van f 700, onder verplichting, de
ambtswoning aan de Kleine Koppel te bewonen tegen
betaling van f 250. Stukken in te zenden vóór 1 April a.s
Dus B. W. hebben de machtiging van den Raad
niet afgewacht, maar dat beschouwd ais een wassen
neus eu de oproeping maar gedaan.
En M. de V., ik vind dat juist daarom niet prettig,
omdat ik tegen de oproeping eenig bezwaar heb. Er
komt in voor, dat de benoemde de ambtswoning zal
moeten betrekken en die moet de Raad nu nog aan
wijzen. Voorts had in de oproeping vermeld moeten
zijn, dat er een borgtocht van f boo gesteld moet worden.
Ware dat geschied, dan zouden misschien de kappers
en rijwielreperateurs er niet op af komen. B. W. stel
len voor om voor de ambtswoning f 250 te laten betalen.
Van Eek betaalde f 260. Als er iemand benoemd wordt
buiten de Gemeente, is er geen bezwaar; die zou hier
toch geen huis kunnen krijgen en het lijkt mij ook
van groot nut dat de havenmeester vlak bij de haven
woont Maar toch heb ik er bezwaar tegen, dat die
ambtswoning in elk geval betrokken moet worden,
Voorzitter. I lavenmeester.
want er zijn meuschen, die thans reeds vlak bij de
haven wonen in een g rooier huis dan fiat van Van Eek.
Daardoor zouden deze inenschen uitgesloten worden,
terwijl ik geloof dat de Gemeente het huis locb wel
aan een ander zal kunnen verhurei., in welk geval zij
er misschien nog meer van zou kunnen trekken. Ik
zou daarom het volgende willen bepalen Voor het
geval de benoemde niet woont aan de Groote of Kleine
Koppel, wordt het perceel Kleine Koppel 2 als ambts
woning aangewezen, met de verplichting enz.
Het voorstel wordt mede ondersteund door de heeren
Oosterveen en Kroes.
De Voorzitter: Mijnheer Leinweber. u begrijpt
als B. W. dit hadden opgenomen zou misschien het
uitsluitend zakelijke van de oproeping zijn verloren
gegaan en allicht het persoonlijke element er in zijn
gebracht. Ik geloof echter, dat wanneer een sollicitant
wordt benoemd, die daar reeds woont, u niet bang be
hoeft te zijn, dat aan Uw wensch niet zal worden
tegemoet gekomen indien de benoemde zich met een
adres tot den betrokken Wethouder wendt. Het lijkt
mij echter moeilijk nu nog een verandering in de op
roeping te brengen, terwijl het wcnschelijk was deze
oproeping zoo spoedig mogelijk te plaatsen. Zooais u
weet, werd Van de l.ijke aangesteld bij het aanleggen
van wegen. Daarom zijn R. A W. met deze oproeping
vooruit gelnopen op de beslissing van den Raad. en
het is moeilijk, de oproeping nu aan te vullen.
De heer Van N ij tl a 11 e n M. de V.. ile groote
cjuaestie is deze. Wij zijn nu wel verplicht om li. W.
de gevraagde machtiging te verstrekken en dat is het
bezwaar dat ik er tegen heb. Gesteld dat de Raad de
machtiging niet geeft, wat geschiedt er dan met de
gemaakte kosten b. v.
De Voorzitter. Mijnheer van Nijnatten, het be
sturen der Gemeente brengt noodzakelijk mee. dat R.
W. nu en dan vooruit loopen op de beslissing van
den Raad, wat dan zooveel mogelijk geschiedt in over
leg met de Commissie er. den Directeur van het be
treffende bedrijf. Deden wij dit niet. dan weet ieder,
dat ons vaak b. v een mooie koop zou ontgaan. Wij
doen dat dan altijd in de vaste overtuiging dat niet
alleen de Commissie, maar ook de Raad ons dekken
zal. Ik doe daarom een beroep speciaal op de heeren
die in de commissie van Fabricage cn voor de Bedrij
ven zitten. Vandaar dat B. W. dat ook gedaan
hebben in deze toch zeer nietige quaestie. B. W,
waren ervan overtuigd dat dit voorstel bij den Kaad
zakelijk niet het minste bezwaar zou ontmoeten.
De heer Kroes. M. de V.. het spijt mij. dat de
heer Leinweber dit naar voren brengt, waar de heer
Leinweber zelf lid is van de Commissie voor de Fa
bricage en er zijn goedkeuring aan heeft gehecht, dat
Van de l.ijke zou worden opzichter van de wegen. Ik
begrijp dat niet en het komt mij voor ik wil den
heer Leinweber natuurlijk geen standje geven -
De heer Hofland: Niet jokken I
De heer Kroes: .dat de heer Leinweber een
beetje ondoordacht is geweest. Deze oproeping voor
havenmeester kon door de benoeming van Van de
Lijke tot opzichter der wegen niet langer uitgesteld
worden en ik geloof, dat ze dus zeer urgent is.
De heer O o s t e r v e e n M. de V., ik had het woord
gevraagd om hetzelfde te zeggen als de heer Kroes.
Ik geloof ook. dat B. W. meermalen voor gevallen
komen te staan die de moeite niet waard zijn om er
een woord over vuil te maken, waarbij ze dadelijk
moeten optreden, zonder een Raadsbeslissing te kunnen
afwachten.
De heer Leinweber: Dus M. de V. dan kan ik