•- Maart 1917. Voorzitter. Directeur Reiniging. heden plus royaliste que le roi willen zijn en willen zeggenlaten wij den oproep doen op f 3000. Dan hebben wij zeker kans op bekwame sollicitanten. Of zit in 't bepalen van dit bedrag op f 2800 en dat wil ik hier vastnagelen misschien ook een addertje onder 't gras. om zoodoende gedaan te krijgen, dat de persoon, die op 't oogenblik bedankt, toch zijn zin krijgt, wel niet formeel De Voorzitter: Mijnheer Van Nijnatten, hier moet ik u toch even in de rede vallen, naar aanleiding van de wijze, waarop u deze zaak hier bespreekt. Spe ciaal na de uitdrukkelijke toezegging én van den Wet houder en van mij, dat het hier niet gaat om een persoon en dat wij slechts verlangen uit de nieuwe sollicitanten de beste voor een benoeming voor te dragen, gaat het niet aan, hier te spreken van een addertje onder het gras. Tot twee keer toe is hier ver klaard. dat na de herhaalde oproeping op f 2S00 ob jectief zal worden gekozen de best geschikte man. De heer Van X ij nat ten: M. de V.. ik dank u voor deze toezegging. Daar blijkt dus uit - en dat doet mij genoegen dat het niet de quaestie is. om iemand, die er van achteren uit gaat er van voren weer in te brengen. Ik dank u M. de V. Do Voorzitter: Mijnheer I.einweber, ik ben n tiog een antwoord schuldig gebleven op uw vraag wan- neerde brief van den heer l)e Monyé was ingekomen. Die was van 1 Maart. De heer Hofland: Versta ik dat goed? 12 Maart? Xu scheurt mijn klomp! De heer Van Kalken: liet is vandaag toch niet den 1 sden Maart De heer Hofland M. de V., ik zal stemmen vóór het voorstel van 1$. \V., maar ik sta paf. nu ik hoor, dal de brief op 12 Maart is binnen gekomen. 1heiit de geheimhouding niet opgelegd voor (ie zitting met ge sloten deuren. Men wist dus wat er aan de hand was! Waarom hebt u den Raad niet volledig ingelicht? De Voorzitter 1?. <Xr W., gesteund door de Com missie hebben het noodig geoordeeld verder eerst deze zaak te bespreken met den heer De Monyé, alvorens De heer Hofland: Dan is er dus wel onderhandeld Dat is juist de grief van den Raad. De Voorzitter. Dat is geschied na de vorige Raadsvergadering, vóór de vorige Raadsvergadering is er absoluut niets met den heer Monyó omtrent het salaris besproken, het is 11a de vorige Raadsvergadering geweest, dat moet u niet vergeten. Ik stel er prijs op. dat hierin absolute zuiverheid bestaat. De heer Van Kalken: He Raad heeft er recht op volledig te worden ingelicht! De Vo.irz.itter: Ten eerste vergadert de Raad niet eiken dag. Het snik is ook gericht aan li. VV. De heer Hofland. Als u uu aanstonds, toen <ie zitting met gesloten deuren werd gehouden, niet anders bedoelde te bespreken dan hetzelfde feit. dan begrijp ik niet, dat u den inhoud van dit schrijven niet dade lijk meedeelde. De Voorzitter: Toen hadden wij de bevoegdheid nog niet! Dat hing af van de beslissing van den Raad. Als deze een andere beslissing genomen had, had de Raad geen kennis behoeven te nemen van den Voorzitter. Directeur Reiniging. brief, die aan P>. ïi VV. is gericht. B. VV. zijn vol komen bevoegd daaruit mede te deeien. wat B. A VV. willen. De heer Hofland: Xou. nou; nu wordt het me toch te bar. De Voorzitter: Ja, mijnheer Hofland, daartoe zijn B. A VV. toch heusch bevoegd. De heer Van Kalken: Het is niet correct, M. de V. Iemand wordt benoemd door den R.aad en niet door IJ. VV. Als die benoeming niet wordt aange nomen, dan dient de Raad in kennis gesteld te worden van het waarom. De Voorzitter: 1 '.egrijpt U niet, dat het een voorwaardelijke quaeslie was? Zoodra de voorwaarde niet vervuld was, konden B. VV. meededen, het be danken van den heer De Monyé, I >e heer Van X ij n a 11 e n Dus wanneer de Raad een ander besluit had genomen, was dit schrijven niet meegedeeld I )e Voorzitter: Dan had De Monyé de betrek king aangenomen. l)e heer I.einweber: Als de Raad iemand be noemt. dan bedankt hij aan den Raad en niet aan B. VV. De Voorzitter: Het was best mogelijk geweest, •lat er verder een officieel schrijven aan den Raad was gericht. De voorbereidende stappen geschieden altijd hij I'. A VV. Kn de brieven, die daarop betrekking hebben, worden gericht aan B. W. Het is volkomen correct, dat de brief was gericht aan B. A W., die machtiging hadden, de zaak mee te dcelcn. als het gegeven moment kwam. Kr zijn nu derhalve twee voorstellen. 1-let komt mij voor dat hel voorstel van B. A VV. van de verste strekking is. In stemming gebracht wordt dit voorstel aangeno men met I., tegen 4 stemmen (die van de hoeren Kroes, I.einweber, Xieuwondijk en Van Xijnattcn). De Voorzitter: Mijne heeren, dan is nog ingekomen 171. Ken mededeeling van Gedeputeerde Staten, naar aanleiding van een raadsbesluit iu de vorige vergade ring genomen, liet schrijven van Gedeputeerde Staten is juist gisteren binnengekomen. Hut betreft twee zeer eenvoudige dingen, zoodat B. A W. prijs er op zouden stellen, dat raadsbesluit van 27 Februari aan te vullen !)e Raad hoeft roen besloten niet het oog op den aan koop van verschillende krotten het beschikbare bedrag te verhoogen van 63000 tot f 115000 en ter bestrij ding van deze uitgaven een suppletoir voorschot en een bijdrage aan 's Rijks kas te vragen. Geil. Staten merken nu op, (lat niet zijn aangewezen de middelen waar uit de annuïteit zal worden gevonden. Daarom stellen IJ. A VV. voor het besluit aan te vullen niet de be paling, dal bedoelde annuïteiten zullen betaald worden uit cie «gewone middelen der Gemeente». Dat is de gewone clausule, zoodat daartegen wel geen bezwaar Dn tweede opmerking luidt, dal niet is vermeld, het aantal annuïteiten, waarin de leuning zal worden afge lost. Daarom stellen B. cV W. voor de volgende aan vulling Aan te vragen uit 's Rijks kas tegen v jx:t. en af Vraagt eeii van de heeren'hierover het woord? Of h, si. Xiet? Dan is aldus besloten. Aan de orde is dan nu (5 2*1 de

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1917 | | pagina 9